ECLI:NL:TGDKG:2024:110 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/732195 / DW RK 23/120 MdV/RH
ECLI: | ECLI:NL:TGDKG:2024:110 |
---|---|
Datum uitspraak: | 11-10-2024 |
Datum publicatie: | 31-10-2024 |
Zaaknummer(s): | C/13/732195 / DW RK 23/120 MdV/RH |
Onderwerp: | Ambtshandelingen (art. 2 Gdw) |
Beslissingen: | |
Inhoudsindicatie: | Uitgangspunt bij het betekenen van exploten is de uitspraak van het gerechtshof Amsterdam van 21 december 2021 (ECLI:NL:GHAMS:2021:3944) waarin het volgende heeft overwogen: Het is voor het rechtsverkeer van het grootste belang dat gerechtsdeurwaarders de exploten die zij uitbrengen, naar waarheid opmaken. Exploten vervullen een cruciale rol in het rechtsverkeer en zij leveren dwingend bewijs op.Dat maakt dat het zeer ernstig zou worden opgenomen, als zou blijken dat een gerechtsdeurwaarder een exploot opzettelijk valselijk heeft opgemaakt. Door dat te doen zou de gerechtsdeurwaarder een zeer groot risico nemen.” In deze zaak kan niet met voldoende zekerheid worden vastgesteld dat het exploot niet aan klager is betekend. Evenmin kan worden vastgesteld dat de gerechtsdeurwaarder het exploot op een ander adres in de brievenbus heeft gelaten, waarna het exploot mogelijk door de ontvanger vervolgens in de brievenbus van klager is gedeponeerd. De kamer ziet geen mogelijkheid de feitelijke gang van zaken zelfstandig (verder) te onderzoeken. Hoewel er dus wel vraagtekens zijn, is dat gezien de jurisprudentie van het Gerechtshof onvoldoende om de klacht gegrond te verklaren. |
KAMER VOOR GERECHTSDEURWAARDERS TE AMSTERDAM
Beslissing van 11 oktober 2024 zoals bedoeld in artikel 43 van de Gerechtsdeurwaarderswet inzake de klacht met nummer C/13/732195 / DW RK 23/120 MdV/RH ingesteld door:
mr. [..],
gevestigd te [..],
klager,
tegen:
[..],
toegevoegd gerechtsdeurwaarder te [..],
beklaagde.
Ontstaan en loop van de procedure
Bij e-mail met bijlagen, ingekomen op 7 april 2023, heeft klager een klacht ingediend tegen de gerechtsdeurwaarder. Bij verweerschrift, ingekomen op 11 mei 2023, heeft de gerechtsdeurwaarder gereageerd. Klager heeft op 20 augustus 2024 aanvullende stukken verzonden.
De klacht is behandeld ter openbare terechtzitting van 30 augustus 2024 alwaar klager, de gerechtsdeurwaarder en zijn kantoorgenoot [..] zijn verschenen. De uitspraak is bepaald op 11 oktober 2024.
1. De feiten
Uitgegaan wordt van de volgende feiten en omstandigheden:
- op 15 februari 2023 heeft de gerechtsdeurwaarder een verzetdagvaarding betekend;
- op 20 februari 2023 heeft klager opheldering gevraagd aan de gerechtsdeurwaarder aangezien hij de verzetdagvaarding pas op 20 februari 2023 zou hebben ontvangen;
- op 21 februari 2023 heeft de gerechtsdeurwaarder gereageerd;
- klager heeft op dezelfde dag daarop gereageerd;
- op 22 februari 2023 heeft de gerechtsdeurwaarder gereageerd;
- op 28 februari 2023 heeft klager zijn standpunt herhaald en op 2 maart 2023 de gerechtsdeurwaarder gerappelleerd omdat een reactie uitbleef;
- op 17 maart 2023 heeft klager een interne klacht ingediend;
- op 24 maart 2023 heeft [..] op die klacht gereageerd.
2. De klacht
Klager beklaagt zich samengevat over het volgende.
De gerechtsdeurwaarder heeft een verzetdagvaarding niet betekend zoals door hem gerelateerd.
Op 21 februari 2023 heeft de gerechtsdeurwaarder het volgende meegedeeld: ‘in antwoord op uw mail kan ik u berichten dat de verzetdagvaarding door mij is betekend op ambtseed op de datum en het tijdstip zoals door mij gerelateerd. Uitsluitend ter illustratie deel ik u mee dat door mij is aangebeld en aangeklopt en dat niet werd opengedaan.’
Hierop heeft klager aan de gerechtsdeurwaarder meegedeeld dat er geen bel is, dat de glazen deur open was en dat klagers secretaresse op haar werkplek zat met direct zicht op de glazen deur.
Klager is het niet eens met de afhandeling van de interne klacht waarin werd meegedeeld dat geen welles-nietes discussie aangegaan moest worden. De klacht werd eenvoudig afgedaan dat de verzetdagvaarding op ambtseed was betekend op 15 februari 2023 om 12:45 uur en dat klager geen belang heeft bij klacht over de betekening.
Klager heeft om zijn stellingen aan te tonen een verklaring van zijn secretaresse overgelegd waaruit onder meer blijkt dat zij op het gerelateerde tijdstip een e-mail heeft verzonden waaruit blijkt dat zij op haar werkplek zat. Daarnaast heeft klager foto’s overgelegd waarop te zien is hoe de situatie ter plekke is en dat de secretaresse duidelijk zichtbaar is. Ook is een foto overgelegd van wat de secretaresse kan zien vanaf haar werkplek.
3. Het verweer van de gerechtsdeurwaarder
De gerechtsdeurwaarder stelt zich samengevat op het standpunt dat hij juist heeft gerelateerd. Ter zitting heeft de gerechtsdeurwaarder bevestigd dat het tijdstip dat op het exploot staat juist is. Hij kan zich niet herinneren of hij heeft aangebeld, in ieder geval heeft hij aangeklopt omdat de deur dicht was en er niemand zat. Hij liep de trap op en heeft naar binnen gekeken.
4. De beoordeling van de klacht
4.1 Op grond van het bepaalde in artikel 34 van de Gerechtsdeurwaarderswet zijn gerechtsdeurwaarders onderworpen aan tuchtrechtspraak ter zake van enig handelen of nalaten in strijd met die wet of in strijd met hetgeen een behoorlijk handelend gerechtsdeurwaarder betaamt. Ter beoordeling staat of er sprake is van tuchtrechtelijk laakbaar handelen in de zin van artikel 34 van de Gerechtsdeurwaarderswet.
4.2 De kamer stelt vast dat tussen de verklaring van de gerechtsdeurwaarder en de feitelijke situatie zoals door klager beschreven en geadstrueerd met de verklaring van de secretaresse en foto’s van de situatie ter plekke, afwijkingen zitten. De verklaring van de gerechtsdeurwaarder ter zitting dat hij de trap opliep, althans vanaf een verhoging naar binnen heeft gekeken, terwijl uit de foto’s blijkt dat er geen trap of verhoging aanwezig lijkt te zijn, draagt bij aan die vaststelling.
4.3 De kamer neemt als uitgangspunt dat het gerechtshof Amsterdam op 21 december 2021 (ECLI:NL:GHAMS:2021:3944) het volgende heeft overwogen:
“Het is voor het rechtsverkeer van het grootste belang dat gerechtsdeurwaarders de exploten die zij uitbrengen, naar waarheid opmaken. Exploten vervullen een cruciale rol in het rechtsverkeer en zij leveren dwingend bewijs op. Dat maakt dat het zeer ernstig zou worden opgenomen, als zou blijken dat een gerechtsdeurwaarder een exploot opzettelijk valselijk heeft opgemaakt. Door dat te doen zou de gerechtsdeurwaarder een zeer groot risico nemen.”
In deze zaak kan niet met voldoende zekerheid worden vastgesteld dat het exploot niet aan klager is betekend. Evenmin kan worden vastgesteld dat de gerechtsdeurwaarder het exploot op een ander adres in de brievenbus heeft gelaten, waarna het exploot mogelijk door de ontvanger vervolgens in de brievenbus van klager is gedeponeerd. De kamer ziet geen mogelijkheid de feitelijke gang van zaken zelfstandig (verder) te onderzoeken. Hoewel er dus wel vraagtekens zijn, is dat gezien de jurisprudentie van het Gerechtshof onvoldoende om de klacht gegrond te verklaren.
4.4 Op grond van het voorgaande wordt beslist als volgt.
BESLISSING
De kamer voor gerechtsdeurwaarders:
- verklaart de klacht ongegrond.
Aldus gegeven door mr. W.M. de Vries, voorzitter, mr. S.N. Schipper en mr. J.M. Wisseborn, leden, uitgesproken ter openbare terechtzitting van 11 oktober 2024, in tegenwoordigheid van de secretaris.
Tegen deze beslissing kan binnen dertig dagen na dagtekening van verzending van het afschrift van de beslissing, hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Amsterdam, Postbus 1312, 1000 BH Amsterdam.