Zoekresultaten 3871-3880 van de 42647 resultaten

  • ECLI:NL:TADRSGR:2022:231 Raad van Discipline 's-Gravenhage 22-804/DH/RO

    Voorzittersbeslissing. Klacht over de eigen advocaat in alle onderdelen kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2022:177 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2022/3840

    Klager verwijt de longarts samengevat weergegeven dat hij in 2021 een onvolledige diagnose heeft gesteld, klager onjuist heeft behandeld en dat de longarts klager en zijn echtgenote onheus heeft bejegend in een gesprek.De klacht is door een college in raadkamer behandeld op basis van de stukken. Het college verklaart de klacht kennelijk ongegrond. De longarts was alleen betrokken bij de laatste opname in september 2021, waarna meer onderzoek zou plaatsvinden. Het bedoelde gesprek is als naar en onprettig ervaren door klager, zijn echtgenote en de longarts. Uit de verslaglegging en het beschreven verloop van het gesprek is niet aannemelijk geworden dat klager en zijn echtgenote daarbij ook onheus zijn bejegend.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2022:250 Raad van Discipline Amsterdam 22-873/A/NH

    Voorzittersbeslissing. Klacht over verweerster in haar hoedanigheid van bijzondere curator kennelijk ongegrond. Niet kan worden vastgesteld dat het advies van verweerster niet zorgvuldig tot stand is gekomen.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2022:257 Raad van Discipline Amsterdam 22-279/A/A

    Ongegrond verzet

  • ECLI:NL:TADRSGR:2022:232 Raad van Discipline 's-Gravenhage 22-850/DH/DH

    Voorzittersbeslissing. Klacht tegen de advocaat van de wederpartij in een familierechtelijke kwestie kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2022:178 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2022/3839

    Klager verwijt de longarts samengevat weergegeven dat hij in 2021 een onvolledige diagnose heeft gesteld, klager onjuist heeft behandeld, klager heeft doorverwezen voor longfysiotherapie op basis van de verouderde gegevens uit 2016 en dat de longarts in het kader van de second opinion gezegd zou hebben dat klager ‘de medische gegevens zelf maar met het ziekenhuis moest delen’ waar klager voor een second opinion heen ging. De klacht is door een college in raadkamer behandeld op basis van de stukken. Het college verklaart de klacht kennelijk ongegrond. De longarts heeft geen onvolledige diagnose heeft gesteld en klager niet onjuist heeft behandeld, omdat het onderzoek en de verdere behandeling van klager werden voortgezet in een ander ziekenhuis. Er is voldoende onderzoek verricht en aandacht geweest voor de toename van ‘honeycombing’ en het vermoeden dat sprake was van IPF. Beklaagde was niet de longarts die klager voor longfysio verwees.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2022:251 Raad van Discipline Amsterdam 22-872/A/NH

    Voorzittersbeslissing; Kennelijk ongegronde klacht over de dienstverlening van de eigen advocaat. De bijstand voldeed aan datgene wat binnen de beroepsgroep als professionele standaard geldt. Het feit dat verweerder te laat op zitting was gekomen, betrof een overmachtssituatie en kan verweerder niet aangerekend worden. Bovendien heeft verweerder geregeld dat de zitting later begon, waardoor hij er alsnog vanaf het begin bij kon zijn.

  • ECLI:NL:TSCTS:2022:3 Tuchtcollege voor de Scheepvaart Amsterdam 2022-05 (2022.V5-Sydborg)

    Op 3 september 2021 vond aan boord van de Sydborg een arbeidsongeval plaats waarbij een stagiair gewond is geraakt. Dit gebeurde bij het laden van het schip in de haven van Antwerpen. Tijdens die belading gaf de stagiair aanwijzingen aan de kraanmachinist van de walkraan waar de lading (het ging om kunstmest) in het ruim moest worden geplaatst. Dat deed hij vanaf de aan de achterzijde van het ruim opgestapelde luiken. Betrokkene – die als eerste stuurman belast was met de leiding over het beladingsproces - heeft de stagiair vallend zien neerkomen in het gangboord aan stuurboord ter hoogte van de stapel luiken. Waar de stagiair vanaf viel heeft hij niet gezien. De stagiair heeft bij zijn val onder andere een gebroken kuitbeen, een klaplong, hoofdtrauma en drie gekneusde vingers opgelopen.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2022:258 Raad van Discipline Amsterdam 22-586/A/A

    Deels gegrond verzet. Klager klaagt er in klachtonderdeel a) over dat verweerster bewust feiten heeft verdraaid en de rechtbank bewust onjuist heeft geïnformeerd. In zijn klacht en in zijn repliek heeft klager daarvan een groot voorbeelden genoemd. De voorzitter heeft (alleen) één, door klager in zijn repliek genoemd, voorbeeld ten onrechte niet bij de beoordeling van klachtonderdeel a) betrokken. Het verzet is daarom ten aanzien van klachtonderdeel a) gegrond. Klachtonderdeel a) is ook gegrond, nu de raad het ervoor moet houden dat verweerster in haar antwoord op de klacht van klager inderdaad feiten heeft verdraaid. De raad acht hiervoor een waarschuwing passend en geboden.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2022:179 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2022/3825

    Klager verwijt de longarts samengevat weergegeven dat hij in 2016 een onvolledige diagnose heeft gesteld, ten onrechte klager niet heeft doorverwezen voor longfysiotherapie, de aan klager voorgeschreven puf heeft gestaakt en geen verder begeleidingstraject heeft ingezet. De klacht is door het college in raadkamer behandeld op basis van de stukken. Het college verklaart de klacht kennelijk ongegrond. Het college kan de longarts volgen in zijn relaas dat de fibrotische afwijkingen in 2016 beperkt waren en pasten bij het geschetste beeld van ernstig, deels fibrotisch emfyseem. Er was geen aanleiding voor longfysiotherapie op dat moment en geen reden om klager te vervolgen na terugverwijzing naar de huisarts.