ECLI:NL:TGDKG:2024:19 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/729281 / DW RK 23/39 EV/SM

ECLI: ECLI:NL:TGDKG:2024:19
Datum uitspraak: 05-04-2024
Datum publicatie: 15-04-2024
Zaaknummer(s): C/13/729281 / DW RK 23/39 EV/SM
Onderwerp: Ambtshandelingen (art. 2 Gdw)
Beslissingen:
Inhoudsindicatie: Klacht (gedeeltelijk) gegrond. Geen oplegging van maatregel. De gerechtsdeurwaarders hebben te laat gereageerd op de e-mail van klager. Maar tegen de achtergrond dat de gerechtsdeurwaarders steeds tijdig en adequaat hebben gereageerd op de talrijke berichten van klager, vaak ondanks diens toonzetting, ziet de kamer aanleiding om af te zien van het opleggen van een maatregel.

KAMER VOOR GERECHTSDEURWAARDERS TE AMSTERDAM

Beslissing van 5 april 2024 zoals bedoeld in artikel 43 van de Gerechtsdeurwaarderswet inzake de klacht met nummer C/13/729281 / DW RK 23/39 EV/SM ingesteld door:

[   ],

wonende te [   ],

klager,

tegen:

1. [   ],

toegevoegd gerechtsdeurwaarder te [   ],

en

2. [   ],

toegevoegd gerechtsdeurwaarder te [   ],

beklaagden,

gemachtigde: [   ].

Ontstaan en verloop van de procedure

Bij klachtenformulier met bijlagen, ingekomen op 7 februari 2023, heeft klager een klacht ingediend tegen beklaagden, hierna: de gerechtsdeurwaarders. Bij verweerschrift, ingekomen op 4 april 2023, hebben de gerechtsdeurwaarders op de klacht gereageerd. Klager heeft schriftelijk medegedeeld niet ter zitting te zullen verschijnen. De klacht is behandeld ter openbare terechtzitting van 23 februari 2024 alwaar de gemachtigde van de gerechtsdeurwaarder is verschenen. De uitspraak is bepaald op 5 april 2024.

1. De feiten

Uitgegaan wordt van de volgende feiten en omstandigheden:

  • De gerechtsdeurwaarders zijn belast (geweest) met een vordering van de Officier van Justitie, bekend onder dossiernummer [ x ] en een vordering van Kleurrijk Wonen, bekend onder dossiernummer [ y ].
  • Bij brief van 28 juli 2022 is de met klager overeengekomen betalingsregeling bevestigd in dossiernummer [ x ].
  • Bij brief van 23 september 2022 is aan klager een specificatie van de openstaande vordering inzake dossiernummer [ x ] verstrekt.
  • Bij e-mail van 23 augustus 2022 hebben de gerechtsdeurwaarders op de
  • e-mail van klager van 1 augustus 2022 gereageerd.
  • Bij e-mail van 12 december 2022 heeft klager verzocht om het gehele dossier in de zaak Kleurrijk Wonen en de betalingen van zijn ex-partner.
  • Bij e-mail van 28 december 2022 hebben de gerechtsdeurwaarders klager medegedeeld in het vervolg uitsluitend schriftelijk of per e-mail met klager te zullen communiceren, omdat klager tijdens telefonische contacten regelmatig emotioneel wordt, intimideert en medewerkers bedreigt.

2. De klacht

Klager beklaagt zich er samengevat over dat:

  1. hij telefonisch ernstig bedreigd wordt door een medewerker van het kantoor van de gerechtsdeurwaarders;
  2. er voor de vordering van het CJIB kosten in rekening worden gebracht zonder verdere uitleg;
  3. er dreigende taal in de brief van de gerechtsdeurwaarders van 28 juli 2022 staat;
  4. zijn e-mail van 1 augustus 2022 pas op 23 augustus 2022 is beantwoord;
  5. de privacy van zijn ex-partner zeer ernstig is geschonden;
  6. hij twijfelt of de vordering van Kleurrijk Wonen nog wel bestaat en de gerechtsdeurwaarder weigert inzage te geven in het dossier.

3. Het verweer van de gerechtsdeurwaarder

De gerechtsdeurwaarder heeft de klacht gemotiveerd weersproken. Voor zover van belang wordt hierna op dat verweer ingegaan.

4. De beoordeling van de klacht

4.1 Op grond van artikel 34 lid 1 van de Gerechtsdeurwaarderswet zijn gerechtsdeurwaarders, waarnemend gerechtsdeurwaarders, toegevoegd gerechtsdeurwaarders, kandidaat -gerechtsdeurwaarders en degene die is toegevoegd in het kader van de stageverplichting bij de in artikel 25, eerste lid bedoelde opleiding, onderworpen aan tuchtrechtspraak ter zake van enig handelen of nalaten in strijd met enige bij of krachtens deze wet gegeven bepaling en ter zake van enig handelen of nalaten dat een behoorlijk gerechtsdeurwaarder niet betaamt.

4.2 De klacht is gericht tegen twee met naam genoemde gerechtsdeurwaarders. Op grond van het arrest van het gerechtshof Amsterdam van 12 augustus 2014 (ECLI:NL:GHAMS:2014:3696) dienen klachten die zijn gericht tegen met naam genoemde gerechtsdeurwaarders te worden afgehandeld als zijnde tegen hen gericht. Ook wordt door klager de naam van R. Baris genoemd, maar hij is blijkens het register van gerechtsdeurwaarders geen (toegevoegd) gerechtsdeurwaarder. De in aanhef genoemde gerechtsdeurwaarders worden daarom als beklaagden aangemerkt. Het verweerschrift zal worden beschouwd als zijnde afkomstig van beide genoemde gerechtsdeurwaarders. Ter beoordeling staat of de handelwijze van de gerechtsdeurwaarders een tuchtrechtelijk verwijtbare gedraging in de zin van artikel 34 van de Gerechtsdeurwaarderswet oplevert.

4.3 Ten aanzien van klachtonderdeel a. ontkennen de gerechtsdeurwaarders in het verweerschrift uitdrukkelijk de gestelde bejegening richting klager en stellen de gerechtsdeurwaarders dat het klager zelf is die verbaal agressief gedrag vertoond. De kamer overweegt dat klager zijn stelling niet aannemelijk heeft gemaakt dan wel met stukken heeft onderbouwd. Uit de overgelegde producties blijkt juist dat de toonzetting van klager in zijn e-mailberichten richting het gerechtsdeurwaarderskantoor meermalen agressief is. Dit klachtonderdeel dient als kennelijk ongegrond te worden afgewezen.

4.4 Ten aanzien van klachtonderdeel b. overweegt de kamer dat de gerechtsdeurwaarders klager bij brief van 23 september 2022 een specificatie van de vordering in dossiernummer [ x ] hebben verstrekt, waarbij ook de kosten zijn gespecificeerd. Van tuchtrechtelijk laakbaar handelen is op dit klachtonderdeel niet gebleken.

4.5 Ten aanzien van klachtonderdeel c. overweegt de kamer dat de gerechtsdeurwaarders bij brief van 28 juli 2022 de met klager overeengekomen betalingsregeling hebben bevestigd. Dat in de brief voorwaarden zijn gesteld en rechtsmaatregelen zijn aangekondigd kan dreigend overkomen, maar is enkel bedoeld om klager op de hoogte te stellen wat de gevolgen kunnen zijn als klager zich niet aan de voorwaarden van de betalingsovereenkomst houdt. Niet gezegd kan worden dat sprake is van tuchtrechtelijk laakbaar handelen op dit klachtonderdeel.

4.6 Ten aanzien van klachtonderdeel d. overweegt de kamer dat van een gerechtsdeurwaarder mag worden verwacht dat hij brieven en e-mails met betrekking tot een bij hem in behandeling zijnde incasso binnen een redelijke termijn beantwoordt. Uit de door klager overgelegde producties blijkt dat de gerechtsdeurwaarders bij e-mail van 23 augustus 2022 op de e-mail van klager van

1 augustus 2022 hebben gereageerd. Dit klachtonderdeel is terecht voorgesteld.

4.7 Ten aanzien van klachtonderdeel e. stelt klager dat een medewerkster van het gerechtsdeurwaarderskantoor de naam, datum en het bedrag dat zijn ex-partner heeft betaald meermalen heeft genoemd in het telefoongesprek met klager op 27 oktober 2022. Ook zou het rekeningnummer van de ex-partner van klager zijn genoemd, welk rekeningnummer niet bekend was bij klager. De gerechtsdeurwaarders hebben het standpunt van klager uitdrukkelijk betwist. Nu klager zijn standpunt niet nader heeft onderbouwd kan niet worden vastgesteld wie hier het gelijk aan zijn zijde heeft. Dit betekent dat klachtwaardig handelen op dit punt niet kan worden vastgesteld en wordt de klacht als zijnde kennelijk ongegrond afgewezen.

4.8 Ten aanzien van klachtonderdeel f overweegt de kamer dat uit de overgelegde producties blijkt dat de gerechtsdeurwaarders klager desgevraagd op 28 december 2022 een overzicht van het dossier inzake Kleurrijk Wonen hebben verstrekt. Dit klachtonderdeel stuit hierop af.

4.9 Met betrekking tot klachtonderdeel e. hebben de gerechtsdeurwaarders erkend dat er te laat is gereageerd op de e-mail van klager van 1 augustus 2022 en hebben hiervoor hun excuses aangeboden. De reden hiervoor lag in de omstandigheid dat gerechtsdeurwaarder sub 1, die vooral het contact onderhield met klager, op vakantie was. Deze e-mail is derhalve gemist door het kantoor. Als hiervoor aangegeven is de klacht terecht voorgesteld. Echter, tegen de achtergrond dat de gerechtsdeurwaarders steeds tijdig en adequaat hebben gereageerd op de talrijke berichten van klager, vaak ondanks diens toonzetting, is dit aanleiding voor de kamer om af te zien van het opleggen van een maatregel.

4.10 Op grond van het voorgaande wordt beslist als volgt.

BESLISSING

De Kamer voor Gerechtsdeurwaarders:

  • verklaart de klacht gedeeltelijk gegrond en ziet af van het opleggen van een
    maatregel;

Aldus gegeven door mr. A.E. de Vos, plaatsvervangend-voorzitter, en mr. S.N. Schipper en M.J.C. van Leeuwen, leden en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 5 april 2024, in tegenwoordigheid van de secretaris.

Tegen deze beslissing kan binnen dertig dagen na dagtekening van verzending van het afschrift van de beslissing, hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Amsterdam, Postbus 1312, 1000 BH Amsterdam.