ECLI:NL:TGDKG:2022:49 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/688474 / DW RK 20/413 MdV/RH
ECLI: | ECLI:NL:TGDKG:2022:49 |
---|---|
Datum uitspraak: | 28-01-2022 |
Datum publicatie: | 08-04-2022 |
Zaaknummer(s): | C/13/688474 / DW RK 20/413 MdV/RH |
Onderwerp: | Ambtshandelingen (art. 2 Gdw) |
Beslissingen: | |
Inhoudsindicatie: | Het was te verkiezen geweest als de gerechtsdeurwaarder zijn opdrachtgever had aangeraden om het voorstel van klager tot verrekening te volgen. De gemachtigde van de gerechtsdeurwaarder heeft ter zitting ook verklaard dat dit beter zou zijn geweest, omdat zijn opdrachtgever dan mogelijk eerder met verrekening akkoord zou zijn gegaan. |
Beslissing van 28 januari 2022 zoals bedoeld in artikel 43 van de Gerechtsdeurwaarderswet inzake de klacht met nummer C/13/688474 / DW RK 20/413 MdV/RH ingesteld door:
[..],
wonende te [..],
klager,
tegen:
[..],
gerechtsdeurwaarder te [..],
beklaagde,
gemachtigde: [..].
Ontstaan en loop van de procedure
Bij e-mail met bijlagen, ingekomen op 21 juli 2020, heeft klager een klacht ingediend tegen (het kantoor van) de gerechtsdeurwaarder. Bij verweerschrift, ingekomen op 23 september 2020, heeft de gerechtsdeurwaarder op de klacht gereageerd. Klager heeft op 6 december 2021 aanvullende stukken ingediend. De klacht is behandeld ter openbare terechtzitting van 17 december 2021 waar klager en de gemachtigde van de gerechtsdeurwaarder zijn verschenen. De uitspraak is bepaald op 28 januari 2022.
1. De feiten
Uitgegaan wordt van de volgende feiten en omstandigheden:
- Bij vonnis van de rechtbank Oost-Brabant van 14 mei 2020 is klager in reconventie veroordeeld tot het betalen van een geldbedrag, terwijl in conventie de wederpartij ook veroordeeld is tot het betalen van een geldbedrag.
- Bij exploot van 24 juni 2020 is het vonnis van 14 mei 2020 aan klager betekend met gelijktijdig bevel aan de inhoud te voldoen.
- Naar aanleiding van een e-mail van klager van 26 juni 2020 heeft de gerechtsdeurwaarder klager bij brief van 6 juli 2020 medegedeeld dat de opdrachtgever niet akkoord gaat met verrekening en is klager verzocht om het totale bedrag tot betaling waarvan hij veroordeeld was,te voldoen.
- Hierop heeft klager bij e-mail van 13 juli 2020 gereageerd.
- Bij e-mail van 13 augustus 2020 heeft de gerechtsdeurwaarder klager opnieuw meegedeeld dat de opdrachtgever niet akkoord gaat met verrekening en dat de opdrachtgever de vordering handhaaft.
- Bij e-mail van 18 augustus 2020 heeft de gerechtsdeurwaarder klager medegedeeld dat zijn kantoor de werkzaamheden in deze zaak zal beƫindigen.
2. De klacht
Klager beklaagt zich er samengevat over dat de gerechtsdeurwaarder onzorgvuldig heeft gehandeld door klager aan te manen tot volledige betaling van het bedrag tot betaling waarvan klager was veroordeeld en niet mee te werken aan verrekening met het bedrag dat de wederpartij aan klager moest betalen.
4. De beoordeling van de klacht
4.1 Op grond van het bepaalde in artikel 34 van de Gerechtsdeurwaarderswet zijn gerechtsdeurwaarders en kandidaat-gerechtsdeurwaarders onderworpen aan tuchtrechtspraak ter zake van enig handelen of nalaten in strijd met die wet of in strijd met hetgeen een behoorlijk handelend gerechtsdeurwaarder betaamt. Klachten kunnen niet worden gericht tegen een gerechtsdeurwaarderskantoor. In het verweer heeft gerechtsdeurwaarder [..] zich opgeworpen als beklaagde. Hiermee is in de aanhef van de beslissing rekening gehouden. Ter beoordeling staat of er sprake is van tuchtrechtelijk laakbaar handelen in de zin van artikel 34 van de Gerechtsdeurwaarderswet.
4.2 De kamer oordeelt als volgt. Op een gerechtsdeurwaarder rust een ministerieplicht indien hem wordt verzocht een titel ten uitvoer te leggen. Uit de overgelegde producties blijkt dat de gerechtsdeurwaarder de bezwaren van klager tegen de vordering heeft doorgestuurd naar de opdrachtgever, [..] Rechtsbijstand. De reactie hierop is aan klager teruggekoppeld. Nadat klager zijn standpunt had onderbouwd met een uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, heeft de opdrachtgever de gerechtsdeurwaarder toestemming gegeven het dossier te sluiten. Het was te verkiezen geweest als de gerechtsdeurwaarder zijn opdrachtgever had aangeraden om het voorstel tot verrekening te volgen. De gemachtigde van de gerechtsdeurwaarder heeft ter zitting ook verklaard dat dit beter zou zijn geweest, omdat zijn opdrachtgever dan mogelijk eerder met verrekening akkoord zou zijn gegaan.
4.3 Aan de orde is vervolgens de vraag of de gerechtsdeurwaarder tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld. Naar het oordeel van de kamer is dit niet het geval, want de gerechtsdeurwaarder heeft conform de tuchtrechtelijke normen gehandeld, nu hij op grond van zijn ministerieplicht de titel heeft betekend en de reactie van klager heeft doorgestuurd naar zijn opdrachtgever. Het is de opdrachtgever geweest die vervolgens (naar het zich laat aanzien ten onrechte) niet wilde verrekenen.
4.4 Op grond van het voorgaande wordt beslist als volgt.
BESLISSING
De kamer voor gerechtsdeurwaarders:
- verklaart de klacht ongegrond.