Zoekresultaten 18741-18750 van de 20693 resultaten

  • ECLI:NL:TADRARN:2011:YA1956 Raad van Discipline Arnhem 11-33

    Klaagster is ontvankelijk in haar klacht. Sinds de verweten handelwijze zijn er meer dan drie jaren verstreken alvorens de klacht is ingediend. De wet kent geen verval of verjaring van klachtrecht. Enerzijds is er het maatschappelijk belang, dat het optreden van een advocaat door de tuchtrechter kan worden getoetst en anderzijds het belang, dat de advocaat binnen een redelijke termijn wordt geconfronteerd met klachten over zijn optreden. Op zich heeft klaagster lang gewacht met het indienen van de klacht. Klaagster heeft daartoe niet meer heeft aangevoerd dan dat zij hoopte dat de zaak alsnog goed zou komen. Nu verweerder echter door het tijdsverloop niet in zijn verdediging is belemmerd kan klaagster in haar klacht worden ontvangen. De klacht betreft de handelwijze van verweerder betreffende een door klaagster op de derdengeldenrekening van verweerder, zijnde de advocaat van de wederpartij van klaagster, gestort bedrag. Klaagster verwijt verweerder dat hij het bedrag aan zijn cliënt heeft doorbetaald voordat de transactie was afgewikkeld en geen informatie heeft verschaft over deze doorbetaling. De raad overweegt dat een advocaat die zijn derdengeldenrekening ter beschikking stelt voor de uitvoering van een overeenkomst en in het kader daarvan voor de betaling van gelden verwachtingen schept en daardoor ook verplichtingen jegens de wederpartij heeft. Het stond verweerder vrij om klaagster niet specifiek te informeren op welke bankrekeningen van zijn cliënte hij het bedrag had doorbetaald. De belangen van zijn eigen cliënte mochten hier de doorslag geven. Klacht ten deze gegrond en ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARN:2011:YA1950 Raad van Discipline Arnhem 11-13

    Klager verwijt verweerster dat zij de belangen van klager en van degenen die klager vertegenwoordigde verkwanseld heeft en wanprestatie heeft geleverd met name bestaande in een onvoldoende bereikbaarheid en een ter onrechte niet instellen van een hoger beroep. Voorts verwijt klager verweerster dat zij dubbel heeft gedeclareerd, althans teveel gedeclareerd en ten onrechte bij klager heeft gedeclareerd, omdat niet hij, maar de individuele werknemers van de Ltd opdrachtgever waren. Naar het oordeel van de raad heeft klager  in de stukken en ter zitting onvoldoende aangevoerd om aannemelijk te oordelen dat verweerster de belangen van klager en van degene die hij vertegenwoordigde heeft verkwanseld. Dit zelfde geldt voor het verwijt dat verweerster onvoldoende bereikbaar is geweest. Het is klager geweest, die verweerster voor de behandeling van de kwestie van de werknemers heeft ingeschakeld en dat brengt – bijzondere omstandigheden en voorbehouden daargelaten – naar het oordeel van de raad mee, dat klager dient in te staan voor de betaling van de declaratie. In zoverre klager zich er over beklaagt, dat de nota's van verweerster ter onrechte aan hem zijn toegezonden treft de klacht derhalve geen doel. Er rust op de raad slechts een taak in geval van excessief declareren. Niet uit de verf is gekomen, dat er door verweerster excessief is gedeclareerd.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2011:YA1930 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch M 243 - 2010

      Van een advocaat mag worden verwacht dat hij wacht met verrekening van diens openstaande rekeningen met door zijn cliënt op zijn derdengeldenrekening gestort geld, totdat in rechte vast staat of het geld aan zijn cliënt dan wel aan de wederpartij toekomt.    klacht gegrond; enkele waarschuwing

  • ECLI:NL:TADRAMS:2011:YA1945 Raad van Discipline Amsterdam 10-436U

    Herstelbeslissing hoort bij beslissing d.d. 15 augustus 2011 (10-436U)

  • ECLI:NL:TADRAMS:2011:YA1939 Raad van Discipline Amsterdam 11-054A

    Klacht over eigen advocaat. Verweerder zou ten onrechte cliënt niet hebben bijgestaan in incassotraject ter zake van in strafzaak opgelegde incassomaatregel tegen cliënt. Verweerder stelt niet op de hoogte te zijn geweest van de gang van zaken rondom de uitvoering van de maatregel. Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARN:2011:YA1957 Raad van Discipline Arnhem 11-34

    Verweerder heeft ten onrechte gebruik gemaakt van een steunvordering bij de aanvraag van het faillissement van Y. Gelet op de verstrekkende gevolgen van een faillissement behoort een advocaat als hij zich tijdens de behandeling van een faillissementsrekest op een steunvordering beroept er zeker van te zijn dat deze bestaat. Deze zekerheid had verweerder niet. Verweerder heeft erkend, dat hij heeft nagelaten voorafgaande aan de behandeling van het faillissementsrekest bij E te informeren of E nog een vordering had. Hiertoe bestond alle aanleiding, omdat er (a) sinds de archivering van de zaak op het kantoor van verweerder meer dan twee jaren was verstreken, waarin zich ten aanzien van de vordering iets had kunnen voordoen en (b) E zelf bij brief van 23 april 2008 had geschreven een en ander “in te trekken”.

  • ECLI:NL:TADRARN:2011:YA1951 Raad van Discipline Arnhem 11-01

    De klacht betreft het optreden van verweerster als curator in de faillissementen van twee vennootschappen, waarvan klager DGA is. Klager verwijt verweerster dat zij de faillissementen niet correct en zorgvuldig heeft afgewikkeld en met name dat de faillissementen zijn afgewikkeld op een moment dat bepaalde vorderingen nog niet vast stonden; geen boekhoudkundige controle heeft plaatsgevonden; geld en stukken zijn verdwenen; geen informatie is verschaft aan klager en stukken niet zijn afgegeven, respectievelijk post is achtergehouden. De klacht is ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2011:YA1931 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch H 201 - 2010

      Indien huidige advocaat van de wederpartij in het geheel niet reageert, mag een advocaat afgaan op uitlatingen van een eerdere advocaat omtrent de destijds door hem met de wederpartij van de cliënt van de advocaat gemaakte afspraken. De door de voorzitter in zijn beslissing weergegeven opsomming van de feiten is toereikend. Voor zover de door klager in verzet weergegeven feiten in de beslissing zouden zijn opgenomen, zouden deze feiten niet tot een andere beslissing hebben geleid. verzet ongegrond

  • ECLI:NL:TADRARN:2011:YA1958 Raad van Discipline Arnhem 11-68

    Klacht betreft onvoldoende voortvarend en deskundig optreden als advocaat van klager in een huur/schadevergoedingskwestie. Niet komen vast te staan.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2011:YA1940 Raad van Discipline Amsterdam 10-273A 10-274A 10-275A

    Klacht tegen advocaat wederpartij. Verweerders zouden onjuiste stellingen in een processtuk hebben opgenomen en daarmee misbruik van procesrecht hebben gemaakt, daarbij gebruik makend van een vals stuk. Ook zouden verweerders ontoelaatbare druk hebben uitgeoefend bij het overleg over totstandkoming van een cessie tussen verschillende bij de procedure betrokken partijen. Eén van klagers niet-ontvankelijk wegens ontbreken eigen belang. Klacht ongegrond.