Zoekresultaten 12331-12340 van de 40506 resultaten

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2019:10 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2018-173

      Ongegronde klacht tegen een bedrijfsarts. Niet gebleken dat de bedrijfsarts klaagster onheus heeft bejegend, ook niet dat hij te ver is gegaan in zijn kritische houding. Wel is gebleken van miscommunicatie welke de bedrijfsarts niet heeft kunnen oplossen, maar geen tuchtrechtelijk verwijt. Klacht afgewezen.  

  • ECLI:NL:TADRARL:2018:249 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 17-878

    Geheimhoudingsplicht. Ter zitting hebben partijen toegelicht dat verweerder als familieadvocaat van klagers wordt beschouwd en hij in dat kader tevens als advocaat betrokken is geweest bij de strafzaak van hun inmiddels overleden zoon.  Na deze nieuwe informatie ter zitting is de raad gebleken dat de beslissing van de voorzitter is gebaseerd op een onjuiste feitelijke basis en op een onjuiste duiding van de klacht van klagers door de deken in de aanbiedingsbrief. Op grond hiervan oordeelt de raad het verzet gegrond. Klagers beklagen zich erover dat verweerder met een beroep op zijn geheimhoudingsplicht jegens hun overleden zoon weigert om de van hun zoon verkregen en mogelijk relevante informatie te gebruiken in een te entameren voorlopig getuigenverhoor namens klagers. De raad is van oordeel dat het meewerken door verweerder aan een voorlopig getuigenverhoor op basis van de hiervoor genoemde wens van klagers ook naar het oordeel van de raad leidt tot een schending van de geheimhoudingsplicht van verweerder jegens zijn cliënt. Het overlijden van de cliënt van verweerder maakt daar geen einde aan. Dat sprake is van zwaarwegende gronden, die een doorbreking van de geheimhoudingsplicht van verweerder zouden rechtvaardigen, is de raad niet gebleken; daartoe is onvoldoende gesteld. Ter zitting is door verweerder nog verklaard dat de zoon van klagers hem uitdrukkelijk had gevraagd om de informatie met niemand, ook niet met zijn ouders, te delen. Verweerder had ook nog aan die wens gevolg te geven. Daarbij merkt de raad op dat een veronderstelde toestemming van een kind aan zijn ouders in dit soort kwesties in het algemeen niet worden aangenomen, zoals klagers hebben betoogd. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2019:2 Raad van Discipline Amsterdam 18-906/A/A

    Voorzittersbeslissing. Klacht over advocaat wederpartij kennelijk ongegrond. Niet gebleken dat verweerder de afwikkeling van het vonnis heeft gefrustreerd. Verweerder heeft overigens de grenzen van de hem als advocaat van de wederpartij toekomende vrijheid niet overschreden.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2019:1 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 097/2018

    Een van vier samenhangende klachten tegen twee longartsen en twee longchirurgen. Patiënt heeft een lobectomie ondergaan wegens verdenking van een maligne tumor, die achteraf benigne bleek te zijn (longontsteking). Klachten over onvoldoende dossiervoering, onvoldoende onderzoek, onzorgvuldig MDO, het missen van een ‘zwanenhals’ na de lobectomie. Dit betreft de klacht tegen de longchirurg die de lobectomie samen met een college heeft uitgevoerd. Klacht ongegrond.  

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2019:2 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 096/2018

    Een van vier samenhangende klachten tegen twee longartsen en twee longchirurgen. Patiënt heeft een lobectomie ondergaan wegens verdenking van een maligne tumor, die achteraf benigne bleek te zijn (longontsteking). Klachten over onvoldoende dossiervoering, onvoldoende onderzoek, onzorgvuldig MDO, het missen van een ‘zwanenhals’ na de lobectomie. Dit betreft de klacht tegen de longchirurg die de lobectomie samen met een collega heeft uitgevoerd. Het enige klachtonderdeel dat doel treft betreft het feit dat de longchirurg een huisartsenbrief van de aios, waarin niet is vermeld bij de tumor dat deze benigne van aard was, niet heeft gecorrigeerd. Volstaan wordt met de constatering dat dit klachtonderdeel gegrond is zonder oplegging van een maatregel.  

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2019:3 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 095/2018

    Een van vier samenhangende klachten tegen twee longartsen en twee longchirurgen. Patiënt heeft een lobectomie ondergaan wegens verdenking van een maligne tumor, die achteraf benigne bleek te zijn (longontsteking). Klachten over onvoldoende dossiervoering, onvoldoende onderzoek, onzorgvuldig MDO, het missen van een ‘zwanenhals’ na de lobectomie. Dit betreft de klacht tegen de longarts die de behandeling van de eerste longarts heeft overgenomen en de casus op het MDO heeft geplaatst. Het enige klachtonderdeel dat doel treft betreft het feit dat de longarts een telefoongesprek met klager niet heeft genoteerd. Aangezien dit een belangrijk telefoongesprek was (doorgeven van de uitslag van het MDO) is dit verwijtbaar en wordt een waarschuwing opgelegd.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2019:4 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 094/2018

    Een van vier samenhangende klachten tegen twee longartsen en twee longchirurgen. Patiënt heeft een lobectomie ondergaan wegens verdenking van een maligne tumor, die achteraf benigne bleek te zijn (longontsteking). Klachten over onvoldoende dossiervoering, onvoldoende onderzoek, onzorgvuldig MDO, het missen van een ‘zwanenhals’ na de lobectomie. Dit betreft de klacht tegen de longarts die het eerste onderzoek in gang heeft gezet. Het enige klachtonderdeel dat doel treft betreft het feit dat de longarts een telefoongesprek met klager niet heeft genoteerd. Aangezien dit onderdeel van onvoldoende gewicht is, wordt de klacht afgewezen.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2019:1 Raad van Discipline Amsterdam 18-912/A/A

    Voorzittersbeslissing. Klacht over advocaat wederpartij kennelijk ongegrond. Klager heeft, tegenover het gemotiveerde verweer van verweerder, onvoldoende onderbouwd dat verweerder degene is geweest die het gesprek met klager heeft opgenomen.

  • ECLI:NL:TACAKN:2019:1 Accountantskamer Zwolle 17/1149 Wtra AK

    Ambtshalve aanvulling van de klacht, behandeld door nieuwe samenstelling van de kamer. Dit klachtonderdeel wordt ongegrond verklaard. Klacht deels niet-ontvankelijk wegens overschrijding 3-jaarstermijn. Betrokkene en zijn echtgenote zijn minderheidsaandeelhouder in een bepaalde (dochter)vennootschap; betrokkene heeft ook de jaarrekening van deze vennootschap over meerdere jaren samengesteld. Betrokkene en zijn echtgenote hebben een civiele procedure tegen de (moeder)vennootschap ingesteld, die het overgrote deel in het aandelenkapitaal van de (dochter)vennootschap houdt en tevens bestuurster van de (dochter)vennootschap is; in deze procedure vorderen ze dat de moedervennootschap het aandelenbelang van betrokkene en zijn echtgenote overneemt. In die civiele procedure maken betrokkene en zijn echtgenote (voor eigen gewin) gebruik van documenten waarvan betrokkene als accountant van de (dochter)vennootschap kennis had. Hierdoor heeft betrokkene het fundamentele beginsel van vertrouwelijkheid en art. 21 VGBA geschonden.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:123 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/618881 / DW RK 16/1241

      De gerechtsdeurwaarder heeft een door klager verrichte betaling in een ander dossier afgeboekt en ten onrechte derdenbeslag gelegd. De vordering is niet duidelijk met klager gecommuniceerd. De gestelde bejegening kan niet worden vastgesteld. Klacht gedeeltelijk gegrond, maatregel van waarschuwing.