ECLI:NL:TGZRSHE:2025:62 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2024/7521
ECLI: | ECLI:NL:TGZRSHE:2025:62 |
---|---|
Datum uitspraak: | 14-05-2025 |
Datum publicatie: | 15-05-2025 |
Zaaknummer(s): | H2024/7521 |
Onderwerp: | Geen of onvoldoende zorg |
Beslissingen: | Ongegrond, kennelijk ongegrond |
Inhoudsindicatie: | Klager klaagt dat verweerster hem 15 capsules Tramadol heeft voorgeschreven, terwijl zij volgens hem had beloofd dat zij 30 capsules zou voorschrijven. Verweerster betwist dat zij een dergelijke belofte heeft gedaan.Dat verweerster heeft beloofd 30 capsules voor te schrijven, kan het college uit het dossier niet opmaken. De aantekening “HR” (herhaalrecept) betekent niet (zonder meer) dat het om dezelfde hoeveelheid van hetzelfde medicijn gaat en dezelfde dosering. Het kan ook om een andere hoeveelheid en/of een andere dosering gaan. Het college kan enkel vaststellen dat verweerster met klager heeft besproken dat langdurig opiaatgebruik niet goed is en dat daarvoor geen indicatie bestond. Uit het feit dat verweerster het eerdere recept heeft aangepast naar 15 capsules en een lagere dosering, blijkt dat ze bewust een afweging heeft gemaakt over het aantal voor te schrijven capsules en de dosering.Omdat uit het dossier niet blijkt dat verweerster heeft beloofd 30 capsules voor te schrijven en dit door klager ook onvoldoende aannemelijk is gemaakt, acht het college de klacht kennelijk ongegrond. |
REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG
TE ’s-HERTOGENBOSCH
Beslissing in raadkamer van 14 mei 2025 op de klacht van:
[A],
wonende in [B],
klager
tegen
[C],
huisarts,
destijds werkzaam in [B], verweerster, hierna ook: de huisarts,
gemachtigde: mr. H. van de Kerke, werkzaam in Amsterdam.
1. De zaak in het kort
1.1 Klager klaagt erover dat verweerster hem in strijd met de afspraak om 30 capsules
Tramadol voor te schrijven, slechts 15 capsules heeft voorgeschreven.
1.2 Verweerster betwist dat zij heeft beloofd 30 capsules Tramadol voor te schrijven.
Dat blijkt
niet uit het dossier en het lag volgens haar ook niet voor de hand gelet op de bijwerkingen
en de
risicofactoren Het is in ieder geval niet haar bedoeling geweest om gemaakte afspraken
niet na te
komen.
1.3 Het college komt tot het oordeel dat de klacht kennelijk ongegrond is.
2. De procedure
2.1 De procedure blijkt uit:
- het klaagschrift, ontvangen op 23 september 2024;
- het verweerschrift met de bijlagen.
2.2 Het college heeft de klacht in raadkamer behandeld. Dit betekent dat het college
de zaak
beoordeeld heeft op basis van de stukken, zonder dat de partijen daarbij aanwezig
waren.
3. Wat is er gebeurd?
3.1 Aan klager zijn na een ongeval op 14 juli 2024 door zijn huisartspraktijk op
18 juli
2024 30 capsules Tramadol voorgeschreven. Dit recept is op 25 juli 2024 herhaald.
In het huisartsenjournaal van 25 juli 2024 staat:
“S nog eenmaal herhaalrecept, anders op su komen voor S verder onderzoek.”
3.2 Toen klager daarna vroeg om een herhaalrecept, moest hij op het spreekuur van
de huisarts
komen. Op 6 augustus 2024 kwam klager op het spreekuur bij een waarnemend huisarts
(verweerster).
In het huisartsenjournaal van 6 augustus 2024 staat onder meer:
“S Gaat nu niet goed maar heeft wrs nog maar 1 recept nodig”
P lang gesprek. Ik hoor alleen maar ja maar, denken P in moeilijkheden ipv mogelijkheden.
Langdurig
P opiaat gebruik gewoon niet goed en geen indicatie
P voor. Nu HR, hierna geen recept meer. Overgedragen P ook voor CHP. Verantwoordelijkheid
bij pt
gelegd.
P Advies fysio, bewegen. Indien toch niet voldoende
P met verslag fysio retour.”
3.3 Toen klager zich daarna bij de apotheek vervoegde, bleek dat er 15 capsules
waren
voorgeschreven in plaats van de volgens hem beloofde 30 stuks. Hij heeft zich er
een dag later over
beklaagd dat hij maar 15 stuks had gekregen.
4. De klacht en de reactie van de huisarts
4.1 Volgens klager heeft verweerster onzorgvuldig/onjuist gehandeld, omdat zij
gemaakte afspraken
niet is nagekomen door 15 in plaats van 30 capsules Tramadol voor te schrijven.
4.2 Verweerster heeft het college verzocht de klacht ongegrond te verklaren.
4.3 Het college gaat hieronder verder in op de standpunten van partijen.
5. De overwegingen van het college
De criteria voor de beoordeling
5.1 De vraag is of de huisarts de zorg heeft verleend die van haar verwacht mocht
worden. De norm
daarvoor is een redelijk bekwame en redelijk handelende huisarts. Bij de beoordeling
wordt rekening
gehouden met de voor de huisarts geldende beroepsnormen en andere professionele
standaarden. Dat
een zorgverlener beter anders had kunnen handelen is niet altijd genoeg voor een
tuchtrechtelijk
verwijt.
5.2 Na een ongeval kreeg klager tweemaal, en wel op 18 en 25 juli 2024, voor zijn
pijnklachten 30
stuks Tramadol voorgeschreven met een dosering van 3 maal per dag 1 capsule. Op
25 juli 2024 is aan
klager meegedeeld dat hij nog eenmaal een herhaalrecept kreeg en anders op het spreekuur
moest
komen voor verder onderzoek.
Klager kwam op 6 augustus 2024 op het spreekuur van verweerster. Zij was waarnemend
huisarts.
Volgens klager heeft verweerster hem toen beloofd dat zij 30 capsules Tramadol voor
zou schrijven.
Verweerster daarentegen stelt dat klager niet openstond voor haar adviezen en dat
ze, om hem de
kans te geven de Tramadol af te bouwen, nog eenmaal 15 stuks heeft voorgeschreven
met, blijkens de
medicatielijst, een dosering van 1 tot 3 maal per dag 1 capsule, en dat hij hierna
geen
herhaalrecept meer zou krijgen.
5.3 Het college overweegt als volgt. Uit het huisartsenjournaal van 6 augustus 2024
blijkt dat
klager zelf dacht nog één recept nodig te hebben. Dat verweerster heeft beloofd
30 capsules voor te
schrijven, kan het college uit het dossier niet opmaken. De aantekening “HR” (herhaalrecept)
betekent niet (zonder meer) dat het om dezelfde hoeveelheid van hetzelfde medicijn
gaat en dezelfde
dosering. Het kan ook om een andere hoeveelheid en/of een andere dosering gaan.
Het college kan
enkel vaststellen dat verweerster met klager heeft besproken dat langdurig opiaatgebruik
niet goed
is en dat daarvoor geen indicatie
bestond. Uit het feit dat verweerster het eerdere recept heeft aangepast naar 15
capsules en een
lagere dosering, blijkt dat ze bewust een afweging heeft gemaakt over het aantal
voor te schrijven
capsules en de dosering.
5.4 Omdat uit het dossier niet blijkt dat verweerster heeft beloofd 30 capsules
voor te schrijven
en dit door klager ook onvoldoende aannemelijk is gemaakt, acht het college de klacht
kennelijk
ongegrond. Het ware wellicht beter geweest als verweerster in het dossier had opgenomen
dat ze het
aantal capsules had aangepast, maar dat ze dat niet heeft gedaan, acht het college
onvoldoende voor
een tuchtrechtelijk verwijt.
Slotsom
5.5. Uit de overwegingen hiervoor volgt dat de klacht kennelijk ongegrond is.
6. De beslissing
Het college:
- verklaart de klacht kennelijk ongegrond.
Deze beslissing is gegeven op 14 mei 2025 door K.A.J.C.M. van den Berg Jeths-
van Meerwijk, voorzitter, E. Jansen en M. van Mesdag, leden-beroepsgenoten, bijgestaan
door T.G. Nijenkamp, secretaris.