Zoekresultaten 1651-1660 van de 1718 resultaten

  • ECLI:NL:TAHVD:2023:214 Hof van Discipline 's Gravenhage 220305

    Klacht tegen advocaat wederpartij. Volgens klaagster zijn de uitlatingen van verweerder over de vermeende liefdesleven van klaagster en het herhaalde gebruik van het woord 'labiel' of 'hoer' in de verweerschriften en e-mailberichten onnodig grievend en niet functioneel in het kader van de echtscheidingszaak. Het hof ziet dit anders. De gewraakte uitlatingen dienen te worden bezien tegen de achtergrond van het tussen partijen bestaande geschil over de wijze waarop door beide partijen invulling werd gegeven aan het ouderschap en zijn in dat kader functioneel. Het hof is verder van oordeel dat de wijze waarop verweerder dit heeft gedaan, weliswaar geen schoonheidsprijs, maar evenmin het predicaat onnodig grievend verdient. Ten aanzien van het gebruik van het woord 'labiel' weegt het hof mee dat verweerder daarmee het standpunt van zijn cliënt verwoordde en het woord niet gebruikte in medische zin, maar ter aanduiding van ambigu gedrag. Voor het gebruik van het woord 'hoer' geldt dat dit deel uitmaakt van een citaat en dat niet uit de mond van verweerder of diens cliënt maar - volgens verweerders cliënt - uit die van roddelende derden is opgetekend. Verweerder heeft op de juistheid daarvan mogen afgaan. Tegen deze achtergrond is de citaat niet onnodig grievend. Conclusie hof: lat van tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen niet gehaald. Vernietiging beslissing raad. Klacht in alle onderdelen ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2023:136 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 23-172/DB/OB

    Verzet. De voorzitter heeft bij de beoordeling van de klacht de juiste maatstaf toegepast en voorts rekening gehouden met alle relevante feiten en omstandigheden van het geval. Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2023:216 Raad van Discipline Amsterdam 23-625/A/A

    Raadsbeslissing; Klacht over de advocaat wederpartij in een familierechtzaak grotendeels gegrond. Verweerder heeft in zijn afwegingen bij de uitvoering van de opdracht van zijn cliënten zich teveel laten leiden door de wensen van zijn cliënten en onvoldoende oog gehad voor het belang van zo min mogelijk escalatie in de familiesituatie. Verweerder heeft ter zitting geen goede reden kunnen geven voor het starten van een procedure in deze familierechtelijke kwestie. Verweerder heeft daarnaast verwijtbaar gehandeld door de rechtbank in strijd met de waarheid te informeren dat sprake was van een eenstemmig verzoek tot uitstel en zich in strijd met gedragsregel 20 lid 2 tot de rechtbank te wenden zonder de advocaat van klager hiervan op de hoogte te stellen. Aangezien verweerder deze fout direct de volgende dag heeft rechtgezet en zijn excuses hiervoor heeft aangeboden rekent de raad verweerder dat laatste minder zwaar aan. De raad komt tot de slotsom dat oplegging van een waarschuwing passend is in deze situatie, waarbij de raad betrekt het feit dat verweerder opnieuw ter zitting oprecht spijt heeft betuigd voor zijn gedragingen.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2023:137 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 23-337/DB/LI

    Raadsbeslissing. Klacht niet-ontvankelijk vanwege het ontbreken van een machtiging.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2023:217 Raad van Discipline Amsterdam 23-319/A/A

    Ongegrond verzet

  • ECLI:NL:TADRSHE:2023:133 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 23-734/DB/LI

    Voorzittersbeslissing. Klacht over advocaat van de wederpartij. Verweerder heeft niet tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld doordat hij een in de visie van klager onjuiste berekening heeft gemaakt om de door klager aan verweerders cliënte verschuldigde bruto-alimentatie te bepalen. Kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2023:134 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 23-735/DB/LI

    Voorzittersbeslissing. Klacht over advocaat van de wederpartij. Omdat niet is gebleken dat verweerster de belangen van klaagster onnodig of onevenredig heeft geschaad door op 24 maart 2023 geen vervanging te regelen is dit klachtonderdeel kennelijk ongegrond. Omdat verweerster is afgegaan en ook mocht afgaan op de van haar cliënt verkregen informatie over de hoogte van de rente kan verweerster geen tuchtrechtelijk verwijt worden gemaakt van haar onjuiste mededeling over de hoogte van het te betalen rentebedrag. Kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TAHVD:2023:213 Hof van Discipline 's Gravenhage 230111

    Schending zorgplicht jegens cliënte. Omvang HB: de beroepsgrond uit verweerders beroepschrift blijft beperkt tot de hoogte van de door de raad opgelegde maatregel, nu de beroepsgronden tegen de gegrondverklaring door de raad ontbreken. Het hof gaat daarom uit van de onherroepelijkheid van die gegrondverklaring. Verweerder heeft geen inhoudelijke gronden tegen de hoogte van de maatregel aangevoerd. Hof bepaalt ambtshalve welke maatregel passend en geboden is. Klachtonderdelen klaagster gegrond. Verweerder tuchtrechtelijk verwijtbaar tekortgeschoten in zijn zorgplicht richting klaagster. Verweerder heeft onvoldoende oog gehad voor de belangen van klaagster en haar niet op deskundige en voortvarende wijze bijgestaan. Er lijkt sprake van meer dan incidenteel tekortschieten in de beroepsuitoefening door verweerder. Maatregel: onvoorwaardelijke schorsing van 4 weken en veroordeling in de proceskosten.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2023:135 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 23-173/DB/OB

    Verzet. De voorzitter heeft bij de beoordeling van de klacht de juiste maatstaf toegepast en voorts rekening gehouden met alle relevante feiten en omstandigheden van het geval. Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2023:236 Raad van Discipline 's-Gravenhage 23-091/DH/RO

    Verzet ongegrond. In een beslissing is het niet noodzakelijk dat alle naar voren gebrachte feiten volledig worden weergegeven; een zakelijke opgave van de voor de beslissing meest relevante feiten volstaat. Het staat de voorzitter daarom vrij om uit de gepresenteerde producties die feiten te putten die voor de beoordeling van belang zijn.