Zoekresultaten 39521-39530 van de 44790 resultaten
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2011:YG1392 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2010/313
- Datum publicatie: 06-09-2011
- Datum uitspraak: 06-09-2011
- ECLI:NL:TGZRAMS:2011:YG1392
-
ECLI:NL:TADRARN:2011:YA1948 Raad van Discipline Arnhem 10-193
- Datum publicatie: 06-09-2011
- Datum uitspraak: 20-06-2011
- ECLI:NL:TADRARN:2011:YA1948
Klager is ontvankelijk in zijn klacht omtrent de wijze van declareren ook als de Begrotingscommissie van de Raad van Toezicht de betreffende declaraties reeds heeft beoordeeld. Advocaat heeft bij declareren een te ruim minimum forfait gehanteerd. Op grond van het enkele feit dat van bepaalde in rekening gebrachte werkzaamheden niet uit het dossier blijkt kan niet worden geconcludeerd dat sprake is van fraudeleus declareren.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2011:YA1943 Raad van Discipline Amsterdam 10-423Alk
- Datum publicatie: 06-09-2011
- Datum uitspraak: 05-09-2011
- ECLI:NL:TADRAMS:2011:YA1943
Verweerder is in de procedure opgetreden namens een vennootschap hoewel hem daartoe niet bevoegdelijk namens de vennootschap opdracht is verstrekt. Verweerder had in het handelsregister eenvoudig kunnen zien dat zijn opdrachtgever niet bevoegd was tot vertegenwoordiging van de vennootschap. Verzuim om dit te doen is tuchtrechtelijk verwijtbaar. Het betrof een verklaringsprocedure naar aanleiding van een loonbeslag op het salaris van de persoon die verweerder opdracht gaf om de vennootschap te vertegenwoordigen. In de procedure is de vennootschap veroordeeld tot betaling van een bedrag van EUR 37.000,-. Daarnaast heeft verweerder, nadat hij door de vennootschap aansprakelijk was gesteld voor de genoemde fout, acht maanden gewacht met het melden van de schade bij zijn beroepsaansprakelijkheidsverzekeraar. Dit is ook klachtwaardig. Ook het niet reageren op de aansprakelijkstelling en het talmen met het toezenden van het complete dossier aan de vennootschap zijn klachtwaardig. Ook heeft verweerder in de procedure stellingen ingenomen waarvan hij wist of behoorde te weten dat ze onjuist waren. Alle klachtonderdelen zijn gegrond. Volgt onvoorwaardelijke schorsing van een maand.
-
ECLI:NL:TADRARN:2011:YA1955 Raad van Discipline Arnhem 10-161
- Datum publicatie: 06-09-2011
- Datum uitspraak: 27-06-2011
- ECLI:NL:TADRARN:2011:YA1955
Verzet niet ontvankelijk wegens verstrijken verzettermijn. Gegeven de dag van verzending van de beslissing van de voorzitter, 3 december 2010, had het verzetschrift binnen veertien dagen door de raad moeten zijn ontvangen. De raad heeft te onderzoeken of sprake is van een verschoonbare overschrijding van de verzettermijn. De raad is van oordeel dat dit niet het geval is. Door klager zijn geen onregelmatigheden bij de ontvangst van de bestreden beslissing naar voren gebracht zodat moet worden aangenomen dat klager de bestreden beslissing kort na verzending heeft ontvangen. Weliswaar vond deze ontvangst in de decembermaand plaats, maar de verzettermijn verstreek ruimschoots voor de kerst, zodat de decemberfeestdagen op zich geen reden konden vormen voor het niet tijdig aanvoeren van de gronden van het verzet.
-
ECLI:NL:TADRARN:2011:YA1949 Raad van Discipline Arnhem 10-190
- Datum publicatie: 06-09-2011
- Datum uitspraak: 20-06-2011
- ECLI:NL:TADRARN:2011:YA1949
Klacht betreft rauwelijks dagvaarden van klaagster door verweerder en het ten onrechte een schikkingsvoorstel van klaagster afwijzen en enkel voor eigen gewin een procedure aanhangig maken. Klaagster vraagt in feite een oordeel van de raad over de deugdelijkheid van een door verweerder aan klaagster verzonden ingebrekestelling. Het is aan de civiele rechter om daarover een oordeel uit te spreken en de kantonrechter heeft de ingebrekestelling in zijn vonnis van 13 maart 2009 als voldoende beoordeeld. De raad past hierover geen oordeel. Klaagster heeft in elk geval in het begin, bij aanvang van de zaak, traag geopereerd en heeft het op het laatste moment laten aankomen. Mede tegen de achtergrond dat de zaak al lang liep kan klaagster verweerder er geen verwijt van maken, dat hij de consequenties die zij zelf had laten ontstaan bij klaagster heeft gelaten. Het was verweerder derhalve toegestaan te handelen zoals hij heeft gedaan.
-
ECLI:NL:TADRSHE:2011:YA1929 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch M 48 - 2011
- Datum publicatie: 06-09-2011
- Datum uitspraak: 29-08-2011
- ECLI:NL:TADRSHE:2011:YA1929
Een advocaat dient met zijn cliënt te overleggen of er termen aanwezig zijn om te trachten in aanmerking te komen voor gefinancierde rechtshulp. Voor zover mondelinge mededelingen tijdens een eerste gesprek voor de advocaat aanleiding vormen aan te nemen dat zijn cliënt niet voor gefinancierde rechtshulp in aanmerking zal komen, dient hij dit aan zijn cliënt voor te leggen en schriftelijk vast te leggen. klacht gegrond; enkele waarschuwing
-
ECLI:NL:TADRAMS:2011:YA1944 Raad van Discipline Amsterdam 10-242Alk
- Datum publicatie: 06-09-2011
- Datum uitspraak: 05-09-2011
- ECLI:NL:TADRAMS:2011:YA1944
Verweerder heeft in een echtscheidingsprocedure waarin hij de vrouw bijstond een derde aangeschreven met het verzoek informatie te verschaffen betreffende de banden van (het bedrijf van) de man met die derde, welke informatie verweerder kennelijk relevant acht voor de juridische positie van de vrouw. Verweerder verwijst voor dit verzoek naar de Wet Openbaarheid van Bestuur. Een advocaat dient zich te onthouden van het benaderen van een juridisch ongeschoolde derde, niet zijnde een van de partijen in het geschil, met het kennelijke doel die derde met evident onhoudbare juridische argumenten te bewegen tot iets waarop de advocaat namens zijn cliënt beslist geen aanspraak kan maken, terwijl die derde, als hij zou zwichten voor die (onhoudbare) argumenten, mogelijk schade zal lijden. Klacht gegrond. Enkele waarschuwing.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2011:YA1938 Raad van Discipline Amsterdam 10-367A
- Datum publicatie: 06-09-2011
- Datum uitspraak: 05-09-2011
- ECLI:NL:TADRAMS:2011:YA1938
Klacht over eigen advocaat. Verweerder zou ten onrechte geen declaratie voor eigen bijdrage toevoeging aan cliënt hebben gezonden en hebben aangekondigd niet meer voor cliënt te willen optreden indien niet zou worden betaald. Tevens zou verweerder stukken onder zich hebben gehouden. Klacht ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRARN:2011:YA1956 Raad van Discipline Arnhem 11-33
- Datum publicatie: 06-09-2011
- Datum uitspraak: 27-06-2011
- ECLI:NL:TADRARN:2011:YA1956
Klaagster is ontvankelijk in haar klacht. Sinds de verweten handelwijze zijn er meer dan drie jaren verstreken alvorens de klacht is ingediend. De wet kent geen verval of verjaring van klachtrecht. Enerzijds is er het maatschappelijk belang, dat het optreden van een advocaat door de tuchtrechter kan worden getoetst en anderzijds het belang, dat de advocaat binnen een redelijke termijn wordt geconfronteerd met klachten over zijn optreden. Op zich heeft klaagster lang gewacht met het indienen van de klacht. Klaagster heeft daartoe niet meer heeft aangevoerd dan dat zij hoopte dat de zaak alsnog goed zou komen. Nu verweerder echter door het tijdsverloop niet in zijn verdediging is belemmerd kan klaagster in haar klacht worden ontvangen. De klacht betreft de handelwijze van verweerder betreffende een door klaagster op de derdengeldenrekening van verweerder, zijnde de advocaat van de wederpartij van klaagster, gestort bedrag. Klaagster verwijt verweerder dat hij het bedrag aan zijn cliënt heeft doorbetaald voordat de transactie was afgewikkeld en geen informatie heeft verschaft over deze doorbetaling. De raad overweegt dat een advocaat die zijn derdengeldenrekening ter beschikking stelt voor de uitvoering van een overeenkomst en in het kader daarvan voor de betaling van gelden verwachtingen schept en daardoor ook verplichtingen jegens de wederpartij heeft. Het stond verweerder vrij om klaagster niet specifiek te informeren op welke bankrekeningen van zijn cliënte hij het bedrag had doorbetaald. De belangen van zijn eigen cliënte mochten hier de doorslag geven. Klacht ten deze gegrond en ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRARN:2011:YA1950 Raad van Discipline Arnhem 11-13
- Datum publicatie: 06-09-2011
- Datum uitspraak: 20-06-2011
- ECLI:NL:TADRARN:2011:YA1950
Klager verwijt verweerster dat zij de belangen van klager en van degenen die klager vertegenwoordigde verkwanseld heeft en wanprestatie heeft geleverd met name bestaande in een onvoldoende bereikbaarheid en een ter onrechte niet instellen van een hoger beroep. Voorts verwijt klager verweerster dat zij dubbel heeft gedeclareerd, althans teveel gedeclareerd en ten onrechte bij klager heeft gedeclareerd, omdat niet hij, maar de individuele werknemers van de Ltd opdrachtgever waren. Naar het oordeel van de raad heeft klager in de stukken en ter zitting onvoldoende aangevoerd om aannemelijk te oordelen dat verweerster de belangen van klager en van degene die hij vertegenwoordigde heeft verkwanseld. Dit zelfde geldt voor het verwijt dat verweerster onvoldoende bereikbaar is geweest. Het is klager geweest, die verweerster voor de behandeling van de kwestie van de werknemers heeft ingeschakeld en dat brengt – bijzondere omstandigheden en voorbehouden daargelaten – naar het oordeel van de raad mee, dat klager dient in te staan voor de betaling van de declaratie. In zoverre klager zich er over beklaagt, dat de nota's van verweerster ter onrechte aan hem zijn toegezonden treft de klacht derhalve geen doel. Er rust op de raad slechts een taak in geval van excessief declareren. Niet uit de verf is gekomen, dat er door verweerster excessief is gedeclareerd.
- Vorige pagina zoekresultaten
- Pagina: 1
- ...
- Pagina: 3952
- Pagina: 3953
- Pagina: 3954
- ...
- Pagina: 4479
- Volgende pagina zoekresultaten