ECLI:NL:TGDKG:2024:60 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/738070 / DW RK 23/287

ECLI: ECLI:NL:TGDKG:2024:60
Datum uitspraak: 24-01-2024
Datum publicatie: 09-07-2024
Zaaknummer(s): C/13/738070 / DW RK 23/287
Onderwerp: Ambtshandelingen (art. 2 Gdw)
Beslissingen:
Inhoudsindicatie: Klaagster heeft geen verzet ingesteld binnen veertien dagen na de dag van verzending van een afschrift van voormelde beslissing van de voorzitter, zodat zij op grond van artikel 39 lid 2 Gerechtsdeurwaarderswet niet in het verzet kan worden ontvangen.

KAMER VOOR GERECHTSDEURWAARDERS TE AMSTERDAM

Beslissing van 24 januari 2024 zoals bedoeld in artikel 39, vierde lid, van de Gerechtsdeurwaarderswet inzake de beslissing van 25 juli 2023 met zaaknummer C/13/723948 / DW RK 22/380 en het daartegen ingestelde verzet met zaaknummer C/13/738070 / DW RK 23/287 MdV/JD ingesteld door:

[],

wonende te Geldermalsen,

klaagster,

tegen:

[],

gerechtsdeurwaarder te Rotterdam,

beklaagde.

1. Ontstaan en verloop van de procedure

Bij klachtenformulier met bijlagen, ingekomen op 17 oktober 2022, heeft klaagster een klacht ingediend tegen beklaagde, hierna: de gerechtsdeurwaarder. Bij verweerschrift, ingekomen op 13 januari 2023, heeft de gerechtsdeurwaarder op de klacht gereageerd. Bij beslissing van 25 juli 2023 heeft de voorzitter de klacht als kennelijk ongegrond afgewezen. Een afschrift van de beslissing van de voorzitter is bij brief van 25 juli 2023 toegezonden. Bij brief, ingekomen op 9 augustus 2023, heeft klaagster verzet ingesteld tegen de beslissing van de voorzitter. Het verzetschrift is behandeld ter openbare terechtzitting van 22 november 2023 alwaar klaagster en de gerechtsdeurwaarder zijn verschenen. De uitspraak is aanvankelijk bepaald op 3 januari 2024, waarna deze is aangehouden tot heden.

2. De ontvankelijkheid van het verzet

Klaagster heeft geen verzet ingesteld binnen veertien dagen na de dag van verzending van een afschrift van voormelde beslissing van de voorzitter, zodat zij op grond van artikel 39 lid 2 Gerechtsdeurwaarderswet niet in het verzet kan worden ontvangen. De kamer zal het verzet om die reden niet inhoudelijk behandelen. Dit leidt tot de volgende beslissing.

BESLISSING:

De Kamer voor Gerechtsdeurwaarders:

  • verklaart het verzet niet-ontvankelijk.

Aldus gegeven door mr. W.M. de Vries, voorzitter, mr. L. Voetelink en mr. J.N. Reijn, leden en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 24 januari 2024, in tegenwoordigheid van de secretaris.

Tegen deze beslissing staat op grond van het bepaalde in artikel 39, lid 4 van de Gerechtsdeurwaarderswet geen rechtsmiddel open.