ECLI:NL:TGZRSGR:2021:128 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag D2021/2590-2020-153

ECLI: ECLI:NL:TGZRSGR:2021:128
Datum uitspraak: 26-10-2021
Datum publicatie: 18-11-2021
Zaaknummer(s): D2021/2590-2020-153
Onderwerp: Overige klachten
Beslissingen: Ongegrond/afwijzing
Inhoudsindicatie: Ongegronde klacht tegen een verpleegkundige. Klaagster heeft via de website van de verpleegkundige een Energetisch Morfologische Bloedtest (EMB-test) besteld. Klaagster verwijt de verpleegkundige onder meer dat zij haar heeft opgelicht, dat er op de website veel onzin staat en dat de adviezen schade kunnen toebrengen. Het staat behandelaars of aanbieders in ‘het alternatieve circuit’ vrij om uitingen of aanprijzingen te doen over een niet-reguliere behandelwijze waarbij mogelijk vanuit de reguliere medische zorg (grote) vraagtekens kunnen worden gezet, zolang de hulpzoekenden erop worden gewezen dat de behandelaar heeft gekozen, kort gezegd, voor een niet-reguliere behandelwijze (energetisch, holistisch, natuurgericht) en dat hulpzoekenden niet worden afgehouden van reguliere zorg. De overige klachtonderdelen zijn ook ongegrond verklaard. Klacht ongegrond

Datum uitspraak: 26 oktober 2021

Het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg te Den Haag heeft de volgende beslissing gegeven inzake de klacht van:

A ,

wonende te B,

klaagster,

tegen:

C , verpleegkundige,

werkzaam te B,
beklaagde,

hierna ook: de verpleegkundige.

  1. Het verloop van de procedure
  1. 1 Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • het klaagschrift met bijlagen, ontvangen op 25 september 2020;
  • het verweerschrift met bijlagen;
  • de brief van klaagster, gedateerd 7 april 2021, met bijlagen 1-8.
  1. 2 De partijen hebben afgezien van de mogelijkheid om in het vooronderzoek mondeling te worden gehoord.
     
  2. 3 De mondelinge behandeling door het college heeft plaatsgevonden ter openbare terechtzitting van 15 september 2021. De partijen zijn verschenen en hebben hun standpunten mondeling toegelicht.
     
  1. De feiten
  1. 1 Beklaagde is verpleegkundige en heeft de website D (hierna: de website) en nog een andere eigen website. De website is bedoeld voor vrouwen met een kinderwens; op de website staan adviezen om gezond te leven en tips om zwanger te worden. Er wordt verwezen naar artikelen met informatie op medische en natuurlijke basis, en er staan persoonlijke verhalen, video’s en podcasts op. Op de website werd ook een zogenoemde Energetisch Morfologische Bloedtest (EMB-test) aangeboden, die in de markt is gezet door een derde partij (een verpleegkundige/verloskundige, tevens orthomoleculair/PNI-therapeut, op de website aangeduid als arts). Met de EMB-test neemt de aanvrager zelf door middel van een vingerprik (capillair) bloed af, en stuurt dat naar de genoemde derde partij. Vervolgens ontvangt de afzender van het bloed de uitslag en daarmee samenhangende adviezen. De uitslag van de EMB-test vermeldt een basis hematologie en microscopisch bloedonderzoek; daarnaast worden volgens de uitslag in beeld gebracht de vitaminen, mineralen, hormonen, neurotransmitters, stress-parameters, acupunctuurmeridiaan, energetische pathogeenbelasting, darmparameters, energetische blokkades, PNI-verstoring en energetische intoleranties.
     
  2. 2 Klaagster probeert al jaren zwanger te worden – zij heeft PCOS (polycysteus ovariumsyndroom) – en is door een vriendin gewezen op de website. Via de webshop op de website heeft zij begin augustus 2020 een EMB-test gekocht voor € 169. Zij kreeg op 17 augustus 2020 de uitslag per e-mail toegestuurd. Zij had tekorten aan vitamine B12, vitamine D, magnesium en Omega-3; voorts had zij onder andere een tandblokkade, zaten er twee meridianen verstopt en was haar energetische belasting niet goed, aldus de uitslag van de test. Klaagster heeft op basis van de adviezen in de uitslag van de EMB-test diverse voedingssupplementen gekocht, is exorfinenvrij gaan eten, is gestopt met het nuttigen van gluten en melkproducten en heeft verschillende alternatieve (niet-reguliere) genezers bezocht (een acupuncturist, een alternatieve arts en een holistisch tandarts).
     
  3. 3 Met de bestelling is klaagster akkoord gegaan met de algemene voorwaarden van de website, waarin onder andere wordt vermeld: “Bij dit onderzoek wordt zowel met een reguliere als complementaire bril gekeken naar het ingestuurde bloed. Ook wordt gecontroleerd op een aantal complementaire waardes. (…) De hiervoor beschreven testmethode als zodanig is niet wetenschappelijk onderzocht en vervangt ook niet het reguliere bloedonderzoek.”
     
  4. 4 De EMB-test wordt toegepast door verschillende alternatieve therapeuten, waaronder orthomoleculaire therapeuten. Bij de aanvraag van de EMB-test heeft klaagster een “eigen vitality score” ingevuld en heeft zij de navolgende ‘disclaimer’ voor akkoord getekend: “De adviezen die wij geven hebben een energetische en of holistische insteek. De waarden in deze tests kunnen niet 1-op-1 vergeleken worden met een reguliere bloedtest. Bijvoorbeeld: Voor vitamine B12 kan er regulier een normale waarde zijn, terwijl deze EMBTest® een deficiëntie aangeeft. EMBTest® doet metingen, vaststellingen, onderzoeken en behandeladvies uitsluitend met instemming van de cliënt. Deze vervangen echter niet de diagnostiek, verpleging en verzorging van de reguliere gezondheidszorg. Metingen, bevindingen, onderzoek en adviezen n.a.v. deze EMBTest® vallen onder ‘natuurgerichte geneeswijzen’”.
     
  5. 5 Naar aanleiding van berichten in de media, onder meer een artikel van E en een uitzending van F in 2020, heeft de verpleegkundige besloten om de webshop van de website D te halen en de EMB-test niet meer op die site aan te bieden. Zij biedt die nog wel aan op haar eigen website.
     
  6. 6 In twee (voorzitters)beslissingen van de Reclame Code Commissie (RCC) inzake een klacht van andere personen tegen de verpleegkundige van 21 oktober 2020 is de uiting op D “Met de EMB-bloedtest wordt jouw gezondheid zeer uitgebreid onderzocht in een laboratorium. Hierdoor krijg je een zeer uitgebreid beeld van jouw gezondheid, maar kun je ook erachter komen wat eventueel de oorzaak is van jouw klachten op basis van je bloed”, misleidend genoemd en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 Nederlandse Reclame Code. Hetzelfde oordeel treft de uiting dat de eerdergenoemde derde persoon (en praktijk) die dit bloedonderzoek uitvoert een orthomoleculair arts is, hetgeen niet juist is. De voorzitter van de RCC beveelt adverteerders aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken. Overigens is in die procedure voor de RCC geen verweer gevoerd door de verpleegkundige.
     
  7. 7 Naar aanleiding van de uitslag van de EMB-test had klaagster nog wat vragen voor de verpleegkundige, in verband waarmee zij via de website D een consult wilde boeken. Dit was door de verandering van de website niet meer mogelijk. Klaagster en de verpleegkundige hebben toen via e-mail een afspraak voor videobellen gemaakt. Door omstandigheden is het tot een daadwerkelijk (digitaal) contactmoment niet gekomen.
     
  1. De klacht

3.1      Klaagster heeft de volgende klachten geformuleerd, samengevat weergegeven:

1) de verpleegkundige heeft haar ernstig opgelicht en misbruik gemaakt van de situatie waarin vrouwen die niet zwanger kunnen worden zich bevinden;

2) de verpleegkundige geeft zich uit voor arts;

3) op de website staat veel onzin en de tips en adviezen zijn niet wetenschappelijk bewezen en kunnen zelfs schade toebrengen;

4) de verpleegkundige heeft een dure bloedtest ontwikkeld die zij met veel winst verkoopt.

Klaagster heeft hierdoor (immateriële) schade geleden en zij wil haar geld terug. Zij heeft de verpleegkundige hierover benaderd. Haar klacht wordt echter niet beantwoord.
 

3.2       Het college merkt nog op dat klaagster in haar spreekaantekeningen de klacht heeft uitgebreid, maar deze aantekeningen waren alleen als bijlage bij haar brief van 7 april 2021 gevoegd en niet in de brief zelf als aanvulling op de klacht vermeld. Dat betekent dat de verpleegkundige er niet op bedacht hoefde te zijn dat klaagster haar klacht wilde uitbreiden. Verder heeft klaagster de spreekaantekeningen ook ter zitting uitgesproken, maar dat is te laat voor de verpleegkundige om adequaat te kunnen reageren. Een klacht kan tot uiterlijk veertien dagen voor de zitting worden aangevuld. Daarom houdt het college geen rekening met de aanvulling van de klacht in de spreekaantekeningen.

  1. Het standpunt van de verpleegkundige

Beklaagde heeft de klachten en de daaraan ten grondslag gelegde stellingen bestreden. Voor zover nodig wordt daarop hieronder ingegaan.

  1. De beoordeling
     

Opmerking vooraf

  1. 1 Het college heeft er oog voor dat het pijnlijk is voor klaagster dat het voor haar moeilijk is om zwanger te worden en dat de ervaringen met D teleurstellend voor haar zijn.

Beoordelingskader alternatieve of niet-reguliere adviezen en behandelwijzen door verpleegkundigen

  1. 2 Anders dan bij artsen, voor wie de KNMG-gedragsregel ‘De arts en niet-reguliere behandelwijzen’ (april 2008) geldt, is er voor verpleegkundigen geen soortgelijke gedragsregel of richtlijn. Wel kunnen de in deze KNMG-gedragsregel neergelegde uitgangspunten naar het oordeel van het college een richtsnoer vormen bij de invulling van de normen voor zorgvuldig professioneel handelen van verpleegkundigen. Zo dienen ook verpleegkundigen zich ervan bewust te zijn dat de adviezen die zij geven, omgeven (kunnen) zijn met het gezag van hun (HBO)-opleiding. Zij dienen mensen die een niet-reguliere behandeling of advies wensen duidelijk uitleg te geven over het onderscheid tussen reguliere en niet-reguliere behandelwijzen, zij dienen degene die hulp vraagt ook te wijzen op het belang van reguliere behandelwijzen en daarnaar zo nodig te verwijzen en zij mogen iemand die hulp zoekt niet afhouden van de reguliere zorg. Voor de volledigheid merkt het college op dat het een ieder vrij staat zich te wenden tot een behandelaar die niet-reguliere behandelwijzen uitoefent, al dan niet naast een reguliere behandeling of in plaats daarvan.

Tweede tuchtnorm

  1. 3 Klaagster heeft via de website D een bestelling geplaatst voor de EMB-test; klaagster en de verpleegkundige hebben toen geen enkel contact met elkaar gehad. Het college stelt op grond daarvan vast dat er tussen klaagster en de verpleegkundige geen sprake is (geweest) van een geneeskundige behandelrelatie, waartoe volgens artikel 7:446 Burgerlijk Wetboek ook verpleging en verzorging in het kader van een geneeskundige behandelingsovereenkomst worden gerekend. Daarmee is de eerste tuchtnorm (47 lid 1 aanhef en onder a van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg (Wet BIG)) niet van toepassing. Wel is van toepassing de tweede tuchtnorm (artikel 47 lid 1 aanhef en onder b Wet BIG), die inhoudt dat aan de tuchtrechtspraak ook onderworpen is degene die gehandeld heeft in strijd met hetgeen een behoorlijk beroepsbeoefenaar betaamt. De verpleegkundige heeft weliswaar niet gehandeld op het specifieke gebied van de verpleegkunde, maar zij maakt op de website wel duidelijk dat zij verpleegkundige is. Nu via die site een bloedtest werd aangeboden en adviezen werden/worden gegeven die betrekking hebben op de gezondheid van mensen, heeft het handelen van de verpleegkundige wel voldoende verband met de individuele gezondheidszorg om dit onder de tweede tuchtnorm te kunnen beoordelen. Bij de beoordeling of sprake is van schending van de tweede tuchtnorm dient het college in het algemeen wel terughoudendheid te betrachten. Er moet sprake zijn van evident onbehoorlijk handelen.
     

De handelwijze van de verpleegkundige (klachtonderdelen 1 en 3)

  1. 4 Klaagster voert aan dat zij in augustus 2020 recent van de gynaecoloog had vernomen dat zij PCOS had en daarom moeilijk zwanger kon worden. Daarom is zij hulp gaan zoeken op de website D. Achteraf hebben haar huisarts en gynaecoloog, aan wie zij de uitslag van de EMB-test heeft laten zien, gezegd dat veel van de waarden die gemeten worden helemaal niet uit een bloeddruppel kunnen worden gehaald en dat de uitslag onzin is. Ook het slikken van de vele supplementen die werden aanbevolen, is volgens haar artsen helemaal niet goed voor haar. Zij was in haar kwetsbare positie een makkelijk slachtoffer en heeft alle adviezen opgevolgd, zonder enig resultaat, zo stelt klaagster.
     
  2. 5 Het college kan niet meer vaststellen wat er op de website D aan tips en adviezen stond toen klaagster de bestelling plaatste van de EMB-test. Klaagster heeft ook niet concreet gemaakt wat daar volgens haar niet aan klopte. Daarnaast blijkt uit de genoemde disclaimer dat aan klaagster en andere gebruikers van de website D duidelijk werd gemaakt dat de adviezen ‘een energetische en/of holistische insteek’ hebben en dat de EMB-test valt onder ‘natuurgerichte geneeswijzen’. Ook werd in de algemene voorwaarden vermeld dat de EMB-testmethode niet wetenschappelijk onderzocht is en niet het reguliere bloedonderzoek vervangt. Van hulpzoekenden als klaagster mag worden verwacht dat zij met een kritische blik kijken naar de aanprijzing van producten door de aanbieders daarvan. Het is van algemene bekendheid dat op internet veel informatie circuleert die geen feitelijke of wetenschappelijke basis heeft. Verder is ook niet gebleken dat op de website garanties werden gegeven dat bij het opvolgen van de adviezen een zwangerschap zou volgen. Het staat behandelaars of aanbieders in ‘het alternatieve circuit’ vrij om uitingen of aanprijzingen te doen over een niet-reguliere behandelwijze waarbij mogelijk vanuit de reguliere medische zorg (grote) vraagtekens kunnen worden gezet, zolang de hulpzoekenden erop worden gewezen dat de behandelaar heeft gekozen, kort gezegd, voor een niet-reguliere behandelwijze (energetisch, holistisch, natuurgericht) en dat hulpzoekenden niet worden afgehouden van reguliere zorg.
     
  3. 6 Gelet hierop heeft de verpleegkundige naar het oordeel van het college niet tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld. Dat de RCC de onder 2.6 aangehaalde mededelingen op de website misleidend heeft geoordeeld in de zin van de Nederlandse Reclame Code, leidt er niet zonder meer toe dat de verpleegkundige met de aanprijzing van de EMB-test klaagster heeft opgelicht en/of misbruik heeft gemaakt van de kwetsbare positie van klaagster, die graag moeder wil worden. De verpleegkundige heeft aangevoerd dat zij dit heeft overgenomen van de website van de ontwikkelaar van de EMB-test, evenals de mededeling op de website dat diegene orthomoleculair arts is, hetgeen onjuist is gebleken. Het zou beter zijn geweest als de verpleegkundige deze informatie niet zomaar van de aanbieder van de EMB-test zou hebben overgenomen en  zou hebben nagegaan of deze aanbieder ook daadwerkelijk BIG-geregistreerd arts was. Het feit dat zij dit niet heeft gedaan rechtvaardigt echter geen tuchtrechtelijk verwijt. Het is de vrijheid van de verpleegkundige om geloof te hechten aan de EMB-test en de uitslagen daarvan, onder het hiervoor genoemde voorbehoud dat zij potentiële klanten erover inlicht dat het hier niet om een wetenschappelijk onderzochte testmethode gaat; dat zij zelf waarde hecht aan de EMB-test maakt haar handelen nog niet verwijtbaar in het tuchtrechtelijke kader. Het college heeft geen aanwijzingen dat de verpleegkundige bewust onjuiste informatie op de website heeft vermeld. Ook kunnen potentiële klanten gemakkelijk zelf in het – via internet te raadplegen – BIG-register controleren of iemand die zich als zodanig presenteert daadwerkelijk arts is. Klaagster heeft verder niet concreet gemaakt met voorbeelden van de website dat de adviezen schadelijk zouden zijn, zodat het college daarover ook geen oordeel kan geven.
  1. 7 De adviezen die volgden uit de EMB-test zelf (zie onder 5.3) zijn niet afkomstig van de verpleegkundige, maar van degene aan wie klaagster het bloed heeft toegestuurd. Klaagster heeft die adviezen opgevolgd en niet besproken met de verpleegkundige. De verpleegkundige heeft de door klaagster gebruikte supplementen ook niet aan haar verkocht. Het gaat dus om adviezen die door de eerdergenoemde derde aan klaagster zijn gegeven en die klaagster zonder tussenkomst van de verpleegkundige heeft opgevolgd. Dit kan de verpleegkundige niet persoonlijk tuchtrechtelijk verweten worden.

De handelwijze van de verpleegkundige (klachtonderdelen 2 en 4)

5.8 Het is niet gebleken dat de verpleegkundige zichzelf als arts presenteert op haar website. Dit verwijt gaat dus niet op.

5.9  De klacht dat de verpleegkundige de (dure) EMB-test heeft ontwikkeld die zij met veel winst verkoopt is feitelijk niet juist: de verpleegkundige heeft de EMB-test niet ontwikkeld. Of zij veel winst maakt door via haar website de EMB-test te verkopen kan daarom verder in het midden blijven, daargelaten de vraag of zo’n (door)verkoop met winst tuchtrechtelijk verwijtbaar zou zijn.

Conclusie

5.10 De conclusie is dat de verpleegkundige met betrekking tot geen van de klachtonderdelen een verwijt kan worden gemaakt zoals bedoeld in artikel 47, lid 1, aanhef en onder b van de Wet BIG. De klacht zal daarom ongegrond worden verklaard.

6.         De beslissing


Het college verklaart de klacht ongegrond.

Deze beslissing is gegeven door N.B. Verkleij, voorzitter, R.A. Dozy, lid-jurist,
I.M. Bonte, W.M.E. Bil en M. Houtlosser, leden-beroepsgenoten, bijgestaan door
L.B.M. van ‘t Nedereind, secretaris, en uitgesproken in het openbaar op 26 oktober 2021.