ECLI:NL:TGDKG:2025:2 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/675525 / DW RK 19/613

ECLI: ECLI:NL:TGDKG:2025:2
Datum uitspraak: 02-01-2025
Datum publicatie: 27-11-2020
Zaaknummer(s): C/13/675525 / DW RK 19/613
Onderwerp: Ambtshandelingen (art. 2 Gdw)
Beslissingen:
Inhoudsindicatie: De gerechtsdeurwaarder heeft zijn reactie op een op 11 februari 2019 door klager ingediende klacht naar een verkeerd adres gestuurd. Het verzet is gegrond. Gelet op de door de gerechtsdeurwaarder aangeboden excuses, acht de kamer de gemaakte fout onvoldoende om tuchrechtelijk verwijtbaar handelen vast te kunnen stellen. De aanvankelijke klacht wordt daarom ongegrond verklaard.

KAMER VOOR GERECHTSDEURWAARDERS TE AMSTERDAM

Beslissing van 27november 2020 zoals bedoeld in artikel 39, vierde lid, van de Gerechtsdeurwaarderswet inzake de beslissing van 12 november 2019 met zaaknummer C/13/661962 / DW RK 18/464 en het daartegen ingestelde verzet met zaaknummer C/13/675525 / DW RK 19/613 MdV / JD ingesteld door:

[],

wonende te [],

klager,

tegen:

[],

gerechtsdeurwaarder te [],

beklaagde,

gemachtigde: [].

1. Ontstaan en loop van de procedure

Bij e-mail met bijlagen, ingekomen op 13 februari 2019, heeft klager een klacht ingediend tegen het gerechtsdeurwaarderskantoor van beklaagde, hierna: de gerechtsdeurwaarder. Bij verweerschrift, ingekomen op 2 april 2019, heeft de gerechtsdeurwaarder op de klacht gereageerd. Bij beslissing van 12 november 2019 heeft de voorzitter de klacht als kennelijk ongegrond afgewezen. Klager is een afschrift van de beslissing van de voorzitter toegezonden bij brief van diezelfde datum.

Bij e-mail, ingekomen op 20 november 2019, heeft klager verzet ingesteld tegen de beslissing van de voorzitter. Op 6 mei 2020 heeft klager nog een e-mail aan de kamer gestuurd, waarop de gerechtsdeurwaarder bij e-mail van 11 mei 2020 heeft gereageerd. Het verzet is behandeld ter openbare terechtzitting van 6 oktober 2020 waar klager en de gemachtigde van de gerechtsdeurwaarder zijn verschenen. Van de behandeling ter zitting zijn aantekeningen gemaakt. De uitspraak is nader bepaald op 27 november 2020.

2. De ontvankelijkheid van het verzet

Klager heeft verzet ingesteld binnen veertien dagen na de dag van verzending van een afschrift van voormelde beslissing van de voorzitter, zodat hij in het verzet kan worden ontvangen.

3. De feiten

Uitgegaan wordt van de volgende feiten en omstandigheden:

- op 11 februari 2019 heeft klager bij de gerechtsdeurwaarder een klacht ingediend over –samengevat– de behandeling van zijn dossier op het gerechtsdeurwaarderskantoor en bejegening van klager door medewerkers van het kantoor waardoor er nog geen betalingsregeling is getroffen;

- blijkens het verweerschrift heeft de gerechtsdeurwaarder bij per e-mail verzonden brief van 12 februari 2019 gereageerd op de brief van klager.

4. De aanvankelijke klacht

Klager beklaagt zich erover dat de gerechtsdeurwaarder niet heeft gereageerd op zijn brief van 11 februari 2019.

5. De beslissing van de voorzitter

5.1 De voorzitter heeft als volgt op de klacht overwogen.

4.2 Ten aanzien van de klacht overweegt de voorzitter als volgt. Van een gerechtsdeurwaarder mag worden verwacht dat hij brieven met betrekking tot een bij hem in behandeling zijnde incasso of executie binnen een redelijke termijn van veertien dagen beantwoordt. Uit de door de gerechtsdeurwaarder overgelegde producties kan worden opgemaakt dat hij wel degelijk binnen een redelijke termijn op de brieven van klager heeft gereageerd. Het verwijt van klager treft derhalve geen doel.

5.2 Op grond hiervan heeft de voorzitter de klacht van klager als kennelijk ongegrond afgewezen.

6. De gronden van het verzet

Klager heeft in verzet aangevoerd dat de door de gerechtsdeurwaarder overgelegde e-mail van 12 februari 2019 is gestuurd naar een verkeerd e-mail adres. De voorzitter heeft dus ten onrechte overwogen dat de gerechtsdeurwaarder binnen een redelijke termijn op de brieven van klager heeft gereageerd.

7. Beoordeling van de gronden van het verzet

De kamer overweegt dat de gerechtsdeurwaarder in een e-mail aan klager van 11 mei 2020 heeft erkend dat de reactie op de brieven van klager naar een verkeerd adres is gestuurd. Het verzet is daarom gegrond. De beslissing van de voorzitter kan daarom niet in stand blijven en dient te worden vernietigd. Dit houdt in dat de kamer de inleidende klacht dient te beoordelen

8. Beoordeling van de gronden van het verzet

8.1 De gerechtsdeurwaarder heeft de door hem gemaakte communicatiefout erkend en heeft de fout hersteld. Bovendien heeft de gerechtsdeurwaarder aan klager zijn verontschuldigingen aangeboden voor de gemaakte fout. De fout is niet zo ernstig dat deze niet op deze wijze opgelost kan worden. Daarmee is geen sprake van tuchtrechtelijk laakbaar handelen.

8.2 Het voorgaande leidt tot de navolgende beslissing.

BESLISSING

De Kamer voor Gerechtsdeurwaarders:

  • verklaart het verzet gegrond,
  • vernietigt de beslissing van de voorzitter,
  • verklaart de klacht ongegrond.

Aldus gegeven door mr. W.M. de Vries, voorzitter, mr. M.L.S. Kalff en mr. J.N. Reijn, leden en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 27 november 2020, in tegenwoordigheid van de secretaris.

Tegen deze beslissing kan binnen dertig dagen na dagtekening van verzending van het afschrift van de beslissing, hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Amsterdam, Postbus 1312, 1000 BH Amsterdam.