Zoekresultaten 2241-2250 van de 2367 resultaten

  • ECLI:NL:TADRSGR:2023:211 Raad van Discipline 's-Gravenhage 23-189/DH/DH

    Verweerster heeft een letselschadekwestie binnen het medische aansprakelijkheidsrecht behandeld, terwijl zij onvoldoende deskundig was op dat gebied. Zij heeft daarbij geen medisch adviseur geraadpleegd, vanwege haar foutieve opvatting dat de kosten van de medisch adviseur een financieel risico voor klaagster zouden zijn. Ook heeft het gebrek aan deskundigheid ertoe geleid dat het lang heeft geduurd voordat duidelijk werd welk traject zou worden ingezet. Uiteindelijk is gekozen voor een gezamenlijke opdracht met de verzekeraar aan een deskundige, met een bindend (en voor klaagster negatief) advies tot gevolg. Verweerster had deze zaak niet moeten behandelen, maar had klaagster moeten verwijzen naar een gespecialiseerd advocaat. Schending kernwaarde deskundigheid. Voorwaardelijke schorsing van 2 weken.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2023:212 Raad van Discipline 's-Gravenhage 23-160/DH/DH

    Klacht over de kwaliteit van dienstverlening in een echtscheidingskwestie. Verweerster heeft voor haar cliënt, van wie het Nederlands niet de moedertaal was, geen tolk geregeld voor de zitting. Verweerster had de noodzaak van een tolk ruim voor de zitting zelf met klaagster moeten bespreken, zodat tijdig een tolk geregeld kon worden. Waarschuwing. Overige klachten ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2023:213 Raad van Discipline 's-Gravenhage 23-050/DH/RO

    Verzet niet-ontvankelijk, want pro forma ingediend.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2023:210 Raad van Discipline 's-Gravenhage 23-354/DH/RO

    Klacht over de advocaat wederpartij in een familiezaak ongegrond. Dat verweerster klaagster en haar advocaat niet over het verzoekschrift heeft geïnformeerd is niet klachtwaardig. De oproeping van partijen in een verzoekschriftprocedure is de verantwoordelijkheid van de rechtbank. Dat verweerster de verhinderdata van klaagsters advocaten niet heeft gevraagd is niet gebleken.

  • ECLI:NL:TAHVD:2023:175 Hof van Discipline 's Gravenhage 230163

    Art 13 beklag ongegrond. Klaagster wil met een advocaat een medische behandeling afdwingen. Dit is echter niet mogelijk met een advocaat. Derhalve onvoldoende grond om een advocaat aan te wijzen.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2023:209 Raad van Discipline 's-Gravenhage 23-568/DH/RO

    Voorzittersbeslissing. Klacht over de eigen advocaat kennelijk ongegrond. Klager is het niet eens met het feit dat verweerster hem heeft bericht dat zij geen mogelijkheden ziet om een procedure te starten. Van klachtwaardig handelen is geen sprake.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2023:184 Raad van Discipline Amsterdam 23-526/A/NH

    Voorzittersbeslissing; klacht over advocaat wederpartij niet-ontvankelijk vanwege het overschrijden van de driejaarstermijn.

  • ECLI:NL:TAHVD:2023:174 Hof van Discipline 's Gravenhage 210196

    Verweerder heeft nagelaten duidelijke afspraken te maken met klager als opdrachtgever over de uitvoering van de aan hem verstrekte opdracht. Het had op de weg van verweerder gelegen om nadat de opdracht aan hem via de DAS was verstrekt een vervolgafspraak met klager te plannen om verder de praktische gang van zaken te bespreken. Dat heeft verweerder nagelaten. Hij heeft klagers verzoeken om te komen tot nadere afspraken en een plan van aanpak genegeerd. Bovendien had hij de zijn werkzaamheden (nog) niet, en zeker niet zonder klager te informeren, bij DAS kunnen declareren. Voor deze verwijten acht het hof een zakelijke terechtwijzing op zijn plaats en acht het hof net als de raad een waarschuwing passend.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2023:208 Raad van Discipline 's-Gravenhage 23-570/DH/RO

    Klacht over de advocaat wederpartij in een familiezaak in alle onderdelen kennelijk ongegrond. Van misleiding is geen sprake: verweerster is steeds duidelijk geweest over haar positie als advocaat van de vrouw.

  • ECLI:NL:TAHVD:2023:173 Hof van Discipline 's Gravenhage 220021

    Het hof constateert dat verweerder bij twee gelegenheden de rechter niet juist heeft geïnformeerd over zijn kennis over het beslag op het jacht terwijl die kennis van belang was voor het standpunt van klager en de beoordeling van de zaak door de rechter. Verweerder heeft daardoor de belangen van klager geschaad. Van een advocaat mag en moet worden verwacht dat hij in een procedure de rechter naar waarheid informeert. Door dat na te laten heeft verweerder de kernwaarde integriteit geschonden. Een dergelijke schending raakt het vertrouwen in de advocatuur. Het hof is, anders dan de raad, van oordeel dat niet kan worden volstaan met een berisping. Het zal daarom als maatregel een schorsing van twee weken opleggen. Het hof zal die schorsing voorwaardelijk opleggen als een stok achter de deur.