Zoekresultaten 13401-13450 van de 45118 resultaten

  • ECLI:NL:TAHVD:2020:28 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 190080 190237

    Hoger beroep tegen gegrond verzet met ongegrond verklaard klachtonderdeel en hoger beroep tegen wrakingsbeslissing. De raad mag een wrakingsverzoek buiten behandeling stellen, van een schending van een fundamenteel rechtsbeginsel is niet gebleken. Het hof beoordeelt in hoger beroep alleen de grieven tegen de klacht waarvan het verzet gegrond is verklaard: klager heeft feitelijk het kantoor van verweerder aansprakelijk gesteld. Het hof volgt het oordeel van de raad dat een advocaat in beginsel wel de gegevens van zijn beroepsaansprakelijkheidsverzekeraar moet melden, maar dat op die regel uitzonderingen mogelijk zijn en dat daarvan in deze zaak sprake is. Met de raad is het hof van oordeel dat de grondslag van de aansprakelijkstelling onvoldoende is onderbouwd door klager. Daarin ligt besloten dat klager een redelijk belang bij zijn verzoek om de gegevens van de verzekeraar dient te stellen en desgevraagd te onderbouwen (vgl 190126, 190127 en 190128). Het hof oordeelt dat verweerder in de gegeven omstandigheden kon menen dat klager geen redelijk belang (meer) had bij zijn verzoek en dus niet tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld door zich te beperken tot de mededeling dat de aansprakelijkstelling is gemeld en de deken te laten bevestigen dat verweerder onafgebroken verzekerd is (geweest) tegen beroepsaansprakelijkheid. Klacht ongegrond. Bekrachtiging beslissing raad.

  • ECLI:NL:TADRARL:2019:319 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 19-243

    Voorzittersbeslissing over een erfrechtelijk geschil. Advocaat wederpartij. Dat verweerder klaagster rauwelijks heeft gedagvaard en daarbij de belangen van klaagster onnodig of onevenredig heeft geschaad zonder redelijk doel, is de voorzitter niet gebleken. Ook heeft de voorzitter niet kunnen vaststellen verweerde zich jegens klaagster bewust intimiderend, bedreigend en/of onnodig grievend heeft uitgelaten. Evenmin sprake van schending van privacy/ AVG. Kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2020:46 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-811/DH/DH

    Klacht van curator over advocaat curandus niet-ontvankelijk. Curator komt in dit geval, als wederpartij, geen klachtrecht toe over de wijze waarop verweerster aan haar opdrachtovereenkomst met curandus invulling heeft gegeven.

  • ECLI:NL:TGZRGRO:2020:5 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Groningen VP2019/11

    Klacht van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (inspectie) tegen verpleegkundige wegens (seksueel) grensoverschrijdend gedrag. Verweerder is tijdens en vlak na een behandelrelatie een persoonlijke en seksuele relatie met een patiënte aangegaan. De kans op recidive is groot aangezien verweerder onvoldoende inzicht in zijn handelen toont. Het college verklaart de klacht gegrond en legt aan verweerder, die momenteel niet meer in het BIG-register staat ingeschreven, een verbod op om zich opnieuw als verpleegkundige in te schrijven.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2020:21 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-745/DH/RO

    Voorzittersbeslissing. Klacht tegen eigen advocaat kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2020:34 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-772/DH/DH

    Voorzittersbeslissing. Klacht tegen de advocaat van de wederpartij van de cliënt van klager over grievende uitlatingen aan het adres van klager kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2020:15 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-384/DH/RO

    Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2020:28 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-313/DH/DH

    Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2020:22 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-316/DH/RO

    Klacht over de kwaliteit van dienstverlening. Verweerder heeft klager niet gewezen op de verjaring van de vordering van klager en op de mogelijkheid om de verjaring te stuiten. Verweerder heeft ook nagelaten om de verjaring te stuiten en heeft daarmee een beroepsfout gemaakt. Verweerder heeft vervolgens niet adequaat gehandeld nadat hij een beroepsfout heeft gemaakt. Verweerder is verder tekortgeschoten in de communicatie met klager. Berisping.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2020:35 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-631/DH/RO

    Voorzittersbeslissing. Klacht over de eigen advocaat gedeeltelijk niet-ontvankelijk vanwege tijdsverloop. De overige klachten zijn naar het oordeel van de voorzitter niet kennelijk ongegrond en/of kennelijk van onvoldoende gewicht en zullen daarom op een zitting van de raad worden behandeld.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2020:16 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-708/DH/RO

    Klacht over kwaliteit van dienstverlening eigen advocaat gegrond. Verweerster heeft erkend jegens klager tuchtrechtelijk verwijtbaar te hebben gehandeld. Verweerster heeft zich recent zelf van het tableau heeft laten schrappen. De raad acht een volledig voorwaardelijke schorsing van relatief korte duur – twee weken - passend en geboden.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2020:29 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-292/DH/DH

    Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2020:23 Raad van Discipline 's-Gravenhage 18-824/DH/RO

    Verzet. Naar het oordeel van de raad heeft de voorzitter miskend dat verweerster de uitlatingen van haar cliënt (gericht tegen klager) had moeten verifiëren, omdat de cliënt lijdt aan een ernstige vorm van dementie. Het verzet is gegrond. De klacht is gedeeltelijk gegrond, maar vanwege de geringe ernst van het tuchtrechtelijk verwijtbare handelen van verweerster legt de raad geen maatregel op.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2020:17 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-655/DH/RO

    Klacht over kwaliteit van dienstverlening eigen advocaat. Verweerder heeft erkend een beroepsfout te hebben gemaakt. In de specifieke omstandigheden van het geval en mede gelet op het schone tuchtrechtelijke verleden van verweerder, ziet de raad aanleiding af te zien van het opleggen van een maatregel.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2020:30 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-119/DH/RO

    Herstelbeslissing.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2020:11 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-605/DH/RO

    Verweerder is patroon geweest van klager. Directe aanleiding van de klacht is een ruzie tussen klager en verweerder, waarbij verweerder op klager heeft gescholden, hem heeft bedreigd en waarbij verweerder klager en zijn familieleden heeft beledigd. Een patroon dient zijn stagiaire op opbouwende wijze feedback te geven op het functioneren. Een stagiaire moet zich veilig voelen om vragen te stellen, om fouten te maken en om te groeien in het vak van advocaat. Boosheid van een patroon, bijvoorbeeld om een herhaalde fout van een stagiaire, kan daarbij voorkomen en hoeft niet zonder meer in de weg te staan aan een veilige werksfeer voor de stagiaire. Verweerder heeft met zijn uitlatingen en zijn manier van doen op tijdens de ruzie de veilige werksfeer echter op ernstige wijze ondermijnd. Verweerder heeft met zijn gedragingen niet de integriteit betracht die een behoorlijk advocaat betaamt en heeft daarmee een van de in artikel 10a van de Advocatenwet beschreven kernwaarden geschonden. Verweerder heeft zich volgens de raad gedragen op een wijze die een advocaat onwaardig is en heeft met zijn gedrag een van de kernwaarden geschonden. Voorwaardelijke schorsing voor de duur van zes weken met een proeftijd van twee jaren.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2020:24 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-580/DH/DH

    Klacht tegen de advocaat van de wederpartij in een familierechtelijke kwestie is naar het oordeel van de raad ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2020:18 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-588/DH/RO

    Klacht over kwaliteit van dienstverlening eigen advocaat. Verweerster heeft erkend jegens klager tuchtrechtelijk verwijtbaar te hebben gehandeld. Vanwege het feit dat verweerster zich recent zelf van het tableau heeft laten schrappen, acht de raad een volledig voorwaardelijke schorsing van relatief korte duur – twee weken - passend en geboden.

  • ECLI:NL:TAHVD:2019:236 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 180105

    Herstelbeslissing inzake 180105. Bij vergissing is het hof in zijn beslissing er vanuit gegaan dat klaagster woonachtig is in Utrecht en om die reden niet in aanmerking komt voor een vergoeding van haar reiskosten. Gebleken is dat klaagster woonachtig is in Duiven en aldus recht heeft op vergoeding van haar proceskosten. De beslissing van de raad waarbij de klachten tegen verweerster gedeeltelijk gegrond zijn verklaard, is namelijk bekrachtigd. Dit is hersteld.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2020:31 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-771/DH/RO

    Voorzittersbeslissing. Klacht tegen de advocaat van de wederpartij van de cliënt van klager over grievende uitlatingen aan het adres van klager kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2020:12 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-291/DH/DH

    Verzet ongegrond

  • ECLI:NL:TADRSGR:2020:25 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-119/DH/RO

    Klacht tegen de eigen advocaat gegrond, geen maatregel. Verweerder heeft een negatief procesadvies gedeeld met de rechtsbijstandsverzekeraar. Verweerder heeft zijn fout erkend en heeft zijn werkwijze, naar aanleiding van een uitspraak van de Raad van Discipline Amsterdam die over een vergelijkbaar onderwerp gaat, aangepast.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2020:19 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-524/DH/DH

    Klacht over verweerder als advocaat van wederpartij deels niet-ontvankelijk wegens ontbreken rechtstreeks eigen belang. De klacht is naar het oordeel van de raad voor het overige gegrond. Verweerder had niet de bevoegdheid een tussenvonnis te gebruiken alsof het uitvoerbaar bij voorraad was. Het was verweerder bekend dat partijen een depotovereenkomst hadden gesloten, waarin bepaald was dat uitbetaling alleen op verzoek van beide partijen of op vertoon van een in kracht van gewijsde gegaan dan wel uitvoerbaar bij voorraad verklaard vonnis zou kunnen plaatsvinden. Van geen van deze situaties is in het onderhavige geval sprake. Door desondanks de notaris te verzoeken tot uitbetaling van een geldbedrag over te gaan heeft verweerder naar het oordeel van de raad tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld. Evenzeer tuchtrechtelijk verwijtbaar is dat verweerder klaagster niet heeft geïnformeerd over de communicatie met de notaris. Daarnaast heeft verweerder klaagster bewust foutief geïnformeerd over de waarde van het depot. Mede gelet op de ernst van de tuchtrechtelijk verwijtbare gedragingen acht de raad de maatregel van berisping passend en geboden.

  • ECLI:NL:TAHVD:2019:237 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 170198H

    Herzieningsverzoek. Verzoeker heeft aan zijn verzoek ten grondslag gelegd dat het hof een fundamenteel rechtsbeginsel heeft geschonden, ten eerste door schending van het recht van hoor en wederhoor in twee instanties en ten tweede door schending van het recht en een onvoldoende dan wel onjuiste motivering van de beslissing van het hof. Het hof overweegt ten aanzien van de eerste grond dat bij de behandeling van het verzet bij de raad zowel de kantoorgenoot van verzoeker als gemachtigde van verzoeker aanwezig waren, en dat op grond van artikel 46 h lid 8 Advocatenwet niet de verplichting bestaat om voor de inhoudelijke behandeling en beslissing na een gegrond verklaard verzet een nieuwe mondelinge behandeling te gelasten. Als vaste jurisprudentie van het hof geldt verder dat het hoger beroep mede strekt tot herstel van fouten en omissies in eerste instantie. Bovendien ziet artikel 6 EVRM niet op het procederen in twee instanties. Het hof overweegt ten aanzien van de tweede grond dat het hof, anders dan verzoeker stelt, in de bestreden beslissing wel degelijk het gevoerde verweer van verzoeker heeft verwoord en tot uitgangspunt heeft genomen bij de overwegingen en de beslissing daaromtrent. Verder heeft het hof, anders dan verzoeker kennelijk in de bestreden beslissing leest, niet bepaald dat verzoeker op 15 oktober 2012 een nieuwe toevoeging had moeten aanvragen, maar dat hij op dat moment aanleiding had om de financiële situatie van zijn cliënt opnieuw onder de loep te nemen. Hetgeen verzoeker heeft aangevoerd kan niet tot de conclusie leiden dat sprake is van een schending van fundamentele rechtsbeginselen en het hof wijst het verzoek daarom af.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2020:32 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-747/DH/RO

    Voorzittersbeslissing. Klacht tegen de eigen advocaat kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2020:13 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-245/DH/RO

    Verzet ongegrond

  • ECLI:NL:TADRSGR:2020:45 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-842/DH/DH

    Voorzittersbeslissing. Klacht over de kwaliteit van dienstverlening van de eigen advocaat kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2020:26 Raad van Discipline 's-Gravenhage 17-499/DH/RO-a 17-499/DH/RO-b

    Eindbeslissing. “Ronselen” van cliënten is niet ongeoorloofd. Bij het verstrekken van informatie over klaagster op hun website kwam verweerders een grote vrijheid toe, in aanmerking genomen dat klaagster (nog) niet de wederpartij was van potentiële cliënten van verweerders. Dat verweerders onjuiste informatie heeft verstrekt over verweerders is niet gebleken.

  • ECLI:NL:TAHVD:2019:238 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 180258

    Beroepschrift van klager met daarin de gronden van het hoger beroep is buiten de beroepstermijn ontvangen door de griffie van het hof. Hoger beroep niet-ontvankelijk.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2020:20 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-750/DH/DH

    Voorzittersbeslissing. Klacht tegen de advocaat van de wederpartij kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2020:33 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-840/DH/DH/W

    Wrakingsverzoek ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2020:14 Raad van Discipline 's-Gravenhage 18-833/DH/DH

    Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2020:27 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-420/DH/DH

    Klacht over kwaliteit dienstverlening eigen advocaat deels gegrond. Verweerster heeft, zoals erkend, te lang gewacht met de verzending van het rapport van de medisch adviseur aan klager. Daarvoor heeft verweerster haar excuses aan klager aangeboden. Verweerster heeft zelf oplossingen voorgesteld om de klacht van klager op te lossen en toegezegd geen aanspraak te zullen maken op de opbrengst van de toevoeging. Nu niet is gebleken dat klager door het gegrond verklaarde klachtonderdeel schade heeft geleden dan wel anderszins (ernstig) is benadeeld en in aanmerking nemend dat verweerster geen tuchtrechtelijk verleden heeft, ziet de raad geen aanleiding om aan verweerster een maatregel op te leggen.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2020:14 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 162/2019

    Klacht tegen specialist ouderengeneeskunde kennelijk ongegrond. Beklaagde heeft onder meer het medicatiebeleid telkens heeft getoetst, andere collega-specialisten in consult heeft gevraagd en onder andere overleg heeft gepleegd met collega-specialisten, apothekers en de forensisch arts. Mede gelet op die raadplegingen en de vastleggingen die daarvan zijn gedaan in het medisch dossier, kan beklaagde niet worden verweten dat hij patiënte onjuist heeft behandeld.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2020:15 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 128/2019

    Rapport van een door een verzekeraar ingeschakeld medisch adviseur (beklaagde) voldoet op onderdelen niet aan de daaraan te stellen eisen; beklaagde vermeldt niet de medische stukken waarop het advies berust; beklaagde vermeldt niet altijd zijn bronnen; beklaagde treedt buiten de grenzen van zijn deskundigheid. Klacht gegrond; waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2020:27 Raad van Discipline Amsterdam 19-520/A/A

    Klacht over de eigen advocaat. Ambtshalve aanvulling klacht. Het valt verweerder tuchtrechtelijk te verwijten dat hij geen uurtarief met klager heeft afgesproken en geen urenspecificaties aan klager heeft verstrekt. Waarschuwing en kostenveroordeling.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2020:16 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 108/2019

    Reanimatiebeleid, bejegeningsklacht: gegrond, waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2020:28 Raad van Discipline Amsterdam 19-731/A/A

    Klacht over de advocaat van de wederpartij deels gegrond. Verweerder heeft in strijd met Gedragsregel 25 lid 2 gehandeld door zich rechtstreeks tot de cliënten van klager te wenden. De raad kan de brieven van verweerder voorts niet anders lezen dan dat hij daarmee heeft beoogd de cliënten van klager onder druk te zetten. Waarschuwing en kostenveroordeling.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2020:17 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 107/2019

    Klacht tegen een gz-psycholoog/psychotherapeut. Klaagster verwijt beklaagde dat zij een onjuiste diagnose heeft gesteld, haar verkeerd heeft behandeld en haar tijdens het behandeltraject onheus heeft bejegend. Klacht ongegrond. Het college kan niet vaststellen dat klaagster een verkeerde behandeling heeft gehad (voor andere problemen dan waarvoor zij hulp nodig had) en/of dat zij tijdens de behan­deling door beklaagde onheus is bejegend.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2020:29 Raad van Discipline Amsterdam 19-728/A/A

    Klacht over de eigen advocaat deels gegrond. Verweerster heeft erkend dat zij de procedure bij de kantonrechter niet tijdig aanhangig heeft gemaakt en dat zij deze procedure zonder instemming van klaagster heeft ingetrokken. Hoewel dit tuchtrechtelijk verwijtbaar is, ziet de raad in de gegeven omstandigheden aanleiding af te zien van het opleggen van een maatregel.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2020:18 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 167/2019

    Klacht tegen justitieel geneeskundige, omdat die geen steun vindt in de feiten, zoals blijkt uit het medische dossier.

  • ECLI:NL:TGZREIN:2020:17 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 1989

    Internist. Klacht dochter: 1) niet behandelen van moeder; zelfs initiëren en stimuleren sterfproces tegen wil van moeder, 2) structureel niet verlenen van adequate zorg. College: uitgebreid gemetastaseerde borstkanker, palliatieve chemotherapie gestart, passageklachten door uitzaaiingen in buik, voeden gecompliceerd, voeden door sondes en trilumensonde, snelle verslechtering situatie, geen initiëren van sterfproces. Steeds open en eerlijke communicatie. Ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2020:30 Raad van Discipline Amsterdam 19-559/A/A

    Ongegrond verzet

  • ECLI:NL:TGZREIN:2020:18 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 1974

    Specialist ouderengeneeskunde. Klacht 1) weigering afgifte dossiers ouders aan klager, wettelijk vertegenwoordiger van ouders, 2) weigering pas na maand, 3) verstrekking medische informatie over klager en ouders aan derden. College: Dossier is verstrekt. Niet binnen één maand, maar na zeven weken. Overschrijding niet tuchtrechtelijk verwijtbaar. Specialist onderzocht of ze mocht verstrekken en ondertussen is veelvuldig contact geweest met klager. Schending geheimhoudingsplicht niet gebleken. Ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2020:15 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 19-802 DB/OB

    Verweerder heeft in zijn hoedanigheid van klachtenfunctionaris het vertrouwen in de advocatuur niet geschaad. Kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2020:31 Raad van Discipline Amsterdam 19-508/A/A

    Ongegrond verzet

  • ECLI:NL:TNORSHE:2020:3 Kamer voor het notariaat 's-Hertogenbosch SHE/2019/19

    De klacht, die uit drie onderdelen bestaat, is gericht tegen de notaris en tegen het kantoor waaraan de notaris is verbonden. De kamer oordeelt dat klager niet-ontvankelijk is in zijn klacht, voor zover deze is gericht tegen het notariskantoor. Het samenwerkingsverband waar de notaris aan verbonden is, kan op grond van artikel 93 Wna namelijk geen beklaagde zijn. Anders dan de notaris meent, is de kamer van oordeel dat klager geen oneigenlijk gebruik maakt van het klachtrecht. Klachtonderdeel 1 houdt de volgende verwijten in. Door zijn informatieplicht, onderzoeksplicht en waarschuwingsplicht te schenden, heeft de notaris volgens klager: a) op 19 september 2016 een akte van levering gepasseerd waarbij aan de koper perceel 1097 is geleverd, terwijl klager dit perceel niet aan de koper had verkocht en ook niet aan de koper had willen overdragen; b) op de situatietekening de parkeerruimte ten onrechte aan de linkerkant van het perceel ingetekend in plaats van aan de rechterkant van het perceel. Op grond van een aantal in de beslissing vermelde omstandigheden is de kamer van oordeel dat de notaris in de uitoefening van zijn ambt, bij en voorafgaand aan het passeren van de akte van levering van 19 september 2016, zich onvoldoende zorgvuldig en nauwkeurig van de relevante omstandigheden en feiten heeft vergewist ten aanzien van de ligging en omvang van het uiteindelijk door klager verkochte onroerend goed. Bovendien heeft hij niet voldaan aan zijn informatieplicht jegens klager. De kamer heeft klachtonderdeel 1.a daarom gegrond verklaard. Klachtonderdeel 1.b mist feitelijke grondslag en is door de kamer ongegrond verklaard. Klachtonderdeel 2, inhoudende dat de notaris niet bij het passeren van de akte van levering aanwezig zou zijn geweest, mist eveneens feitelijke grondslag en wordt dus ook ongegrond verklaard. Klachtonderdeel 3 houdt het verwijt in dat de notaris en zijn verzekeraar klager op onbehoorlijke en onprofessionele wijze hebben behandeld. De notaris en de verzekeraar reageren volgens klager óf niet óf bijzonder traag op schrijven van klager. Dit klachtonderdeel wordt gedeeltelijk gegrond verklaard voor zover het betrekking heeft op de notaris. De kamer is van oordeel dat de lange reactietermijnen van de verzekeraar niet aan de notaris kunnen worden toegerekend, temeer nu een notaris in het algemeen geen invloed heeft op de handelwijze van zijn verzekeraar. Dat dat in dit geval anders zou zijn, is gesteld noch gebleken. Aangezien de klacht van klager gegrond wordt verklaard voor zover deze betrekking heeft op de klachtonderdelen 1.a en (deels) 3 en sprake is van het schenden van kernwaarden in het notariaat als onderzoeksplicht, informatieplicht en zorgplicht, wordt aan de notaris de maatregel van waarschuwing opgelegd.

  • ECLI:NL:TAHVD:2019:226 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 180221

    Klacht tegen lid van de Raad van de Orde van Advocaten. Verweerster zou tijdens een kantoorbezoek niet hebben gehandeld zoals het een behoorlijk lid van de Raad van de Orde van Advocaten betaamt. Het onderzoek in hoger beroep, waaronder het besprokene ter zitting, heeft niet geleid tot andere beschouwingen en gevolgtrekkingen dan die vervat in de beslissing van de raad, waarmee het hof zich verenigt. De grieven van klager tegen de beslissing van de raad worden verworpen. Bekrachtiging beslissing van de raad.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2020:8 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-748/DH/DH

    Voorzittersbeslissing. Klacht tegen de advocaat van de wederpartij kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TAHVD:2019:233 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 190017

    Klacht van advocaat. Volgens klaagster heeft verweerder zich willens en wetens onnodig grievend over haar uitgelaten tegenover een journalist. Het hof stelt voorop dat van advocaten mag worden verwacht dat zij streven naar een onderlinge verhouding die berust op welwillendheid en vertrouwen en dat zij zich niet onnodig grieven uitlaten over een ander. Verweerder heeft zich echter niet onwelwillend of onnodig grievend uitgelaten over klaagster. De door verweerder gebruikte bewoordingen vallen binnen de vrijheid van de advocaat van een wederpartij. Klacht ongegrond. Bekrachtiging beslissing raad.