Zoekresultaten 20411-20420 van de 42611 resultaten

  • ECLI:NL:TADRSHE:2016:186 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 16-755/DB/OB/d

    Gehandeld in strijd met art. 4.4 Voda, inhoudende dat een advocaat ten minste twintig opleidingspunten per jaar behaalt en met de deken gemaakte afspraken niet is nagekomen. Verplichting opleidingspunten te halen geldt ook indien praktijk binnen afzienbare tijd wordt gestaakt. Dekenbezwaar gegrond. Geldboete.

  • ECLI:NL:TADRARL:2016:209 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 16-049

    Klacht over vermeende grievende uitlatingen door advocaat wederpartij door voorzitter kennelijk ongegrond beoordeeld. Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZREIN:2016:96 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 1661

      Klaagster verwijt tandarts 1) vullen drie gaatjes zonder cariës weg te halen en zonder boren en 2) vullen blijvende kies met roze vulling zonder overleg. Klachtonderdeel 1) ongegrond. Klachtonderdeel 2) gegrond; volwassen kies gevuld met roze glasionomeer zonder vooraf bespreken en zonder toestemming van klaagster. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2016:187 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 16-563/DB/OB/d

    Positie als advocaat en als werkgever verweven in ontslagzaak tegen secretaresse van advocatenkantoor. Tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld door aan te kondigen dat seksueel getinte e-mailberichten van een zeer persoonlijk en expliciet karakter worden overgelegd in UWV-procedure indien niet wordt ingestemd met beëindigingsvoorstel en dit vervolgens ook te doen toen secretaresse voorstel weigerde. Voor het overleggen van de e-mails bestonden geen juridisch valide argumenten. Dekenbezwaar gegrond. Berisping.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2016:126 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2016-012

      Deels gegronde klacht tegen een gezondheidszorgpsycholoog. Vermenging van de rollen van (gewezen) GZ-psycholoog van klager met rollen als werkgeefster en verschaffer van woonruimte. In strijd met geldende beroepsethiek (Beroepscode voor psychologen, juli 2007, Beroepscode), die dergelijke rolvermenging verbood, juist ter voorkoming van belangenverstrengeling en problemen zoals in dit geval zijn ontstaan. Ook dient een psycholoog niet verder door te dringen in het privéleven van de betrokkene dan voor het doel van de behandeling noodzakelijk is. Klager niet ontvankelijk in de onderdelen van de eigenlijke arbeids- en woonrelatie en benadeling van zorgverzekeraars (in het algemeen). Voorwaardelijke schorsing gedurende een half jaar met een proeftijd van twee jaar onder de bijzondere voorwaarden dat de G-psycholoog gedurende de proeftijd op aanwijzing van en onder toezicht van een door de IGZ aan te wijzen supervisor circa vijf gesprekken heeft; dat deze supervisiegesprekken specifiek zijn gericht op het vergroten van kennis over de beroepsethiek.  

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2016:127 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2016-063b

    Gegronde klacht tegen specialist ouderengeneeskunde (SOG) / supervisor. Continue sedatie. SOG heeft een te beperkt blikveld gehad door beoordeling van met name de somatische klachten. Lijden zoals bedoeld in de richtlijn palliatieve sedatie van de KNMG is breder dan dat en kan ook bestaan uit geestelijk lijden.  Ook heeft het geschort aan communicatie met de familie. Palliatieve zorg omvat ook het geven van aandacht, ondersteuning en begeleiding aan naasten van de patiënt. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2016:128 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2016-063a

    Gegronde klacht tegen arts. Continue sedatie. De arts heeft een te beperkt blikveld gehad door beoordeling van met name de somatische klachten. Lijden zoals bedoeld in de richtlijn palliatieve sedatie van de KNMG is breder dan dat en kan ook bestaan uit geestelijk lijden.  Ook heeft het geschort aan communicatie met familie. Palliatieve zorg omvat ook het geven van aandacht, ondersteuning en begeleiding aan naasten van de patiënt. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2016:129 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2016-043

      Ongegronde klacht tegen arts in het  verpleeghuis. Arts kan alleen tuchtrechtelijk worden aangesproken over de periode dat hij persoonlijk betrokken was bij de behandeling van patiënte. Bij klager is (mede door toedoen van de arts) het beeld ontstaan dat verdere behandeling van patiënte nog mogelijk was. Patiënte was in wezen uitbehandeld waardoor het niet actief behandelen van de somatische klachten de arts niet is te verwijten. Dat de arts aan patiënte bewust pijn-en hartmedicatie heeft onthouden waardoor onnodig lijden in de laatste levensfase is veroorzaakt  is niet vast komen te staan. Klacht afgewezen.  

  • ECLI:NL:TADRSGR:2016:213 Raad van Discipline 's-Gravenhage 16-917/DH/DH

    Verzoeker heeft bij de raad een verzoek ex artikel 60ab lid 6 Aw  ingediend, strekkende tot opheffing van de bij beslissing van de raad van 3 oktober 2016 aan hem opgelegde schorsing in de uitoefening van de praktijk voor onbepaalde tijd ex artikel 60ab Aw. De raad wijst het verzoek af en overweegt daartoe als volgt. Voor opheffing van een schorsing ingevolge het bepaalde in artikel 60ab lid 6 Aw moet aannemelijk zijn dat de gronden die hebben geleid tot de schorsing, niet meer aanwezig zijn. Die situatie doet zich naar het oordeel van de raad niet voor. Door de beëindiging van zijn advocatenpraktijk zijn mogelijk enkele bezwaren van de deken thans niet meer van toepassing, maar dat geldt in elk geval niet voor hetgeen de raad in de schorsingsbeslissing heeft overwogen op het punt van de verantwoordelijkheid en financiële integriteit. Verzoeker heeft niet gesteld dat de situatie wat dat betreft is gewijzigd. Ook anderszins is niet gebleken dat deze gronden niet meer aanwezig zijn. Nu verzoeker blijkens zijn uitlatingen ter zitting de wens heeft zich op enig moment opnieuw als advocaat te laten inschrijven, is het derhalve van belang dat – indien de inschrijving zal worden toegestaan – de schorsing op dat moment van kracht wordt.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2016:130 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2016-050b

      Ongegronde klacht tegen huisarts. De arts hoefde aan de hand van de door patiënte verstrekte informatie geen noodzaak te zien om een spoedvisite af te leggen. Er is overleg geweest met collega-huisarts over zijn visite aan patiënte, waarbij de deur niet open gedaan. In overleg is besloten dat de arts later die dag nog een huisbezoek zou afleggen. Toen patiënte op dat moment ook de deur niet open deed, heeft de arts de politie gebeld en de deur open laten breken, waarmee ze adequaat heeft gehandeld. Klacht afgewezen.