Zoekresultaten 33681-33690 van de 44698 resultaten

  • ECLI:NL:TADRARN:2013:57 Raad van Discipline Arnhem 13-64

    Verzet ongegrond. De voorzitter heeft niet een te streng criterium gehanteerd waar hij overweegt dat het aan klaagster was om aannemelijk te maken dat rechtbank en/of hof tot een ander oordeel zouden zijn gekomen wanneer verweerster de zaak anders en beter zou hebben aangepakt. Klacht over kwaliteit dienstverlening in strafzaak kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARN:2013:58 Raad van Discipline Arnhem 13-69

    Klacht a): Verweerster heeft klager niet eerst een sommatiebrief gestuurd met een termijn voor beraad maar heeft meteen conservatoir beslag laten leggen en zo klager voor een betrekkelijk geringe vordering onnodig op kosten gejaagd. De raad: verweerster had eerst een (sommatie)brief aan klager dienen te sturen om hem de gelegenheid te geven zich op zijn standpunt te beraden. Zij had zich ervan bewust dienen te zijn dat zij als nieuwe advocaat van mevrouw een eigen positie had, temeer daar het al geruime tijd was geleden dat partijen met bijstand van hun advocaten doende waren geweest om tot afwikkeling van de verdeling te komen. De gestelde vrees voor verduistering was niet van een zodanig concrete aard dat die aan het laten uitgaan van een sommatiebrief in de weg stond. Gegrond. Klacht c): Indien al beslag gelegd had moeten worden dan had verweerster kunnen volstaan met een beslag op de polissen, en had zij klager niet onnodig hoeven duperen met het beslag op zijn liquide middelen. Raad: Verweerster heeft kennelijk wel oog gehad voor de relatie tussen de soort vordering en het voorwerp van beslag, en voor het daarmee voor klager gemoeide belang, maar heeft er onvoldoende op toegezien dat de deurwaarder daar naar handelde. Dat komt voor haar verantwoordelijkheid. In zoverre gegrond. Enkele waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRARN:2013:59 Raad van Discipline Arnhem 13-74

    a. Verweerder heeft bij het indienen van de producties behorend bij de inleidende dagvaarding verzuimd daarvan per gelijke post afschrift aan klager toe te zenden. Dat is in strijd met elementaire regels van procesrecht. Klacht gegrond. Dat klager aanvankelijk heeft volstaan met het aanspreken van verweerder op diens nalatigheid impliceert niet dat hij zijn recht om ter zake te klagen heeft prijs gegeven. b. Verweerder heeft bij conclusie van repliek een bijlage bij een confraternele brief van klager overgelegd, zonder voorafgaande instemming van klager en/of overleg met de deken. De bijlage bij zo’n brief is niet per se confraterneel. De raad ziet niet in dat de beantwoording door de huisarts van de vragen van klager een confraterneel karakter draagt. Om zich ervan te vergewissen of de e-mail van de huisarts dat confraternele karakter toch draagt heeft verweerder die mail willen terughalen en de vraag aan de deken voor willen leggen. Klager heeft daar niet aan mee willen werken. Daarmee heeft klager niet alleen verweerder maar ook zichzelf de kans op een objectieve toetsing door de deken ontzegd. De raad is onder die omstandigheden van oordeel dat verweerder het voordeel van de twijfel behoort te genieten. Dit onderdeel van de klacht is dan ook ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARN:2013:60 Raad van Discipline Arnhem 13-80

    Het lag op de weg van verweerder om zo spoedig mogelijk na het in behandeling krijgen / nemen van klaagsters zaak zekerheid te krijgen over de lopende vervaltermijn. Hij had klaagster dan ook direct uitleg moeten geven over het belang van de algemene voorwaarden voor de vaststelling van die termijn. Hij heeft dat echter nagelaten en bij klaagster en zichzelf de indruk gewekt respectievelijk de gedachte laten post vatten dat de vervaltermijn 5 jaar plus 6 maanden bedroeg in plaats van in werkelijkheid 5 jaar plus 3 maanden. Verweerder heeft blijk gegeven van een te laconieke houding en onvoldoende besef van zijn verantwoordelijkheid om zekerheid te krijgen omtrent de vervaltermijn. Toen eenmaal vast stond dat de termijn was verstreken, heeft verweerder ten onrechte de verantwoordelijkheid daarvoor bij klaagster gelegd. Gegrond. Enkele waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRARN:2013:54 Raad van Discipline Arnhem 13-59

    Verzet ongegrond. Klager heeft zich destijds neergelegd bij overdracht van zijn zaak aan verweerster. Niet gebleken dat verweerster tekort is geschoten bij de behandeling van zijn zaak. Klacht tegen advocaat in TBS procedure over o.a. kwaliteit dienstverlening kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARN:2013:55 Raad van Discipline Arnhem 13-60

    Het is niet geoorloofd voor de betaling van declaraties andere zekerheid te aanvaarden dan een voorschot in geld, behoudens in bijzondere gevallen en dan slechts na overleg met de deken. Door zonder vooroverleg met de deken aan klager te vragen zich tevens persoonlijk aansprakelijk te houden voor de declaraties aan de BV heeft verweerder gehandeld in strijd met hetgeen een behoorlijk advocaat betaamt. Datzelfde geldt voor het bij wijze van borg aannemen van de autopapieren van klager, ook al had verweerder daar niet om verzocht. Klachtonderdelen e en f gegrond. Enkele waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRARN:2013:56 Raad van Discipline Arnhem 13-61

    Klager is verhuurder van een aan cliënte van verweerder verhuurde woning. Deze cliënte toonde verweerder een sommatiebrief van ING aan verweerder tot integrale aflossing hypotheek op dat pand. Verweerder heeft met gebruikmaking van die brief klager gesommeerd zijn verplichtingen uit huurovereenkomst gestand te doen. Geen schending briefgeheim door verweerder. Verweerder had de brief wel direct moeten doorleiden aan klager. Dat heeft hij niet gedaan. In zoverre klacht gegrond. Enkele waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2013:61 Raad van Discipline Amsterdam 13-204A

    Voorzittersbeslissing. Klacht tegen deken kennelijk ongegrond. Ruime mate van vrijheid om klachten te onderzoeken. Geen partijdigheid.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2013:58 Raad van Discipline Amsterdam 12-277A

    Klacht eigen advocaat gegrond. Advocaat tekortgeschoten in communicatie met client. Advocaat heeft client onvoldoende betrokken en begeleid in procedure over ontruiming van zijn woning. Berisping.

  • ECLI:NL:TACAKN:2013:19 Accountantskamer Zwolle 13/829 Wtra AK

    Tussen twee cliënten van accountant ontstaat een civiel geschil. De accountant geeft vervolgens ten behoeve van één cliënt verklaringen af die gebruikt worden in de inmiddels aanhangige civiele procedure. De accountant heeft daarbij onvoldoende oog gehad voor de bedreigingen voor zijn objectiviteit als gevolg van zijn vertrouwdheid en zijn band met die cliënt en de tegenstelling van belangen tussen de cliënten. De accountant had de opdrachten tot het afgeven van die verklaringen niet moeten aanvaarden dan wel expliciet toestemming van de andere cliënt moeten verkrijgen alvorens de opdrachten te aanvaarden. De tweede verklaring, die als een goedkeurende verklaring moet worden aangemerkt en assurance verschaft, voldoet niet aan de daaraan te stellen eisen; het afgeven daarvan strijdt met de fundamentele eisen van deskundigheid en zorgvuldigheid en van professioneel gedrag. De overige aan betrokkene gemaakte verwijten zijn ongegrond. Als maatregel wordt een waarschuwing passend en geboden geacht.