Zoekresultaten 10921-10930 van de 42312 resultaten

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2020:18 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2019-144a

    Ongegronde klacht tegen een oogarts. Beklaagde heeft in het medisch dossier genoteerd wat tijdens het consult is besproken. Tijdens de zitting is verder niet gebleken dat tijdens het consult nog andere onderzoeken zijn gedaan die niet of onvoldoende zijn besproken, noch dat door klager vragen zijn gesteld die door beklaagde niet adequaat zijn beantwoord. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2020:13 Raad van Discipline Amsterdam 19-626/A/A

    Ongegrond verzet.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2020:7 Raad van Discipline Amsterdam 19-543/A/NH

    Ongegrond verzet

  • ECLI:NL:TADRAMS:2020:14 Raad van Discipline Amsterdam 19-664/A/A

    Gegronde klacht over de advocaat van de wederpartij. Verweerder heeft met zijn brief aan de rechtbank, nadat een datum voor het vonnis was bepaald, tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld. Verweerder heeft zich in zijn brief niet beperkt tot het wijzen op fouten en/of omissies in het proces-verbaal. Verweerder heeft daarmee zijn bevoegdheid om te reageren op het proces-verbaal overschreden en hij behoefde daarom voor zijn brief de toestemming van klagers. Niet is in geschil dat klagers die toestemming niet hebben gegeven. Ook heeft verweerder tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld door bij zijn reactie op het proces-verbaal zijn spreekaantekeningen aan de rechtbank over te leggen terwijl hij deze niet op de comparitie heeft voorgedragen. Waarschuwing en kostenveroordeling.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2020:8 Raad van Discipline Amsterdam 19-814/A/A

    Voorzittersbeslissing. Klacht over eigen advocaat deels niet-ontvankelijk wegens tijdsverloop en voor het overige kennelijk ongegrond. Naar het oordeel van de voorzitter is voldoende aannemelijk dat klaagster medio 2015 redelijkerwijs bekend is geworden met de laatste twee door verweerder aangevraagde toevoegingen. Verzoek om schadevergoeding afgewezen.

  • ECLI:NL:TGZREIN:2020:6 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 19105

    Klacht: klaagster, zorgverzekeraar, verwijt psychiater langdurig en structureel handelen in strijd met Wet BIG. Klaagster verwijt hem specifiek: 1) declareren van meer tijd voor zorg dan is of kan zijn verleend, 2) dat in 37 van de 100 gecontroleerde dossiers geen verwijzing aanwezig was. Desondanks is verweerder de behandeling gestart en heeft hij deze bij klaagster gedeclareerd. Verweerder: eerste klachtonderdeel niet betwist, tweede gedeeltelijk door alsnog overleggen verwijsbrieven. College: gegrond. Beide verwijten zijn komen vast te staan. Maatregel: misbruik gemeenschapsgeld en vertrouwen in beroepsgroep zeer ernstig geschaad. Normaal zou zwaarste of op één na zwaarste maatregel volgen, maar gezien omstandigheden géén maatregel opgelegd. Redenen: a) psychiater heeft geruime tijd onder supervisie gewerkt en is gecontroleerd door IGJ; geen onregelmatigheden geconstateerd, b) klaagster was al in 2013 op de hoogte van declaratiegedrag, c) de psychiater wordt tevens strafrechtelijk vervolgd én is er een civiele procedure aangespannen door klaagster om te komen tot terugvordering van hetgeen de psychiater volgens klaagster ten onrechte aan vergoedingen heeft ontvangen en d) hoewel sprake van zelfstandige klachtonderdelen, is er dusdanige samenhang met een eerdere tuchtklacht tegen de psychiater, dat dit destijds naar alle waarschijnlijkheid niet tot een andere maatregel had geleid.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2020:15 Raad van Discipline Amsterdam 19-705/A/A

    Klacht van advocaat over de advocaat van de wederpartij niet-ontvankelijk vanwege tijdsverloop.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2020:9 Raad van Discipline Amsterdam 19-706/A/A

    Gegronde klacht van advocaat over de advocaat van de wederpartij. Verweerder heeft zich onnodig grievend over klager uitgelaten. Waarschuwing en kostenveroordeling.

  • ECLI:NL:TGZREIN:2020:7 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 18182

    Psychiater. Klaagster verwijt de psychiater: 1) niet adequaat handelen ten opzichte van haar zoon, 2) onvoldoende zorg, 3) voorschrijven teveel medicatie en 4) aan klaagster geen inzage geven in dossier van haar zoon. College: Volgens KNMG-richtlijn ‘Omgaan met medische gegevens’ mag een arts “toestemming veronderstellen als het gaat om een verzoek van een nabestaande die bij leven betrokken was bij de behandeling en de gesprekken met de hulpverlener.” Vast staat dat klaagster jarenlang nauw betrokken is geweest bij de behandeling van haar zoon. Psychiater had inzage moeten geven. Klachtonderdeel 4 gegrond. Overige klachtonderdelen ongegrond. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2020:16 Raad van Discipline Amsterdam 19-569/A/NH

    Ongegrond verzet