Zoekresultaten 18851-18860 van de 45141 resultaten

  • ECLI:NL:TADRARL:2018:97 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 17-553

    De raad oordeelt het verzet ongegrond tegen de eigen advocaat, die in hoger beroep op een bepaald onderwerp geen grief heeft aangevoerd, ondanks verzoeken van klaagster daartoe. Voldoende zorgvuldig gehandeld jegens klaagster.

  • ECLI:NL:TGZREIN:2018:41 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 17245

    Psychiater, die diende te beoordelen of klaagster geschikt is om een rijbewijs te hebben volgens de Regeling eisen geschiktheid 2000, wordt verweten dat hij een onjuiste diagnose (alcoholmisbruik in ruime zin) heeft gesteld, bij het stellen van de diagnose onzorgvuldig heeft gehandeld en dat de rapportage gebreken vertoont. Aanwijzingen zowel voor als tegen alcoholmisbruik. Rapportage en conclusie voldoen aan de maatstaf. Ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2018:99 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2017.119

    Klacht tegen verpleegkundige. Klager is bekend met een autistische stoornis en onder behandeling bij de GGZ-instelling waar verweerster werkzaam is. Klager verwijt verweerster samengevat dat zij nalatig en onzorgvuldig jegens klager heeft gehandeld, aangifte bij de politie heeft gedaan en daarbij haar beroepsgeheim heeft geschonden. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht deels gegrond verklaard en aan verweerster de maatregel van waarschuwing opgelegd. Klager komt in principaal beroep voor zover de klacht ongegrond is verklaard; het incidenteel beroep van verweerster richt zich tegen het gegrond verklaarde deel. Beide beroepen worden door het Centraal Tuchtcollege verworpen en de maatregel van waarschuwing blijft in stand.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2018:51 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 18-011/DB/LI

    Advocaat heeft de belangen van haar cliënte behartigd. Verzoek om vervangende toestemming aan de rechtbank gelet op de omstandigheden van de zaak niet onbegrijpelijk. Belangen van klager niet nodeloos geschaad. Klager heeft de dag nadat een verzoek om vervangende toestemming aan de rechtbank is gedaan toestemming verleend tot inschrijving van zijn dochter bij een middelbare school. Informatie dat die toestemming niet was verleend was op de dag van indiening van het verzoek niet onjuist. Op de klacht over mededelingen ten aanzien van de relatie tussen de advocaat en haar cliënte is reeds eerder door de tuchtrechter beslist. Klacht gedeeltelijk niet-ontvankelijk. Gedeeltelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2018:101 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2017.122

    De aangeklaagde arts/medisch adviseur was destijds ingeschreven als chirurg en gespecialiseerd in colectorale chirurgie. Verweerder is door de medisch adviseur van de verzekeraar van de artsen en de medisch adviseur van de klager gevraagd om als onafhankelijk arts te rapporteren. De klacht betreft het expertiserapport dat verweerder heeft opgesteld. Klager verwijt verweerder dat hij niet als een onafhankelijk deskundige te werk is gegaan. Volgens klager zijn er namelijk fouten gemaakt in de diagnostiek. Er was geen sprake van een fissuur en de fistel die er wel was is gemist. Bij de operatie is een beginnersfout gemaakt die alleen door een onervaren arts-assistent kan worden gemaakt en daardoor is klagers continentiestoornis ontstaan. De arts-assistent was te onervaren om de ingreep uit te voeren. Verder verwijt klager verweerder dat hij in zijn rapportage niet heeft gemeld dat klager niet is geïnformeerd over het risico van continentiestoornissen. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht als kennelijk ongegrond afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege bekrachtigt deze uitspraak.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2018:108 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2017.470

    klaagster verwijt verweerder, werkzaam als arbo-arts, -zakelijk weergegeven - dat hij zonder aanvullende informatie op te vragen bij klaagsters huisarts en de behandelende specialisten en zonder haar te onderzoeken heeft geconcludeerd dat de oorzaak van klaagsters ziekte een gevolg is van een arbeidsconflict (pesten) in plaats van een gevolg van haar medische klachten (frequente diarree door lactose intolerantie). Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht als kennelijk ongegrond afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege bekrachtigt deze uitspraak. Klaagster wordt voorts niet-ontvankelijk verklaard in haar in beroep aangevoerde nieuwe klachten.

  • ECLI:NL:TGZREIN:2018:42 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 1799

    Bedrijfsarts wordt verweten dat hij heeft nagelaten een diagnose te stellen, te informeren naar de daarvoor relevante gegevens en een gebrek heeft aan empathisch vermogen. College: arbeidsconflict. Conform STECR Werkwijzer Arbeidsconflicten had de bedrijfsarts eerst moeten beoordelen of sprake was van arbeidsongeschiktheid door ziekte of gebrek. In het medisch dossier is hierover niets vermeld en de bedrijfsarts heeft niet op andere wijze aannemelijk gemaakt dat hij klagers hoofdpijnklachten naar behoren heeft uitgevraagd. Deels gegrond. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2018:52 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 17-850/DB/OB

    Het staat klaagster vrij de klacht opnieuw in te dienen indien hierover door de tuchtrechter nog geen tuchtrechtelijk oordeel is gegeven, mits de klacht voldoet aan de daartoe door de wet gestelde vormvereisten en binnen de in artikel 49 lid 1 sub a Advocatenwet bedoelde gestelde termijn. De geheimhoudingsplicht van een advocaat geldt tegenover zijn cliënt niet ten opzichte van de wederpartij. Advocaat heeft voldoende aannemelijk gemaakt dat zij op verzoek van haar cliënt heeft gecorrespondeerd met een door klager daartoe aangewezen derde. Dat, zoals klaagster stelt, informatie uit de brief aan die derde bekend is geworden bij anderen dan de heer vd V valt verweerster tuchtrechtelijk niet aan te rekenen. Klacht ongegrond

  • ECLI:NL:TGZCTG:2018:102 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2017.148

    Klaagster heeft eerder een onderbeenamputatie aan beide benen ondergaan en tevens amputatie van de vingers. Zij heeft het multidisciplinair spreekuur van de aangeklaagde revalidatiearts met de chirurg bijgewoond om te informeren naar een osseo-geïntegreerde klikprothese aan beide benen in plaats van kokerprotheses. Beide benen moesten daarvoor 20 cm worden ingekort en er zou een cutaan stoma worden aangelegd. Zij kreeg klachten van de stoma en wilde op zeker moment ook van de klikprotheses af. Later kwam klaagster op deze beslissing terug. Klaagster verwijt de revalidatiearts dat hij : 1. klaagster onvoldoende heeft geïnformeerd over de voorgestelde behandeling, voordelen en nadelen van de behandeling, mogelijke complicaties en vereiste nazorg. Hierdoor is niet voldaan aan het vereiste van informed consent; 2. geen adequate oplossing voor de bij klaagster opgetreden complicaties heeft geboden en daarmee niet heeft voldaan aan zijn inspanningsverplichting; 3. een operatieve ingreep heeft uitgevoerd, terwijl hij geen chirurg is maar revalidatiearts. De revalidatiearts mist de voor deze ingreep benodigde bekwaamheid; 4. geen adequate revalidatie heeft toegepast bij de aandoening die klaagster heeft. Hierdoor is haar herstel moeizaam en langdurig verlopen en heeft zij onnodig pijn geleden; 5. niet aan zijn dossierplicht heeft voldaan. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klachten afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege bekrachtigt die uitspraak.

  • ECLI:NL:TGZREIN:2018:43 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 17247

    Bedrijfsarts wordt onder meer verweten dat hij zonder klaagsters medische gegevens en zonder enig onderzoek een foute diagnose bij klaagster heeft gesteld en heeft geweigerd klaagsters dossier op te sturen. Bedrijfsarts mocht voorlopige conclusie trekken op basis anamnese en waarneming in afwachting definitieve beoordeling belastbaarheid. Opvragen informatie bij klaagsters huisarts was zorgvuldig. Niet verwijtbaar dat bedrijfsarts onder deze omstandigheden niet zelf lichamelijk onderzoek heeft gedaan. Verplichting tot op verzoek van een werknemer tijdig toezenden van medisch dossier rust op de bedrijfsarts zelf. Hij kan zich daarbij niet verschuilen achter (onvolkomenheden van) het administratieve systeem van de organisatie waarbinnen hij werkt. Dat vijf weken verstreken zijn tussen verzoek van gemachtigde klaagster tot toezending medisch dossier en brief van arbodienst hoe klaagster medisch dossier kon opvragen, is niet tijdig en valt bedrijfsarts aan te rekenen. Bedrijfsarts had klaagsters gemachtigde bij ontbreken machtiging er direct op kunnen wijzen hoe klaagster wel haar medisch dossier kon opvragen. Deels gegrond. Waarschuwing.