Zoekresultaten 17761-17770 van de 42312 resultaten

  • ECLI:NL:TADRSHE:2017:151 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 17-616/DB/LI

    Het staat een advocaat vrij een betwiste vordering in oprdracht van zijn cliënte middels rechtsmaatregelen te incasseren. Klacht kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2017:152 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 17-333/DB/ZWB

    Verweerder heeft zonder voorafgaand overleg met de deken een contante betaling aanvaard van meer dan € 5.000,00 en daardoor in strijd met de Voda gehandeld. Dekenbezwaar gegrond. Geen oplegging van maatregel vanwege onder meer de bijzondere omstandigheid dat verweerder zelf, nadat hij zich zijn fout realiseerde, contact met de deken heeft opgenomen en aldus zijn verantwoordelijkheid heeft genomen.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2017:147 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 17-588/DB/OB

    Grenzen van vrijheid van advocaat van de wederpartij niet overschreden. Kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2017:154 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 17-185/DB/ZWB

    Verweerster heeft tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld door in haar hoedanigheid van bewindvoerder geheimhoudingsplicht te schenden door e-mailverkeer tussen haar en  (de advocaat van) de saniet toe te sturen aan de wederpartij van de saniet, die het e-mailverkeer in het geding heeft gebracht in een civiele procedure waarin verweerster partij noch gemachtigde was. Gegrond. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2017:148 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 17-188/DB/ZWB

    K.o. 1 terecht kennelijk ongegrond: niet gebleken van strijd met gedragsregel 7. K.o. 2 terecht kennelijk niet-ontvankelijk: klaagster geen eigen belang omdat hij bij de procedure waarop dit klachtonderdeel betrekking heeft geen partij was. K.o. 3 terecht kennelijk ongegrond want het stond verweerder vrij om klaagster te dagvaarden. Kon buiten zitting worden afgedaan. Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2017:155 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 17-126/DB/ZWB

    K.o. 1 terecht kennelijk ongegrond nu niet is gebleken van een vijandige houding of het stellen van onredelijke eisen. K.o. 2 terecht kennelijk ongegrond want van wijze waarop is gereageerd op klagers e-mailbericht d.d. 15 augustus 2016 kan verweerder geen tuchtrechtelijk verwijt worden gemaakt. Door verweerders optreden is vertrouwen in de advocatuur niet geschaad. Kon buiten zitting worden afgedaan. Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2017:128 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam 648.2016

      De gerechtsdeurwaarder heeft er blijk van gegeven de door hem te executeren titel niet of in elk geval niet goed gelezen te hebben, alvorens op basis daarvan maatregelen te treffen. Dit is des te meer laakbaar, nu klager hem vervolgens op deze fout heeft gewezen. Het lijkt er op dat de gerechtsdeurwaarder dat bezwaar van klager niet serieus heeft genomen. Zou dit anders liggen dan had hij zijn fout immers moeten ontdekken. Klacht gegrond met maatregel van berisping met aanzegging.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2017:101 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2017/014

    Klager ging naar verweerster (huisarts IO) met spraakuitval en duizeligheid. Verweerster heeft nadat klager meerdere keren met klachten op het spreekuur was gekomen, klager doorverwezen naar de SEH. Daar bleek dat een tumor in het hoofd zat. Klager verwijt verweerster dat zij klager te laat heeft doorverwezen naar het ziekenhuis. Ook verwijt klager verweerster dat zij de diagnose heeft gemist (bij spraakuitval hadden alarmbellen moeten gaan rinkelen). Verweerster voert verweer. Ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2017:150 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 17-335/DB/ZWB

    Verweerder is in 2003 benoemd tot bewindvoerder in de schuldsaneringsregeling van klager. In 2006 is de slotuitdelingslijst vastgesteld. In februari 2016 heeft een zitting bij de rechter-commissaris plaatsgevonden waarin met verweerder is afgesproken dat hij op korte termijn tot uitbetaling van de op de slotuitdelingslijst genoemde bedragen zou overgaan. Tot op heden heeft verweerder alle betalingen op die aan de fiscus na verricht. Klager heeft zich er over beklaagd dat hij geen contact met verweerder kon krijgen en dat verweerder niets deed. Klacht gegrond, voorwaardelijke schorsing voor de duur van vier weken, met een proeftijd van twee jaar en met verkorting van de termijn ex art. 8a lid 3 Advocatenwet tot één jaar.

  • ECLI:NL:TGDKG:2017:129 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam 256.2017

    Beslissing op verzet. De kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens en verklaart het verzet ongegrond.