ECLI:NL:TNORDHA:2024:7 Kamer voor het notariaat Den Haag 23-40, 23-41 en 23-42

ECLI: ECLI:NL:TNORDHA:2024:7
Datum uitspraak: 15-05-2024
Datum publicatie: 29-05-2024
Zaaknummer(s): 23-40, 23-41 en 23-42
Onderwerp:
  • Personen- en Familierecht, subonderwerp: Echtscheiding/verdeling
  • Registergoed, subonderwerp: Hypotheekakte
Beslissingen:
  • Klacht ongegrond
  • Klacht gegrond met waarschuwing
Inhoudsindicatie: In artikel 43 lid 4 Wna staat dat een akte door ieder der verschijnende personen onmiddellijk na voorlezing wordt ondertekend. Pas daarna tekent de notaris de akte. Op grond van artikel 43 lid 6 Wna mist de akte authenticiteit indien aan dit voorschrift niet wordt voldaan. Verder is in artikel 40 lid 3 Wna bepaald dat als in een akte het tijdstip van passeren opgenomen moet worden, de notaris dat tijdstip opneemt voordat hij de akte ondertekent. De kandidaat-notaris heeft in strijd gehandeld met beide wetsartikelen. Vast staat dat de passeerafspraak na 15.50 uur begon. Ter zitting heeft de kandidaat-notaris verklaard dat zij, zonder aanwezigheid van de gemachtigde van de ex-echtgenote, na klager de akte van verdeling heeft ondertekend. Pas nadat klager was vertrokken, heeft de gemachtigde de akte van verdeling getekend en is er door deze gemachtigde het (bovendien onjuiste) tijdstip van passeren, namelijk 15.50 uur, in de akte gezet. Hierdoor mist de akte mogelijkerwijs authenticiteit. De Kamer acht de klacht in zoverre gegrond en legt de kandidaat-notaris een waarschuwing op. Voor het overige is de klacht ongegrond.

Kamer voor het notariaat in het ressort Den Haag

Beslissing d.d. 15 mei 2024 inzake de klacht onder nummer 23-40, 23-41 en 23-42 van:

[klager]

hierna: klager,

tegen:

[A],

kandidaat-notaris te [vestigingsplaats],

hierna: kandidaat-notaris [A],

en

[B],

kandidaat-notaris te [vestigingsplaats],

hierna: kandidaat-notaris [B] ,

en

[C],

notaris te [vestigingsplaats],

hierna: de notaris,

hierna tezamen te noemen: de notarissen.

1. Het procesverloop

1.1       De Kamer heeft kennisgenomen van de klachten, ingekomen bij e-mail op 16 november 2023.

1.2       Voor zover de klacht is gericht tegen [D] heeft de Kamer deze niet in behandeling genomen, omdat een administratief medewerker niet onder het notariële tuchtrecht valt. 

1.3       De notarissen hebben separaat een verweerschrift ingediend.

1.4       Bij e-mailberichten van 2 en 4 april 2023 heeft klager zijn klachten aangevuld.

1.5       De mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden op 17 april 2024. Daarbij waren aanwezig klager bijgestaan door de heer [E], en de notarissen. Van de mondelinge behandeling zijn schriftelijke aantekeningen gemaakt. Klager heeft pleitnotities overgelegd.

2. De feiten

2.1       Op 24 februari 2023 heeft kandidaat-notaris [A] aan klager op zijn verzoek een offerte verstrekt voor het opstellen en passeren van een akte van verdeling met betrekking tot de woning aan de [adres]. Klager was gehuwd met mevrouw [F] (hierna: ex-echtgenote). Zij waren in algehele gemeenschap van goederen gehuwd.

2.2       Op 8 augustus 2023 is het huwelijk door echtscheiding ontbonden door inschrijving in de registers van de Burgerlijke Stand te Amsterdam van de beschikking tot echtscheiding uitsproken door de rechtbank Den Haag op 6 april 2023.

2.3       Op 22 september 2023 is de akte van ontslag uit de hoofdelijke aansprakelijkheid, de akte van hypotheek en de akte van verdeling door kandidaat-notaris [C], als waarnemer van de notaris, gepasseerd. Klager was hierbij aanwezig. De ex-echtgenote had een volmacht afgegeven aan een medewerker van het notariskantoor om de akten namens haar te tekenen.

3. De klachten

3.1       Kandidaat-notaris [A]

Klager verwijt haar dat zij haar geheimhoudingsplicht heeft geschonden door informatie van hem te delen met mr. Schellekens, advocaat van de ex-echtgenote. Zij heeft namelijk in fase 1 (tot en met 10 maart 2023) de door haar aan klager gezonden offerte ook aan mr. Schellekens gestuurd. In fase 2 (vanaf 25 augustus 2023) was mr. Schellekens niet (meer) de gemachtigde van de ex-echtgenote. Toch heeft de kandidaat-notaris de conceptakte van verdeling toen ook aan mr. Schellekens gezonden. In het concept was het appartement aan de [adres] opgenomen, terwijl dit geen onderdeel van de opdracht was. Daarmee heeft kandidaat-notaris [A] ook haar geheimhoudingsplicht geschonden. Ook was zij zonder opgaaf van reden afwezig bij het passeren van de akten, terwijl zij de dossierbehandelaar was.

3.2       Kandidaat-notaris [B]

De afspraak tot het passeren van de akten vond plaats op 22 september 2023 omstreeks 16.00 uur. Het heeft minder dan tien minuten geduurd. Er zijn drie akten gepasseerd, te weten eerst een akte van ontslag uit de hoofdelijke aansprakelijkheid, toen een akte van hypotheek en daarna een akte van verdeling. Zij heeft de akten niet doorgenomen, maar alleen de minimale inhoud vermeld. Verder was de gemachtigde persoon niet bij het passeren aanwezig en dit gegeven en de reden daarvan is door kandidaat-notaris [B] niet benoemd. Alle akten zijn door klager getekend. De twee hypothecaire akten zijn niet in aanwezigheid van klager door kandidaat-notaris [B] ondertekend en van een tijdstip voorzien. Ze zijn ingeschreven met het tijdstip van 16.07 uur op de digitale akte. De kandidaat-notaris weigerde eerst om de akte van verdeling te paraferen en het juiste tijdstip van passeren te vermelden. Uiteindelijk heeft zij dit alsnog gedaan maar een onjuist tijdstip vermeld (namelijk 15.50 uur in plaats van 16.07 uur). Zij heeft bewust bekwaam in strijd gehandeld met artikel 43 van de Wet op het notarisambt (Wna).

3.3       De notaris

Tot slot verwijt klager de notaris het volgende. Hij heeft de notaris gewezen op de fouten en wetsovertredingen van beide kandidaat-notarissen. Zij en kandidaat-notaris [B] beweren dat de akte van verdeling is getekend om 15.50 uur. Dat is niet mogelijk, omdat hij en kandidaat-notaris [B] toen niet in dezelfde ruimte aanwezig waren. Ook wordt er een andere volgorde van passeren van de drie akten aangehouden (eerst akte van verdeling om 15.50 uur, dan hypotheekakten om 16.07 uur).

3.4       Op 3 oktober 2023 zou er een overleg plaatsvinden tussen klager en de notaris en kandidaat-notaris [B]. Dit duurde echter minder dan vijf minuten. De notaris stond niet toe dat klager het gesprek opnam. De notaris en kandidaat-notaris [B] zorgden voor een onveilige situatie waarin klager zich bedreigd heeft gevoeld.

3.5       Er is daarna per e-mail contact geweest tussen klager en de notaris. De notaris heeft erkend dat er fouten zijn gemaakt, maar stelt zich op cruciale punten solidair op met de kandidaat-notarissen. Zij weigert uitleg te geven over de werkelijkheid.

4.         Het schriftelijk verweer van kandidaat-notaris [A]

4.1       Op 3 maart 2023 heeft mr. Schellekens via het algemene e-mailadres contact opgenomen met het notariskantoor. Zij had van de advocaat van klager (mr. N. Reijnen) vernomen dat klager een prijsopgave had gevraagd voor het opstellen van een akte van verdeling. Mr. Schellekens vroeg de aan klager gestuurde mail door te sturen, aangezien partijen gezamenlijk de opdracht zouden verstrekken en gezamenlijk de kosten zouden voldoen. In het e-mailbericht van mr. Schellekens was mr. Reijnen in CC gezet. De kandidaat-notaris heeft de mail met prijsopgaaf die zij aan klager had gestuurd vervolgens doorgestuurd naar mr. Schellekens. Er stonden geen bijzonderheden in de e-mail, alleen wat vragen aan partijen. De kandidaat-notaris heeft nadat klager haar had aangesproken op het doorsturen, haar excuses aangeboden.

4.2       Op 10 maart 2023 heeft de kandidaat-notaris een concept akte van verdeling opgesteld en naar alle partijen (klager, de ex-echtgenote, mr. Schellekens en mr. Reijnen) gemaild. Door beide advocaten zijn wijzigingen ingediend. Voordat kandidaat-notaris [A] kon overgaan tot het verwerken van de wijzigingen ontving zij een e-mail van klager dat het dossier voorlopig werd stopgezet. Hetgeen gebeurd is.

Op 25 augustus 2023 verzocht klager haar het dossier weer op te starten. Bij de e-mail die klager aan haar toestuurde zat correspondentie tussen mr. Reijnen en mr. Schellekens. Op 30 augustus 2023 ontving de kandidaat-notaris van klager de echtscheidingsbeschikking van de rechtbank. In die beschikking stond het appartement aan de [adres] genoemd, welk pand aan klager werd toebedeeld. Uit recherche bij het Kadaster bleek dat het appartement niet was verdeeld tussen partijen. Omdat partijen in algehele gemeenschap van goederen waren gehuwd en het appartement daarom in de onverdeelde boedel viel heeft de kandidaat-notaris het appartement opgenomen in de concept akte van verdeling, zodat in de toekomst klager eventueel niet de medewerking nodig had van zijn ex-echtgenote bij een overdracht. Deze concept-akte van verdeling heeft zij aan klager en aan de ex-echtgenote toegestuurd. Op 5 september 2023 meldde klager aan de kandidaat-notaris dat de woning aan de [adres] alleen op zijn naam stond zodat verdeling van de woning niet nodig was en verrekening niet via het notariskantoor zou verlopen.

Klager wilde steeds van de kandidaat-notaris weten of zij geen vriendschappelijke band met mr. Schellekens had. Naar aanleiding hiervan en omdat het contact tussen de kandidaat-notaris en klager moeizaam verliep heeft zij de notaris gevraagd om haar bij te staan in het dossier.

De reden dat de kandidaat-notaris niet aanwezig was bij het passeren, was omdat zij op een andere vestiging werkzaam is. Er zijn meerdere (kandidaat-)notarissen werkzaam en het is niet ongebruikelijk dat een collega de akte passeert van een andere dossierbehandelaar. Op 21 september 2023 had de kandidaat-notaris nog wel een concept-akte aan klager gezonden waarin de naam van [B] stond als passerend notaris. Hier heeft klager geen bezwaar tegen gemaakt. 

De kandidaat-notaris heeft er alles aan gedaan om voor beide partijen het dossier op een zo goed mogelijke manier af te ronden.

5.         Het schriftelijk verweer van kandidaat-notaris [B]

5.1       De passeerafspraak startte op 22 september 2023 omstreeks 16.00 uur. Nadat klager aangaf geen vragen te hebben over de inhoud van de akte van verdeling heeft de kandidaat-notaris hem een zakelijke weergave gegeven van de inhoud. De kandidaat-notaris heeft aangegeven dat haar collega de akte namens de ex-echtgenote zou ondertekenen aangezien de ex-echtgenote een volmacht aan het notariskantoor had gegeven. Daarna is de akte door de kandidaat-notaris en klager ondertekend. Onterecht is het verwijt dat zij de akte niet wilde paraferen. Na de akte van verdeling heeft zij de hypotheekakte zakelijk doorgenomen. Omdat zij geen horloge bij zich had vroeg zij aan klager wat het tijdstip was. Toen hij zei “16.07 uur” herhaalde zij dit onjuist door te zeggen “16.17 uur”. Zij raakte in verwarring door de ijzige sfeer. Op geen enkel moment heeft de kandidaat-notaris de akte bewust afgeschermd of geprobeerd iets af te schermen voor klager. Zij heeft zeker niet bewust bekwaam gefraudeerd.

6.         Het schriftelijk verweer van de notaris

6.1       De notaris is pas later betrokken geraakt bij het dossier.

6.2       Toen klager duidelijk had aangegeven dat hij het appartement aan de [adres] niet in de akte van verdeling wilde hebben, is dit verwijderd uit het concept. De notaris heeft klager er nog wel per e-mail op gewezen dat hij bij toekomstige verkoop mogelijk zijn ex-echtgenote nodig zou kunnen hebben. Op dat moment is ook aan mr. Schellekens bericht dat deze woning op verzoek van klager niet zal worden meegenomen in de verdeling. De concept-verdelingsakte (met daarin opgenomen de woning aan de [adres]) was ook aan mr. Schellekens gestuurd omdat op verzoek van de ex-echtgenote alle correspondentie die betrekking had op haar plaatsvond met haar advocaat. 

6.3       Klager had in zijn e-mailbericht van 5 september 2023 aan het notariskantoor het verzoek gedaan of onderzocht kon worden of kandidaat-notaris [A] geen enkele (vriendschappelijke) band had met mr. Schellekens. Verder wilde hij een bevestiging dat alle correspondentie tussen kandidaat-notaris [A] en mr. Schellekens was doorgestuurd naar hem en zijn advocaat. De notaris heeft daarop aangegeven dat zij niet kan controleren of een medewerker van haar kantoor banden heeft met een advocaat, dat een notaris onpartijdig is en dat het voor haar niet mogelijk is om alles te controleren zodat zij niet de door hem gevraagde bevestiging kan geven. Zij wees erop dat het kantoor zoveel mogelijk met alle partijen samen correspondeert. Mocht het zo zijn dat één van partijen een e-mail aan het kantoor stuurt ter beantwoording dan mag het kantoor die e-mail niet aan de andere partij sturen op grond van de geheimhoudingsplicht. Het is dus niet zo dat correspondentie tussen kandidaat-notaris [A] en klager aan mr. Schellekens wordt gestuurd. Alleen de door kandidaat-notaris [A] aan klager gezonden offerte was ook aan mr. Schellekens gestuurd aangezien de kosten voor rekening van beide partijen zouden komen. Zij heeft daar geen bezwaar in gezien omdat het geen inhoudelijke mail betrof maar een algemene offerte. De notaris heeft klager erop gewezen dat als hij ontevreden was over de dienstverlening hij naar een andere notaris kon gaan.

6.4       Ten aanzien van de passeerafspraak. De akte dient door een gemachtigd persoon te worden getekend tijdens de passeerafspraak. Waarom dat in dit geval niet zo is gegaan, kan de notaris niet beoordelen. Het vermelden van een datum op een notariële akte is niet nodig, omdat de datum aan het begin van de akte al is opgenomen. Het opnemen van een tijdstip is niet vereist om een notariële akte geldig te laten zijn. Het tijdstip dient slechts om de rangorde te bepalen van twee akten bij gelijktijdige inschrijving in het Kadaster. Het tijdstip is overigens wel in de akte vermeld. In de hypotheekakte staat 16.07 uur als tijdstip vermeld. Dat kandidaat-notaris [B] geen horloge om had en daarom had aangegeven de tijd er later in te zetten, is niet de werkwijze van kantoor. 

6.5       Tijdens de afspraak op 3 oktober 2023 zat klager in de bespreekkamer met een laptop en een telefoon. Hij wilde het gesprek opnemen, maar de notaris heeft toen gemeld dat zij daar bezwaar tegen had.

6.6       Klager is er blijkbaar van overtuigd dat het notariskantoor bepaalde handelingen heeft gedaan om de ex-echtgenote te bevoordelen. Dat is pertinent onjuist.

De diverse e-mailberichten van de notaris aan klager met uitleg over de gang van zaken bij het passeren alsmede hoe het contact is verlopen tussen kandidaat-notaris [A] en mr. Schellekens, hebben niet mogen baten. Omdat zijn vertrouwen weg was, had klager beter naar een ander notariskantoor kunnen gaan. Uiteindelijk heeft de notaris aangegeven dat zij niet meer zou reageren op toekomstige e-mails van klager. Klager heeft toen vervolgens de klachten ingediend. Onduidelijk is wat de bedoeling van klager is geweest met al zijn e-mails met vragen.

7.         De beoordeling van de klachten tegen de notarissen

7.1       Ter beoordeling van de Kamer staat of de notarissen hebben gehandeld in strijd met de tuchtnorm als geformuleerd in artikel 93 Wna. Notarissen zijn aan tuchtrechtspraak onderworpen ter zake van handelen of nalaten in strijd met hetzij enige bij of krachtens deze wet gegeven bepaling, hetzij met de zorg die zij als notarissen behoren te betrachten ten opzichte van degenen te wier behoeve zij optreden, alsmede ter zake van handelen of nalaten dat behoorlijke notarissen niet betaamt.

Kandidaat-notaris [A]

7.2       Voor zover de klacht is gericht tegen kandidaat-notaris [A] overweegt de Kamer het volgende. Niet is vast komen te staan dat kandidaat-notaris [A] haar geheimhoudingsplicht heeft geschonden. Zoals is bepaald in artikel 22 Wna ziet de geheimhoudingsplicht op al hetgeen waarvan een notaris uit hoofde van haar werkzaamheid als notaris heeft kennisgenomen. De aan mr. Schellekens gezonden offerte betrof een prijsopgaaf met wat algemene vragen. In deze offerte stonden geen persoonlijke gegevens van klager en geen door klager aan de kandidaat-notaris toevertrouwde informatie. Deze informatie in de offerte valt dus niet onder de geheimhoudingsplicht.

Kandidaat-notaris [A] heeft tijdens de zitting aangevoerd dat zij de conceptakte met daarin vermeld het appartement aan de [adres] in september 2023 niet rechtstreeks aan mr. Schellekens heeft gestuurd, maar alleen aan klager en zijn ex-echtgenote. Deze conceptakte is dus, zo neemt kandidaat-notaris [A] aan, via de ex-echtgenote bij mr. Schellekens terecht gekomen. Klager heeft dit niet weersproken. Ook hiermee heeft kandidaat-notaris [A] haar geheimhoudingsplicht dus niet geschonden.

Dat kandidaat-notaris [A] als behandelaar van het dossier niet aanwezig was bij het passeren van de akten, is in de notarispraktijk niet ongebruikelijk. Nu de naam van kandidaat-notaris [B] als passerend notaris in het laatste concept van de te passeren akten was opgenomen en in een eerder concept de naam van de notaris als passerend notaris stond vermeld, had klager er bovendien van op de hoogte kunnen zijn dat [A] niet de passerend notaris zou zijn. De klachten tegen kandidaat-notaris [A] zijn ongegrond.

Kandidaat-notaris [B]

7.3       Voor zover de klacht is gericht tegen kandidaat-notaris [B] overweegt de Kamer het volgende. De Kamer heeft niet vast kunnen stellen of de kandidaat-notaris aan klager heeft meegedeeld dat en waarom de gemachtigde van de ex-echtgenote niet bij het passeren aanwezig kon zijn. Ook als dat niet is gebeurd, levert dit geen klachtwaardig gedrag op. Ten aanzien van de volgorde waarin de akten zijn gepasseerd, heeft de kandidaat-notaris tijdens de zitting aangevoerd dat zij altijd een vaste volgorde van passeren aanhoudt. Eerst de akte van verdeling en dan de hypotheekakte met de onderhandse akte van ontslag uit de hoofdelijkheid. Op de hypotheekakte stond een tijdstip vermeld van 16.07 uur, zodat de Kamer ervan uitgaat dat de kandidaat-notaris de akte van verdeling daarvoor heeft gepasseerd, omdat de bespreking omstreeks 16.00 uur begon, de totale duur van de bespreking maximaal tien minuten in beslag heeft genomen en alleen de zakelijke inhoud van de akten met klager was doorgenomen. Echter, ook als de volgorde van passeren anders was, is dit niet klachtwaardig. Het gaat om het moment van inschrijving van de akten in de openbare registers van het Kadaster. De klacht is in zoverre ongegrond.

7.4       In artikel 43 lid 4 Wna staat dat een akte door ieder der verschijnende personen onmiddellijk na voorlezing wordt ondertekend. Pas daarna tekent de notaris de akte. Op grond van artikel 43 lid 6 Wna mist de akte authenticiteit indien aan dit voorschrift niet wordt voldaan. Verder is in artikel 40 lid 3 Wna bepaald dat als in een akte het tijdstip van passeren opgenomen moet worden, de notaris dat tijdstip opneemt voordat hij de akte ondertekent. Kandidaat-notaris [B] heeft in strijd gehandeld met beide wetsartikelen. Vast staat dat de passeerafspraak na 15.50 uur begon. Ter zitting heeft kandidaat-notaris [B] verklaard dat zij, zonder aanwezigheid van de gemachtigde van de ex-echtgenote, na klager de akte van verdeling heeft ondertekend. Pas nadat klager was vertrokken, heeft de gemachtigde de akte van verdeling getekend en is er door deze gemachtigde het (bovendien onjuiste) tijdstip van passeren, namelijk 15.50 uur, in de akte gezet. Hierdoor mist de akte mogelijkerwijs authenticiteit. De Kamer acht de klacht in zoverre gegrond.

De notaris

7.5       Voor zover de klacht is gericht tegen de notaris overweegt de Kamer het volgende. Reeds voorafgaand aan het passeren van de akten, was klager regelmatig heel kritisch over de werkwijze van kandidaat-notaris [A]. De notaris heeft in die periode ook contact met klager gehad en zij heeft hem er meerdere malen op gewezen dat indien hij niet tevreden was het hem vrijstond over te stappen naar een ander notariskantoor. Klager heeft ervoor gekozen dit niet te doen. Nadat klager de notaris had gewezen op zijn verwijten ten aanzien van beide kandidaat-notarissen heeft de notaris, hoewel zij er zelf niet bij is geweest, in diverse e-mailberichten uitgebreid getracht klager de gang van zaken voor en tijdens het passeren van de akten toe te lichten en zijn vragen te beantwoorden. Ook heeft zij op zeer korte termijn een bespreking geregeld, die uiteindelijk zonder resultaat bleef, omdat klager het gesprek op wilde nemen en de notaris toestemming weigerde. Dat zij zich solidair heeft opgesteld met beide kandidaat-notarissen is niet klachtwaardig. De Kamer acht de klacht tegen de notaris ongegrond.

8.         Maatregel kandidaat-notaris [B]

8.1       De gegronde klachtonderdelen samen rechtvaardigen naar het oordeel van de Kamer een maatregel. Door het tuchtrechtelijk laakbaar handelen en nalaten van de kandidaat-notaris is het vertrouwen in het notariaat geschonden en heeft zij de eer en het aanzien van het notariaat geschaad. Door haar ruime ervaring als kandidaat-notaris had zij moeten weten wat de gevolgen van haar handelen konden zijn. De Kamer merkt op dat gebleken is dat dit handelen door een samenloop van omstandigheden heeft plaatsgevonden. Er was sprake van een ijzige sfeer tijdens het passeren, de kandidaat-notaris had geen horloge bij zich en de receptie was die dag onderbezet hetgeen kan verklaren dat de gemachtigde niet bij het passeren aanwezig was. Hoewel dit de kandidaat-notaris allemaal niet ontslaat van haar plicht om volgens de regels te handelen, is niet gebleken dat dit vaker gebeurd is en is, anders dan klager stelt, evenmin gebleken dat de kandidaat-notaris bewust bekwaam frauduleus zou hebben gehandeld. Nu aan de kandidaat-notaris nooit eerder een maatregel is opgelegd volstaat de Kamer met het opleggen van de maatregel van waarschuwing.

8.2       Omdat de Kamer de klacht gegrond verklaart, dient kandidaat-notaris [B] op grond van artikel 99, vijfde lid, van de Wna het door klager betaalde griffierecht van € 50,00 aan hem te vergoeden.

8.3       De Kamer ziet aanleiding om kandidaat-notaris [B], gelet op artikel 103b, eerste lid, onder a, van de Wna en de Richtlijn kostenveroordeling Kamers voor het notariaat, te veroordelen in de kosten die klager in verband met de behandeling van de klacht redelijkerwijs heeft moeten maken voor het bijwonen van de zitting, forfaitair vastgesteld op een bedrag van € 50,00.

8.4       Kandidaat-notaris [B] dient het griffierecht en de kosten genoemd in alinea 8.3 binnen vier weken na het onherroepelijk worden van deze beslissing aan klager te vergoeden. Klager dient daarvoor tijdig zijn rekeningnummer schriftelijk door te geven aan kandidaat-notaris [B].

8.5       Nu de klacht tegen kandidaat-notaris [B] gegrond is verklaard en een maatregel wordt opgelegd kan de Kamer haar op grond van artikel 103b, eerste lid, onder b van de Wna en de Richtlijn kostenveroordeling Kamers voor het notariaat veroordelen in de kosten die in verband met de behandeling van de zaak zijn gemaakt. De Kamer ziet in dit geval aanleiding om af te zien van deze kostenveroordeling. Hierbij neemt de Kamer in aanmerking dat het een kandidaat-notaris in loondienst betreft, [B] zich tijdens de zitting schuldbewustheid heeft getoond en er geen sprake is van ernstig laakbaar handelen.

BESLISSING

De Kamer voor het notariaat:

  • verklaart de klacht tegen kandidaat-notaris [A] ongegrond;
  • verklaart de klacht tegen de notaris ongegrond;
  • verklaart de klacht tegen kandidaat-notaris [B] deels ongegrond en deels gegrond met oplegging van de maatregel van waarschuwing;
  • veroordeelt kandidaat-notaris [B] tot betaling van het griffierecht van € 50,00 aan klager;
  • veroordeelt kandidaat-notaris [B] tot betaling aan klager van de kosten van klager van € 50,00.

Deze beslissing is gegeven door mrs. J.F. Koekebakker voorzitter, S.H. Poiesz en M.R.H. Krans, in tegenwoordigheid van de secretaris, mr. F.S. Pietersma-Smit, in het openbaar uitgesproken op 15 mei 2024.

Kopie van deze beslissing wordt bij aangetekende brief aan partijen gezonden. Tegen deze beslissing staat hoger beroep open bij het Gerechtshof te Amsterdam, postbus 1312, 1000 BH  Amsterdam. Het beroepschrift dient binnen dertig dagen na de dagtekening van genoemde brief door het Hof te zijn ontvangen, waarbij de datum van ontvangst door het Hof bepalend is.