Zoekresultaten 22061-22080 van de 44966 resultaten
-
ECLI:NL:TADRSGR:2016:247 Raad van Discipline 's-Gravenhage 16-185/DH/RO
- Datum publicatie: 16-02-2017
- Datum uitspraak: 12-12-2016
- ECLI:NL:TADRSGR:2016:247
Beslissing op verzet. Naar het oordeel van de raad kunnen de door klager aangevoerde gronden niet slagen en heeft de voorzitter de klacht terecht niet-ontvankelijk verklaard wegens het ontbreken van een tuchtrechtelijk belang respectievelijk het overschrijden van de driejaarstermijn als bedoeld in artikel 46g Advocatenwet. Verzet ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2017:70 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2016.278
- Datum publicatie: 16-02-2017
- Datum uitspraak: 16-02-2017
- ECLI:NL:TGZCTG:2017:70
De klacht heeft betrekking op de behandeling van de broer van klager, hierna patiënt, overleden in 2012. Verweerster is als internist betrokken geweest bij de behandeling van patiënt. Klager verwijt verweerster kort gezegd dat zij: 1) het volledige patiëntendossier van patiënt niet conform de afspraak heeft overgedragen aan een ander ziekenhuis voor het uitvoeren van een second opinion, 2) de communicatie richting patiënt ten onrechte heeft overgedragen aan een casemanager als gevolg waarvan er onvoldoende begeleiding is ervaren, zowel tijdens de opname als na het overlijden van patiënt, 3) een second opinion heeft afgehouden, en 4) ten onrechte geen biopsie heeft uitgevoerd. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht als kennelijk ongegrond afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2017:27 Raad van Discipline 's-Gravenhage 16-553/DH/RO
- Datum publicatie: 16-02-2017
- Datum uitspraak: 13-02-2017
- ECLI:NL:TADRSGR:2017:27
Beslissing op verzet. Naar het oordeel van de raad kunnen de door klagers aangevoerde gronden niet slagen en heeft de voorzitter de klacht terecht en op juiste gronden kennelijk ongegrond bevonden. Verzet ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2017:64 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2016.116
- Datum publicatie: 16-02-2017
- Datum uitspraak: 16-02-2017
- ECLI:NL:TGZCTG:2017:64
Patiënte (de moeder van klager), die onder andere leed aan dementie, type alzheimer, is op 26 oktober 2014 met pneumonie opgenomen in het ziekenhuis. De arts heeft toen gezien de conditie van de patiënte een niet-escalerend beleid afgesproken. Patiënte zou niet gereanimeerd worden en niet naar de intensive care worden overgeplaatst. Op 27 oktober 2014 is patiënte overleden. De arts had toen geen dienst. Klager verwijt de arts – verkort weergegeven – dat zij patiënte niet de vereiste zorg heeft geboden. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2017:58 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2016.314
- Datum publicatie: 16-02-2017
- Datum uitspraak: 19-01-2017
- ECLI:NL:TGZCTG:2017:58
Patiënt, vader van klager, is in september 2012 opgenomen in een verpleeghuis op de revalidatieafdeling. Op 8 oktober 2012 is hij aldaar overleden. De arts is op maandag 1 oktober 2012 en dinsdag 2 oktober 2012 als ANIOS bij de zorg over patiënt betrokken geweest. Klager verwijt de arts dat zij onzorgvuldig heeft gehandeld doordat vanaf 2 oktober 2012 tot de overlijdensdatum op 8 oktober 2012 geen arts meer bij patiënt op bezoek is geweest en het niet duidelijk was of patiënt onverdikt water mocht drinken. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege is van oordeel dat de door de arts gehanteerde werkwijze in overeenstemming is met hetgeen in de beroepsroep als norm of standaard is aanvaard en niet in de zorgovereenkomst behoefde te worden opgenomen . Het beroep wordt verworpen.
-
ECLI:NL:TADRSHE:2017:25 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 15-261/DB/OB en 15-262/DB/OB
- Datum publicatie: 15-02-2017
- Datum uitspraak: 13-02-2017
- ECLI:NL:TADRSHE:2017:25
Klagers verwijten verweerders tegenstrijdige belangen te behartigen door voor X B.V. op te treden tegen klagers, terwijl klagers met X B.V. gemeenschappelijke ontwikkelingsprojecten hebben gehad waardoor verweerders over veel voor de familiaire samenwerking relevante kennis van feiten beschikken, die zij mede voor rekening van klagers hebben verkregen en nu tegen klagers kunnen gebruiken. Niet vast komen te staan dat verweerders ooit voor klagers hebben opgetreden. Klacht ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2017:55 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2016.194
- Datum publicatie: 15-02-2017
- Datum uitspraak: 14-02-2017
- ECLI:NL:TGZCTG:2017:55
Klacht tegen huisarts. De aangeklaagde huisarts is verbonden aan de Medisch Dienst van de TBS-kliniek waar klager verblijft. De huisarts heeft klager eenmalig gezien op zijn spreekuur vanwege rugklachten. Klager verwijt de huisarts dat hij hem onvoldoende zorg heeft verleend en hem onvoldoende pijnmedicatie heeft gegeven. Tevens is klager van mening dat verweerder hem met deze klachten, die al geruime tijd bestonden had moeten verwijzen naar een ziekenhuis. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht als kennelijk ongegrond afgewezen. Klager is van die beslissing tijdig in beroep gekomen. Het Centraal Tuchtcollege heeft het beroep van klager verworpen.
-
ECLI:NL:TADRSHE:2017:26 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 16-1133/DB/OB
- Datum publicatie: 15-02-2017
- Datum uitspraak: 06-02-2017
- ECLI:NL:TADRSHE:2017:26
Aankondigen van vergaande rechtsmaatregelen waaronder het aanvragen van een faillissement bij (herhaalde) sommatie is in beginsel een geoorloofd drukmiddel. Niet gebleken dat hiervan op ongeoorloofde wijze gebruik is gemaakt. Klacht kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2017:56 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2016.195
- Datum publicatie: 15-02-2017
- Datum uitspraak: 14-02-2017
- ECLI:NL:TGZCTG:2017:56
Klacht tegen verpleegkundige. De aangeklaagde verpleegkundige is verbonden aan de Medische Dienst van de TBS-kliniek waar klager verblijft. Er hebben verschillende telefonische consulten tussen de verpleegkundige en klager plaatsgevonden en de verpleegkundige heeft klager op haar spreekuur gezien in verband met rugklachten. Klager verwijt de verpleegkundige dat zij hem in de steek heeft gelaten en hem zo lang met pijn heeft laten doorlopen. Zij is nalatig geweest door alleen te adviseren om paracetamol in te nemen en te bewegen terwijl zij klager had moeten doorsturen naar het ziekenhuis om bloedonderzoek te laten doen en foto’s te laten maken. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht als kennelijk ongegrond afgewezen. Klager is van die beslissing tijdig in beroep gekomen. Het Centraal Tuchtcollege heeft het beroep van klager verworpen.
-
ECLI:NL:TADRSHE:2017:27 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 16-851/DB/ZWB
- Datum publicatie: 15-02-2017
- Datum uitspraak: 13-02-2017
- ECLI:NL:TADRSHE:2017:27
Klager verwijt verweerster dat zij in een echtscheidingsprocedure tegen hem is opgetreden terwijl verweerster eerst ook zijn belangen heeft behartigd. Niet is komen vast te staan dat verweerster ooit als advocaat van klager heeft opgetreden. Verweerster is steeds uitsluitend advocaat van de ex-vrouw van verweerder geweest. Klacht ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2017:57 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2016.281
- Datum publicatie: 15-02-2017
- Datum uitspraak: 14-02-2017
- ECLI:NL:TGZCTG:2017:57
Klacht tegen verpleegkundige. De klacht betreft de moeder van klaagster, diabetespatiënte, die in zorg was bij een wijkverplegingsinstelling waarvoor verweerster als verpleegkundige werkzaam was. Verweerster heeft patiënte mede verzorgd. Verweerster heeft patiënte op een ochtend insuline toegediend. Later die ochtend is patiënte na het aankleden en douchen samen met twee andere zorgverleners begeleid naar haar stoel. In de middag is patiënte met een verlaagd bloedsuiker opgenomen in het ziekenhuis. Tien dagen later is patiënte in het ziekenhuis overleden. De klacht houdt in dat verweerster twee keer de voorgeschreven hoeveelheid insuline heeft toegediend en dat verweerster onvoldoende zorg voor haar moeder heeft gehad. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht afgewezen. Klaagster is in beroep gekomen. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2017:21 Raad van Discipline 's-Gravenhage 16-1022/DH/RO
- Datum publicatie: 14-02-2017
- Datum uitspraak: 13-02-2017
- ECLI:NL:TADRSGR:2017:21
voorzittersbeslissing; klacht betreffende kwaliteit van dienstverlening ongegrond; geen uitzonderlijke omstandigheden gesteld op grond waarvan verweerder de juistheid van een in een procedure overgelegd document had moeten controleren
-
ECLI:NL:TGZRSGR:2017:31 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2016-225a
- Datum publicatie: 14-02-2017
- Datum uitspraak: 14-02-2017
- ECLI:NL:TGZRSGR:2017:31
Deels gegronde klacht van werkgeefster tegen verpleegkundige die verwijtbaar heeft gehandeld door gedwongen opgenomen cliënte met alcoholproblematiek toe te staan alcohol te nuttigen en dit vervolgens niet te rapporteren. Waarschuwing.
-
ECLI:NL:TAHVD:2017:30 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 160143
- Datum publicatie: 14-02-2017
- Datum uitspraak: 13-02-2017
- ECLI:NL:TAHVD:2017:30
Nu in artikel 46h lid 7 Advocatenwet is bepaald dat tegen de bestreden beslissing van de raad op verzet geen rechtsmiddel openstaat en evenmin kan worden vastgesteld dat zulke fundamentele rechtsbeginselen zijn geschonden dat niet kan worden gesproken van een eerlijke en onpartijdige behandeling van de zaak door de raad noch andere gronden voor doorbreking van het rechtsmiddelenverbod van artikel 46h lid 7 Advocatenwet zijn gesteld of gebleken, heeft het hof het hoger beroep van klager verworpen.
-
ECLI:NL:TAHVD:2017:24 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 160249
- Datum publicatie: 14-02-2017
- Datum uitspraak: 13-02-2017
- ECLI:NL:TAHVD:2017:24
Klager verwijt verweerster haar cliënt niet te hebben tegengehouden toen deze een beschikking wilde executeren, privacygevoelige informatie en onjuiste informatie aan het hof te hebben verschaft en een kansloze procedure te zijn gestart.Het hof bekrachtigt het oordeel van de raad dat de klacht ongegrond is.
-
ECLI:NL:TGZRSGR:2017:32 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2016-225b
- Datum publicatie: 14-02-2017
- Datum uitspraak: 14-02-2017
- ECLI:NL:TGZRSGR:2017:32
Deels gegronde klacht van werkgeefster tegen verpleegkundige die verwijtbaar heeft gehandeld door gedwongen opgenomen cliënte met alcoholproblematiek toe te staan alcohol te nuttigen en dit vervolgens niet te rapporteren. Waarschuwing.
-
ECLI:NL:TAHVD:2017:25 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 160255
- Datum publicatie: 14-02-2017
- Datum uitspraak: 13-02-2017
- ECLI:NL:TAHVD:2017:25
Klacht dat verweerder tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld door tegen klager op te treden terwijl hij in het verleden als advocaat voor klager heeft opgetreden. Het hof bekrachtigt het oordeel van de raad dat de klacht ongegrond is.
-
ECLI:NL:TGZRSGR:2017:33 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2016-225c
- Datum publicatie: 14-02-2017
- Datum uitspraak: 14-02-2017
- ECLI:NL:TGZRSGR:2017:33
Deels gegronde klacht van werkgeefster tegen verpleegkundige die verwijtbaar heeft gehandeld door er ten onrechte mee in te stemmen dat de gedwongen opgenomen cliënte met alcoholproblematiek buiten de instelling alcohol gebruikte en dit vervolgens niet te rapporteren. Waarschuwing.
-
ECLI:NL:TADRARL:2017:8 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 17-085
- Datum publicatie: 14-02-2017
- Datum uitspraak: 14-02-2017
- ECLI:NL:TADRARL:2017:8
Raad bevoegd om te oordelen over de schorsingsverzoeken ex 60ab/ 60b Advocatenwet. Primaire verzoek ex 60ab Advocatenwet afgewezen. Subsidiaire verzoek ex 60b Advocatenwet tot schorsing voor onbepaalde tijd met spoed toegewezen. Verweerster is sinds 16 augustus 2016 geen stagiaire-ondernemer meer na weigering afgifte stageverklaring door de Algemene Raad. Tevens daardoor beëindiging van het patronaat over verweerster. Evenmin is verweerster sindsdien onvoorwaardelijk ingeschreven op het tableau ex artikel 1 lid 3 Advocatenwet. Naar het oordeel van de raad is verweerster, ondanks haar huidige inschrijving op het tableau ex artikel 9a Advocatenwet, per 16 augustus 2016 feitelijk geschorst in haar bevoegdheid om als advocaat haar praktijk uit te voeren, zodat in strikte zin geen maatregel jegens verweerster noodzakelijk is. Gelet op de onduidelijkheid die bij verweerster is ontstaan als gevolg van de uitspraak van de voorzieningenrechter - tot schorsing van het besluit tot schrapping van verweerster van het tableau per 1 februari 2017 - en mede gelet op de opstelling van verweerster die sinds 16 augustus 2016 haar praktijkvoering voortzet als ware zij advocaat in de zin van de Advocatenwet, moet een onmiddellijke schorsing van verweerster in de praktijkvoering als advocaat worden opgelegd. Daarmee wordt, met name in het belang van haar (potentiële) cliënten, duidelijkheid gecreëerd over de huidige rechtspositie van verweerster. Mondelinge uitspraak tot schorsing per 15 februari 2017. Voorziening getroffen door aanstelling van een zaakwaarnemer.
-
ECLI:NL:TAHVD:2017:26 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 160279
- Datum publicatie: 14-02-2017
- Datum uitspraak: 13-02-2017
- ECLI:NL:TAHVD:2017:26
Beklag artikel 13 Advocatenwet. Klager verzoekt om aanwijzing van een advocaat in de door hem reeds gestarte of toekomstige kantongerechtsprocedure tot benoeming van een executeur als bedoeld in artikel 4:142 lid 1 BW en/of een bewindvoerder. Voor een dergelijke procedure is niet vereist dat klager wordt vertegenwoordigd of bijgestaan door een advocaat. Beklag ongegrond.
- Vorige pagina zoekresultaten
- Pagina: 1
- ...
- Pagina: 1103
- Pagina: 1104
- Pagina: 1105
- ...
- Pagina: 2249
- Volgende pagina zoekresultaten