Zoekresultaten 13501-13510 van de 44879 resultaten
-
ECLI:NL:TGZREIN:2020:9 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 18105b
- Datum publicatie: 20-01-2020
- Datum uitspraak: 20-01-2020
- ECLI:NL:TGZREIN:2020:9
Verwijt aan internist, supervisor, dat hij patiënt niet adequaat en niet zelf (lichamelijk) heeft onderzocht en geen goede differentiaaldiagnose heeft opgesteld. Onvoldoende gelet op laboratoriumuitslagen en medicatie. Alarmerend dat CRP-waarde in twee dagen tijd gestegen was van 31 naar 270 mg/L en leucocyten-gehalte in twee dagen tijd gezakt van 3.3 naar 0,7*109/L. Complex ziektebeeld. Bij aanwezige klinische parameters had de internist patiënt zelf moeten gaan zien. Differentiaaldiagnose was ontoereikend. Onvoldoende gevoel voor urgentie, incorrecte interpretatie van veranderde laboratoriumgegevens, progressief verslechterend klinisch beeld en inadequate communicatie (doorvragen) met de arts-assistent op de SEH. Berisping.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2020:11 Raad van Discipline Amsterdam 19-558/A/A
- Datum publicatie: 20-01-2020
- Datum uitspraak: 13-01-2020
- ECLI:NL:TADRAMS:2020:11
Ongegrond verzet.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2020:5 Raad van Discipline Amsterdam 19-812/A/A
- Datum publicatie: 20-01-2020
- Datum uitspraak: 13-01-2020
- ECLI:NL:TADRAMS:2020:5
Voorzittersbeslissing. Klacht over eigen advocaat in verband met telefoongesprek tussen verweerster en mr. G over de overdracht van de zaak. Dat er tijdens dit telefoongesprek iets is gezegd waardoor sprake zou kunnen zijn van tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen wordt betwist en is de voorzitter overigens ook niet gebleken. Kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2020:12 Raad van Discipline Amsterdam 19-509/A/A
- Datum publicatie: 20-01-2020
- Datum uitspraak: 13-01-2020
- ECLI:NL:TADRAMS:2020:12
Ongegrond verzet.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2020:6 Raad van Discipline Amsterdam 19-813/A/A
- Datum publicatie: 20-01-2020
- Datum uitspraak: 13-01-2020
- ECLI:NL:TADRAMS:2020:6
Voorzittersbeslissing. Klacht over eigen advocaat in alle onderdelen kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2020:18 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2019.223
- Datum publicatie: 17-01-2020
- Datum uitspraak: 16-01-2020
- ECLI:NL:TGZCTG:2020:18
Klacht tegen tandarts. Klager is als patiënt ingeschreven geweest bij de tandartspraktijk van de beklaagde tandarts. Beklaagde heeft bij klager een diagnostische kijkoperatie uitgevoerd vanwege klachten aan de elementen 16 en 17. Op enig moment is ook de nut en noodzaak van het plaatsen van een kroon op 26 en de facturering daarvan besproken. De klacht houdt in dat beklaagde de diagnostische kijkoperatie onjuist heeft uitgevoerd, de afspraak over de facturering van een nieuwe kroon op element 26 ontkent, pijnklachten bij klager heeft veroorzaakt door de door hem gemaakte brug, klager hangende de behandeling, uit zijn praktijk heeft uitgeschreven, klager ten onrechte verwijt dat hij de taal niet goed spreekt, klager ten onrechte verwijt agressief te zijn geweest en oneerlijk is geweest bij de geschillencommissie waardoor klager geen schadevergoeding is toegekend. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht in al haar onderdelen afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege heeft het beroep verworpen.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2020:19 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2019.109
- Datum publicatie: 17-01-2020
- Datum uitspraak: 16-01-2020
- ECLI:NL:TGZCTG:2020:19
Klacht tegen psychiater. Mevrouw X. en haar zoon zijn ieder afzonderlijk door hun huisarts naar de psychiater verwezen. Mevrouw X. heeft mede namens haar zoon tegen de psychiater een klacht ingediend. Toen mevrouw X. en haar zoon kwamen te overlijden, heeft klaagster (respectievelijk dochter en zus van betrokkenen) de klacht voortgezet. Klaagster verwijt de psychiater dat hij zonder gedegen onderbouwing mensen diagnosticeert en eerdere diagnoses, die grondig zijn gesteld door collega-artsen, zonder meer van tafel veegt, zonder met deze collega-artsen contact hierover op te willen nemen. In de kern verwijt klaagster de psychiater dat hij ten aanzien van haar moeder de diagnose autisme heeft verworpen en dat hij haar broer ten onrechte niet in aanmerking heeft laten komen voor elektroconvulsietherapie (ECT), omdat volgens hem de broer niet leed aan een zware depressie. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht gegrond verklaard en aan de psychiater de maatregel van berisping opgelegd. Het Centraal Tuchtcollege vernietigt de beslissing van het Regionaal Tuchtcollege en verklaart de klacht alsnog ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2020:5 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 130/2019
- Datum publicatie: 17-01-2020
- Datum uitspraak: 17-01-2020
- ECLI:NL:TGZRZWO:2020:5
Klacht tegen radioloog over beoordeling CT-abdomen. Op de CT-scan waren geen zichtbare aanwijzingen voor een ruptuur. Het zichtbare vocht was reden tot zorg maar kon goed passen bij contusioneel jejunumletsel. De verslaglegging van de bevindingen was voldoende. Klacht ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2020:20 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2019.045
- Datum publicatie: 17-01-2020
- Datum uitspraak: 16-01-2020
- ECLI:NL:TGZCTG:2020:20
Klacht van de Inspectie voor de Gezondheidszorg en Jeugd tegen een huisarts. Patiënte heeft de huisarts gebeld omdat zij van haar alcoholgebruik af wilde, waarna de huisarts een huisbezoek bij patiënte heeft afgelegd. Dit is uitgelopen op seksueel contact met patiënte. Hiern heeft patiënte de politie ingeschakeld en meerdere malen met de praktijk van de huisarts gebeld. Tegen het advies van de zedenrecherche in heeft de huisarts de volgende dag wederom een huisbezoek aan patiënte gebracht. Bij dit gesprek was op verzoek van patiënte een wijkagent aanwezig. Naar aanleiding van een melding van het Openbaar Ministerie is de Inspectie een onderzoek gestart. De Inspectie verwijt de huisarts: 1) dat hij in strijd met de KNMG ‘Gedragsregels voor artsen’ seksueel contact heeft gehad met een aan zijn zorgen toevertrouwde kwetsbare patiënte in haar eigen huis, en 2) dat hij, door patiënte de volgende dag opnieuw thuis te bezoeken, in strijd heeft gehandeld met diezelfde gedragsregels inhoudende dat een arts zich niet verder in de privésfeer van zijn patiënten begeeft dan noodzakelijk is in het kader van de hulpverlening. Het Regionaal Tuchtcollege heeft beide klachtonderdelen gegrond verklaard en aan de huisarts de maatregel van schorsing van de inschrijving in het BIG-register voor de duur van 12 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaren opgelegd. Het beroep van de arts richt zich tegen de gegrondverklaring van klachtonderdeel 2 en de zwaarte van de opgelegde maatregel. Het Centraal Tuchtcollege vernietigt de beslissing waarvan beroep uitsluitend voor wat betreft de duur van de proeftijd, bepaalt deze op twee jaar en verwerpt het beroep voor het overige.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2020:6 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 129/2019
- Datum publicatie: 17-01-2020
- Datum uitspraak: 17-01-2020
- ECLI:NL:TGZRZWO:2020:6
Klacht tegen radioloog over beoordeling CT-abdomen. Ondanks het op – onder meer – letsel aan de (dunne) darm gerichte odnerzoek heeft de radioloog een duidelijk zichtbare lekkage van oraal contrastvloeistof en daarmee de jejunumruptuur gemist. Ook was een uitgebreidere verslaglegging van de bevindingen aan het jejunum aangewezen. Klacht op deze punten gegrond, voor het overige ongegrond. Volgt waarschuwing.
- Vorige pagina zoekresultaten
- Pagina: 1
- ...
- Pagina: 1350
- Pagina: 1351
- Pagina: 1352
- ...
- Pagina: 4488
- Volgende pagina zoekresultaten