ECLI:NL:TNORARL:2022:9 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/397895 / KL RK 21-199

ECLI: ECLI:NL:TNORARL:2022:9
Datum uitspraak: 06-04-2022
Datum publicatie: 14-06-2022
Zaaknummer(s): C/05/397895 / KL RK 21-199
Onderwerp: Overig, subonderwerp: Overig
Beslissingen: Klacht ongegrond
Inhoudsindicatie: De notaris kan niet worden gehouden om een proces-verbaal-akte te herstellen omdat er in zijn visie geen sprake was van een kennelijke schrijffout of kennelijke misslag. Klacht op alle onderdelen ongegrond.

KAMER VOOR HET NOTARIAAT IN HET RESSORT ARNHEM-LEEUWARDEN

Kenmerk:         C/05/397895 / KL RK 21-199

beslissing van de kamer voor het notariaat

op de klacht van

[naam klager]

wonende te [woonplaats],

gemachtigde: [naam gemachtigde]

tegen

mr. [naam notaris],

notaris te [vestigingsplaats],

gemachtigde: [naam gemachtigde].

Partijen worden hierna respectievelijk klager en de notaris genoemd.

1.         Het verloop van de procedure

1.1.      Het verloop van de procedure blijkt uit

  • de klacht van 27 december 2021;
  • de aanvulling van de klacht, met bijlagen, van 28 december 2021;
  • het verweer van de notaris van 28 januari 2022;

1.2.      De klachtzaak is ter zitting van 18 maart 2022 behandeld, waarbij zijn verschenen klager, bijgestaan door zijn gemachtigde enerzijds en de notaris, bijgestaan door zijn gemachtigde anderzijds. Klager heeft spreekaantekeningen voorgedragen en van het overige verhandelde is aantekening gehouden door de secretaris.

2.         De feiten

2.1.      Klager heeft met de heer [naam broer] (hierna: de broer) op 11 oktober 1977 een maatschap opgericht, met als doel de uitoefening van het landbouwbedrijf. De maatschap is gevestigd aan de [adres maatschap].

2.2.      Op 18 februari 2017 is de broer overleden. Hij heeft als erfgenamen achtergelaten: zijn echtgenote mevrouw [naam echtgenote] en zijn zoon de heer [naam zoon], (hierna: de erven) ieder voor de helft van zijn nalatenschap.

2.3.      Medio 2020 hebben klager en de erven aan de notaris de opdracht gegeven tot het organiseren van een openbare verkoop bij inschrijving van het bedrijf van de maatschap met alle roerende en onroerende zaken.

2.4.      De notaris heeft voor de verkoop voorwaarden opgesteld. Deze zijn toegestuurd aan klager en de erven.

2.5.      Op 13 december 2021 zijn op het kantoor van de notaris de binnengekomen biedingen geopend in de aanwezigheid van [echtgenote] en klager. De notaris heeft daarvan een proces-verbaal opgesteld waarin onder andere is opgenomen:

(…)

“Aanwezig ter zitting zijn:

- [klager], wonende te [woonplaats], in zijn hoedanigheid van mede-eigenaar;

-[echtgenote], wonende te [woonplaats], in haar hoedanigheid van mede-eigenaar.”

2.6.      Bij e-mail van 19 december 2021 heeft klager de notaris verzocht om het proces-verbaal te herstellen. Klager geeft in de e-mail aan dat sprake is van een ernstige misslag in het proces-verbaal omdat daarin is vermeld dat [echtgenote] mede-eigenaar is. De notaris heeft daar op 20 december 2021 op gereageerd, waarbij hij onder verwijzing naar het bepaalde in artikel 2.6 van de overeenkomst van opdracht vermeldt dat correspondentie uitsluitend via de advocaat van klager moet verlopen.

2.7.      De advocaat van klager heeft op 22 december 2021 nogmaals het verzoek gedaan aan de notaris om het verzoek van klager in te willigen. De notaris heeft op 22 december 2021 het verzoek afgewezen omdat er volgens hem geen sprake is van een kennelijke misslag.

3.         De klacht en het verweer

3.1.      Klager verwijt de notaris dat hij ten onrechte [echtgenote] in het proces-verbaal van 13 december 2021 mede-eigenaar heeft genoemd. De notaris weigert om het proces-verbaal te herstellen en handelt daarmee klachtwaardig.

3.2.      Op het verweer van de notaris zal de kamer hierna, voor zover het verweer van belang is voor de beoordeling, nader ingaan.

4.         De beoordeling

4.1.      Ingevolge artikel 93 lid 1 van de Wet op het notarisambt (hierna: Wna) zijn notarissen, toegevoegd notarissen en kandidaat-notarissen aan het tuchtrecht onderworpen ter zake van handelen of nalaten in strijd met hetzij enige bij of krachtens deze wet gegeven bepaling, hetzij met de zorg die zij behoren te betrachten ten opzichte van degenen te wier behoeve zij optreden en ter zake van handelen of nalaten dat een behoorlijk notaris, toegevoegd notaris of kandidaat-notaris niet betaamt. De kamer dient derhalve te onderzoeken of de handelwijze van de notaris een verwijtbare gedraging in de zin van dit artikel oplevert.

4.2.      In artikel 37 lid 2 Wna is bepaald - voor zover hier relevant - dat een proces-verbaal-akte slechts de waarnemingen van de notaris bevat. Artikel 45 lid 2 Wna bepaalt dat een notaris bevoegd is om kennelijke schrijffouten en kennelijke misslagen in de tekst van een akte ook na het verlijden daarvan te verbeteren.

4.3.      De kamer behandelt de klachtonderdelen gezamenlijk omdat deze met elkaar samenhangen.

Volgens de notaris was [echtgenote] mede-eigenaar. De notaris kon niet worden gehouden de proces-verbaal-akte te herstellen omdat er in zijn visie geen sprake was van een kennelijke schrijffout of kennelijke misslag. Aan klager kan worden toegegeven dat de vermelding van de hoedanigheid van [echtgenote] niet nodig was, maar dat maakt het vorenstaande niet anders.

Dit klachtonderdeel is daarom ongegrond.

4.4.      Voor zover de klacht van klager er ook op ziet dat de notaris niet inhoudelijk heeft gereageerd op zijn e-mail van 19 december 2021 en heeft verzocht om via de advocaat van klager te corresponderen, overweegt de kamer dat deze werkwijze volgt uit artikel 2.6 van de overeenkomst van opdracht waarin is opgenomen dat de advocaten van klager en de erven de contactpersonen zijn en dat alle correspondentie via de advocaten gevoerd moet worden. Ook dit klachtonderdeel is daarom ongegrond.

5.         De beslissing

De kamer voor het notariaat in het ressort Arnhem-Leeuwarden

- verklaart de klacht op alle onderdelen ongegrond.

Deze beslissing is gegeven door mr. I.C.J.I.M. van Dorp, voorzitter, mr. R.C.C. van Leest, mr. M.M.M. Oors, mr. C.G. Zijerveld en mr. V. Oostra, leden, en in tegenwoordigheid van

mr. A.M. van Gerwen, secretaris, door de voorzitter in het openbaar uitgesproken op

6 april 2022.

De secretaris

 

De voorzitter

     
 

Tegen deze beslissing van de kamer voor het notariaat kunnen partijen binnen dertig dagen na de datum van verzending van deze beslissing hoger beroep instellen bij het gerechtshof Amsterdam, Postbus 1312, 1000 BH Amsterdam.