ECLI:NL:TGDKG:2025:65 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/744384 / DW RK 23/471 EdV/RH

ECLI: ECLI:NL:TGDKG:2025:65
Datum uitspraak: 27-06-2025
Datum publicatie: 29-07-2025
Zaaknummer(s): C/13/744384 / DW RK 23/471 EdV/RH
Onderwerp: Ambtshandelingen (art. 2 Gdw)
Beslissingen:
Inhoudsindicatie: Het is niet aan de gerechtsdeurwaarder om zelfstandig te beoordelen of er wel of niet zekerheid moet worden gesteld of dat uitbetaling kan plaatsvinden in de verschillende fasen van de door klaagster gevoerde procedure. De gerechtsdeurwaarder is gehouden de opdrachten van haar opdrachtgever marginaal te toetsen en deze uit te voeren en zo heeft de gerechtsdeurwaarder ook gehandeld. Klacht over het niet beantwoorden van een e-mail is gegrond, er bestaat geen aanleiding een maatregel op te leggen gelet op de omstandigheden van het geval.

KAMER VOOR GERECHTSDEURWAARDERS TE AMSTERDAM

Beslissing van 27 juni 2025 zoals bedoeld in artikel 43 van de Gerechtsdeurwaarderswet inzake de klacht met nummer C/13/744384 / DW RK 23/471 EdV/RH ingesteld door:

[..],

gevestigd te[..],

klaagster,

gemachtigde: mr.[..],

tegen:

[..],

gerechtsdeurwaarder te [..],

beklaagde,

gemachtigde: mr. [..].

Ontstaan en loop van de procedure

Bij brief met bijlagen, ingekomen op 29 december 2023, heeft klaagster een klacht ingediend tegen de gerechtsdeurwaarder. Bij verweerschrift, ingekomen op 23 februari 2024, heeft de gerechtsdeurwaarder op de klacht gereageerd.

De klacht is behandeld ter openbare terechtzitting van 2 mei 2025 waar klaagster en haar gemachtigde en de gerechtsdeurwaarder en haar gemachtigde zijn verschenen. De uitspraak is bepaald op 27 juni 2025.

1. De feiten

Uitgegaan wordt van de volgende feiten en omstandigheden:

- bij vonnis van de rechtbank Noord-Nederland van 1 juni 2022 is klaagster veroordeeld tot het betalen van een geldbedrag aan [..];

- nadat hoger beroep was ingesteld heeft het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden bij tussenarrest van 6 december 2022 aan de uitvoerbaarheid van het vonnis van 1 juni 2022 de voorwaarde verbonden dat [..] voorafgaand aan het verhalen van de vordering op klaagster zekerheid dient te stellen;

- afgesproken is dat een eerder door de gerechtsdeurwaarder ontvangen bedrag van € 11.121 bij de gerechtsdeurwaarder in depot blijft en dat [..] het bedrag dat reeds was geïncasseerd (€ 11.151) aan de gerechtsdeurwaarder zal terugbetalen;

- op 5 januari 2023 heeft de gerechtsdeurwaarder executoriaal derdenbeslag gelegd onder de ING Bank N.V. ten laste van klaagster;

- bij arrest van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 25 juli 2023 is het vonnis van de rechtbank grotendeels bekrachtigd;

- op 12 september 2023 heeft de gerechtsdeurwaarder executoriaal derdenbeslag gelegd onder de ING Bank N.V. ten laste van klaagster;

- op 12 september 2023 heeft de gerechtsdeurwaarder tevens executoriaal derdenbeslag gelegd onder [..]ten laste van klaagster;

- op 10 oktober 2023 is klaagster in cassatie gegaan;

- op 31 oktober 2023 heeft de gerechtsdeurwaarder aan klaagster bericht dat zij is overgegaan tot een tussentijdse afdracht aan [..];

- op 31 oktober 2023 heeft klaagster verzocht haar mee te delen om welk bedrag het gaat;

- op 6 december 2023 heeft de ING aan klaagster bericht dat € 5.347 wordt afgedragen aan de gerechtsdeurwaarder;

- klaagster heeft hierop op 13 december 2023 gerappelleerd tot beantwoording van de e-mail van 31 oktober en de advocaat en de gerechtsdeurwaarder gesommeerd zekerheid te stellen binnen een week;

- op 17 januari 2024 heeft de advocaat van [..] aan de advocaat van klaagster onder meer bericht dat in zijn visie de voorwaarde van zekerheidstelling is vervallen.

2. De klacht

Klaagster klaagt samengevat over het volgende.

a: De gerechtsdeurwaarder heeft zonder medeweten en zonder toestemming van klaagster en zonder juridische grondslag een door [..] tot zekerheid gesteld bedrag van € 22.363,69 geheel of gedeeltelijk vrijgegeven aan [..].

b: De gerechtsdeurwaarder geeft geen openheid van zaken over het door haar vrijgegeven bedrag.

c: De gerechtsdeurwaarder heeft grenzen van haar wettelijke bevoegdheden overschreden door over te gaan tot inning van een bedrag van € 5.347,76 zonder dat daarover zekerheid is gesteld.

d: De gerechtsdeurwaarder reageert niet op pogingen tot communicatie.

3. Het verweer van de gerechtsdeurwaarder

De gerechtsdeurwaarder heeft de klacht gemotiveerd weersproken. Voor zover van belang wordt hierna op dat verweer ingegaan.

4. De beoordeling van de klacht

4.1 Op grond van het bepaalde in artikel 34 van de Gerechtsdeurwaarderswet zijn gerechtsdeurwaarders onderworpen aan tuchtrechtspraak ter zake van enig handelen of nalaten in strijd met die wet of in strijd met hetgeen een behoorlijk handelend gerechtsdeurwaarder betaamt. Ter beoordeling staat of er sprake is van tuchtrechtelijk laakbaar handelen in de zin van artikel 34 van de Gerechtsdeurwaarderswet.

4.2 Ten aanzien van klachtonderdelen a en c overweegt de kamer het volgende. Het is niet aan de gerechtsdeurwaarder om zelfstandig te beoordelen of er wel of niet zekerheid moet worden gesteld of dat uitbetaling kan plaatsvinden in de verschillende fasen van de door klaagster gevoerde procedure. De gerechtsdeurwaarder is gehouden de opdrachten van haar opdrachtgever marginaal te toetsen en deze uit te voeren en zo heeft de gerechtsdeurwaarder ook gehandeld.

Ook de kamer zal niet oordelen over de inhoudelijke kant van de zaak, daartoe is zij als tuchtrechter niet bevoegd. Klaagster dient zich daartoe te wenden tot de civiele rechter.

4.3 Ten aanzien van klachtonderdelen b en d overweegt de kamer als volgt. De gerechtsdeurwaarder heeft bij e-mail van 31 oktober 2023 gemeld dat is overgegaan tot het doen van een tussentijdse afdracht aan haar opdrachtgever. De advocaat van klaagster heeft bij e-mail van diezelfde dag bezwaar gemaakt tegen het vrijgeven van gelden en heeft de gerechtsdeurwaarder gevraagd om welk bedrag het gaat. Hierop is niet gereageerd. De gerechtsdeurwaarder heeft gesteld dat zij de e-mail van de advocaat van klaagster heeft doorgestuurd naar haar opdrachtgever. Doordat daar geen antwoord op kwam, is de e-mail volgens de gerechtsdeurwaarder in de vergetelheid geraakt.

4.4 Bij e-mail van 13 december 2023 heeft de advocaat van klaagster de gerechtsdeurwaarder gerappelleerd en nogmaals bezwaar gemaakt tegen het vrijgeven van gelden en de gerechtsdeurwaarder gesommeerd zorg te dragen voor het stellen van zekerheid. Deze e-mail is tevens geadresseerd aan de advocaat van [..]. Op 17 januari 2024 heeft de advocaat van [..] deze e-mail beantwoord.

4.5 Ingevolge vaste jurisprudentie van de kamer dient op correspondentie in een dossier binnen twee weken te worden gereageerd. De kamer stelt vast dat de gerechtsdeurwaarder ten onrechte de advocaat van klaagster niet op de hoogte heeft gesteld dat zij zijn e-mail van 31 oktober 2023 naar haar opdrachtgever heeft verzonden. Daarnaast is de e-mail van 13 december 2023 niet door haar beantwoord. De advocaat van klaagster heeft de e-mail tevens gericht aan de advocaat van klaagsters opdrachtgever. Het verweer van de gerechtsdeurwaarder dat de advocaten onderling contact hadden en dat zij zich niet geroepen voelde zich eveneens te mengen in de discussie, neemt niet weg dat zij minstens had moeten berichten dat haar opdrachtgever de e-mail zou beantwoorden. De klacht hierover is dan ook gegrond.

4.6 De kamer is van oordeel dat kan worden volstaan met de constatering dat de klachtonderdelen b en d gegrond zijn. Gelet op het feit dat de inhoudelijke discussie tussen beide partijen (met betrekking tot het al dan niet nog geldende verplichting tot zekerheidstelling door [..]) gevoerd werd door de advocaten en de gerechtsdeurwaarder daarin slechts gedeeltelijk werd meegenomen, bestaat geen aanleiding een maatregel op te leggen.

4.7 Op grond van artikel 37 lid 7 van de Gerechtsdeurwaarderswet bepaalt de kamer dat de gerechtsdeurwaarder aan klaagster het betaalde griffierecht vergoedt.

4.8 Op grond van voorgaande wordt beslist als volgt.

BESLISSING

De kamer voor gerechtsdeurwaarders:

- verklaart klachtonderdelen b en d gegrond;

- verklaart de klacht voor het overige ongegrond;

- bepaalt dat de gerechtsdeurwaarder aan klaagster het betaalde griffierecht ad € 50,- vergoedt, na het onherroepelijk worden van deze uitspraak.

Aldus gegeven door mr. A.E. de Vos, plaatsvervangend-voorzitter, mr. M.C.M. Hamer en mr. H.A. Roos, leden, uitgesproken ter openbare terechtzitting van 27 juni 2025, in tegenwoordigheid van de secretaris.

Tegen deze beslissing kan binnen dertig dagen na dagtekening van verzending van het afschrift van de beslissing, hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Amsterdam, Postbus 1312, 1000 BH Amsterdam.