ECLI:NL:TGDKG:2024:104 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/739313 / DW RK 23/322 MdV/SM

ECLI: ECLI:NL:TGDKG:2024:104
Datum uitspraak: 04-10-2024
Datum publicatie: 07-10-2024
Zaaknummer(s): C/13/739313 / DW RK 23/322 MdV/SM
Onderwerp: Ambtshandelingen (art. 2 Gdw)
Beslissingen:
Inhoudsindicatie: Klacht gegrond. Afzien van opleggen maatregel. De gerechtsdeurwaarder heeft de e-mail van de opdrachtgever, waarin akkoord is gegaan met het voorstel tegen finale kwijting van klager, in het dossier van klager is geplaatst, zonder dat klager daarvan op de hoogte is gebracht. Dit klachtonderdeel is (daarom) terecht voorgesteld.

KAMER VOOR GERECHTSDEURWAARDERS TE AMSTERDAM

Beslissing van 4 oktober 2024 zoals bedoeld in artikel 43 van de Gerechtsdeurwaarderswet inzake de klacht met nummer C/13/739313 / DW RK 23/322 MdV/SM ingesteld door:

[ ],

wonende te [ ],

klager,

tegen:

[ ],

gerechtsdeurwaarder te [ ],

beklaagde.

Ontstaan en verloop van de procedure

Bij klachtenformulier met bijlagen, ingekomen op 14 september 2023, heeft klager een klacht ingediend tegen beklaagde, hierna: de gerechtsdeurwaarder. Bij verweerschrift, ingekomen op 24 oktober 2023, heeft de gerechtsdeurwaarder op de klacht gereageerd. De klacht is behandeld ter openbare terechtzitting van 21 augustus 2024 alwaar de gemachtigde van de gerechtsdeurwaarder is verschenen. Klager is, hoewel behoorlijk opgeroepen, niet ter zitting verschenen. De uitspraak is bepaald op 4 oktober 2024.

1. De feiten

Uitgegaan wordt van de volgende feiten en omstandigheden:

  • De gerechtsdeurwaarder is belast (geweest) met een vordering van [ ] op klager.
  • Op 29 november 2022 heeft klager een voorstel tegen finale kwijting gedaan bij de gerechtsdeurwaarder.
  • Bij e-mail van 16 december 2022 heeft klager naar de status van zijn voorstel gevraagd.
  • Hierop heeft de gerechtsdeurwaarder klager bij e-mail van 20 december 2022 laten weten dat het voorstel van klager bij de opdrachtgever was ingediend en dat hij in afwachting was van een reactie.
  • Bij e-mail van 11 januari 2023 heeft de opdrachtgever aan de gerechtsdeurwaarder medegedeeld akkoord te gaan met het betalingsvoorstel van klager.
  • Bij e-mail van 13 september 2023 heeft klager de gerechtsdeurwaarder gevraagd wanneer hij duidelijkheid over zijn voorstel kon krijgen.
  • Hierop heeft de gerechtsdeurwaarder bij e-mail van diezelfde dag gereageerd.
  • Bij e-mail van 28 september 2023 heeft de gerechtsdeurwaarder aan klager medegedeeld dat een betaling ad € 1.250,- in goede orde was ontvangen en het dossier was gesloten.

2. De klacht

Klager beklaagt zich er samengevat over dat de gerechtsdeurwaarder:

  1. hem intimideert en dreigt met beslagleggingen om een regeling af te dwingen;
  2. informatie heeft ingewonnen bij het UWV;
  3. opzettelijk informatie achterhoudt die in het belang van klager is om de schuld sneller af te kunnen lossen.

3. Het verweer van de gerechtsdeurwaarder

De gerechtsdeurwaarder heeft de klacht gemotiveerd weersproken. Voor zover van belang wordt hierna op dat verweer ingegaan.

4. De beoordeling van de klacht

4.1 Gerechtsdeurwaarders zijn ingevolge artikel 34 van de Gerechtsdeurwaar ders wet aan tuchtrechtspraak onderworpen ter zake van enig handelen of nalaten in strijd met enige bij of krachtens deze wet gegeven bepaling en ter zake van enig handelen of nalaten dat een behoorlijk gerechtsdeurwaarder niet betaamt. Ter beoordeling staat of de handelwijze van de gerechtsdeurwaarder een tuchtrechtelijk verwijtbare gedraging in de zin van dit artikel oplevert.

4.2 Ten aanzien van klachtonderdelen a. en b. overweegt de kamer dat deze niet nader door klager onderbouwde stellingen onvoldoende zijn om tuchtrechtelijk laakbaar handelen van de gerechtsdeurwaarder vast te stellen.

4.3 Ten aanzien van klachtonderdeel c. heeft de gerechtsdeurwaarder in het verweerschrift erkend dat per abuis de e-mail van de opdrachtgever, waarin akkoord is gegaan met het voorstel tegen finale kwijting van klager, in het dossier van klager is geplaatst, zonder dat klager daarvan op de hoogte is gebracht. Dit klachtonderdeel is (daarom) terecht voorgesteld.

4.4 De kamer ziet aanleiding de klacht gegrond te verklaren zonder de gerechtsdeurwaarder een maatregel op te leggen. Daaraan ligt ten grondslag dat de gerechtsdeurwaarder zijn excuses heeft gemaakt voor zijn fout en klager geen nadeel heeft ondervonden aangezien het dossier heeft stilgelegen en geen rente is berekend. Bovendien heeft de gerechtsdeurwaarder onmiddellijk op 13 september 2023 (nadat klager het kwijtingsbedrag had betaald) het dossier gesloten. De gerechtsdeurwaarder dient wel, vanwege de gegrondheid van het klachtonderdeel, het betaalde griffierecht aan klager te vergoeden.

4.5 Op grond van het voorgaande wordt beslist als volgt.

BESLISSING

De Kamer voor Gerechtsdeurwaarders:

  • verklaart de klacht gedeeltelijk gegrond en ziet af van het opleggen van een
    maatregel;
  • bepaalt dat de gerechtsdeurwaarder aan klager het betaalde griffierecht ad
    € 50,- vergoedt, nadat de beslissing onherroepelijk is geworden.

Aldus gegeven door mr. W.M. de Vries, voorzitter, en mr. C.W.D. Bom en M.J.C. van Leeuwen, leden en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 4 oktober 2024, in tegenwoordigheid van de secretaris.

Tegen deze beslissing kan binnen dertig dagen na dagtekening van verzending van het afschrift van de beslissing, hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Amsterdam, Postbus 1312, 1000 BH Amsterdam.