Zoekresultaten 16101-16110 van de 42363 resultaten

  • ECLI:NL:TACAKN:2018:20 Accountantskamer Zwolle 17/1517 Wtra AK

      De klacht is buiten de driejaarstermijn als bedoeld in artikel 22 Wtra ingediend, zodat de klacht niet-ontvankelijk is.

  • ECLI:NL:TAHVD:2018:60 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 170326

    Verweerder heeft de belangen van klager als vader van de minderjarige kinderen geschaad door zonder toestemming van of overleg met (de advocaat van) de vader met de kinderen te praten. Berisping. Proceskostenveroordeling

  • ECLI:NL:TAHVD:2018:54 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 180006

    Beklag tegen weigering tot inschrijving als advocaat. Het beklag is ongegrond. Het hof is van oordeel dat er op dit moment (nog) geen enkele waarborg is dat klager de kernwaarden van de advocatuur zal respecteren en de toepasselijke regels zal naleven bij terugkeer in de advocatuur op dit moment.

  • ECLI:NL:TADRARL:2018:84 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 18-064

    Voorzittersbeslissing. Klacht van derde tegen advocaat. Klager heeft geen persoonlijk belang voor zover de klacht ziet op uitlatingen van verweerder richting de deken in een kwestie tussen verweerder en een andere advocaat. In zoverre is klager niet-ontvankelijk. Klacht voor het overige kennelijk ongegrond. 

  • ECLI:NL:TAHVD:2018:61 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 170327

    Verweerder beschouwde klaagster als zijn cliënte samen met haar echtgenoot met wie hij de echtscheiding heeft besproken. Verweerder is jegens klaagster tekortgeschoten in het verstrekken van informatie over de gevolgen van de bepalingen uit het convenant, nu hij haar slechts éénmaal heeft gesproken bij de ondertekening van het convenant. Berisping. Proceskostenveroordeling.

  • ECLI:NL:TAHVD:2018:55 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 170248

    De voorzitter van de raad heeft de klacht van klager kennelijk ongegrond verklaard. Het verzet van klager tegen die beslissing is door de raad ongegrond verklaard. Klager heeft hoger beroep ingesteld tegen die beslissing van de raad. De voorzitter van het hof heeft het hoger beroep afgewezen op grond van art. 46 h lid 7 Advocatenwet. Tegen die beslissing heeft klager verzet ingesteld. Het hof verklaart het verzet ongegrond: klager heeft geen gronden gesteld die aanleiding kunnen geven tot doorbreking van het appelverbod.

  • ECLI:NL:TADRARL:2018:85 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 18-063

    Voorzittersbeslissing. Klacht van derde tegen advocaat. Klager heeft geen persoonlijk belang voor zover de klacht ziet op uitlatingen van verweerster richting de deken in een kwestie tussen verweerster en een andere advocaat. In zoverre is klager niet-ontvankelijk. Klacht voor het overige kennelijk ongegrond. 

  • ECLI:NL:TAHVD:2018:62 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 170295

    Klacht tegen advocaat wederpartij in vervolg op berichten in de media, ongegrond. Verweerder mocht, nu zijn cliënt reeds aangifte van diefstal had gedaan en klager met de betreffende paarden was weggereden, de media inschakelen om de paarden op te sporen. Gebruikte bewoordingen gelet op de hectiek van het moment niet onnodig grievend. 

  • ECLI:NL:TAHVD:2018:56 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 170338

    Grotendeels gegronde klacht tegen eigen advocaat. Verweerder heeft niet (financieel) integer gehandeld door niet te beschikken over een deugdelijke klachtenregeling, klachten niet door te leiden aan zijn klachtenfunctionaris, na te laten klager adequaat te adviseren over zijn rechtspositie en procesrisico’s en klager onvoldoende te informeren over de mogelijkheid van gefinancierde rechtsbijstand. Verweerder heeft bovendien niet deskundig gehandeld door getuigenverhoren onvoldoende met klager voor te bereiden, na te laten op grond van het BBA de vernietiging van de opzegging in te roepen en na te laten zich op het standpunt te stellen dat de juiste opzegtermijn in acht genomen had moeten worden. Het hoger beroep beperkt zich tot de door de raad opgelegde maatregel van voorwaardelijke schorsing voor de duur van één maand. Het verwijtbare handelen betreft geen incidentele schending maar een veelomvattende ernstige schending van kernwaarden van de advocatuur. De omstandigheid dat verweerder niet eerder tuchtrechtelijk is veroordeeld, maakt dat volstaan kan worden met een voorwaardelijke schorsing. Uitsluitend omdat de periode van een maand geen standaard afgebakend aantal dagen kent, wordt de uitspraak van de raad in zoverre vernietigd en wordt aan verweerder een voorwaardelijke schorsing opgelegd voor de duur van vier weken. Bekrachtiging voor het overige. Proceskostenveroordeling.  

  • ECLI:NL:TADRARL:2018:86 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 17-1063

    Voorzittersbeslissing: advocaat wederpartij; de voorzitter is van oordeel dat niet is gebleken dat verweerder tijdens zijn pleidooi of in zijn pleitnota onwaarheden heeft geschreven of heeft geuit. Verweerder mocht afgaan op informatie van cliënte en op basis daarvan het partijdige standpunt innemen als door hem is gedaan onder meer over de gang van zaken bij de notaris. De klacht is dan ook kennelijk ongegrond.