ECLI:NL:TGDKG:2024:109 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/732086 / DW RK 23/113MdV/RH
ECLI: | ECLI:NL:TGDKG:2024:109 |
---|---|
Datum uitspraak: | 31-10-2024 |
Datum publicatie: | 11-10-2024 |
Zaaknummer(s): | C/13/732086 / DW RK 23/113MdV/RH |
Onderwerp: | Andere werkzaamheden (art. 20 Gdw) |
Beslissingen: | |
Inhoudsindicatie: | De gerechtsdeurwaarder heeft bedragen uit het ene dossier verrekend met bedragen uit een ander dossier. Dit is niet toegestaan. De kamer overweegt dat het een gerechtsdeurwaarder is toegestaan in een individueel dossier, of dossiers van dezelfde (schuld-)eiser bedragen te verrekenen. Verrekening van het ene dossier met een ander dossier, met verschillende eisers, is echter niet toegestaan. Dat de gerechtsdeurwaarder hiervoor heeft gekozen gelet op de slechte communicatie met klager en de vrees van de gerechtsdeurwaarder achter het net te vissen voor wat betreft de betaling aan haar, levert geen rechtvaardiging op voor deze ongeoorloofde gang van zaken. Maatregel van waarschuwing. |
KAMER VOOR GERECHTSDEURWAARDERS TE AMSTERDAM
Beslissing van 11 oktober 2024 zoals bedoeld in artikel 43 van de Gerechtsdeurwaarderswet inzake de klacht met nummer C/13/732086 / DW RK 23/113MdV/RH ingesteld door:
mr. [..],
gevestigd te [..],
klager,
tegen:
[..],
gerechtsdeurwaarder te [..],
beklaagde,
gemachtigde: mr. [..].
Ontstaan en loop van de procedure
Bij klachtenformulier met bijlagen, ingekomen op 7 april 2023, aangevuld op 2 mei 2023, heeft klager een klacht ingediend tegen de gerechtsdeurwaarder. Klager heeft zijn klacht aangevuld bij e-mail met bijlage, ingekomen op 2 mei 2023. De gerechtsdeurwaarder heeft, ondanks verzoeken van de kamer van 19 april 2023 en 13 juni 2023, niet op de klacht gereageerd. Op 19 augustus 2024 heeft de gemachtigde van klaagster een reactie op de klacht aan de kamer verzonden. Klager heeft hierop gereageerd bij e-mail van 22 augustus 2024.
De klacht is behandeld ter openbare terechtzitting van 30 augustus 2024 alwaar de gerechtsdeurwaarder en haar raadsman zijn verschenen. Klager heeft meegedeeld niet ter zitting aanwezig te zijn. De uitspraak is bepaald op 11 oktober 2024.
1. De feiten
Uitgegaan wordt van de volgende feiten en omstandigheden:
- klager is advocaat en werkte samen met de gerechtsdeurwaarder;
- bij e-mail van 20 februari 2023 heeft klager de samenwerking met onmiddellijke ingang beëindigd. Klager heeft verzocht om alle originele stukken in alle dossiers per post retour te ontvangen, (digitaal) de gehele correspondentie met alle debiteuren in ieder dossier en tevens per dossier een specificatie van alle door de gerechtsdeurwaarder ontvangen betalingen met daarbij de data van ontvangst van elke individuele betaling. Verder heeft klager de gerechtsdeurwaarder verzocht om alle derdengelden die de gerechtsdeurwaarder onder zich had op de derdenrekening van klager te storten;
- bij e-mail van 21 februari 2023 heeft klager de gerechtsdeurwaarder desgevraagd uitgelegd dat hij op zes verzoeken geen antwoord had gekregen en zo niet wilde werken. Verder heeft klager zijn verzoek om alle dossiers te sluiten, alle derdengelden over te maken en alle correspondentie digitaal en alle originele stukken per post aan klager toe te sturen, herhaald;
- bij e-mail van 21 februari 2023 heeft de gerechtsdeurwaarder aangegeven dat haar gedragscode het in de weg staat om een debiteur te benadelen. Ook heeft zij aangegeven dat klager niet van haar kan eisen dat zij elke mail ziet binnenkomen en te betreuren dat er kennelijk geen antwoord is gekomen;
- bij e-mail van 27 februari 2023 heeft de gerechtsdeurwaarder klager gevraagd naar de opvolgende gerechtsdeurwaarder zodat het bestaande beslag kan worden voortgezet teneinde kosten te voorkomen voor een nieuw beslag. De gerechtsdeurwaarder heeft hierbij aangegeven dat zij zich tot de deken zal wenden om te melden dat klager de afwikkelingen frustreert, indien klager de naam van de opvolgende gerechtsdeurwaarder niet doorgeeft;
- bij e-mail van 2 mei 2023 heeft klager de gerechtsdeurwaarder verzocht het dossier [..] te sluiten en af te wikkelen en verzocht om een overzicht van de data waarop diverse bedragen zijn binnengekomen. Tevens heeft klager verzocht om een specificatie van de betaling van 4 maart 2023. Verder heeft klager aangegeven dat hij nog steeds niet alle dossiers retour heeft ontvangen en dat hij geen toestemming geeft voor verrekeningen en die ook niet zal geven;
- tussen 4 juni 2024 en 19 augustus 2024 is tussen de raadsman van de gerechtsdeurwaarder en klager gecorrespondeerd waarbij op 11 juli 2024 stukken van de zijde van de gerechtsdeurwaarder zijn overgelegd aan klager.
2. De klacht
Klager beklaagt zich samengevat over het volgende.
a: Klager heeft ondanks herhaalde verzoeken niet de gevraagde (digitale) correspondentie tussen de gerechtsdeurwaarder en de wederpartijen ontvangen van de gerechtsdeurwaarder.
b: De gerechtsdeurwaarder heeft een lumpsum overgemaakt op de derdenrekening van klager met betrekking tot diverse dossiers, zonder daarbij een specificatie toe te sturen, met als gevolg dat klager de derdengelden niet kan afrekenen omdat klager niet weet welk bedrag aan welk dossier moet worden toegewezen.
c: In het dossier [..] heeft de gerechtsdeurwaarder gedurende vele maanden grote bedragen onder zich gehouden zonder tijdig en volledig af te dragen. Klager heeft geen specificatie, exacte data van betalingen, noch een eindnota ontvangen.
d: De gerechtsdeurwaarder heeft kosten verrekend in een dossier waar een surplus was met kosten in een dossier waar geen surplus was. Een afrekening ontbreekt.
3. Het verweer van de gerechtsdeurwaarder
De raadsman van de gerechtsdeurwaarder stelt zich samengevat op het standpunt dat klager niet ontvankelijk moet worden verklaard omdat inmiddels op alle verzoeken is gereageerd en klager geen belang meer heeft bij de inhoudelijke behandeling van de klachten.
4. De beoordeling van de klacht
4.1 Op grond van het bepaalde in artikel 34 van de Gerechtsdeurwaarderswet zijn gerechtsdeurwaarders onderworpen aan tuchtrechtspraak ter zake van enig handelen of nalaten in strijd met die wet of in strijd met hetgeen een behoorlijk handelend gerechtsdeurwaarder betaamt. Ter beoordeling staat of er sprake is van tuchtrechtelijk laakbaar handelen in de zin van artikel 34 van de Gerechtsdeurwaarderswet.
4.2 De kamer stelt vast dat de gerechtsdeurwaarder na indiening van de klacht ondanks herhaald verzoek geen verweerschrift heeft ingediend. De gerechtsdeurwaarder heeft gesteld dat zij niet op de hoogte was van de klacht, zij zou deze niet hebben ontvangen. Dit was de reden was waarom zij niet eerder heeft gereageerd op de klacht. Van de gerechtsdeurwaarder had verwacht mogen worden dat zij de kamer had verzocht om de klacht naar haar door te zenden. Vastgesteld moet worden dat de gerechtsdeurwaarder pas op 19 augustus 2024 met zicht op de inhoudelijke behandeling van de klacht de noodzaak heeft gezien zich te verweren tegen de klacht.
4.3 De raadsman van de gerechtsdeurwaarder heeft betoogd dat klager niet ontvankelijk moet worden verklaard omdat hij geen belang meer heeft bij de inhoudelijke behandeling van de klacht, nu de gerechtsdeurwaarder aan zijn wensen/eisen tegemoet is gekomen. Dit betoog gaat niet op, omdat het klager op zich vrij staat een klacht te handhaven ook nadat diens wensen (of eisen) geheel of gedeeltelijk zijn ingewilligd. Het tuchtrecht dient bovendien een breder doel dan alleen de behartiging van belangen van klagers. Een en ander zou mogelijk anders kunnen zijn als sprake zou zijn van misbruik van recht, maar dat is hier niet het geval. Dit betekent dat de klacht inhoudelijk zal worden behandeld.
4.4 Ten aanzien van klachtonderdeel a. wordt overwogen dat op grond van de gedragsregels (zie artikel 3.5 derde lid van de gerechtsdeurwaardersverordening) het niet is toegestaan vertrouwelijke informatie met de opdrachtgever te delen. Overlegging van alle (digitale) correspondentie is daarom niet mogelijk.
De gerechtsdeurwaarder heeft zich op het standpunt gesteld dat op 20 februari 2023 door een koeriersdienst gevraagde informatie is gestuurd aan klager. Van de zijde van de gerechtsdeurwaarder is op 19 augustus 2024 een e-mail van 14 juni 2024 overgelegd waarin wordt gesteld dat in de periode tussen 20 februari 2023 en 25 februari 2023 geen bijzonderheden zijn geweest met betrekking tot het afleveren van poststukken aan het kantoor van klager. De kamer houdt het er daarom voor dat klager op 20 februari 2023 stukken heeft ontvangen. In het dossier bevinden zich specificaties, gedateerd 20 februari 2023, waarvan de kamer aanneemt dat deze zich hebben bevonden bij de aflevering van het poststuk.
4.5 Ten aanzien van klachtonderdeel b. wordt het volgende overwogen. Zoals hierboven overwogen moet worden aangenomen dat klager de specificaties in de door hem genoemde dossiers op 20 februari 2023 heeft ontvangen. Klager heeft dit niet weersproken.
4.6 Ten aanzien van klachtonderdeel c. wordt het volgende overwogen. Ter zitting heeft de gerechtsdeurwaarder toegelicht dat zij meerdere malen aan klager heeft verzocht aan te geven hoe het dossier [..] afgewikkeld moest worden. Hierop heeft klager niet geantwoord. De gerechtsdeurwaarder stelt wel degelijk tussentijdse afdrachten te hebben gedaan. In het dossier bevindt zich een (ongedateerde) specificatie/eindnota waarvan aangenomen wordt dat deze zich heeft bevonden in de postzending aan klager van 20 februari 2023.
De raadsman van de gerechtsdeurwaarder heeft op 31 juli 2024 aan klager geschreven dat in het dossier [..] aan klager € 7.953,76 is voldaan. Klager heeft in zijn e-mail aan [..] van 15 augustus 2024 echter gesteld dat hij het bedrag niet kan traceren, waarop op 19 augustus 2024 alsnog het bedrag aan klager is overgemaakt. Dit getuigt niet van accuraatheid van de gerechtsdeurwaarder maar betreft niet de inhoud van de klacht.
4.7 Ten aanzien van klachtonderdeel d. wordt het volgende overwogen. Vaststaat dat klager in zijn klacht reeds heeft gesteld dat hij geen toestemming heeft gegeven voor enige verrekening. Gebleken is het volgende. In het dossier [..] komt
€ 5.732,20 aan klager toe. Dit bedrag is echter verrekend met een bedrag van
€ 167,85 dat klager moet betalen in het dossier [..]. De kamer overweegt dat het een gerechtsdeurwaarder is toegestaan in een individueel dossier, of dossiers van dezelfde (schuld-)eiser bedragen te verrekenen. Verrekening van het ene dossier met een ander dossier, met verschillende eisers, is echter niet toegestaan. Dat de gerechtsdeurwaarder hiervoor heeft gekozen gelet op de slechte communicatie met klager en de vrees van de gerechtsdeurwaarder achter het net te vissen voor wat betreft de betaling aan haar, levert geen rechtvaardiging op voor deze ongeoorloofde gang van zaken. Dit leidt ertoe dat dit klachtonderdeel terecht is voorgesteld.
4.8 Gelet op voorgaande zal de kamer de maatregel van waarschuwing opleggen. Bij die stand van zaken ziet de kamer geen aanleiding om de gerechtsdeurwaarder te veroordelen in de kosten van de procedure. Omdat de klacht deels gegrond is, dient de gerechtsdeurwaarder wel aan klager het betaalde griffierecht te vergoeden.
BESLISSING
De kamer voor gerechtsdeurwaarders:
- verklaart de klachtonderdeel d. gegrond;
- legt aan de gerechtsdeurwaarder de maatregel van waarschuwing op;
- veroordeelt de gerechtsdeurwaarder tot betaling aan klager van het door hem betaalde griffierecht van € 50,00, nadat de uitspraak onherroepelijk is geworden.
Aldus gegeven door mr. W.M. de Vries, voorzitter, mr. S.N. Schipper en mr. J.M. Wisseborn, leden en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 11 oktober 2024, in tegenwoordigheid van de secretaris.
Tegen deze beslissing kan binnen dertig dagen na dagtekening van verzending van het afschrift van de beslissing, hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Amsterdam, Postbus 1312, 1000 BH Amsterdam.