ECLI:NL:TADRSHE:2025:29 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 24-497/DB/ZWB

ECLI: ECLI:NL:TADRSHE:2025:29
Datum uitspraak: 24-02-2025
Datum publicatie: 25-02-2025
Zaaknummer(s): 24-497/DB/ZWB
Onderwerp: Wat een behoorlijk advocaat betaamt t.o. de wederpartij, subonderwerp: Vrijheid van handelen
Beslissingen: Beslissing op verzet
Inhoudsindicatie: Verzetbeslissing. De voorzitter heeft bij de beoordeling van de klacht de juiste maatstaf toegepast en voorts rekening gehouden met alle relevante feiten en omstandigheden van het geval. Verzet ongegrond.

Beslissing van de Raad van Discipline in het ressort ‘s-Hertogenbosch
van 24 februari 2025
in de zaak 24-497/DB/ZWB

naar aanleiding van het verzet tegen de beslissing van de voorzitter van de raad van discipline van 1 augustus 2024 op de klacht van:

klaagster
gemachtigde: [naam]

over:

verweerder

1 VERLOOP VAN DE PROCEDURE

1.1 Op 22 december 2023 heeft klaagster tegen verweerder een klacht ingediend bij de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Zeeland-West-Brabant (hierna: “de deken”).

1.2 Op 1 juli 2024 heeft de raad het dossier met kenmerk K24-012 van de deken ontvangen.

1.3 Bij beslissing van 1 augustus 2024 heeft de voorzitter van de raad de klacht kennelijk ongegrond verklaard.

1.4 Op 25 augustus 2024 heeft klaagster verzet ingesteld tegen de beslissing van de voorzitter.

1.5 Partijen zijn opgeroepen voor de mondelinge behandeling van het verzet tijdens de zitting van de raad op 13 januari 2025. Verschenen zijn klaagsters gemachtigde en verweerder. Klaagster is niet verschenen.

1.6 De raad heeft kennisgenomen van de beslissing van de voorzitter waartegen het verzet is gericht, van de stukken waarop de beslissing van de voorzitter is gebaseerd en van het verzetschrift.


2 FEITEN EN KLACHT

2.1 Voor een weergave van de vaststaande feiten en de omschrijving van de klacht verwijst de raad naar de beslissing van de voorzitter.


3 VERZET

3.1 De gronden van het verzet houden het volgende in:

De klacht is ten onrechte kennelijk ongegrond verklaard. Verweerster had de onjuistheid van de feiten kunnen kennen en de door verweerster gebezigde bewoordingen zijn stuitend en buiten proportie.

4 BEOORDELING

4.1 Voordat de raad de klacht inhoudelijk kan beoordelen moet sprake zijn van een gegrond verzet. Een verzet is alleen gegrond als in redelijkheid moet worden betwijfeld of de beslissing van de voorzitter juist is. Twijfel kan bijvoorbeeld bestaan als de voorzitter een verkeerde maatstaf (toetsingsnorm) heeft toegepast of de beslissing heeft gebaseerd op onjuiste of onvolledige feiten.

4.2 De raad is op grond van het verzetschrift van oordeel dat de verzetgronden van klaagster niet slagen. De voorzitter heeft bij de beoordeling van de klacht de juiste maatstaf toegepast en voorts rekening gehouden met alle relevante feiten en omstandigheden van het geval.

4.3 Omdat het verzet tegen de beslissing van de voorzitter ook verder geen nieuwe gezichtspunten oplevert, is er geen plaats voor verder onderzoek naar de klacht. De raad zal het verzet daarom ongegrond verklaren.

BESLISSING

De raad van discipline:

verklaart het verzet ongegrond.

Aldus beslist door mr. mr. P.A.M. Wijffels, voorzitter, mrs. A.A.M. Schutte, M.M.C. van de Ven, leden, bijgestaan door mr. T.H.G. Huber – van de Langenberg als griffier, en uitgesproken op 24 februari 2025.


Griffier Voorzitter

Verzonden op: 24 februari 2025