ECLI:NL:TADRARL:2024:163 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 23-774/AL/GLD 23-776/AL/GLD 23-777/AL/GLD

ECLI: ECLI:NL:TADRARL:2024:163
Datum uitspraak: 17-06-2024
Datum publicatie: 18-06-2024
Zaaknummer(s):
  • 23-774/AL/GLD
  • 23-776/AL/GLD
  • 23-777/AL/GLD
Onderwerp: Zorg voor de cliënt, subonderwerp: Beleidsvrijheid
Beslissingen: Beslissing op verzet
Inhoudsindicatie: De raad verklaart het verzet tegen de voorzittersbeslissing ongegrond.

Beslissing van de Raad van Discipline in het ressort Arnhem-Leeuwarden
van 17 juni 2024
in de zaak 23-774/AL/GLD, 23-776/AL/GLD en 23-777/AL/GLD

naar aanleiding van het verzet tegen de beslissing van de plaatsvervangend voorzitter van de raad van discipline van 15 januari 2024 op de klacht van:

klager

over

1.     mr. […..] (23-774/AL/GLD)
2.     mr. […..] (23-776/AL/GLD)
3.     mr. […..] (23-777/AL/GLD)
    
samen ook: verweerders

1    VERLOOP VAN DE PROCEDURE

1.1    Op 28 maart 2023 heeft klager bij de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Gelderland (hierna: de deken) klachten ingediend over verweerders.
1.2    Op 10 november 2023 heeft de raad de klachtdossiers met kenmerken K 23/53 (verweerder sub 3), K 23/54 (verweerder sub 2) en K 23/55 (verweerder sub 1) van de deken ontvangen. 
1.3    Bij beslissing van 15 januari 2024 heeft de plaatsvervangend voorzitter van de raad (hierna ook: de voorzitter) klager kennelijk niet-ontvankelijk in zijn klacht over verweerder 1 verklaard en de klachten over verweerders 2 en 3 kennelijk ongegrond verklaard.
1.4    Op 25 januari 2024 heeft klager verzet ingesteld tegen de beslissing van de voorzitter. 
1.5    Het verzet is behandeld op de zitting van de raad van 22 april 2024. Daarbij waren klager en verweerders aanwezig. 
1.6    De raad heeft kennisgenomen van de beslissing van de voorzitter waartegen het verzet is gericht, van de stukken waarop de voorzittersbeslissing is gebaseerd en van het verzetschrift. 

2    VERZET
2.1    De gronden van het verzet houden, zakelijk weergegeven, het volgende in. Verweerders hebben geen moeite voor klager gedaan om een nieuwe advocaat te vinden. Ook is er niet met hem hierover gecommuniceerd. De omstandigheid dat verweerders niet waren ingeschreven bij de Raad voor Rechtsbijstand is niet relevant. 
2.2    Tegen de vaststaande feiten en de klachtomschrijving komt klager in verzet niet op. 

3    FEITEN EN KLACHT
3.1    Voor de vaststaande feiten en de omschrijving van de klacht verwijst de raad naar de beslissing van de voorzitter. 

4    BEOORDELING
4.1    Voordat de raad de klacht inhoudelijk kan beoordelen moet sprake zijn van een gegrond verzet. Een verzet is alleen gegrond als in redelijkheid moet worden betwijfeld of de beslissing van de voorzitter juist is. Twijfel kan bijvoorbeeld bestaan als de voorzitter een verkeerde maatstaf (toetsingsnorm) heeft toegepast of de beslissing heeft gebaseerd op onjuiste of onvolledige feiten.
4.2    De raad is van oordeel dat de door klager aangevoerde verzetgronden niet slagen. De voorzitter heeft bij de beoordeling de juiste maatstaf toegepast en heeft rekening gehouden met alle relevante feiten en omstandigheden van het geval. De voorzitter heeft de klachten dus terecht en op juiste gronden kennelijk niet-ontvankelijk (klacht over verweerder 1 en kennelijk ongegrond (verweerders 2 en 3) verklaard.  
4.3    Omdat het verzet tegen de beslissing van de voorzitter ook verder geen nieuwe gezichtspunten oplevert, is er geen plaats voor nader onderzoek naar de klacht. De raad zal het verzet daarom ongegrond verklaren. 

BESLISSING

De raad van discipline:

-    verklaart het verzet ongegrond.

Aldus beslist door mr. G.F. van den Berg, voorzitter, mrs. S.M. Bosch-Koopmans en E.J.C. de Jong, leden, bijgestaan door mr. W.B. Kok als griffier en uitgesproken in het openbaar op 17 juni 2024.
  


Griffier    Voorzitter

Verzonden op : 17 juni 2024