ECLI:NL:TGZRSHE:2023:17 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2022/4930

ECLI: ECLI:NL:TGZRSHE:2023:17
Datum uitspraak: 17-11-2023
Datum publicatie: 27-11-2023
Zaaknummer(s): H2022/4930
Onderwerp: Overige klachten
Beslissingen: Niet-ontvankelijk
Inhoudsindicatie: Klacht tegen psychiater. Klaagster is in het kader van verplichte zorg opgenomen geweest in een zorginstelling. De psychiater is voorzitter van de raad van bestuur van deze zorginstelling. Klaagster maakt hem meerdere verwijten. De klacht is kennelijk niet-ontvankelijk omdat de klachten niet zien op concreet handelen van de psychiater tegen klaagster. De psychiater is ook niet betrokken geweest bij klaagsters behandeling. Zijn enige betrokkenheid is dat hij klaagster een brief heeft gestuurd in het kader van een aansprakelijkstelling door klaagster van de instelling. Verwijten die hierop zien, kan de voorzitter echter niet uit het (aanvullend) klaagschrift halen.

REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG ‘s-HERTOGENBOSCH

Voorzittersbeslissing

Beslissing d.d. 17 november 2023 naar aanleiding van de op 23 september 2022 bij het Regionaal Tuchtcollege te ’s-Hertogenbosch  ingekomen klacht van

A,

wonende in B,

klaagster,

tegen

C,

psychiater,

destijds werkzaam in D,

verweerder

gemachtigde: mr. C.W.M. Verberne, werkzaam in Eindhoven.

1. HET VERLOOP VAN DE PROCEDURE

Het verloop van de procedure blijkt uit het volgende:

  • het klaagschrift met bijlagen, ontvangen op 23 september 2022;
  • de brief van de secretaris aan klaagster van 22 december 2022;
  • het aanvullende klaagschrift met bijlagen, ontvangen op 20 januari 2023;
  • de brief van de secretaris aan klaagster van 3 maart 2023;
  • het verweerschrift met bijlagen, ontvangen op 9 mei 2023.

2.  DE OVERWEGINGEN

Klaagster is in het kader van verplichte zorg opgenomen geweest bij zorginstelling E. Verweerder is voorzitter van de raad van bestuur van deze instelling. Klaagster verwijt verweerder het schenden van de medische gedragscode, door het onder zijn eindverantwoordelijkheid invoeren, bedenken en uitvoeren van een zorgbeleid dat het plegen van valsheid in geschrifte inhoudt, om dwangverpleging (middels smaad en laster) te kunnen bewerkstelligen.

Vaststaat dat verweerder niet rechtstreeks betrokken is geweest bij de zorg aan klaagster. De klacht betreft een algemene aanklacht tegen het beleid van de zorginstelling. Klaagster houdt verweerder verantwoordelijk voor dit beleid, maar de voorzitter kan uit het klaagschrift en de aanvulling daarop geen klachten destilleren die zien op concreet handelen van verweerder ten aanzien van klaagster. De enige concrete betrokkenheid van verweerder bij klaagsters verblijf in de instelling is dat verweerder, in het kader van een aansprakelijkstelling door klaagster van de instelling voor door haar geleden schade, een brief aan klaagster heeft gestuurd. Hierin heeft hij klaagster meegedeeld dat de aansprakelijkheid niet wordt erkend. Verwijten die specifiek op deze brief zien, kan de voorzitter echter niet uit het (aanvullend) klaagschrift halen.

Daarom is de voorzitter van oordeel dat de klacht kennelijk niet-ontvankelijk is.

3.    DE BESLISSING

De voorzitter verklaart de klacht kennelijk niet-ontvankelijk.

Aldus gedaan op 17 november 2023 door P.A.H. Lemaire, voorzitter, in tegenwoordigheid van M.D. Moeke, secretaris.

                                                                                                                 voorzitter

                                                                                                                 secretaris                                                                                                                   

Tegen deze beslissing kan in de volgende gevallen schriftelijk beroep worden ingesteld bij het Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg:

a. Heeft u de klacht ingediend? Dan kunt u in beroep als

- het college u of uw klacht geheel of gedeeltelijk niet-ontvankelijk heeft verklaard of

- als de klacht geheel of gedeeltelijk ongegrond is verklaard.

Bij een gedeeltelijke niet-ontvankelijkverklaring of een gedeeltelijke ongegrondverklaring kan uw beroep alleen betrekking hebben op de klachtonderdelen waarop die beslissing betrekking heeft.

b. Is de klacht tegen u gericht? Dan kunt u altijd in beroep.

c. Ook de inspecteur van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd kan beroep instellen.

U moet het beroepschrift richten aan het Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg, maar opsturen naar de secretaris van het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg te ‘s-Hertogenbosch. Daar moet het zijn ontvangen binnen zes weken nadat de beslissing aan u is verstuurd.

Als u beroep instelt, moet u € 50,- griffierecht betalen aan het Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg. U ontvangt hierover bericht. Als u geheel of gedeeltelijk in het gelijk wordt gesteld, wordt het griffierecht aan u terugbetaald.