Zoekresultaten 21801-21850 van de 44930 resultaten
-
ECLI:NL:TGZRSGR:2017:44 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2016-083b
- Datum publicatie: 14-03-2017
- Datum uitspraak: 14-03-2017
- ECLI:NL:TGZRSGR:2017:44
Ongegronde klacht tegen een arts. Patiënt overleden na een TEM-procedure uitgevoerd onder spinaal anesthesie. De behandeling van de patiënt door de arts met OxyNorm in de gehanteerde lage dosering is geen verkeerde behandeling bij pijnklachten, ook niet bij een patiënt die bekend is met COPD. Er was laxeermiddel gestart. Het niet meenemen van het laxeermiddel op de medicatielijst vormt kan verweerder niet persoonlijk worden verweten. Klacht afgewezen.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2017:90 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2016.264
- Datum publicatie: 14-03-2017
- Datum uitspraak: 14-03-2017
- ECLI:NL:TGZCTG:2017:90
Klacht tegen een orthopedisch chirurg, inhoudende dat hij twee keer ostheosynthesemateriaal in het zenuwkanaal van klager heeft geplaatst en heeft nagelaten direct na de operatie röntgenfoto's of een MRI-scan te maken. Het Centraal Tuchtcollege is van oordeel dat de orthopedisch chirurg naar aanleiding van de buikoverzichtsfoto die na de eerste operatie van de wervelkolom was gemaakt, had moeten overgaan tot nadere beeldvorming in de vorm van een MRI-scan of CT-scan, aangezien de foto voldoende twijfel opriep over de vraag of de schroeven juist geplaatst waren. Na de hersteloperatie had de daarop gevolgde MRI-scan de orthopedisch chirurg in ieder geval moeten alarmeren. Naar aanleiding van die scan, in samenhang met het klinisch beeld bij klager, had de orthopedisch chirurg direct een CT-scan moeten laten maken. De klacht is gegrond. Het Centraal Tuchtcollege legt de maatregel van berisping op.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2017:24 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2016/089
- Datum publicatie: 14-03-2017
- Datum uitspraak: 14-03-2017
- ECLI:NL:TGZRAMS:2017:24
Klaagster verwijt verweerster onder andere dat zij tijdens klaagsters bezoek op de afdeling Spoedeisende Hulp (SEH) niet goed naar haar klachten heeft geluisterd en zonder onderzoek een diagnose heeft gesteld. De klacht heeft voorts betrekking op verweersters informatieplicht en klaagsters vereiste toestemming voor de verdere behandeling. Bovendien heeft verweerster klaagsters inzagerecht geschonden. Verweerster heeft de klachten betwist. Deels gegrond.
-
ECLI:NL:TGZRSGR:2017:45 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2016-083c
- Datum publicatie: 14-03-2017
- Datum uitspraak: 14-03-2017
- ECLI:NL:TGZRSGR:2017:45
Ongegronde klacht tegen een chirurg-intensivist. Patiënt overleden na een TEM-procedure uitgevoerd onder spinaal anesthesie. Verwijt dat is verzuimd te bellen toen het niet goed ging met patiënt. Het valt verweerster niet te verwijten dat ze na aankomst in het ziekenhuis eerst zelf de medische situatie van patiënt heeft willen beoordelen en betrokken bleef bij de start van de reanimatie. Kort daarna, nog tijdens de reanimatie is de familie alsnog telefonisch geïnformeerd. Klacht afgewezen.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2017:91 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2016.279
- Datum publicatie: 14-03-2017
- Datum uitspraak: 14-03-2017
- ECLI:NL:TGZCTG:2017:91
Klacht tegen KNO-arts. De klacht betreft de behandeling van het zoontje van klaagster. Op 18 juli 2013 is het zoontje van klaagster door verweerder (KNO-arts) geopereerd aan zijn neus- en keelamandelen. Een maand later werd een stilstaande linker stemband en een gedeeltelijk stilstaande rechterstemband geconstateerd. Bij aanvullend onderzoek bleek sprake te zijn van littekenweefsel bij de stembanden. Klaagster verwijt verweerder dat hij onzorgvuldig heeft gehandeld tijdens en na de operatie waardoor haar zoontje ernstig blijvend letsel heeft opgelopen, dat een andere operatie heeft plaatsgevonden dan vooraf met klaagster was besproken, dat hij niet heeft meegedeeld dat tijdens de operatie een fout/complicatie heeft plaatsgevonden en dat klaagster vooraf niet is ingelicht over de aan de operatie verbonden risico’s. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht als kennelijk ongegrond afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep.
-
ECLI:NL:TGZRSGR:2017:39 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2015-239
- Datum publicatie: 14-03-2017
- Datum uitspraak: 14-03-2017
- ECLI:NL:TGZRSGR:2017:39
Deels gegronde klacht tegen een plastisch chirurg. Door patiënte in behandeling te nemen terwijl verweerder (vlak daarvoor) een seksuele relatie met haar is aangegaan is tuchtrechtelijk verwijtbaar. Door de relatie heeft verweerder de behandelrelatie ‘vertroebeld’. Verweerder geeft geen blijk van enig twijfelen aan zijn handelen. Niet vast komt te staan dat verweerder misbruik maakte van de kwetsbare positie van patiënte door haar tot ingrepen te verleiden. Voorwaardelijke schorsing voor de duur van zes maanden met een proeftijd van twee jaar.
-
ECLI:NL:TADRSHE:2017:43 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 16-1061/DB/ZWB
- Datum publicatie: 14-03-2017
- Datum uitspraak: 13-03-2017
- ECLI:NL:TADRSHE:2017:43
Niet komen vast te staan dat verweerder de cliënt van verweerder op eigen initiatief in de PI heeft bezocht. Van een behoorlijk handelend advocaat mag worden verwacht, dat hij, indien hem tijdens een bezoek aan een gedetineerde blijkt dat deze door een andere advocaat wordt bijgestaan, hierover na dit bezoek contact met deze advocaat opneemt. Klacht gedeeltelijk gegrond, waarschuwing en kostenveroordeling
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2017:25 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2016/218WR+200WR
- Datum publicatie: 14-03-2017
- Datum uitspraak: 14-03-2017
- ECLI:NL:TGZRAMS:2017:25
Behandeling wrakingsverzoek. Deels ongegrond en niet-ontvankelijk.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2017:92 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2016.430
- Datum publicatie: 14-03-2017
- Datum uitspraak: 14-03-2017
- ECLI:NL:TGZCTG:2017:92
-
ECLI:NL:TGZCTG:2017:86 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2016.163
- Datum publicatie: 14-03-2017
- Datum uitspraak: 14-03-2017
- ECLI:NL:TGZCTG:2017:86
De klacht is gericht tegen een orthodontist. Klaagster verwijt de orthodontist dat zij haar niet goed heeft voorgelicht over de mogelijke risico's bij een orthodontische behandeling in combinatie met een midpalatinaal implantaat door niet te benoemen dat er na verwijderen van dat implantaat een oro-nasale fistel kan ontstaan. Regionaal Tuchtcollege verklaart klacht ongegrond. Centraal Tuchtcollege verwerpt beroep klaagster.
-
ECLI:NL:TGZRSGR:2017:40 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2016-071
- Datum publicatie: 14-03-2017
- Datum uitspraak: 14-03-2017
- ECLI:NL:TGZRSGR:2017:40
Ongegronde klacht tegen een chirurg. Er zijn in het dossier wel aantekeningen gemaakt van klachten (zuurbranden en gallige reflux), maar niet dat klaagster pijnklachten in de onderbuik heeft geuit, zodat aangenomen moet worden dat klaagster wellicht last had van onderbuikklachten maar deze niet bij verweerder heeft geuit. Gehandeld conform de richtlijn maagcarcinoom door alleen bij klachten nader onderzoek te verrichten en te behandelen. Naar niet gemelde klachten in de onderbuik hoefde verweerder geen onderzoek te doen. Klacht afgewezen.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2017:93 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2016.329
- Datum publicatie: 14-03-2017
- Datum uitspraak: 14-03-2017
- ECLI:NL:TGZCTG:2017:93
Voordracht van de Inspectie voor de gezondheidszorg (IGZ) tegen een arts. De IGZ acht, gelet op de ernstige verslaving met onvoldoende inzicht in het misbruik van de middelen, de arts ongeschikt voor het uitoefenen van het beroep van arts. De arts heeft onder meer op gestolen receptenpapier morfine op naam van zichzelf uitgeschreven en morfine ampullen voor eigen gebruik verduisterd. Primair heeft IGZ de voordracht gedaan om de voorziening te treffen die ertoe strekt de arts uit het BIG-register te doen verwijderen en de arts daarbij bij wijze van voorlopige voorziening een schorsing van diens inschrijving op te leggen tot de beslissing tot de doorhaling van de inschrijving onherroepelijk is geworden. Subsidiair heeft IGZ de voordracht gedaan om een gedeeltelijke ontzegging in de zin dat de arts geen directe patiëntenzorg mag verlenen en geen UR-geneesmiddelen mag voorschrijven met als bijzondere voorwaarde het volgen van het 5-jarige programma van ABS-artsen. Het College van Medisch Toezicht heeft de inschrijving van de arts in het BIG-register doorgehaald en met onmiddellijke ingang bij wijze van voorlopige voorziening de inschrijving van de arts in het BIG-register geschorst totdat deze beslissing onherroepelijk is geworden dan wel in beroep is vernietigd. Het Centraal Tuchtcollege heeft het beroep van de arts verworpen en de publicatie gelast.
-
ECLI:NL:TADRSHE:2017:45 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 16-1062/DB/ZWB
- Datum publicatie: 14-03-2017
- Datum uitspraak: 13-03-2017
- ECLI:NL:TADRSHE:2017:45
Artikel 48e Advocatenwet behelst een discretionaire bevoegdheid voor de raad van discipline. Gelet op de aard van de thans aan verweerder gedurende de in twee eerdere klachtzaken opgelegde proeftijd, verweten gedraging beperkt de raad zich tot lastgeving van de tenuitvoerlegging van de in een van beide klachtzaken opgelegde voorwaardelijk schorsing van twee weken. Dit laat onverlet dat de raad, indien mocht blijken dat verweerder zich gedurende de door de raad vastgestelde proeftijd opnieuw aan een in artikel 46 Advocatenwet bedoelde gedraging heeft schuldig gemaakt, de raad alsnog last zal kunnen geven tot tenuitvoerlegging van de in de andere klachtzaak voorwaardelijk opgelegde schorsing voor de duur van twee maanden. TUL schorsing twee weken
-
ECLI:NL:TGZCTG:2017:87 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2016.164
- Datum publicatie: 14-03-2017
- Datum uitspraak: 14-03-2017
- ECLI:NL:TGZCTG:2017:87
De klacht is gericht tegen een kaakchirurg/tandarts. Klaagster verwijt de kaakchirurg dat hij onzorgvuldig heeft gehandeld bij het verwijderen van een midpalatinaal implantaat, waardoor zij thans nog klachten ervaart. Regionaal Tuchtcollege verklaart klacht ongegrond. Centraal Tuchtcollege verwerpt beroep klaagster.
-
ECLI:NL:TDIVTC:2016:67 Veterinair Tuchtcollege 's-Gravenhage 2015/83
- Datum publicatie: 14-03-2017
- Datum uitspraak: 22-12-2016
- ECLI:NL:TDIVTC:2016:67
Dierenartsen wordt in hoofdzaak verweten, samengevat, dat ten aanzien van een hond onvoldoende onderzoek is verricht en een verkeerde diagnose is gesteld (spondylose). Ook zou een verkeerde behandeling zijn ingesteld en de nazorg niet naar behoren zijn geweest. Ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRSGR:2017:41 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2015-160
- Datum publicatie: 14-03-2017
- Datum uitspraak: 14-03-2017
- ECLI:NL:TGZRSGR:2017:41
Ongegronde klacht tegen gz-psycholoog. Niet gebleken dat gz-psycholoog is tekortgeschoten in zijn taak als gedragsdeskundige of klager opzettelijk psychologische zorg heeft onthouden. Gz-psycholoog dient als gedragsdeskundige wel een actieve rol aan te nemen in geval van conflictsituaties, in casu contactstoornis tussen personeel PI en klager. Belemmering van contact tussen klager en zijn advocaat niet vast komen te staan. Klacht afgewezen.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2017:88 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2016.165
- Datum publicatie: 14-03-2017
- Datum uitspraak: 14-03-2017
- ECLI:NL:TGZCTG:2017:88
De klacht is gericht tegen een kaakchirurg/arts. Klaagster verwijt de kaakchirurg dat hij onzorgvuldig heeft gehandeld bij het verwijderen van een midpalatinaal implantaat, waardoor zij thans nog klachten ervaart. Regionaal Tuchtcollege verklaart klacht ongegrond. Centraal Tuchtcollege verwerpt beroep klaagster.
-
ECLI:NL:TDIVTC:2017:1 Veterinair Tuchtcollege 's-Gravenhage 2016/24
- Datum publicatie: 14-03-2017
- Datum uitspraak: 26-01-2017
- ECLI:NL:TDIVTC:2017:1
Dierenarts wordt verweten, samengevat, dat hij bij de euthanasie van de kat van klager veterinair onjuist c.q. nalatig heeft gehandeld.
-
ECLI:NL:TDIVTC:2016:68 Veterinair Tuchtcollege 's-Gravenhage 2016/7
- Datum publicatie: 14-03-2017
- Datum uitspraak: 22-12-2016
- ECLI:NL:TDIVTC:2016:68
Beklaagde wordt verweten, samengevat, dat hij met betrekking tot een keizersnede bij een hond veterinair nalatig heeft gehandeld. Ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRSGR:2017:42 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2016-068
- Datum publicatie: 14-03-2017
- Datum uitspraak: 14-03-2017
- ECLI:NL:TGZRSGR:2017:42
Gegronde klacht tegen gz-psycholoog die op verzoek van haar cliënt, ex-echtgenoot van klaagster, een verklaring heeft afgegeven welke is gebruikt in de echtscheidingsprocedure. Afgeven van een verklaring die waardeoordelen bevat over een cliënt en geen behandeldoel dient is verwijtbaar. Klaagster is (als derde) ontvankelijk in haar klacht omdat zij nadelige gevolgen van voornoemde verklaring heeft ondervonden, althans heeft kunnen ondervinden. Berisping.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2017:89 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2016.263
- Datum publicatie: 14-03-2017
- Datum uitspraak: 14-03-2017
- ECLI:NL:TGZCTG:2017:89
-
ECLI:NL:TDIVTC:2017:2 Veterinair Tuchtcollege 's-Gravenhage 2016/41
- Datum publicatie: 14-03-2017
- Datum uitspraak: 26-01-2017
- ECLI:NL:TDIVTC:2017:2
Dierenartsen worden diverse verwijten gemaakt die verband houden met de verstrekking van een Seresto teken- en vlooienband voor de kat van klaagster. Niet ontvankelijk c.q. ongegrond.
-
ECLI:NL:TDIVTC:2016:69 Veterinair Tuchtcollege 's-Gravenhage 2016/14
- Datum publicatie: 14-03-2017
- Datum uitspraak: 22-12-2016
- ECLI:NL:TDIVTC:2016:69
Klachtambtenaarzaak: Dierenarts heeft bij herhaling uitermate lichtvaardig en onzorgvuldig gehandeld met betrekking tot de inzet van niet in Nederland althans niet voor paarden geregistreerde diergeneesmiddelen en is in zijn administratieve verplichtingen ernstig tekort geschoten, waardoor er risico’s voor de diergezondheid en voedselveiligheid hebben kunnen ontstaan. Gegrond, volgt voorwaardelijke schorsing van 6 maanden met een proeftijd van 2 jaar.
-
ECLI:NL:TGZRSGR:2017:43 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2016-083a
- Datum publicatie: 14-03-2017
- Datum uitspraak: 14-03-2017
- ECLI:NL:TGZRSGR:2017:43
Ongegronde klacht tegen een chirurg. Patiënt overleden na een TEM-procedure uitgevoerd onder spinaal anesthesie. Verweerder is als hoofdbehandelaar steeds nauw betrokken geweest bij de behandeling van patiënt. Niet is gebleken dat verweerder zich heeft gedistantieerd van zijn werkzaamheden als hoofdbehandelaar en supervisor. In casu geen bezwaar tegen de gegeven vaste voeding. Er bestond geen medische reden om patiënt vaste voeding te onthouden. Geen aanwijzing dat de uitgevoerde reanimatie niet volgens het vigerende protocol is uitgevoerd. Klacht afgewezen.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2017:58 Raad van Discipline Amsterdam 16-1043/A/A
- Datum publicatie: 13-03-2017
- Datum uitspraak: 06-03-2017
- ECLI:NL:TADRAMS:2017:58
Klacht van een advocaat tegen de advocaat van de wederpartij. Verweerder heeft zich niet dreigend dan wel onnodig grievend over klager uitgelaten. Ook overige klachten ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2017:59 Raad van Discipline Amsterdam 16-1093/A/A
- Datum publicatie: 13-03-2017
- Datum uitspraak: 06-03-2017
- ECLI:NL:TADRAMS:2017:59
Gegronde klacht over de advocaat van de wederpartij. Verweerder heeft niet gehandeld zoals een behoorlijk advocaat betaamt door namens de ex-echtgenoot van klaagster haar faillissement aan te vragen en daarbij een pretense vordering van zichzelf als steunvordering te gebruiken. Waarschuwing en proceskostenveroordeling.
-
ECLI:NL:TACAKN:2017:20 Accountantskamer Zwolle 16/1862 Wtra AK
- Datum publicatie: 13-03-2017
- Datum uitspraak: 13-03-2017
- ECLI:NL:TACAKN:2017:20
Een in 2007 uitgeschreven accountant (de vader van betrokkene) was tot die tijd de accountant van klaagsters en heeft daarna vanuit het kantoor waaraan ook betrokkene is verbonden, adviserende werkzaamheden voor klaagsters verricht met betrekking tot de fiscaalrechtelijke aspecten van een herstructurering. Klaagsters klagen over dit advies omdat het heeft geleid tot een hogere aanslag vennootschapsbelasting over 2012. Betrokkene is de accountant van klaagsters en heeft een samenstellingsverklaring afgegeven bij de jaarrekening over datzelfde jaar. Onderdeel van het accountantsverslag is een fiscale positie met een berekening van het belastbare bedrag. De aangifte vennootschapsbelasting is gedaan door de fiscale afdeling van het accountantskantoor. Betrokkene is in de gegeven omstandigheden niet vaktechnisch verantwoordelijk voor het advies ook niet indien hij de aangifte heeft overgenomen in de fiscale positie aangezien hij daarmee niet verantwoordelijk wordt voor die aangifte. Klacht ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2017:53 Raad van Discipline Amsterdam 16-1003/A/NH
- Datum publicatie: 13-03-2017
- Datum uitspraak: 06-03-2017
- ECLI:NL:TADRAMS:2017:53
Verweerster stond het minderjarige kind van klaagster bij. Verweerster heeft niet gehandeld zoals een behoorlijk advocaat betaamt door de kinderen van klaagster zonder haar medeweten en toestemming naar een bijeenkomst met een kinderrechter te brengen. Berisping en proceskostenveroordeling.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2017:36 Raad van Discipline 's-Gravenhage 16-796/DH/RO
- Datum publicatie: 13-03-2017
- Datum uitspraak: 20-01-2017
- ECLI:NL:TADRSGR:2017:36
voorzittersbeslissing; klacht ten dele onvoldoende onderbouwd en ten dele is klager geen belanghebbende
-
ECLI:NL:TADRAMS:2017:54 Raad van Discipline Amsterdam 17-068/A/A
- Datum publicatie: 13-03-2017
- Datum uitspraak: 06-03-2017
- ECLI:NL:TADRAMS:2017:54
Voorzittersbeslissing. Klacht tegen advocaat wederpartij. Verweerder heeft gemotiveerd betwist dat hij in zijn pleitnota mededelingen heeft gedaan over de inhoud van de met klager gevoerde schikkingsonderhandelingen dan wel een beroep heeft gedaan op confraternele correspondentie. Klacht kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2017:37 Raad van Discipline 's-Gravenhage 16-876/DH?RO
- Datum publicatie: 13-03-2017
- Datum uitspraak: 11-01-2017
- ECLI:NL:TADRSGR:2017:37
voorzittersbeslissing; klacht van advocaat tegen advocaat
-
ECLI:NL:TADRAMS:2017:55 Raad van Discipline Amsterdam 17-055/A/A
- Datum publicatie: 13-03-2017
- Datum uitspraak: 06-03-2017
- ECLI:NL:TADRAMS:2017:55
Voorzittersbeslissing. Klacht tegen advocaat wederpartij kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TNORAMS:2017:4 Kamer voor het notariaat Amsterdam 612879/NT 16-53 Th 614586/NT 16-59 Th
- Datum publicatie: 13-03-2017
- Datum uitspraak: 09-03-2017
- ECLI:NL:TNORAMS:2017:4
In de eerste klacht: De kamer rekent het de notaris met name aan dat hij er zich op geen enkele wijze rekenschap van heeft gegeven dat hij de waarnemer niet in de gelegenheid heeft gesteld om zijn werkzaamheden naar behoren te kunnen doen. Daarmee heeft de notaris zijn verantwoordelijkheid gedurende de waarneming ernstig veronachtzaamd. Ook ter zitting heeft de notaris op geen enkele wijze doen blijken van enig besef van zijn eigen rol en verantwoordelijkheid. In plaats daarvan heeft de notaris zich bediend van ongefundeerde ontkenningen en van ongegronde verwijten aan de waarnemer, het BFT, de KNB en de kamer. In de tweede klacht: Naar het oordeel van de kamer illustreren de vastgestelde normschendingen de lichtvaardige en onzorgvuldige wijze waarop de notaris zijn ambt heeft uitgeoefend. Het handelen en nalaten van de notaris tonen aan dat de notaris onvoldoende besef heeft van de hoge eisen die de maatschappij, mede in het belang van de rechtszekerheid, aan het notariaat stelt. Te allen tijde moet op de deugdelijkheid van het werk van een notaris kunnen worden vertrouwd. Het verweer en de houding van de notaris bij de behandeling van de klacht geven op geen enkele wijze blijk van enig besef van de verantwoordelijkheid die op een notaris rust; de notaris lijkt het verwijtbare van zijn handelen en nalaten niet in te zien en heeft zich mede daardoor volstrekt ongeschikt betoond voor het notarisambt. Hoewel aan de notaris inmiddels op eigen verzoek ontslag is verleend, acht de kamer de normschendingen dusdanig ernstig dat de maatregel van ontzetting uit het ambt passend en geboden is, om een eventuele terugkeer van de notaris in het notariaat te voorkomen. Volgt: twee keer ontzetting uit het ambt.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2017:38 Raad van Discipline 's-Gravenhage 16-926/DH/DH
- Datum publicatie: 13-03-2017
- Datum uitspraak: 10-01-2017
- ECLI:NL:TADRSGR:2017:38
voorzittersbeslissing; klacht tegen de deken
-
ECLI:NL:TADRAMS:2017:56 Raad van Discipline Amsterdam 16-921/A/A
- Datum publicatie: 13-03-2017
- Datum uitspraak: 06-03-2017
- ECLI:NL:TADRAMS:2017:56
Klacht over eigen advocaat. Verweerster heeft niet tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld door het dossier van klaagster te sluiten.
-
ECLI:NL:TNORAMS:2017:5 Kamer voor het notariaat Amsterdam 604627 / NT 16-25
- Datum publicatie: 13-03-2017
- Datum uitspraak: 09-03-2017
- ECLI:NL:TNORAMS:2017:5
De door klaagster gestelde overlast en de gedragingen met betrekking tot de opzegging van de huur en de eindinspectie van de woning van klaagster alsmede het onbetaald laten door de notaris van een deel van de herstelwerkzaamheden verhouden zich niet zodanig tot (de uitoefening van) het ambt van de notaris dat daardoor het vertrouwen in het notariaat en in de beroepsuitoefening door de notaris is geschaad. Daarbij wordt in aanmerking genomen dat de gestelde structurele en ernstige psychische problemen onvoldoende feitelijk zijn onderbouwd. In zoverre is de klacht dus ongegrond. Dat ligt anders voor het feit dat de notaris de onder 1.7 bedoelde brief naar de werkgevers van klaagster en haar echtgenoot heeft gestuurd, kennelijk om hen bij hun werkgevers in diskrediet te brengen. Die handelwijze ‑ die naar het oordeel van de kamer moet worden beschouwd als een vorm van eigenrichting ‑ acht de kamer een notaris onwaardig. De kamer kan zich gelet op de inhoud van de brief niet aan de indruk onttrekken dat de brief (mede) is ingediend naar aanleiding van het door klaagster geuite voornemen een klachtprocedure te starten tegen de notaris indien deze niet zou betalen. Wat daar overigens van zij, draagt dit ertoe bij dat de reactie van de notaris daarop in de vorm van bedoelde brief het vertrouwen in het notariaat heeft geschaad. Van een notaris mag immers worden verwacht dat hij zich in een mogelijke klachtprocedure ten overstaan van de kamer verweert en overigens ook uitsluitend met middelen die daarvoor betamelijk zijn. De klacht is op dit punt gegrond. De kamer acht dit handelen dusdanig ernstig dat dit een schorsing in de uitoefening van het ambt rechtvaardigt. Daarbij neemt zij in aanmerking dat de notaris ter zitting in eerste instantie heeft ontkend dat [X] in hoedanigheid van zijn advocaat c.q. gemachtigde heeft gehandeld. Pas nadat de notaris zich geconfronteerd zag met een door de voorzitter uit de klachtbrief van 17 maart 2016 geciteerde passage, heeft de notaris erkend dat [X] bij die gelegenheid als zijn gemachtigde is opgetreden. Vervolgens heeft de notaris er ter zitting geen blijk van gegeven het verwijtbare van zijn handelen in te zien en evenmin enig inzicht getoond in wat betamelijk is. De kamer acht gelet hierop in beginsel een schorsing in de uitoefening van het ambt voor de duur van twee weken gerechtvaardigd. Omdat inmiddels aan de notaris ontslag is verleend legt de kamer geen maatregel op.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2017:39 Raad van Discipline 's-Gravenhage 16-933/DH/DH
- Datum publicatie: 13-03-2017
- Datum uitspraak: 09-01-2017
- ECLI:NL:TADRSGR:2017:39
voorzittersbeslissing, klacht van tegen advocaat wederpartij
-
ECLI:NL:TADRAMS:2017:57 Raad van Discipline Amsterdam 16-1004/A/A
- Datum publicatie: 13-03-2017
- Datum uitspraak: 06-03-2017
- ECLI:NL:TADRAMS:2017:57
Verzet. Klacht tegen eigen advocaat. Verzet ongegrond.
-
ECLI:NL:TACAKN:2017:19 Accountantskamer Zwolle 16/2091 Wtra AK
- Datum publicatie: 10-03-2017
- Datum uitspraak: 10-03-2017
- ECLI:NL:TACAKN:2017:19
De controlerend accountant moet controlewerkzaamheden uitvoeren die zijn gericht op het onderkennen van rechtszaken en die mogelijk een risico van een afwijking van materieel belang doen ontstaan. Onbevoegdheid van het bestuur van een entiteit vormt onmiskenbaar een zodanig risico. Het feit dat in verschillende lopende procedures de stelling werd ingenomen dat het bestuur van de entiteit niet bevoegd was, had voor betrokkene aanleiding moeten zijn om stil te staan bij de bevoegdheid van dit bestuur en zich een oordeel daarover te vormen. Betrokkene stelt dat hij dit heeft gedaan aan de hand van gesprekken met het bestuur en het inzien van stukken. Er blijkt echter niet van enige vastlegging van deze gesprekken en de gestelde inzage, hoewel betrokkene wel tot die vastlegging gehouden was. Nu voor een beoordeling van de risico’s van een eventuele onbevoegdheid van het bestuur juridische kennis vereist is, kon daarnaast van betrokkene verlangd worden dat hij een juridisch deskundige had geraadpleegd en deze had gevraagd naar zijn mening over de onbevoegdheid en naar de te verwachten uitkomst van deze procedures. Waarschuwing.
-
ECLI:NL:TADRSHE:2017:42 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 16-831/DB/OB
- Datum publicatie: 10-03-2017
- Datum uitspraak: 20-02-2017
- ECLI:NL:TADRSHE:2017:42
Tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld door te zwijgen over de inhoud van het meest recente taxatierapport d.d. 3 oktober 2014 en vervolgens in strijd met de waarheid te verklaren dat de in dat rapport genoemde waarden niet veel verschilden van de in het rapport d.d. 10 december 2013 genoemde waarden. Stukken conform procesreglement ingediend en daartegen is niet geprotesteerd, terwijl stukken bovendien reeds bekend waren. Niet onnodig grievend uitgelaten en niet tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld door informatie te geven over schikkingsonderhandelingen. Niet gebleken dat verweerster zich bij het formuleren van een voorstel tot een regeling in der minne geenszins heeft laten leiden door een persoonlijk belang. Deels gegrond, deels ongegrond. Berisping.
-
ECLI:NL:TGDKG:2017:25 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/617633 / DW RK 16/1147
- Datum publicatie: 10-03-2017
- Datum uitspraak: 07-03-2017
- ECLI:NL:TGDKG:2017:25
Bewaringstekort. Gerechtsdeurwaarderskantoor failliet verklaard. Op grond van (het systeem van) de Gerechtsdeurwaarderswet zijn de aan het kantoor verbonden (bij Koninklijk Besluit) benoemde gerechtsdeurwaarders (ook gerechtsdeurwaarders in loondienst) volledig verantwoordelijk voor de derdengelden en een ontstaan bewaringstekort. Verweer dat dat hen ter zake daarvan geen verwijt kan worden gemaakt als bedoeld in de laatste zinsnede van artikel 19 lid 3 Gerechtsdeurwaarderswet verworpen. Klacht ten aanzien van het bewaringstekort en het foutief informeren van het BFT gegrond verklaard. Ontzetting uit het ambt van gerechtsdeurwaarders 1 en 2. Geen gronden aanwezig ten aanzien van de aan gerechtsdeurwaarders 1 en 2 op te leggen maatregel voor toepassing van een kortere dan de in artikel 43 lid 8 GDW vermelde maximale termijn. Oud-gerechtsdeurwaarder 3 maatregel van berisping opgelegd. Klacht tegen oud-gerechtsdeurwaarder sub 4 ongegrond verklaard.
-
ECLI:NL:TGDKG:2017:19 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam 1030.2015
- Datum publicatie: 10-03-2017
- Datum uitspraak: 07-03-2017
- ECLI:NL:TGDKG:2017:19
De gerechtsdeurwaarder heeft een exploot aan klager betekend waarin zijn privéadresgegevens te zien zijn, terwijl klager in de BRP met een geheim adres staat geregistreerd. Klacht gegrond, maatregel berisping.
-
ECLI:NL:TGDKG:2017:26 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam 913.2015
- Datum publicatie: 10-03-2017
- Datum uitspraak: 07-03-2017
- ECLI:NL:TGDKG:2017:26
De klacht is gedeeltelijk gegrond. Voor het gegronde deel is de maatregel berisping opgelegd. De opdrachtgever van de gerechtsdeurwaarder geeft regelmatig betalingen van klager niet door. De gerechtsdeurwaarder heeft zijn opdrachtgever hier terecht op aangesproken. Bij klager zijn echter ten onrechte executiekosten in rekening gebracht, terwijl de opdrachtgever degene is die nalatig is. Deze nalatigheid kan klager niet worden tegengeworpen.
-
ECLI:NL:TAHVD:2017:38 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 170016
- Datum publicatie: 10-03-2017
- Datum uitspraak: 06-03-2017
- ECLI:NL:TAHVD:2017:38
Art. 13 Aw: Klagers doel - een rechtsmiddel instellen tegen de uitspraak van de voorzieningenrechter - kan niet meer worden bereikt, nu de termijn voor het instellen van verzet is verstreken. De aanwijzing van een advocaat voor dat doel is zodoende zinloos geworden. Volgt ongegrond verklaring van het beklag.
-
ECLI:NL:TGDKG:2017:20 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam 866.2016
- Datum publicatie: 10-03-2017
- Datum uitspraak: 07-03-2017
- ECLI:NL:TGDKG:2017:20
Verzet ongegrond. De bezwaren van klager heeft de gerechtsdeurwaarder voorgelegd aan zijn opdrachtgever en de reactie vervolgens aan klager teruggekoppeld. Executie voortgezet in opdracht van opdrachtgever. Geen inhoudelijke civiele beoordeling van het geschil door de tuchtrechter.
-
ECLI:NL:TAHVD:2017:39 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 160304
- Datum publicatie: 10-03-2017
- Datum uitspraak: 06-03-2017
- ECLI:NL:TAHVD:2017:39
Art.13 Aw-beklag Het beklag van klager betreft dezelfde kwestie als waaromtrent door het hof reeds meerdere door klager ingestelde beklagen ongegrond zijn verklaard. Nu klager in de onderhavige procedure geen nieuwe feiten of omstandigheden heeft gesteld die aanleiding zouden kunnen geven tot een nieuwe inhoudelijke beoordeling van het beklag, wijst het hof het beklag als ongegrond af.
-
ECLI:NL:TGDKG:2017:21 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam 865.2016
- Datum publicatie: 10-03-2017
- Datum uitspraak: 07-03-2017
- ECLI:NL:TGDKG:2017:21
Verzet ongegrond. De gerechtsdeurwaarders hebben een executieopdracht ontvangen en daaraan gevolg gegeven. De bezwaren van klaagster hebben de gerechtsdeurwaarders voorgelegd aan hun opdrachtgever en de reactie daarop aan klaagster medegedeeld. Het ligt niet op de weg van de tuchtrechter om op een inhoudelijke beoordeling van een civielrechtelijk geschil in te gaan.
-
ECLI:NL:TADRSHE:2017:39 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 17-047/DB/ZWB
- Datum publicatie: 10-03-2017
- Datum uitspraak: 08-03-2017
- ECLI:NL:TADRSHE:2017:39
Vermelden van strafrechtelijk verleden van de wederpartij niet nodeloos grievend. Klacht kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2017:56 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 090/2016 en 096/2016
- Datum publicatie: 10-03-2017
- Datum uitspraak: 10-03-2017
- ECLI:NL:TGZRZWO:2017:56
Klacht van de Inspectie tegen een psychotherapeut/gezondheidszorgpsycholoog. Vraag of de Inspectie ontvankelijk is. De Inspectie heeft de whatsappberichten, waar de klacht in hoofdzaak om draait, ongevraagd toegezonden gekregen. Patiënte heeft ernstig bezwaar gemaakt tegen verdere verspreiding hiervan. Nu de Inspectie zonder (kenbare) belangenafweging de whatsappberichten integraal en ongeanonimiseerd heeft overgelegd, wordt de Inspectie niet-ontvankelijk verklaard.
-
ECLI:NL:TGDKG:2017:22 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam 1129.2016
- Datum publicatie: 10-03-2017
- Datum uitspraak: 07-03-2017
- ECLI:NL:TGDKG:2017:22
Verzet ongegrond. Klager stelt dat bepaalde uitlatingen van de gerechtsdeurwaarders onjuist zijn, maar laat na tegenbewijs te leveren. De enkele stellingen van klager daartoe zijn onvoldoende.
- Vorige pagina zoekresultaten
- Pagina: 1
- ...
- Pagina: 436
- Pagina: 437
- Pagina: 438
- ...
- Pagina: 899
- Volgende pagina zoekresultaten