Zoekresultaten 13731-13740 van de 44301 resultaten

  • ECLI:NL:TADRSGR:2019:197 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-272/DH/RO

    Klacht over eigen advocaat. Door het vonnis niet tijdig naar cliënten door te sturen hebben verweerders in strijd gehandeld met de zorgvuldigheid die van behoorlijk handelende advocaten mag worden verwacht. Maatregel van waarschuwing.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2019:183 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2019-083

    Deels gegronde klacht tegen een dermatoloog. De dermatoloog heeft in het kader van een civiele aansprakelijkheidsprocedure namens het aansprakelijkgestelde ziekenhuis als medisch deskundige gerapporteerd. De dermatoloog heeft inderdaad op procedurele punten niet gehandeld conform de richtlijn NVMSR, maar het College weegt mee dat de dermatoloog geen kennis en ervaring had op het terrein van medisch specialistische rapportages in civiele zaken en hij ter zitting heeft verklaard dat hij de casus ter lering heeft ingebracht. Ten aanzien van de verslaglegging en de inhoud van het rapport voldoet het aan de tuchtrechtelijke criteria. Klacht deels gegrond verklaard, zonder oplegging van een maatregel.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2019:203 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-315/DH/DH

    Intrekking. Klagers hebben hun wens tot intrekking kenbaar gemaakt. Verweerster wenst geen voortzetting van de klacht. De deken acht voortzetting om redenen van algemeen belang geïndiceerd, maar motiveert dit niet. De raad oordeelt als volgt. De klacht betreft het tekortschieten bij de inhoudelijke behandeling van de zaak. Tussen partijen is niet in geschil dat verweerster daarbij een beroepsfout heeft gemaakt. Verweerster heeft daarvan melding gemaakt bij haar beroepsaansprakelijkheidsverzekeraar en de raad heeft geen grond om aan te nemen dat de aansprakelijkheidskwestie niet adequaat is of wordt behandeld. Klagers hebben te kennen gegeven hun klacht te willen intrekken. Of hieraan een getroffen minnelijke regeling ten grondslag ligt dan wel klagers op andere gronden ervoor kiezen de klachtprocedure niet voort te zetten is een individuele keuze die, nu niet is gebleken welk algemeen belang in dit geval zwaarder zou moeten wegen (de deken motiveert dit verder ook niet) door de raad wordt gerespecteerd. Alles overwegend acht de raad voortzetting van de klacht om redenen van algemeen belang niet geïndiceerd.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2019:177 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2019-010

    Kennelijk ongegronde klacht tegen een arts. De arts heeft nergens in haar verslag gemeld dat de zoon niet ziek mag worden. Een onjuiste e-mail heeft de arts spoedig hersteld met een tweede e-mail. Het door de arts slaan met de stekker van een laptop op de hand van klaagster kan niet worden vastgesteld. Klacht kennelijk ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2019:210 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-160/DH/RO

    Voorzittersbeslissing. Klagers zijn in hun klacht niet-ontvankelijk, omdat deze is ingediend na de vervaltermijn.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2019:198 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-271/DH/RO

    Klacht over eigen advocaat. Door het vonnis niet tijdig naar cliënten door te sturen hebben verweerders in strijd gehandeld met de zorgvuldigheid die van behoorlijk handelende advocaten mag worden verwacht. Maatregel van waarschuwing.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2019:184 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2019-086

    Kennelijk ongegronde klacht tegen een huisarts. De huisarts heeft ten aanzien van de zorg voor de dochter van klaagster gehandeld in overeenstemming met de geldende richtlijnen zoals de NHG standaard Anemie en Kinderen met Koorts. Het niet vermelden van het gebruik van paracetamol bij de verwijzing is niet tuchtrechtelijk verwijtbaar, het is voor de hand liggend en heeft geen wezenlijke invloed op de beoordeling door een arts. De huisarts heeft de dochter van klaagster meerdere keren doorverwezen voor specialistische zorg. Klacht kennelijk ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2019:204 Raad van Discipline 's-Gravenhage 18-472/DH/DH

    De klacht ziet op de bijstand van klager in een arbeidszaak. De klacht is grotendeels ongegrond, maar gedeeltelijk gegrond. Klager heeft verweerder gevraagd of een afrekening van de wederpartij correct was. De raad heeft de indruk dat verweerder te snel en zonder werkelijk nota te nemen van de berekening, heeft geantwoord. De omstandigheid dat de verhouding tussen klager en verweerder op dat moment vertroebeld was, rechtvaardigt dit niet. Het is te danken aan de kritische blik van klager zelf dat hij geen nadeel heeft geleden door de onjuiste berekening. De raad acht de klacht op dit onderdeel dan ook gegrond. Omdat aan de zijde van klager geen nadeel is ontstaan, komt de raad echter tot het oordeel dat de het klachtonderdeel van onvoldoende gewicht is om oplegging van een maatregel te rechtvaardigen.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2019:217 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-438/DH/RO

    Voorzittersbeslissing. Niet gebleken is dat sprake is van een advocaat-cliënt relatie. De omstandigheid dat klager via zijn vennootschap bestuurder en aandeelhouder is (geweest), is onvoldoende om klager, al dan niet persoonlijk, als cliënt van verweerder aan te merken. Zo is klager niet degene geweest die zich tot verweerder heeft gewend voor bijstand en liepen de contacten met verweerder via de mede-bestuurder, die de taken van klager sinds 2017 heeft waargenomen. Klacht kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2019:178 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2019-068

    Kennelijk ongegronde klacht tegen een huisarts. Niet komt vast te staan dat klaagster niet serieus is genomen. De huisarts heeft voorts redelijkerwijs tot een vertrouwensbreuk kunnen concluderen. Beklaagde heeft zorg verleend tot klaagster een andere huisarts had gevonden, dus is van enig tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen geen sprake. Klacht kennelijk ongegrond verklaard.