ECLI:NL:TGDKG:2025:70 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/761982 / DW RK 24/445

ECLI: ECLI:NL:TGDKG:2025:70
Datum uitspraak: 27-06-2025
Datum publicatie: 29-07-2025
Zaaknummer(s): C/13/761982 / DW RK 24/445
Onderwerp: Ambtshandelingen (art. 2 Gdw)
Beslissingen:
Inhoudsindicatie: klager is voldoende op de hoogte gesteld van de bedragen die zijn geïnd.

KAMER VOOR GERECHTSDEURWAARDERS TE AMSTERDAM

Beslissing van 27 juni 2025 zoals bedoeld in artikel 43 van de Gerechtsdeurwaarderswet inzake de klacht met nummer C/13/761982 / DW RK 24/445 ingesteld door:

[..],

wonende te [..],

klager,

tegen:

[..],

gerechtsdeurwaarder te [..],

beklaagde,

gemachtigde: [..].

Ontstaan en loop van de procedure

Bij klachtenformulier met bijlagen, ingekomen op 31 december 2024, heeft klager een klacht ingediend tegen de gerechtsdeurwaarder. Bij verweerschrift, ingekomen op 19 februari 2025, heeft de gerechtsdeurwaarder op de klacht gereageerd. De klacht is behandeld ter openbare terechtzitting van 2 mei 2025 waar klager en de gemachtigde van de gerechtsdeurwaarder zijn verschenen. De uitspraak is bepaald op 27 juni 2025.

1. De feiten

Uitgegaan wordt van de volgende feiten en omstandigheden:

- bij vonnis van 6 juli 2016 is klager veroordeeld een vordering van de Rabobank te voldoen;

- op 27 maart 2020 is executoriaal derdenbeslag gelegd onder het Uitkeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV);

- het dossier is in augustus 2022 gesloten.

2. De klacht

Klager beklaagt zich samengevat over het volgende:

a. In het vonnis was de hoofdsom € 965,87, maar klager heeft in het totaal meer dan € 10.000,- voldaan.

b. Klager heeft € 2.387,92 betaald aan [..]. Toen klager om opheldering vroeg, kreeg hij geen antwoord.

c. Klager verzoekt om herroeping van het vonnis van 6 juli 2016.

3. Het verweer van de gerechtsdeurwaarder

De gerechtsdeurwaarder heeft de klacht gemotiveerd weersproken. Voor zover van belang wordt hierna op dat verweer ingegaan.

4. De beoordeling van de klacht

4.1 Op grond van het bepaalde in artikel 34 van de Gerechtsdeurwaarderswet zijn gerechtsdeurwaarders onderworpen aan tuchtrechtspraak ter zake van enig handelen of nalaten in strijd met die wet of in strijd met hetgeen een behoorlijk handelend gerechtsdeurwaarder betaamt. Klachten kunnen niet worden gericht tegen een gerechtsdeurwaarderskantoor of een medewerker van dat kantoor. In het verweer heeft bovengenoemde gerechtsdeurwaarder zich opgeworpen als beklaagde. Hiermee is in de aanhef van de beslissing rekening gehouden. Ter beoordeling staat of er sprake is van tuchtrechtelijk laakbaar handelen in de zin van artikel 34 van de Gerechtsdeurwaarderswet.

4.2 Ten aanzien van klachtonderdelen a en b beantwoordt de kamer de vraag of klager voldoende informatie heeft gekregen ten aanzien van de door hem gedane betalingen positief. Daartoe overweegt de kamer het volgende.

[..] heeft het dossier van de Rabobank overgenomen van [..]. Dit kantoor is overgenomen door [..], die het grootste gedeelte van de vordering van de Rabobank heeft geïnd. Klager heeft op 27 december 2024 van [..]een specificatie ontvangen van de kosten die in het dossier van de Rabobank zijn gemaakt. Daarbij is tevens een specificatie verstrekt van de betalingen door klager bij [..]. Niet gebleken is dat de gerechtsdeurwaarder kosten heeft berekend die hij op grond van het Besluit Tarieven Ambtshandelingen Gerechtsdeurwaarders niet had mogen berekenen.

Klager heeft op 14 april 2025 een e-mail van [..] ingezonden met daarbij overzichten van betalingen vanaf 12 augustus 2013 in de dossiers die bij dat kantoor liepen. Klager heeft dus inmiddels uitgebreide specificaties ontvangen en kan daarmee precies zien welk bedrag hij in welk dossier heeft betaald.

4.3 Ten aanzien van klachtonderdeel c overweegt de kamer dat het niet tot haar bevoegdheid behoort om een vonnis te herzien. Indien klager het niet eens was met het vonnis van 6 juli 2016 had hij destijds daartegen via de daartoe geëigende wegen een rechtsmiddel moeten aanwenden.

4.4 Klager heeft ook geklaagd over de BKR melding, die nog steeds van toepassing is ondanks dat het beslag is opgeheven en de vordering van de Rabobank is voldaan. Het is echter niet aan de gerechtsdeurwaarder om ten aanzien van de BKR melding actie te ondernemen. Klager dient zich daarvoor te wenden tot de Rabobank.

4.5 Op grond van het voorgaande wordt beslist als volgt.

BESLISSING

De kamer voor gerechtsdeurwaarders:

  • verklaart de klacht ongegrond.

Aldus gegeven door mr. A.E. de Vos, plaatsvervangend-voorzitter, mr. M.C.M. Hamer en mr. H.A. Roos, leden, uitgesproken ter openbare terechtzitting van 27 juni 2025, in tegenwoordigheid van de secretaris.

Tegen deze beslissing kan binnen dertig dagen na dagtekening van verzending van het afschrift van de beslissing, hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Amsterdam, Postbus 1312, 1000 BH Amsterdam.