Zoekresultaten 10931-10940 van de 42312 resultaten

  • ECLI:NL:TGZREIN:2020:8 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 18105c

    Verwijt aan arts(-assistent) dat hij patiënt niet adequaat heeft onderzocht en over onvolledige dossiervorming. Onvoldoende gelet op laboratoriumuitslagen en medicatie. Patiënt is ten onrechte uit het ziekenhuis ontslagen. Adequaat onderzoek en voldoende verslaglegging. Overleg met supervisor voor ontslag. Er was sprake van (dreigende) dehydratie. De arts-assistent had patiënt niet zonder duidelijk instructie naar huis mogen laten gaan. Deels gegrond, maar zonder oplegging maatregel vanwege voorafgaand overleg met supervisor die het besluit heeft genomen patiënt naar huis te laten gaan.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2020:10 Raad van Discipline Amsterdam 19-720/A/A

    Klacht over eigen advocaat, hoofdzakelijk in verband met werkzaamheden die door juridisch medewerker onder verantwoordelijkheid van verweerder zijn verricht. Verweerder heeft onvoldoende zorgvuldigheid betracht waardoor onduidelijkheid is ontstaan over de hoedanigheid waarin verweerders medewerker de werkzaamheden heeft verricht. Klacht deels gegrond, deels ongegrond. Waarschuwing en kostenveroordeling.

  • ECLI:NL:TGZREIN:2020:10 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 18105a

    Verwijt aan internist, hoofdbehandelaar en supervisor van arts-assistent, dat hij patiënt niet adequaat en niet zelf heeft onderzocht en over onvolledige dossiervorming. Onvoldoende gelet op laboratoriumuitslagen en medicatie. Patiënt is ten onrechte uit het ziekenhuis ontslagen. Voldoende onderzoek en verslaglegging door arts-assistent. Geen aanleiding dat de internist de patiënt zelf onderzocht. Er was sprake van (dreigende) dehydratie. De arts-assistent heeft mede onder verantwoordelijkheid van de internist gehandeld en overleg met hem gehad. Terecht verwijt aan internist dat de patiënt zonder behoorlijke instructie naar huis is gegaan. Deels gegrond. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TGZREIN:2020:9 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 18105b

    Verwijt aan internist, supervisor, dat hij patiënt niet adequaat en niet zelf (lichamelijk) heeft onderzocht en geen goede differentiaaldiagnose heeft opgesteld. Onvoldoende gelet op laboratoriumuitslagen en medicatie. Alarmerend dat CRP-waarde in twee dagen tijd gestegen was van 31 naar 270 mg/L en leucocyten-gehalte in twee dagen tijd gezakt van 3.3 naar 0,7*109/L. Complex ziektebeeld.  Bij aanwezige klinische parameters had de internist patiënt zelf moeten gaan zien. Differentiaaldiagnose was ontoereikend. Onvoldoende gevoel voor urgentie, incorrecte interpretatie van veranderde laboratoriumgegevens, progressief verslechterend klinisch beeld en inadequate communicatie (doorvragen) met de arts-assistent op de SEH. Berisping.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2020:11 Raad van Discipline Amsterdam 19-558/A/A

    Ongegrond verzet.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2020:5 Raad van Discipline Amsterdam 19-812/A/A

    Voorzittersbeslissing. Klacht over eigen advocaat in verband met telefoongesprek tussen verweerster en mr. G over de overdracht van de zaak. Dat er tijdens dit telefoongesprek iets is gezegd waardoor sprake zou kunnen zijn van tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen wordt betwist en is de voorzitter overigens ook niet gebleken. Kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2020:12 Raad van Discipline Amsterdam 19-509/A/A

    Ongegrond verzet.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2020:6 Raad van Discipline Amsterdam 19-813/A/A

    Voorzittersbeslissing. Klacht over eigen advocaat in alle onderdelen kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2020:18 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2019.223

    Klacht tegen tandarts. Klager is als patiënt ingeschreven geweest bij de tandartspraktijk van de beklaagde tandarts. Beklaagde heeft bij klager een diagnostische kijkoperatie uitgevoerd vanwege klachten aan de elementen 16 en 17. Op enig moment is ook de nut en noodzaak van het plaatsen van een kroon op 26 en de facturering daarvan besproken. De klacht houdt in dat beklaagde de diagnostische kijkoperatie onjuist heeft uitgevoerd, de afspraak over de facturering van een nieuwe kroon op element 26 ontkent, pijnklachten bij klager heeft veroorzaakt door de door hem gemaakte brug, klager hangende de behandeling, uit zijn praktijk heeft uitgeschreven, klager ten onrechte verwijt dat hij de taal niet goed spreekt, klager ten onrechte verwijt agressief te zijn geweest en oneerlijk is geweest bij de geschillencommissie waardoor klager geen schadevergoeding is toegekend. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht in al haar onderdelen afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege heeft het beroep verworpen.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2020:19 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2019.109

      Klacht tegen psychiater. Mevrouw X. en haar zoon zijn ieder afzonderlijk door hun huisarts naar de psychiater verwezen. Mevrouw X. heeft mede namens haar zoon tegen de psychiater een klacht ingediend. Toen mevrouw X. en haar zoon kwamen te overlijden, heeft klaagster (respectievelijk dochter en zus van betrokkenen) de klacht voortgezet. Klaagster verwijt de psychiater dat hij zonder gedegen onderbouwing mensen diagnosticeert en eerdere diagnoses, die grondig zijn gesteld door collega-artsen, zonder meer van tafel veegt, zonder met deze collega-artsen contact hierover op te willen nemen. In de kern verwijt klaagster de psychiater dat hij ten aanzien van haar moeder de diagnose autisme heeft verworpen en dat hij haar broer ten onrechte niet in aanmerking heeft laten komen voor elektroconvulsietherapie (ECT), omdat volgens hem de broer niet leed aan een zware depressie. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht gegrond verklaard en aan de psychiater de maatregel van berisping opgelegd. Het Centraal Tuchtcollege vernietigt de beslissing van het Regionaal Tuchtcollege en verklaart de klacht alsnog ongegrond.