ECLI:NL:TGZRAMS:2023:213 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2023/5441
ECLI: | ECLI:NL:TGZRAMS:2023:213 |
---|---|
Datum uitspraak: | 19-09-2023 |
Datum publicatie: | 19-09-2023 |
Zaaknummer(s): | A2023/5441 |
Onderwerp: | Onjuiste verklaring of rapport |
Beslissingen: | Ongegrond/Afwijzing |
Inhoudsindicatie: | Kennelijk ongegronde klacht tegen een psychiater. Klager verwijt de psychiater dat hij een oordeel over klager heeft geveld zonder hem te hebben gezien en dat er onwaarheden in de medische verklaring van de psychiater staan. Het college is er mede door een ondersteunende notitie van een verpleegkundige voldoende van overtuigd dat de psychiater klager persoonlijk heeft gezien en onderzocht voordat hij de medische verklaring ten behoeve van een zorgmachtiging heeft opgesteld. Omdat de psychiater alle feiten heeft overgenomen uit het medisch dossier van klager, kan de eventuele onjuistheid daarvan hem niet worden verweten. Klacht kennelijk ongegrond verklaard. |
REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG
AMSTERDAM
Beslissing in raadkamer van 19 september 2023 op de klacht van:
A,
wonende in B,
klager,
tegen
C,
psychiater,
destijds werkzaam in B,
verweerder, hierna ook: de psychiater,
gemachtigde: mr. L. Greebe, werkzaam in Amsterdam.
1. Waar gaat de zaak over?
1.1 Verweerder is psychiater en was tot en met februari 2023 als psychiater werkzaam
bij GGZ D. Verweerder heeft op 3 oktober 2022 een ‘MEDISCHE VERKLARING ten behoeve van de voorbereiding van een Zorgmachtiging' over klager opgesteld. Klager verwijt de psychiater dat hij een oordeel over klager
heeft geveld zonder hem te hebben gezien en dat er onwaarheden in de medische verklaring
van de psychiater staan.
1.2 Het college komt tot het oordeel dat de klacht kennelijk ongegrond is. ‘Kennelijk’
betekent dat het niet nodig is om nog vragen aan de partijen te stellen en dat duidelijk
is dat de klacht niet gegrond kan worden verklaard. Hierna licht het college toe hoe
het tot deze beslissing is gekomen.
2. De procedure
2.1 Het college heeft de volgende stukken ontvangen:
- het klaagschrift met de bijlagen, ontvangen op 2 maart 2023;
- het verweerschrift.
2.2 Het college heeft de klacht in raadkamer behandeld. Dit betekent dat het college
de zaak beoordeeld heeft op basis van de stukken, zonder dat de partijen daarbij aanwezig
waren.
3. De klacht en de reactie van de psychiater
3.1 Volgens klager heeft de psychiater onzorgvuldig gehandeld, omdat hij klager tijdens een telefonisch gesprek van tien minuten heeft onderzocht om de geneeskundige verklaring te kunnen opstellen voor de rechter en de officier van justitie. De psychiater heeft verder volgens klager in zijn rapport onjuiste en beledigende aantijgingen genoteerd.
3.2 De psychiater heeft het college verzocht de klacht ongegrond te verklaren.
3.3 Het college gaat hieronder verder in op de standpunten van partijen.
4. De overwegingen van het college
4.1 De vraag is of de psychiater de zorg heeft verleend die van hem verwacht mocht
worden. De norm daarvoor is een redelijk bekwame en redelijk handelende psychiater.
Bij de beoordeling wordt rekening gehouden met de voor de psychiater geldende beroepsnormen
en andere professionele standaarden.
Klachtonderdeel a) telefonische beoordeling
4.2 De psychiater heeft in zijn verweerschrift verklaard dat hij op 3 oktober 2022
klager tijdens een consult fysiek onderzocht en beoordeeld heeft. De partijen zijn
het er dus niet over eens hoe het onderzoek heeft plaatsgevonden. Dat betekent dat
het college moet bekijken of er aanwijzingen zijn die het ene of het andere standpunt
meer aannemelijk maken.
4.3 Het college overweegt dat in de medische verklaring zelf op de eerste bladzijde
onder ‘4. psychiatrisch onderzoek’ wordt vermeld:
“a. Datum en tijdstip van het onderzoek van betrokkene:
03-10-2022 09:30”.
Een psychiater die gevraagd is om een medische verklaring zoals deze op te stellen,
is verplicht de persoon op wie de verklaring betrekking heeft persoonlijk te onderzoeken.
Daarop bestaat een zeer beperkt aantal uitzonderingen. In het geval van zo’n uitzondering
moet de psychiater daar melding van maken en duidelijk motiveren waarom er geen fysiek
onderzoek heeft plaatsgehad. Dat een dergelijke vermelding en motivering in de verklaring
ontbreekt, is een aanwijzing dat de psychiater klager wel persoonlijk heeft onderzocht.
4.4 Verweerder heeft verder naar voren gebracht dat bij het onderzoek een sociaal-psychiatrisch
verpleegkundige aanwezig was. Verweerder heeft een fotokopie van de door de verpleegkundige
gemaakte notitie in zijn verweerschrift opgenomen, die als volgt luidt: “aanwezig bij de beoordeling ZM. gesprek verliep voorspoedig. vindt het goed dat de
machtiging verlengd gaat worden.
is tevreden met de behandeling en zal maandelijks zijn depot laten zetten. oogde ontspannen.”
Mede door deze ondersteunende notitie is het college er voldoende van overtuigd dat
de psychiater klager op 3 oktober 2022 persoonlijk heeft gezien en onderzocht voordat
hij de medische verklaring ten behoeve van een zorgmachtiging heeft opgesteld. Dit
klachtonderdeel is dan ook ongegrond.
Klachtonderdeel b) onware en beledigende aantijgingen in het rapport
4.5 Klager voert aan dat de informatie in de medische verklaring over door hem gepleegd
geweld tegen anderen in het verleden vanuit een psychotisch beeld, en over dat hij
chloor in iemands drinken zou hebben gedaan, onjuist en beledigend is. Verweerder
heeft in zijn verweerschrift daarover meegedeeld dat deze informatie uit het medische
dossier van klager afkomstig is. Hij heeft dit dossier voorafgaand aan het persoonlijke
onderzoek ter beschikking gekregen. Mede op basis daarvan heeft hij de medische verklaring
opgesteld.
4.6 Het college overweegt dat verweerder in de medische verklaring bij ‘6. Ernstig nadeel’ onder b. en c. heeft genoteerd dat klager in het verleden geweld heeft toegepast naar
anderen, te weten buren en hulpverleners. Onder d. heeft hij opgeschreven dat alle
feiten zijn overgenomen uit het medische dossier van klager. In het zorgplan dat bij
het klaagschrift is gevoegd, wordt inderdaad melding gemaakt van deze door de psychiater
in de medische verklaring genoemde omstandigheden. Omdat verweerder deze informatie
uit het dossier heeft overgenomen, kan de eventuele onjuistheid daarvan hem niet worden
verweten. In de medische verklaring heeft de psychiater verder niet vermeld dat klager
chloor in iemands drinken zou hebben gedaan. Dit staat alleen in het zorgplan. Ook
dit klachtonderdeel is ongegrond.
Slotsom
4.7 Uit de overwegingen hiervoor volgt dat beide onderdelen van de klacht kennelijk ongegrond zijn.
5. De beslissing
De klacht is in beide onderdelen kennelijk ongegrond.
Deze beslissing is gegeven op 19 september 2023 door N.B. Verkleij, voorzitter, L.
Creemers, lid-jurist, C.M. Sonnenberg, B. van Ek en P.D. Meesters, leden-beroepsgenoten,
bijgestaan door S. Verdaasdonk, secretaris.