ECLI:NL:TNORARL:2021:5 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/376393 / KL RK 20-111

ECLI: ECLI:NL:TNORARL:2021:5
Datum uitspraak: 05-02-2021
Datum publicatie: 12-02-2021
Zaaknummer(s): C/05/376393 / KL RK 20-111
Onderwerp: Personen- en Familierecht
Beslissingen: Klacht ongegrond
Inhoudsindicatie:   Klaagster verwijt de notaris dat zij onvoldoende heeft onderzocht of moeder kort voorafgaand en ten tijde van het passeren van de akte voldoende wilsbekwaam was om haar levenstestament op te maken. Ook heeft de notaris onvoldoende onderzocht of moeder niet onder invloed stond van anderen. De kamer heeft de klacht ongegrond verklaard. De notaris is tijdens haar besprekingen met moeder tot de conclusie gekomen dat zij bekwaam was om haar wil te bepalen. Dat de notaris tot een andere conclusie had moeten komen, is niet of onvoldoende gebleken. De notaris heeft uitgebreid en onder vier ogen met moeder gesproken, waarbij moeder duidelijk kon uitleggen wat haar wens was en wat haar beweegredenen hiervoor waren. Naar het oordeel van de kamer heeft de notaris niet onzorgvuldig gehandeld. De notaris kon en mocht concluderen dat moeder wilsbekwaam was om haar levenstestament op te maken. Verder heeft de kamer overwogen dat de notaris tweemaal onder vier ogen met moeder heeft gesproken en bovendien extra vragen heeft gesteld om te verifiëren of het levenstestament de eigen wil van moeder bevatte. Naar het oordeel van de kamer heeft de notaris met deze handelwijze voldoende gewaarborgd dat moeder haar wil op onafhankelijke wijze heeft kunnen overbrengen aan de notaris. Van enige ongewenste beïnvloeding waardoor moeder haar wil niet meer op vrije wijze kon vormen is niet gebleken.

KAMER VOOR HET NOTARIAAT IN HET RESSORT ARNHEM-LEEUWARDEN

Kenmerk:        C/05/376393 / KL RK 20-111

beslissing van de kamer voor het notariaat

op de klacht van

[ naam klaagster ],

wonende te [ woonplaats klaagster ],

klaagster,

gemachtigde: [ naam gemachtigde ], wonende te [ woonplaats gemachtigde ],

tegen

[ naam notaris ],

notaris te [ vestigingsplaats notaris ].

Partijen worden hierna respectievelijk klaagster en de notaris genoemd.

1.         Het verloop van de procedure

1.1.      Het verloop van de procedure blijkt uit:

-          de klacht, met bijlagen, van 13 september 2020;

-          het verweer, met bijlagen, van de notaris van 26 oktober 2020;

-          het aanvullend stuk van klaagster van 8 december 2020.

1.2.      De klachtzaak is ter zitting van 8 januari 2021 behandeld. Klaagster is samen met haar gemachtigde ter zitting verschenen. De notaris heeft middels een videobelverbinding deelgenomen aan de mondelinge behandeling. Allen hebben het woord gevoerd, klaagster aan de hand van door haar overgelegde spreekaantekeningen.

2.         De feiten

2.1.      [ Naam moeder ] (hierna: moeder), geboren op 5 december 1934, heeft vier kinderen: [ A ], [ B ], klaagster en [ C ].

2.2.      Op 20 augustus 2013 heeft moeder ten overstaan van de notaris een algemene volmacht, een zogeheten levenstestament, opgesteld waarbij zij volmacht heeft verleend aan haar vier kinderen.

2.3.      Vanwege een val is moeder op 19 mei 2020 tijdelijk opgenomen in een verzorgingshuis. Tussen klaagster enerzijds en de andere drie kinderen anderzijds is een conflict ontstaan over de eventuele permanente opname van moeder in een verzorgingshuis.

2.4.      Op 21 juli 2020 heeft de notaris in het verzorgingshuis een bespreking gehad met moeder over de wensen van moeder met betrekking tot een nieuw op te stellen levenstestament.

2.5.      Naar aanleiding van die bespreking heeft de notaris op 28 juli 2020 een concept van het levenstestament en een toelichting op de akte per post aan moeder verstuurd.

2.6.      Op 6 augustus 2020 hebben de notaris en moeder een tweede bespreking gehad. Vervolgens heeft moeder ten overstaan van de notaris de algemene volmacht van

20 augustus 2013 herroepen en een nieuw levenstestament opgemaakt. In het levenstestament heeft moeder in de eerste plaats [ A ] en in de tweede plaats [ B ] volmacht verleend om haar te vertegenwoordigen bij vermogensrechtelijke en medische aangelegenheden als moeder dat zelf door wilsonbekwaamheid of andere omstandigheden niet (meer) kan. Moeder heeft [ B ] en [ C ] tot toezichthouders benoemd voor de situaties dat [ A ] als gevolmachtigde optreedt. Als [ B ] als gevolmachtigde optreedt, dienen [ A ] en [ C ] toezicht te houden. Klaagster komt in het nieuwe levenstestament van moeder niet voor.

3.         De klacht en het verweer

3.1.      Op basis van het klaagschrift begrijpt de kamer de klacht van klaagster zo dat zij de notaris verwijt dat zij onvoldoende heeft onderzocht of moeder kort voorafgaand en ten tijde van het passeren van de akte voldoende wilsbekwaam was om haar levenstestament op te maken. Ook heeft de notaris onvoldoende onderzocht of moeder niet onder invloed stond van anderen.

3.2.      Op het verweer van de notaris zal de kamer hierna, voor zover het verweer van belang is voor de beoordeling, nader ingaan.

4.         De beoordeling

4.1.      Ingevolge artikel 93 lid 1 van de Wet op het notarisambt (hierna: Wna) zijn notarissen, toegevoegd notarissen en kandidaat-notarissen aan het tuchtrecht onderworpen ter zake van handelen of nalaten in strijd met hetzij enige bij of krachtens deze wet gegeven bepaling, hetzij met de zorg die zij behoren te betrachten ten opzichte van degenen te wier behoeve zij optreden en ter zake van handelen of nalaten dat een behoorlijk notaris, toegevoegd notaris of kandidaat-notaris niet betaamt. De kamer dient derhalve te onderzoeken of de handelwijze van de notaris een verwijtbare gedraging in de zin van dit artikel oplevert.

4.2.      Ter beoordeling ligt de vraag voor of de notaris voldoende zorgvuldigheid heeft betracht bij de beoordeling van de wilsbekwaamheid van moeder kort voorafgaand aan en ten tijde van het passeren van het levenstestament.

4.4.      Klaagster stelt dat moeder niet meer wilsbekwaam was om haar levenstestament op te maken. Moeder is al op hoge leeftijd en verbleef ten tijde van het opmaken en passeren van het levenstestament in een verzorgingshuis. Zij had op dat moment erge pijn, was uitgeput en was zo nu en dan ernstig in de war, mede door de escalerende familieomstandigheden. Bovendien werd de afspraak met de notaris niet door moeder zelf gemaakt.

4.5.      De kamer overweegt dat de door klaagster aangehaalde omstandigheden niet zonder meer meebrengen dat moeder niet in staat was haar wil te bepalen. Wel gaven zij aanleiding om de wilsbekwaamheid nader te onderzoeken, hetgeen de notaris in haar gesprekken met moeder heeft gedaan.

4.6.      De notaris heeft aangevoerd dat de eerste afspraak weliswaar niet door moeder zelf is gemaakt, maar dat tijdens het gesprek bleek dat dit wel op uitdrukkelijk verzoek van moeder zelf is gebeurd. Tijdens de eerste bespreking heeft de notaris twee uur lang met moeder alleen gesproken. In dit gesprek zijn uitvoerig de persoonlijke situatie van moeder en de omstandigheden in de familie besproken. Moeder heeft aan de notaris zeer uitvoerig uitgelegd waarom zij wilde dat de notaris bij haar langs kwam. Vervolgens hebben de notaris en moeder de volmacht van 20 augustus 2013 doorgenomen. Moeder heeft aan de notaris aangegeven dat zij dit niet langer op deze manier wilde en dat zij een nieuwe volmacht wilde laten opstellen. De reden hiervoor is zeer uitvoerig besproken en de notaris heeft ook de gevolgen van die keuze aan moeder toegelicht. De notaris heeft vervolgens meerdere vragen gesteld om de wil van moeder te verifiëren.

Tijdens de tweede bespreking heeft de notaris wederom met moeder alleen gesproken. De notaris heeft tijdens die bespreking (nogmaals) geverifieerd of moeder voldoende in staat was haar wil te bepalen. In de volle overtuiging dat het levenstestament de wil van moeder bevatte en dat moeder de inhoud ervan begreep, heeft de notaris vervolgens het levenstestament gepasseerd.

4.7.      De kamer overweegt dat de notaris tijdens haar besprekingen met moeder tot de conclusie is gekomen dat zij bekwaam was om haar wil te bepalen. Het was in eerste instantie aan de notaris om vast te stellen of moeder voldoende bekwaam was om de inhoud van de akte te begrijpen. Slechts als daarover bij haar gerede twijfel zou bestaan, diende zij de verdere stappen, zoals genoemd in het Stappenplan, in overweging te nemen. Van die twijfel was bij de notaris geen sprake. Dat de notaris tot een andere conclusie had moeten komen, is niet of onvoldoende gebleken. De notaris heeft uitgebreid en onder vier ogen met moeder gesproken, waarbij moeder duidelijk kon uitleggen wat haar wens was en wat haar beweegredenen hiervoor waren. Naar het oordeel van de kamer heeft de notaris niet onzorgvuldig gehandeld. De notaris kon en mocht concluderen dat moeder wilsbekwaam was om haar levenstestament op te maken.

4.8.      Tot slot heeft klaagster gesteld dat moeder onder invloed stond en afhankelijk was van de andere drie kinderen. Zij werd door hen gemanipuleerd en de andere kinderen hebben moeder tegen klaagster opgezet. De notaris heeft volgens klaagster onvoldoende onderzocht of moeder niet onder invloed stond van de andere drie kinderen.

4.9.      De notaris heeft aangevoerd dat zij tijdens haar gesprekken met moeder expliciet heeft gesproken over beïnvloeding door anderen. De notaris heeft in dat kader extra vragen aan moeder gesteld. Uit de beantwoording van die vragen bleek volgens de notaris dat moeder zelf van mening was dat de zaken moesten worden geregeld zoals door haar aangegeven.

4.10.     De kamer overweegt dat de notaris tweemaal onder vier ogen met moeder heeft gesproken en bovendien extra vragen heeft gesteld om te verifiëren of het levenstestament de eigen wil van moeder bevatte. Naar het oordeel van de kamer heeft de notaris met deze handelwijze voldoende gewaarborgd dat moeder haar wil op onafhankelijke wijze heeft kunnen overbrengen aan de notaris. Van enige ongewenste beïnvloeding waardoor moeder haar wil niet meer op vrije wijze kon vormen is niet gebleken.

4.11.     Gelet op al het voorgaande zal de kamer de klacht ongegrond verklaren.

5.         De beslissing

De kamer voor het notariaat in het ressort Arnhem-Leeuwarden:

-          verklaart de klacht ongegrond.

Deze beslissing is gegeven door mr. I.C.J.I.M. van Dorp, voorzitter, mr. M.C.J. Heessels en mr. G. Venema, leden, en in tegenwoordigheid van mr. K.K.H. Wagemaker, secretaris, door de voorzitter in het openbaar uitgesproken op 5 februari 2021.

De secretaris

De voorzitter

Tegen deze beslissing van de kamer voor het notariaat kunnen partijen binnen dertig dagen na de datum van verzending van deze beslissing hoger beroep instellen bij het gerechtshof Amsterdam, Postbus 1312, 1000 BH Amsterdam.