ECLI:NL:TGDKG:2023:108 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/717779 DW RK 22/193 EV/SM

ECLI: ECLI:NL:TGDKG:2023:108
Datum uitspraak: 20-12-2023
Datum publicatie: 21-12-2023
Zaaknummer(s): C/13/717779 DW RK 22/193 EV/SM
Onderwerp: Ambtshandelingen (art. 2 Gdw)
Beslissingen:
Inhoudsindicatie: Klager beklaagt zich er ten onrechte over dat de gerechtsdeurwaarder een onjuiste specificatie heeft opgemaakt en de (hoogte van de) proceskosten dicteert terwijl dit aan de rechter is. Klacht ongegrond.

KAMER VOOR GERECHTSDEURWAARDERS TE AMSTERDAM

Beslissing van 20 december 2023 zoals bedoeld in artikel 43 van de Gerechtsdeurwaarderswet inzake de klacht met nummer C/13/717779 DW RK 22/193 EV/SM ingesteld door:

[   ],

wonende te [   ],

klager,

tegen:

[   ],

toegevoegd gerechtsdeurwaarder te [   ],

beklaagde,

gemachtigde: mr. [   ].

Ontstaan en verloop van de procedure

Bij klachtenformulier met bijlagen, ingekomen op 22 mei 2022, heeft klager een klacht ingediend tegen (een medewerkster van het kantoor van) beklaagde, hierna: de gerechtsdeurwaarder. Bij verweerschrift, ingekomen op 24 juni 2022, heeft de gerechtsdeurwaarder op de klacht gereageerd. De klacht is behandeld ter openbare terechtzitting van 8 november 2023 alwaar klager (via een videoverbinding) en de gemachtigde van de gerechtsdeurwaarder zijn verschenen. De uitspraak is bepaald op 20 december 2023.

1. De feiten

Uitgegaan wordt van de volgende feiten en omstandigheden:

  • De gerechtsdeurwaarder is belast met de vordering van een huurachterstand op klager.
  • Bij exploot van 21 maart 2022 heeft de gerechtsdeurwaarder klager gedagvaard te verschijnen ter zitting van de kantonrechter van de rechtbank Den Haag, locatie Leiden, op 6 april 2022.
  • Bij brieven van 3 mei 2022 heeft de gerechtsdeurwaarder klager een (dubbele) overzicht van de openstaande vordering verstrekt.
  • Bij vonnis van 17 augustus 2022 is klager veroordeeld tot betaling van de proceskosten.

2. De klacht

Klager beklaagt zich er samengevat over dat de gerechtsdeurwaarder:

  1. opzettelijk een niet correct betalingsverzoek aan klager heeft verzonden. Klager heeft na de twee brieven (c.q. specificaties) van 3 mei 2022 het openstaande saldo aan de opdrachtgever betaald. De bedragen in de specificaties kloppen niet en komen niet overeen met de werkelijk betaalde bedragen;
  2. de proceskosten die klager moet betalen definieert, terwijl het niet aan de gerechtsdeurwaarder is om de hoogte van de proceskosten te bepalen en wie de proceskosten moet betalen. Dat is aan de rechter.

3. Het verweer van de gerechtsdeurwaarder

De gerechtsdeurwaarder heeft de klacht gemotiveerd weersproken. Voor zover van belang wordt hierna op dat verweer ingegaan.

4. De beoordeling van de klacht

4.1 De klacht is ingediend tegen een medewerker van [   ]  gerechtsdeurwaarderskantoor hetgeen op grond van het bepaalde in artikel 34, eerste lid, van de Gerechtsdeurwaarderswet niet kan. Bij het onderzoek wie als beklaagde kan worden aangemerkt geldt als leidraad de uitspraak van het gerechtshof Amsterdam van 25 juni 2013, (ECLI:NL:GHAMS:2013:2450). Uit dit arrest volgt dat bij klachten tegen een samenwerkingsverband de tuchtrechter zelf dient te onderzoeken tegen welke gerechtsdeurwaarder(s) van het samenwerkingsverband de klacht zich richt.

4.2 De in aanhef genoemde en aan [   ] verbonden gerechts­deur­­waarder wordt als beklaagde aangemerkt, omdat hij verantwoordelijk gehouden moet worden voor hetgeen zich tijdens de gerechtelijke procedure heeft voorgedaan. De klacht is hier direct een uitvloeisel van. Ter beoordeling staat of de handelwijze van de gerechtsdeurwaarder een tuchtrechtelijk verwijtbare gedraging in de zin van eerdergenoemd artikel oplevert

4.3 Ten aanzien van klachtonderdeel a overweegt de kamer als volgt. De gerechtsdeurwaarder heeft gemotiveerd betwist dat sprake zou zijn van onjuistheden in de (dubbele) specificatie van 3 mei 2022, die ziet op mutaties die tot díe datum zijn verwerkt. Voor zover de onjuistheid zou zien op de (huur)betaling van klager van (of kort na) 3 mei 2022, heeft de gerechtsdeurwaarder aangevoerd dat deze betaling op het expliciete verzoek van klager is toegerekend aan de maand juni 2022. Dit is door klager ter zitting niet betwist. Logischerwijs verschijnt de betaling dan ook niet op de specificatie van 3 mei 2022 waar klager naar verwijst. Dit klachtonderdeel is daarom ongegrond.

4.4 Ten aanzien van klachtonderdeel b overweegt de kamer als volgt. Klager veronderstelt ten onrechte dat de gerechtsdeurwaarder met de specificatie van 3 mei 2022 zeggenschap voert over de (toen nog toe te wijzen) proceskosten, dan wel aanspraak daarop maakt. De gerechtsdeurwaarder heeft slechts voor klager inzichtelijk willen maken welke kosten tot op dat moment – tijdens de lopende rechtbankprocedure – open stonden. De proceskosten zijn vervolgens met het vonnis van 17 augustus 2022 komen vast te staan. Enig bezwaar hiertegen had klager aan de gewone rechter moeten voorleggen, al dan niet in de rechtbankprocedure. Het tuchtrecht is hiervoor niet de geëigende weg. Ook dit klachtonderdeel is dus ongegrond.

4.5 Voor zover de klacht zich (eveneens) richt op het niet tijdig versturen van de WIK-brief zal de kamer dit passeren nu dit een gang van zaken betreft die na indiening van de klacht zou hebben plaatsgevonden.

4.6 Op grond van het voorgaande wordt beslist als volgt.

BESLISSING

De Kamer voor Gerechtsdeurwaarders:

  • verklaart de klacht ongegrond.

Aldus gegeven door mr. A.E. de Vos, plaatsvervangend-voorzitter, en mr. M.C.M. Hamer en mr. A.W. Veth , leden en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 20 december 2023, in tegenwoordigheid van de secretaris.

Tegen deze beslissing kan binnen dertig dagen na dagtekening van verzending van het afschrift van de beslissing, hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Amsterdam, Postbus 1312, 1000 BH Amsterdam.