Zoekresultaten 37461-37470 van de 44778 resultaten

  • ECLI:NL:TADRSGR:2012:YA2829 Raad van Discipline 's-Gravenhage R.3739/11.141

    Klacht dat de advocaat in verband met een door de wederpartij geëntameerd voorlopig getuigenverhoor een gesprek heeft gehad met een door die wederpartij aangezegde getuige, die volgens klaagster niet in een bijzondere relatie tot de cliënt van verweerder stond. De betreffende getuige verrichtte door middel van zijn besloten vennootschap op regelmatige basis werkzaamheden voor de cliënte van verweerder, had met die cliënte een geheimhoudingsovereenkomst gesloten en behartigde blijkens interne stukken kennelijk het belang van die cliënte. De getuige stond daardoor in een bijzondere relatie tot de cliënt van verweerder (gedragsregel 16, lid 3). Klacht ongegrond

  • ECLI:NL:TADRSGR:2012:YA2791 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 3911/12.45

    Op basis van de tegenstrijdige mededelingen van klagers en verweerster kan niet worden vastgesteld dat sprake was van een situatie als bedoeld in gedragsregel 15 lid 2, nu de Rechtbank aan verweerster heeft verzocht informatie te verschaffen, waarna zonodig een termijn kon worden bepaald waarop klager sub 1 nog op de verzoeken mocht reageren. Gelet hierop kan niet worden vastgesteld dat een datum voor (eind)uitspraak was bepaald Niet kan worden vastgesteld dat sprake is van een situatie waar door het doen van inhoudelijke mededelingen van verweerster een situatie is gecreëerd, waarin zij de rechter heeft kunnen beïnvloeden, zonder dat klagers daarop hebben kunnen reageren. Op basis van de ter beschikking staande gegevens blijkt niet dat sprake was van een situatie waarin om uitspraak was gevraagd, zodat gedragsregel 15 lid 2 in dit geval toepassing mist. Het stond verweerster op grond van het bovenstaande dan ook vrij om de Rechtbank, zonder toestemming van klager sub 1 te berichten, mits zij van haar brief tegelijkertijd een afschrift aan klager sub 1 heeft gezonden. Gebleken is dat zij dat heeft gedaan. De klacht wordt als kennelijk ongegrond afgewezen.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2012:YA2810 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 3925/12.59

    Niet kan worden vastgesteld dat klaagster sub 1 rechtstreeks in haar belang is getroffen, zodat de klacht ten aanzien van haar kennelijk niet-ontvankelijk is. De inhoud van de faxbrief van verweerder aan de advocaat van klager sub 2 leidt niet tot de vaststelling dat verweerder tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld. De klacht ten aanzien van klager sub 2 is door de Raad kennelijk ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2012:YA2798 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 3924/12.58

    Het is niet de taak van de deken om de advocaat van de voormalig echtgenote van klager opdracht te geven met betrekking tot het meewerken aan de oplossing van het juridische geschil tussen klager en zijn voormalig echtgenote De deken is niet gehouden een klacht te onderzoeken indien naar zijn oordeel er geen twijfel over bestaat dat de ingediende klacht een herhaling is van een reeds eerder voorgelegde klacht. De klacht wordt kennelijk ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2012:YA2861 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 3704/11.106

    Uit confraternele correspondentie citeren in de memorie van grieven zonder hierover overleg te hebben met klager en zonder de deken om advies te vragen is in beginsel tuchtrechtelijk verwijtbaar. Bij de toetsing van de in artikel 46 Advocatenwet omschreven normen kan er echter niet voorbij gegaan worden dat een advocaat ten behoeve van een cliënt genoodzaakt kan zijn, gelet op de substantiëringsplicht opgenomen in het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, om het standpunt van de wederpartij weer te geven. Verweerder heeft zijn beroep op de op hem rustende substantiëringsplicht niet nader geconcretiseerd en gesteld noch aannemelijk gemaakt dat verweerder slechts aan op hem rustende plicht heeft kunnen voldoen door letterlijk uit confraternele correspondentie te citeren. Verweerder heeft de grens van de aan hem toekomende beoordelingsvrijheid overschreden. Aan verweerder wordt de maatregel van enkele waarschuwing opgelegd.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2012:YA2842 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 3523/10.153

    De wederpartij heeft niet aannemelijk gemaakt dat zijn advocaat niet beschikte over de dagvaarding en overige gestelde producties. Dit klachtonderdeel is ongegrond. De overige twee klachtonderdelen zien op overtreding van gedragsregels die gelden tussen advocaten. Daargelaten dat deze klachtonderdelen onvoldoende nader zijn onderbouwd althans niet aannemelijk zijn gemaakt, zijn deze klachtonderdelen niet-ontvankelijk.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2012:YA2823 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 3529/10.159

    Klacht dat de advocaat doorgaat met het zwart maken van klager (die advocaat is van de wederpartij) en diens cliënt, terwijl iedere feitelijke grondslag voor de aantijgingen en beschuldigingen ontbreekt. In een pleitnota, voorgedragen bij het gerechtshof, heeft de advocaat klager en diens cliënt over één kam geschoren met onder meer de stelling dat het duo in procedures en daarbuiten alle regels aan zijn laars lapt en geen enkele rem meer heeft waar het gaat om het in het geding brengen van kennelijk valse documenten of het innemen van bij voorbaat onhoudbare stellingen. De stellingen van de advocaat hebben enkel betrekking op stukken die klager namens zijn cliënt in het geding heeft gebracht en hebben niet betrekking op de door de advocaat beweerde wetenschap bij klager dat het om valse stukken zou gaan. Het over één kam scheren van klager en zijn cliënt is nodeloos grievend jegens klager. Klacht gegrond. Berisping.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2012:YA2804 Raad van Discipline 's-Gravenhage R.3761/11.163a

    Klager verwijt verweerster dat zij een onjuiste draagkrachtberekening heeft opgesteld, waardoor klager te veel alimentatie betaalt en derhalve schade lijdt. Het door klager gestelde verwijt ziet op een civielrechtelijk geschil. Ook de mogelijke vordering tot schadevergoeding is voorbehouden aan de civiele rechter. Verweerster heeft de gestelde beroepsfout gemeld bij de aansprakelijkheidsverzekeraar van haar kantoor. Het stond verweerster niet vrij een nieuwe draagkrachtberekening op te stellen dan wel de draagkrachtberekening aan te passen, nu de voormalig echtgenote van klager, voorheen ook cliente van het kantoor van verweerster, daarmee niet instemde. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2012:YA2855 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 3546/10.176

    Verweerder heeft in zijn brief aan de wederpartij ten onrechte vermeld dat hij zelf geconstateerd heeft dat er sprake is van wanbeleid. Verweerder heeft verklaard dat het geen eigen constatering betrof maar dat hij afgegaan is op informatie van zijn cliënt. Verweerder heeft voorts zonder enig voorbehoud en zonder enige nuancering gesteld dat zijn cliënt geen middel zou schuwen om zijn doel te bereiken. Deze uitlatingen acht de raad een zorgvuldig opererend advocaat onwaardig. Hetzelfde geldt voor door verweerder gebezigde bewoordingen als "aanfluiting". Verweerder heeft de aan hem toekomende vrijheid om de belangen van zijn cliënt te behartigen overschreden. Het klachtonderdeel dat betrekking heeft op de mededeling van verweerder in het dekenonderzoek dat de advocaat van klager om uitstel heeft gevraagd, acht de raad ongegrond. Hoewel de advocaat van klager niet letterlijk gevraagd heeft om uitstel, heeft verweerder onbetwist gesteld dat de advocaat van klager verzocht heeft om pas op de plaats te maken om een inhoudelijke reactie te kunnen geven. Verweerder wordt de maatregel van enkele waarschuwing opgelegd

  • ECLI:NL:TADRSGR:2012:YA2836 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 3900/12.34

    Het feit dat de advocaat aan klager (als wederpartij van zijn client) een gebruikelijke termijn en vervolgens een nadere termijn heeft gesteld voor het voldoen van de nakosten, met aankondiging dat verdere executiemaatregelen zouden worden ingezet zonder dat nadere vooraankondiging daarvan zou worden gedaan, valt onder de ruime mate van vrijheid die de advocaat heeft om de belangen van zijn client te behartigen. Gelet op artikel 18 van de gedragsregels is het de advocaat niet toegestaan zonder toestemming van de advocaat van de wederpartij rechtsstreekts contact te onderhouden met de wederpartij. De klachtenonderdelen worden door de voorzitter als kennelijk ongegrond afgewezen.