Zoekresultaten 18091-18100 van de 43082 resultaten

  • ECLI:NL:TGZCTG:2017:310 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2017.303

    Klacht tegen verpleegkundige. Klaagster is in 2006 en 2015 gedwongen opgenomen geweest in een psychiatrisch centrum waar verweerster als sociaal psychiatrisch verpleegkundige werkzaam is. Tevens is verweerster lid van een FACT-team. De klacht betreft de gedwongen opnamen van klaagster en die van haar partner en een kennis. Het Regionaal Tuchtcollege heeft klaagster niet-ontvankelijk verklaard in de klacht over de opname in 2006 vanwege verjaring en ten aanzien van de klacht over de opname van haar partner en een kennis omdat klaagster bij deze zorg geen rechtstreeks belanghebbende is. Voor het overige heeft het Regionaal Tuchtcollege de klacht als kennelijk ongegrond afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2017:159 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2017-138

    Ongegronde klacht tegen een gynaecoloog. De gynaecoloog heeft de keuze voor een uitwendige versie in de verloskamer in plaats van een inwendige versie op de operatiekamer weloverwogen gemaakt. Het College acht het niet beëindigen van de oxytocinetoediening voorafgaand aan de uitwendige versie niet juist, maar in de gegeven omstandigheden niet tuchtrechtelijk verwijtbaar, nu sprake was van goede hartactie en er geen weeënactiviteit was, de uterus soepel voelde en de oxytocine na de versie weer nodig was. Het College onderschrijft dat het stopzetten en afkoppelen van de pomp voor oxytocinetoediening een door de verpleging te verrichten routinematige handeling is. Evenmin is gebleken dat de gynaecoloog informatie heeft verzwegen. Klacht afgewezen.

  • ECLI:NL:TGZRGRO:2017:33 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Groningen G2017/116

    Klacht tegen chirurg. Klaagster is de dochter van een overleden patiënte. Verweerder heeft bij patiënte een totale maagresectie uitgevoerd, omdat bij haar een diffuus maagcarcinoom was geconstateerd. Enkele dagen na de operatie kreeg patiënte last van diarree gevolgd door andere lichamelijke klachten. Uiteindelijk werd patiënte ruim een week na de operatie met spoed opnieuw geopereerd wegens nierfalen. Tijdens deze operatie werd een darmischemie bij patiënte vastgesteld. Aan de gevolgen hiervan is zij enkele uren later overleden. Klaagster verwijt verweerder dat hij niet voorafgaand aan de operatie met patiënte en klaagster heeft gesproken. Daarnaast verwijt klaagster verweerder dat hij na het overlijden van patiënte niet gesproken heeft met klaagster. Voorts verwijt zij verweerder dat hij de maagresectie niet goed heeft uitgevoerd en dat daardoor de darmischemie is ontstaan. Tot slot verwijt klaagster verweerder dat hij onvoldoende onderzoek heeft verricht naar de maagresectie bij patiënte, waardoor er te laat is ingegrepen. Het college is van oordeel dat de verwijten, alles overziend, niet terecht zijn. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2017:127 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2017/001VP

    Dochter klaagt namens vader een mantelzorger aan die zonder toestemming gegevens heeft doorgestuurd naar zorgaanbieders. Ook is het zorgplan niet goed bijgehouden door verweerster. Ongegrond

  • ECLI:NL:TADRSGR:2017:211 Raad van Discipline 's-Gravenhage 17-096/DH/DH

    Verzet. Klacht terecht en op juiste gronden kennelijk ongegrond bevonden. Geen gronden voor het verzet aangevoerd. Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TNORAMS:2017:35 Kamer voor het notariaat Amsterdam 629993/NT 17-49 O

    De notaris mocht terecht veronderstellen dat werd geleverd hetgeen was overeengekomen en dat klager zelf, al dan niet met behulp van de makelaar (die tevens administratief beheerder was van de VvE), ervoor diende te zorgen dat het feitelijk gebruik van zijn tuin in overeenstemming zou worden gebracht met de juridische situatie, hetgeen zou betekenen dat de overige bewoners niet meer via zijn tuin de bestaande in- en uitgang naar de openbare weg konden gebruiken. Geen sprake van belangenverstrengeling: dat de notaris projectnotaris was wil nog niet zeggen dat hij geen oog heeft gehad voor de belangen van klager. Bij een project als het onderhavige is het nu eenmaal (uit oogpunt van efficiëntie) gebruikelijk om alle leveringen van de woningen bij één notaris onder te brengen. Wel acht de kamer klachtwaardig dat de notaris niet tijdig heeft gereageerd op telefonische en digitale vragen van klager, hetgeen hij ook heeft erkend. De kamer legt de notaris daarvoor geen maatregel op, omdat klager het (eerdere) aanbod van de notaris heeft afgeslagen om aan de verkoper, dan wel aan de leden van de VvE de juridische situatie toe te lichten.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2017:128 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2016/398VP

    De klacht betreft de behandeling van klagers zoon, die leed aan de ziekte van Lennox Gastaut. Hij logeerde om het weekend in een logeerhuis. De klacht houdt, kort samengevat, in dat de verpleegkundige onzorgvuldig heeft gehandeld door geen zuurstof en geen AED mee te nemen nadat zij een melding had ontvangen dat klagers zoon werd gereanimeerd. Klagers zoon is overleden. Ongegrond

  • ECLI:NL:TADRSGR:2017:212 Raad van Discipline 's-Gravenhage 17-095/DH/DH

    Verzet. Klacht terecht en op juiste gronden kennelijk ongegrond bevonden. Geen gronden voor het verzet aangevoerd. Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TNORAMS:2017:36 Kamer voor het notariaat Amsterdam 628151/NT 17-41 P

    Het feit dat de notaris is vergeten om de vorderingen van de kinderen van klager op grond van het testament van erflaatster te vermelden, is op zich geen reden om van tuchtrechtelijk nalaten te spreken. Echter, toen klager na ontvangst van die brief vroeg om uitleg van de desbetreffende bepaling van het testament van erflaatster, had de notaris zowel klager als zijn broers en zusters de gevraagde duidelijkheid dienen te verschaffen en haar standpunt over die bepaling duidelijk moeten maken, zeker nadat de notaris nog eens op die bepaling werd gewezen door een vakgenoot. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2017:129 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2016/397

    Beide zaken worden gezamenlijk behandeld. De klacht betreft de behandeling van klagers zoon, die leed aan de ziekte van Lennox Gastaut. Hij logeerde om het weekend in een logeerhuis. De klacht in de zaak 16/396 houdt, kort samengevat, in dat de neuroloog in zijn functie als medisch directeur met het oog op de veiligheid van klagers zoon opdracht had moeten geven voor een visueel systeem in plaats van audiobewaking. De klacht in de zaak 16/397 houdt, kort samengevat, in dat de neuroloog onzorgvuldig heeft gehandeld door geen visuele bewaking bij klagers zoon voor te schrijven. Klagers zoon is overleden. Ongegrond