Zoekresultaten 19551-19600 van de 21520 resultaten

  • ECLI:NL:TADRAMS:2011:YA1966 Raad van Discipline Amsterdam 11-015H

    klacht tegen de deken in verband met vereiste communicatie en voortvarende behandeling bij klachtprocedures gegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2011:YA1934 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch H 231 - 2010

    Van een advocaat mag worden verwacht dat hij direct na ontvangst van betaling een de deurwaarder daarvan op de hoogte stelt. Onnodige (over-)betekening. Advocaat draagt verantwoordelijkheid voor in zijn opdracht verrichte executiemaatregelen. Doorzetten van executiemaatregelen nadat klaagster was overgegaan tot betaling van de hoofdsom valt de advocaat aan te rekenen. Voor het overige klacht ongegrond. klacht gedeeltelijk gegrond; enkele waarschuwing

  • ECLI:NL:TADRSHE:2011:YA1935 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch H 259 - 2010

    Niet gebleken dat verweerder betrokken is geweest bij het heimelijk plaatsen van afluisterapparatuur en evenmin dat gebruik is gemaakt van de heimelijk opgenomen gesprekken. Tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld door, vergezeld van de twee directeuren van zijn cliënte en een beveiliger het pand binnen te gaan en zich vervolgens op dan wel in de richting van de etage te begeven waar klager werkzaam was. Voorstelbaar dat klager zich hierdoor in de gegeven omstandigheden geïntimideerd voelde. Klacht deels gegrond. Enkele waarschuwing

  • ECLI:NL:TADRSHE:2011:YA1936 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch M 17 - 2011

    Advocaat mag, behoudens spoedeisende omstandigheden, de beslissing op de toevoegingsaanvraag afwachten vooraleer hij een aanvang maakt met zijn werkzaamheden. Niet komen vast te staan dat verweerder herhaaldelijk onjuiste en misleidende informatie heeft verstrekt met schadelijk gevolg voor de zaak van klager, noch dat het door verweerder verrichte werk van slechte kwaliteit was. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2011:YA1937 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch B 257 - 2010

    Vastleggen van en communiceren over financiële aangelegenheden en afspraken. Een advocaat behoort duidelijkheid te scheppen over de gemaakte afspraken omtrent de kosten van de rechtsbijstand en de financiële afwikkeling van de zaak. Klacht gegrond. Berisping.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2011:YA1933 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch H 221 - 2010

    Het staat een advocaat vrij datgene ter kennis van de rechter te brengen wat hij in het belang van zijn cliënt nodig acht. Het valt de advocaat niet te verwijten dat de door zijn cliënt aan hem overhandigde brief niet exact gelijk was als de aan klager toegezonden brief. Niet onbegrijpelijk dat het in het verweerschrift gestelde door klager als grievend is ervaren, maar niet als van onnodig grievend aan te merken. klacht ongegrond

  • ECLI:NL:TADRARN:2011:YA1947 Raad van Discipline Arnhem 10-123

    Advocaat heeft onjuist gehandeld door zonder duidelijke mededeling vooraf zijn uurtarief drastisch te verhogen, temeer daar geen argumenten zijn aangevoerd die deze forse verhoging kunnen rechtvaardigen. Advocaat heeft ten onrechte een dubbel betaalde nota, die verweerder met nog gedeclareerde uren wilde verrekenen, niet gerestitueerd en heeft zonder dat daarvan een noodzaak is gebleken, althans zonder vooroverleg, op een zitting de zaak door twee advocaten laten behandelen en dubbele kosten in rekening gebracht. Klachten zijn gegrond. Berisping.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2011:YA1942 Raad van Discipline Amsterdam 10-446U

    Klager wilde dat zijn advocaat een kort geding zou beginnen tegen zijn ex-echtgenote omdat er nog zaken uit de boedel moesten worden afgegeven. Verweerster schrijft namens klager een sommatiebrief waarin zij het kort geding aankondigt. Na de schriftelijke reactie van de advocaat van de ex-echtgenote ziet verweerster geen aanleiding om een kort geding te starten. Zij bericht dit als zodanig aan klager en beëindigt haar werkzaamheden voor klager. Andere wijze van communiceren was wenselijk geweest, maar geen tuchtrechtelijk verwijt.

  • ECLI:NL:TADRARN:2011:YA1960 Raad van Discipline Arnhem 11-40

    Beslissing na verzet tegen voorzittersbeslissing. De raad oordeelt de klacht met de voorzitter kennelijk ongegrond. De voorzittersbeslissing wordt door de raad aangevuld met een alinea over de betekenis van een kennelijk ongegrondverklaring.

  • ECLI:NL:TADRARN:2011:YA1954 Raad van Discipline Arnhem 10-162

    Verzet niet ontvankelijk wegens verstrijken verzettermijn. Gegeven de dag van verzending van de beslissing van de voorzitter, 3 december 2010, had het verzetschrift binnen veertien dagen door de raad moeten zijn ontvangen. De raad heeft te onderzoeken of sprake is van een verschoonbare overschrijding van de verzettermijn. De raad is van oordeel dat dit niet het geval is. Door klager zijn geen onregelmatigheden bij de ontvangst van de bestreden beslissing naar voren gebracht zodat moet worden aangenomen dat klager de bestreden beslissing kort na verzending heeft ontvangen. Weliswaar vond deze ontvangst in de decembermaand plaats, maar de verzettermijn verstreek ruimschoots voor de kerst, zodat de decemberfeestdagen op zich geen reden konden vormen voor het niet tijdig aanvoeren van de gronden van het verzet.

  • ECLI:NL:TADRARN:2011:YA1948 Raad van Discipline Arnhem 10-193

    Klager is ontvankelijk in zijn klacht omtrent de wijze van declareren ook als de Begrotingscommissie van de Raad van Toezicht de betreffende declaraties reeds heeft beoordeeld. Advocaat heeft bij declareren een te ruim minimum forfait gehanteerd. Op grond van het enkele feit dat van bepaalde in rekening gebrachte werkzaamheden niet uit het dossier blijkt kan niet worden geconcludeerd dat sprake is van fraudeleus declareren.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2011:YA1943 Raad van Discipline Amsterdam 10-423Alk

    Verweerder is in de procedure opgetreden namens een vennootschap hoewel hem daartoe niet bevoegdelijk namens de vennootschap opdracht is verstrekt. Verweerder had in het handelsregister eenvoudig kunnen zien dat zijn opdrachtgever niet bevoegd was tot vertegenwoordiging van de vennootschap. Verzuim om dit te doen is tuchtrechtelijk verwijtbaar. Het betrof een verklaringsprocedure naar aanleiding van een loonbeslag op het salaris van de persoon die verweerder opdracht gaf om de vennootschap te vertegenwoordigen. In de procedure is de vennootschap veroordeeld tot betaling van een bedrag van EUR 37.000,-. Daarnaast heeft verweerder, nadat hij door de vennootschap aansprakelijk was gesteld voor de genoemde fout, acht maanden gewacht met het melden van de schade bij zijn beroepsaansprakelijkheidsverzekeraar. Dit is ook klachtwaardig. Ook het niet reageren op de aansprakelijkstelling en het talmen met het toezenden van het complete dossier aan de vennootschap zijn klachtwaardig. Ook heeft verweerder in de procedure stellingen ingenomen waarvan hij wist of behoorde te weten dat ze onjuist waren. Alle klachtonderdelen zijn gegrond. Volgt onvoorwaardelijke schorsing van een maand.

  • ECLI:NL:TADRARN:2011:YA1955 Raad van Discipline Arnhem 10-161

    Verzet niet ontvankelijk wegens verstrijken verzettermijn. Gegeven de dag van verzending van de beslissing van de voorzitter, 3 december 2010, had het verzetschrift binnen veertien dagen door de raad moeten zijn ontvangen. De raad heeft te onderzoeken of sprake is van een verschoonbare overschrijding van de verzettermijn. De raad is van oordeel dat dit niet het geval is. Door klager zijn geen onregelmatigheden bij de ontvangst van de bestreden beslissing naar voren gebracht zodat moet worden aangenomen dat klager de bestreden beslissing kort na verzending heeft ontvangen. Weliswaar vond deze ontvangst in de decembermaand plaats, maar de verzettermijn verstreek ruimschoots voor de kerst, zodat de decemberfeestdagen op zich geen reden konden vormen voor het niet tijdig aanvoeren van de gronden van het verzet.

  • ECLI:NL:TADRARN:2011:YA1949 Raad van Discipline Arnhem 10-190

    Klacht betreft rauwelijks dagvaarden van klaagster door verweerder en het ten onrechte een schikkingsvoorstel van klaagster afwijzen en enkel voor eigen gewin een procedure aanhangig maken. Klaagster vraagt in feite een oordeel van de raad over de deugdelijkheid van een door verweerder aan klaagster verzonden ingebrekestelling. Het is aan de civiele rechter om daarover een oordeel uit te spreken en de kantonrechter heeft de ingebrekestelling in zijn vonnis van 13 maart 2009 als voldoende beoordeeld. De raad past hierover geen oordeel. Klaagster heeft in elk geval in het begin, bij aanvang van de zaak, traag geopereerd en heeft het op het laatste moment laten aankomen. Mede tegen de achtergrond dat de zaak al lang liep kan klaagster verweerder er geen verwijt van maken, dat hij de consequenties die zij zelf had laten ontstaan bij klaagster heeft gelaten. Het was verweerder derhalve toegestaan te handelen zoals hij heeft gedaan.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2011:YA1929 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch M 48 - 2011

    Een advocaat dient met zijn cliënt te overleggen of er termen aanwezig zijn om te trachten in aanmerking te komen voor gefinancierde rechtshulp. Voor zover mondelinge mededelingen tijdens een eerste gesprek voor de advocaat aanleiding vormen aan te nemen dat zijn cliënt niet voor gefinancierde rechtshulp in aanmerking zal komen, dient hij dit aan zijn cliënt voor te leggen en schriftelijk vast te leggen. klacht gegrond; enkele waarschuwing

  • ECLI:NL:TADRAMS:2011:YA1944 Raad van Discipline Amsterdam 10-242Alk

    Verweerder heeft in een echtscheidingsprocedure waarin hij de vrouw bijstond een derde aangeschreven met het verzoek informatie te verschaffen betreffende de banden van (het bedrijf van) de man met die derde, welke informatie verweerder kennelijk relevant acht voor de juridische positie van de vrouw. Verweerder verwijst voor dit verzoek naar de Wet Openbaarheid van Bestuur. Een advocaat dient zich te onthouden van het benaderen van een juridisch ongeschoolde derde, niet zijnde een van de partijen in het geschil, met het kennelijke doel die derde met evident onhoudbare juridische argumenten te bewegen tot iets waarop de advocaat namens zijn cliënt beslist geen aanspraak kan maken, terwijl die derde, als hij zou zwichten voor die (onhoudbare) argumenten, mogelijk schade zal lijden. Klacht gegrond. Enkele waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2011:YA1938 Raad van Discipline Amsterdam 10-367A

    Klacht over eigen advocaat. Verweerder zou ten onrechte geen declaratie voor eigen bijdrage toevoeging aan cliënt hebben gezonden en hebben aangekondigd niet meer voor cliënt te willen optreden indien niet zou worden betaald. Tevens zou verweerder stukken onder zich hebben gehouden. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARN:2011:YA1956 Raad van Discipline Arnhem 11-33

    Klaagster is ontvankelijk in haar klacht. Sinds de verweten handelwijze zijn er meer dan drie jaren verstreken alvorens de klacht is ingediend. De wet kent geen verval of verjaring van klachtrecht. Enerzijds is er het maatschappelijk belang, dat het optreden van een advocaat door de tuchtrechter kan worden getoetst en anderzijds het belang, dat de advocaat binnen een redelijke termijn wordt geconfronteerd met klachten over zijn optreden. Op zich heeft klaagster lang gewacht met het indienen van de klacht. Klaagster heeft daartoe niet meer heeft aangevoerd dan dat zij hoopte dat de zaak alsnog goed zou komen. Nu verweerder echter door het tijdsverloop niet in zijn verdediging is belemmerd kan klaagster in haar klacht worden ontvangen. De klacht betreft de handelwijze van verweerder betreffende een door klaagster op de derdengeldenrekening van verweerder, zijnde de advocaat van de wederpartij van klaagster, gestort bedrag. Klaagster verwijt verweerder dat hij het bedrag aan zijn cliënt heeft doorbetaald voordat de transactie was afgewikkeld en geen informatie heeft verschaft over deze doorbetaling. De raad overweegt dat een advocaat die zijn derdengeldenrekening ter beschikking stelt voor de uitvoering van een overeenkomst en in het kader daarvan voor de betaling van gelden verwachtingen schept en daardoor ook verplichtingen jegens de wederpartij heeft. Het stond verweerder vrij om klaagster niet specifiek te informeren op welke bankrekeningen van zijn cliënte hij het bedrag had doorbetaald. De belangen van zijn eigen cliënte mochten hier de doorslag geven. Klacht ten deze gegrond en ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARN:2011:YA1950 Raad van Discipline Arnhem 11-13

    Klager verwijt verweerster dat zij de belangen van klager en van degenen die klager vertegenwoordigde verkwanseld heeft en wanprestatie heeft geleverd met name bestaande in een onvoldoende bereikbaarheid en een ter onrechte niet instellen van een hoger beroep. Voorts verwijt klager verweerster dat zij dubbel heeft gedeclareerd, althans teveel gedeclareerd en ten onrechte bij klager heeft gedeclareerd, omdat niet hij, maar de individuele werknemers van de Ltd opdrachtgever waren. Naar het oordeel van de raad heeft klager in de stukken en ter zitting onvoldoende aangevoerd om aannemelijk te oordelen dat verweerster de belangen van klager en van degene die hij vertegenwoordigde heeft verkwanseld. Dit zelfde geldt voor het verwijt dat verweerster onvoldoende bereikbaar is geweest. Het is klager geweest, die verweerster voor de behandeling van de kwestie van de werknemers heeft ingeschakeld en dat brengt – bijzondere omstandigheden en voorbehouden daargelaten – naar het oordeel van de raad mee, dat klager dient in te staan voor de betaling van de declaratie. In zoverre klager zich er over beklaagt, dat de nota's van verweerster ter onrechte aan hem zijn toegezonden treft de klacht derhalve geen doel. Er rust op de raad slechts een taak in geval van excessief declareren. Niet uit de verf is gekomen, dat er door verweerster excessief is gedeclareerd.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2011:YA1930 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch M 243 - 2010

    Van een advocaat mag worden verwacht dat hij wacht met verrekening van diens openstaande rekeningen met door zijn cliënt op zijn derdengeldenrekening gestort geld, totdat in rechte vast staat of het geld aan zijn cliënt dan wel aan de wederpartij toekomt. klacht gegrond; enkele waarschuwing

  • ECLI:NL:TADRAMS:2011:YA1945 Raad van Discipline Amsterdam 10-436U

    Herstelbeslissing hoort bij beslissing d.d. 15 augustus 2011 (10-436U)

  • ECLI:NL:TADRAMS:2011:YA1939 Raad van Discipline Amsterdam 11-054A

    Klacht over eigen advocaat. Verweerder zou ten onrechte cliënt niet hebben bijgestaan in incassotraject ter zake van in strafzaak opgelegde incassomaatregel tegen cliënt. Verweerder stelt niet op de hoogte te zijn geweest van de gang van zaken rondom de uitvoering van de maatregel. Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARN:2011:YA1957 Raad van Discipline Arnhem 11-34

    Verweerder heeft ten onrechte gebruik gemaakt van een steunvordering bij de aanvraag van het faillissement van Y. Gelet op de verstrekkende gevolgen van een faillissement behoort een advocaat als hij zich tijdens de behandeling van een faillissementsrekest op een steunvordering beroept er zeker van te zijn dat deze bestaat. Deze zekerheid had verweerder niet. Verweerder heeft erkend, dat hij heeft nagelaten voorafgaande aan de behandeling van het faillissementsrekest bij E te informeren of E nog een vordering had. Hiertoe bestond alle aanleiding, omdat er (a) sinds de archivering van de zaak op het kantoor van verweerder meer dan twee jaren was verstreken, waarin zich ten aanzien van de vordering iets had kunnen voordoen en (b) E zelf bij brief van 23 april 2008 had geschreven een en ander “in te trekken”.

  • ECLI:NL:TADRARN:2011:YA1951 Raad van Discipline Arnhem 11-01

    De klacht betreft het optreden van verweerster als curator in de faillissementen van twee vennootschappen, waarvan klager DGA is. Klager verwijt verweerster dat zij de faillissementen niet correct en zorgvuldig heeft afgewikkeld en met name dat de faillissementen zijn afgewikkeld op een moment dat bepaalde vorderingen nog niet vast stonden; geen boekhoudkundige controle heeft plaatsgevonden; geld en stukken zijn verdwenen; geen informatie is verschaft aan klager en stukken niet zijn afgegeven, respectievelijk post is achtergehouden. De klacht is ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2011:YA1931 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch H 201 - 2010

    Indien huidige advocaat van de wederpartij in het geheel niet reageert, mag een advocaat afgaan op uitlatingen van een eerdere advocaat omtrent de destijds door hem met de wederpartij van de cliënt van de advocaat gemaakte afspraken. De door de voorzitter in zijn beslissing weergegeven opsomming van de feiten is toereikend. Voor zover de door klager in verzet weergegeven feiten in de beslissing zouden zijn opgenomen, zouden deze feiten niet tot een andere beslissing hebben geleid. verzet ongegrond

  • ECLI:NL:TADRARN:2011:YA1958 Raad van Discipline Arnhem 11-68

    Klacht betreft onvoldoende voortvarend en deskundig optreden als advocaat van klager in een huur/schadevergoedingskwestie. Niet komen vast te staan.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2011:YA1940 Raad van Discipline Amsterdam 10-273A 10-274A 10-275A

    Klacht tegen advocaat wederpartij. Verweerders zouden onjuiste stellingen in een processtuk hebben opgenomen en daarmee misbruik van procesrecht hebben gemaakt, daarbij gebruik makend van een vals stuk. Ook zouden verweerders ontoelaatbare druk hebben uitgeoefend bij het overleg over totstandkoming van een cessie tussen verschillende bij de procedure betrokken partijen. Eén van klagers niet-ontvankelijk wegens ontbreken eigen belang. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARN:2011:YA1952 Raad van Discipline Arnhem 10-88

    Klaagster is ontvankelijk in haar klacht ondanks dat 5 ½ jaar na de verweten handelwijze zijn verstreken, omdat de feiten wat betreft de indiening van de klacht niet volledig helder zijn geworden en door verweerder niet is betwist, dat het voortraject ten aanzien van de interne klachtbehandeling van het kantoor van verweerder ongeveer anderhalf jaar heeft geduurd. Klaagster verwijt verweerder, dat hij niet heeft voorkomen dat (andere) advocaten van het kantoor waar hij werkzaam is tegen haar in een bouwzaak zijn opgetreden, daar waar zij (ook) cliënte van het kantoor was en verweerder zijn invloed niet, althans onvoldoende, heeft aangewend om haar tegenpartij in de bouwzaak tot een minnelijke regeling te bewegen. In het kader van het tuchtrecht kon niet van verweerder verlangd worden, dat hij een kantoorgenoot van een procedure tegen klaagster zou afhouden als dit voor hem al mogelijk zou zijn geweest. Klaagster beklaagt zich in deze tuchtzaak niet over de kantoorgenoot van verweerder, maar over verweerder en vast staat dat verweerder in de zaak van de vaste relatie geen werkzaamheden heeft verricht. Verweerder behoeft zich alleen voor zijn eigen handelwijze te verantwoorden en deze handelwijze beoordeelt de raad niet tuchtrechtelijk verwijtbaar.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2011:YA1932 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch H 206 - 2010

    Ter zake van een belangenconflict komt de wederpartij slechts klachtrecht toe voor zover diens daar nodeloos dan wel op ontoelaatbare wijze zouden zijn geschaad. HIervan is niet gebleken. Advocaat mag afgaan op de juistheid van de informatie die zijn client hem verschaft. verzet ongegrond

  • ECLI:NL:TADRARN:2011:YA1946 Raad van Discipline Arnhem 10-155

    Verweerder is conform artikel 20 lid 3 jo 1 van de Onteigeningswet tot derde door de rechtbank benoemd voor de overleden vader van klagers. Verweerder is tekort geschoten in de op hem rustende verplichting duidelijkheid te scheppen of hij mede voor de erfgenamen optrad. Ten onrechte heeft hij hen niet op de hoogte gehouden van de ontwikkelingen in de onteigeningsprocedure en heeft het eindvonnis niet aan de erfgenamen toegestuurd. Ook heeft verweerder niet zorgvuldig gehandeld met betrekking tot de door hem ontvangen schadeloosstelling waardoor deze veel te laat is doorbetaald.

  • ECLI:NL:TADRARN:2011:YA1959 Raad van Discipline Arnhem 11-16

    Verzet tegen voorzittersbeslissing ongegrond. Advocaat handelt niet klachtwaardig door af te gaan op mededelingen van de wederpartij bij de voorlopige vaststelling van de omvang van diens financiële verplichtingen (pensioen).

  • ECLI:NL:TADRAMS:2011:YA1941 Raad van Discipline Amsterdam 11-039A

    Verweerder treedt op voor zijn cliënt in een burengeschil. Hij heeft zich schriftelijk bij de advocaat van de wederpartij van zijn cliënt gemeld als advocaat. Kort daarna worden de buren door de woningbouwvereniging uitgenodigd voor een gesprek. Verweerder verschijnt zonder aankondiging aan de advocaat van de wederpartij met zijn cliënt op het gesprek. De advocaat van de wederpartij is bij het gesprek niet aanwezig. Overtreding van gedragsregel 18. Enkele waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRARN:2011:YA1953 Raad van Discipline Arnhem 10-185

    Klagers verwijten verweerder sub 2 dat hij hun faillissement heeft aangevraagd zonder voorafgaand overleg met de deken en zonder dat de vordering in rechte was vastgesteld (gedragsregel 27 lid 7). Omdat gedaagden geen cliënt van verweerder sub 1 zijn geweest is deze gedragsregel niet van toepassing. Tevens verwijten klagers verweerder sub 1 dat hij ten onrechte betaling van klagers vordert. Niet valt in te zien waarom het verweerder sub 1 niet was toegestaan om met klager sub 1 af te spreken dat hij, althans zijn B.V., de declaraties die betrekking hebben op hetgeen verweerder sub 1 voor X heeft gedaan zal betalen. Beide onderdelen van de klacht zijn kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TAHVD:2011:YA1928 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 5979 5980 6001

    Wrakingsverzoek ingediend tegen lid van het Hof van Discipline naar aanleiding van vraagstelling tijdens de mondelinge behandeling. Oordeel dat sprake was van gerechtvaardigde vrees dat de rechterlijke onpartijdigheid schade zou kunnen leiden. Wrakingsverzoek toegewezen.

  • ECLI:NL:TADRARN:2011:YA1924 Raad van Discipline Arnhem 11-67

    Verweerder handelde niet klachtwaardig door ook met de partner van klaagster te communiceren, nu deze partner van aanvang af bij de zaak betrokken was en als aanspreekpunt fungeerde. Verweerder heeft geen brieven gedeclareerd die buiten het bereik van de toevoeging vielen.

  • ECLI:NL:TADRARN:2011:YA1925 Raad van Discipline Arnhem 10-189

    Verweerder trad op voor wederpartij van klager. Geschil zag op de vraag of tussen partijen een arbeidsovereenkomst was ontstaan. Relatie tussen klager en verweerders cliënte is in 1999 begonnen als services agreement. Er zijn in Brussel en in Nederland in totaal 9 procedures gevoerd. Twee daarvan in eerste aanleg en een in hoger beroep zijn door klager zelf aangespannen. Niet gebleken dat verweerder met opzet bij voorbaat kansloze procedures resp. verweren heeft gevoerd dan wel misbruik van recht heeft gemaakt. (klacht 1) Evenmin is komen vast te staan dat verweerder feiten en interpretaties heeft gepresenteerd waarvan hij wist of had moeten weten dat die niet juist waren. (klacht 2) Evenmin is gebleken van onnodig grievende uitlatingen. (klacht 4). Klacht 3 dat verweerder zou hebben aangezet tot valsheid in geschrifte is niet ontvankelijk want te laat; ziet op gebeurtenissen uit 2004.

  • ECLI:NL:TADRARN:2011:YA1926 Raad van Discipline Arnhem 11-30

    Klachten over de behandeling van een bouwarbitrage - onvoldoende deskundig optreden, een voorstel doen in het belang van de wederpartij om de arbiter gunstig te stemmen etc - kennelijk niet ontvankelijk wegens overschrijding van de redelijke termijn zonder redelijke verklaring daarvoor.

  • ECLI:NL:TADRARN:2011:YA1927 Raad van Discipline Arnhem 11-58

    Anders dan in de klacht ligt besloten heeft verweerder in een faillissementsrekest jegens klaagster mogen stellen dat klaagster meerdere schulden onbetaald liet. Er is niet gebleken van serieuze protesten tegen de vordering van verweerders cliënte. Verweerder heeft de grenzen van de vrijheid die hij in zijn hoedanigheid van advocaat heeft niet overschreden. Hij heeft voldoende onderzoek gedaan naar de schuldenpositie van klaagster. Klachten kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TAHVD:2011:YA1920 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 5940

    Verweerder stuurde ondanks vele verzoeken te lang geen eindafrekening en rekende zeer laat af met zijn cliënt. Gegrond. Maatregel schorsing van 2 weken.

  • ECLI:NL:TAHVD:2011:YA1921 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 6045

    Klacht dat voor het betaalde bedrag nauwelijks is gewerkt en met name geen advocaat in buitenland is aangestuurd. Gegrond. Maatregel schorsing van 2 weken.

  • ECLI:NL:TAHVD:2011:YA1922 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 5983

    Verwijt op betalende basis te werken als toevoeging wordt afgewezen op de grond dat verweerder meer toevoegingen op jaarbasis had verkregen dan het maximale toegestane aantal ( overschrijding quotum). Gegrond. Berisping.

  • ECLI:NL:TAHVD:2011:YA1923 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 5984

    Verwijt op betalende basis te werken als toevoeging wordt afgewezen op de grond dat verweerder meer toevoegingen op jaarbasis had verkregen dan het maximale toegestane aantal ( overschrijding quotum). geen maatregel wegens samenhang met zaak 5983

  • ECLI:NL:TAHVD:2011:YA1919 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 5941

    Verweerder had strafzaak (op toevoeginsbasis) overgenomen van andere advocaat en reageerde niet op diens verzoekn om afrekening terwijl later bleek dat dat niet aan de orde was. gegrond, maatregel schorsing van één week.

  • ECLI:NL:TADRARN:2011:YA1916 Raad van Discipline Arnhem 11-52

    Klacht dat verweerster werkzaamheden heeft opgeschort in afwachting van beslissing op toevoegingsaanvraag is feitelijk onjuist. Bezwaar dat verweerster onvoldoende zorgvuldig is geweest bij opstellen memorie van grieven is niet gespecificeerd laat staan onderbouwd. Concept destijds op voorhand aan klaagster toegezonden.

  • ECLI:NL:TADRARN:2011:YA1917 Raad van Discipline Arnhem 10-118

    Verzet tegen voorzittersbeslissing is niet tijdig ingesteld. Termijnoverschrijding niet verontschuldigbaar.

  • ECLI:NL:TADRARN:2011:YA1918 Raad van Discipline Arnhem 10-165

    Verzetzaak. Klacht wegens het niet opsturen van het procesdossier aan de cassatieadvocaat nadat de behandelend advocaat de werkzaamheden voor klager al enige tijd had beëindigd. Beslissing dat de klacht als kennelijk niet gegrond moet worden beschouwd, wordt in verzet bekrachtigd. Het had op de weg van klager of de cassatieadvocaat gelegen om verweerder een herinnering te sturen.

  • ECLI:NL:TADRARN:2011:YA1912 Raad van Discipline Arnhem 10-80

    De klacht (in januari 2010 bij de deken aan de orde gesteld): in een zaak (die speelde in 2001) optredend voor de verzekeraar van aansprakelijk gestelde advocaten a. onjuiste informatie verstrekken en geen advies vragen aan deskundige medici, b. voor die verzekeraar de zaak niet naar behoren uitvoeren maar in de doofpot stoppen en c. optreden voor een verzekeraar die tevens de zijne was en waarin een kantoorgenoot was betrokken. Het tijdsverloop, dat zonder een deugdelijke verklaring bleef, leidt tot kennelijke niet-ontvankelijkheid.

  • ECLI:NL:TADRARN:2011:YA1914 Raad van Discipline Arnhem 11-18

    Klacht: Onevenredig veel tijd in rekening gebracht, meer dan aanvankelijk begroot, alimentatie onjuist berekend, niet tijdig herziening van alimentatie verzocht met als gevolg dat LBIO beslag legde. Alle verwijten ongegrond. Voorschotdeclaratie conform opdracht. Het stond verweerder niet vrij om op voorstel klager no cure no pay in te gaan. Er is niet één juiste berekeningsmethode voor alimentatie, verschillende benaderingen mogelijk.

  • ECLI:NL:TADRARN:2011:YA1915 Raad van Discipline Arnhem 11-32

    Verweerder trad op voor zowel klagers als diens nieuwe werkgever in procedures tegen voormalig werkgever klager over schending concurrentiebeding. Klager verwijt verweerder dat deze een aantal producties niet heeft ingebracht met als gevolg dat klagers onschuld niet kon worden aangetoond, alsmede dat hij niet op tijd aan de wederpartij heeft laten weten dat klager kon instemmen met het tot dusver bereikte schikkingsvoorstel maar in het belang van zijn nieuwe werkgever is blijven dooronderhandelen. Dientengevolge heeft klager zich genoodzaakt gezien een andere advocaat in de arm te nemen. Klachten ongegrond. Verweerder kon voor beiden gaan optreden; niet gebleken van latere belangentegenstelling. Verweerder heeft voldoende gemotiveerd waarom hij meende door te moeten en kunnen onderhandelen. Risico afketsen overeenstemming niet aannemelijk.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2011:YA1910 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch B 113 - 2010

    Het staat een advocaat vrij om zijn cliënt, na bestudering van het dossier, het starten van een procedure te ontraden. Een advocaat is niet verplicht een in zijn ogen kansloze procedure te starten. Gegeven advies behoorde tot de beleidsvrijheid van een advocaat. Verzet ongegrond.