ECLI:NL:TGZRSHE:2024:76 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2023/6624

ECLI: ECLI:NL:TGZRSHE:2024:76
Datum uitspraak: 24-07-2024
Datum publicatie: 24-07-2024
Zaaknummer(s): H2023/6624
Onderwerp: Onjuiste behandeling/verkeerde diagnose
Beslissingen: Ongegrond, kennelijk ongegrond
Inhoudsindicatie: Omdat de wapenvergunning en de jachtakte van klager waren ingetrokken, heeft hij een medisch adviesbureau opdracht gegeven onderzoek te verrichten met betrekking tot zijn psychische gesteldheid. De psychiater voerde namens dit bureau het onderzoek uit. Klager klaagt er onder meer over dat hij geen klachtenregeling van de psychiater heeft ontvangen en stelt diens bevoegdheid ter discussie. Het college oordeelt dat de zorgaanbieder een klachtenregeling dient te verstrekken en niet de psychiater. De registratie van de psychiater in het BIG-register maakt dat hij bevoegd is het door hem uitgevoerde onderzoek te verrichten. Er bestaat geen (juridische) basis voor het moeten verstrekken van andere gegevens dan die in het BIG-register staan opgenomen. Klacht kennelijk ongegrond.

REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG
TE ’s-HERTOGENBOSCH
Beslissing in raadkamer van 24 juli 2024 op de klacht van:


[A],
wonende in [B],
klager,


tegen


[C],
psychiater,
destijds werkzaam [D],
verweerder, hierna ook: de psychiater,
gemachtigde: mr. M.F. van der Mersch, werkzaam in Amsterdam.


1. Waar gaat de zaak over?
1.1 Omdat de wapenvergunning en de jachtakte van klager zijn ingetrokken, heeft hij een medisch adviesbureau opdracht gegeven onafhankelijk onderzoek te verrichten naar zijn psychische gesteldheid met betrekking tot de intrekking van die vergunning en akte. Verweerder heeft dit onderzoek namens het medisch adviesbureau uitgevoerd. Klager klaagt onder meer over de deskundigheid van verweerder.


1.2 Het college komt tot het oordeel dat de klacht kennelijk ongegrond is. ‘Kennelijk’ betekent dat het niet nodig is om nog vragen aan de partijen te stellen en dat duidelijk is dat de klacht niet gegrond kan worden verklaard. Hierna licht het college toe hoe het tot deze beslissing is gekomen.


2. De procedure
2.1 De procedure blijkt uit:
- het klaagschrift met de bijlagen, ontvangen op 14 november 2023;
- de brief van de secretaris aan klager, gedateerd op 1 december 2023;
- het aanvullende klaagschrift, ontvangen op 14 december 2023;
- het verweerschrift met de bijlagen, ontvangen op 1 februari 2024.


2.2 De partijen hebben de gelegenheid gekregen om onder leiding van een secretaris van het college in gesprek te gaan (mondeling vooronderzoek). Daarvan hebben zij geen gebruik gemaakt.

2.3 Het college heeft de klacht in raadkamer behandeld. Dit betekent dat het college de zaak beoordeeld heeft op basis van de stukken, zonder dat de partijen daarbij aanwezig waren.


3. Wat is er gebeurd?
3.1. Omdat de wapenvergunning en de jachtakte van klager waren ingetrokken, heeft hij
een medisch adviesbureau opdracht gegeven onderzoek te verrichten met betrekking tot zijn psychische gesteldheid. Op 9 mei 2023 heeft verweerder dit onderzoek namens het medisch adviesbureau uitgevoerd. Op 2 juni 2023 heeft verweerder rapport uitgebracht. Klager vraagt zich af of verweerder wel bevoegd was om dit onderzoek te verrichten en klaagt er onder meer over dat verweerder hem bepaalde informatie niet wil verstrekken.


4. De klacht en de reactie van de verweerder
4.1 Volgens klager heeft verweerder onzorgvuldig/onjuist gehandeld, omdat:
a) klager geen klachtenregeling van verweerder heeft gekregen;
b) verweerder op geen enkel punt gehoor wil geven aan zijn brief van 23 oktober 2023;
c) verweerder informatie doorstuurt naar zijn advocaat, maar verzuimt om klager te berichten;
d) verweerder zich beroept op zijn deskundigheid als geregistreerde in het BIG-register waar klager ernstige twijfels over heeft.


4.2 Verweerder heeft het college verzocht de klacht ongegrond te verklaren. Hij voert ten aanzien van klachtonderdeel a) het verweer dat de verantwoordelijkheden voor de klachtenregeling op het medisch adviesbureau rusten, en dat deze een klachtenregeling heeft die voor iedereen op de website te vinden en te raadplegen is. Verder heeft hij de verzoeken van klager niet als klacht opgevat. Ten aanzien van klachtonderdeel b) voert hij aan dat zijn advocaat heeft gereageerd op de brief van klager van 23 oktober 2023. Ten aanzien van klachtonderdeel c) voert hij als verweer dat hij bevoegd is informatie naar zijn advocaat te sturen. Ten aanzien van klachtonderdeel d) stelt hij dat het BIG-register een wettelijk verankerd systeem is waarop kan worden vertrouwd.


4.3 Het college gaat hieronder verder in op de standpunten van partijen.

5. De overwegingen van het college
Welke criteria gelden bij de beoordeling?
5.1 De vraag is of verweerder de zorg heeft verleend die van hem verwacht mocht worden. De norm daarvoor is een redelijk bekwame en redelijk handelende psychiater. Bij de beoordeling wordt rekening gehouden met de voor de psychiater geldende beroepsnormen en andere professionele standaarden.

5.2 Het college oordeelt dat verweerder niet tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld. Klachtonderdeel a) klager heeft geen klachtenregeling van verweerder ontvangen


5.3 Op grond van artikel 13 van de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz) dient de zorgaanbieder een klachtenregeling te verzorgen. In dit geval is het medisch adviesbureau de zorgaanbieder, zodat zij een klachtenregeling dient te verzorgen en niet de namens haar optredende individuele zorgverlener (verweerder). Verweerder heeft klager in zijn e-mailbericht van 27 juli 2023 ook voor verdere vragen verwezen naar de directeur van het medisch adviesbureau. Verweerder treft ter zake dan ook geen verwijt. Dit klachtonderdeel is dus ongegrond.

Klachtonderdeel b) verweerder wil op geen enkel punt gehoor geven aan de brief van klager aan verweerder van 23 oktober 2023
5.4. Klager verzoekt in deze brief om het identiteitsbewijs van verweerder, bewijzen van zijn opleiding, de naam van zijn hoogleraar, de beoordeling van zijn scriptie, zijn cijferlijst, zijn leidinggevende bij zijn opdrachtgever, zijn KvK-nummer, en zijn certificeringsbewijs voor beoordelingsbevoegdheid.


5.5. Het college oordeelt als volgt. Verweerder is BIG-geregistreerd. Het BIG-register is een wettelijk, openbaar register dat duidelijkheid geeft over de bevoegdheid van een zorgverlener. Alleen wie in het BIG-register staat, mag een beschermde beroepstitel voeren en mag de bij het beroep horende voorbehouden handelingen zelfstandig uitvoeren. Registratie in het BIG-register betekent aldus dat de zorgverlener voldoet aan de wettelijke eisen (zoals het hebben van het juiste diploma) om de beschermde beroepstitel te mogen gebruiken en zelfstandig in het beroep te mogen werken. De registratie van verweerder als psychiater in dit register maakt dat hij bevoegd is het door hem uitgevoerde onderzoek te verrichten. Er bestaat geen (juridische) basis voor het moeten verstrekken van andere gegevens dan die in het BIG-register staan opgenomen. De weigering van verweerder om de gevraagde gegevens te verstrekken is daarom niet tuchtrechtelijk verwijtbaar.
Dit klachtonderdeel is ongegrond.

Klachtonderdeel c) verweerder stuurt informatie door naar zijn advocaat, maar verzuimt om klager te berichten
5.6. Verweerder is gerechtigd om een advocaat in te schakelen die in deze kwestie
namens hem optreedt. Op deze wijze kan een advocaat in het belang van een goede rechtsbedeling (mede) zorgdragen voor de rechtsbescherming van verweerder. Dit klachtonderdeel is daarom ongegrond.

Klachtonderdeel d) verweerder beroept zich op zijn deskundigheid als geregistreerde in het BIG-register waar klager ernstige twijfels over heeft
5.7 Het college verwijst naar de motivering onder r.o. 5.5. Dit klachtonderdeel is ongegrond.

Slotsom
5.8 Uit de overwegingen hiervoor volgt dat alle onderdelen van de klacht
kennelijk ongegrond zijn.


6. De beslissing
De klacht is in al haar onderdelen kennelijk ongegrond.


Deze beslissing is gegeven op 24 juli 2024 door P.J.M. Rouwen, voorzitter,
L.A.J. Stouthamer-Verschuren en R.J.M. Lardinois, leden-beroepsgenoten, bijgestaan door T.G. Nijenkamp, secretaris.