ECLI:NL:TGDKG:2021:94 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/707056 / DW RK 21/410 LvB/SM

ECLI: ECLI:NL:TGDKG:2021:94
Datum uitspraak: 23-12-2021
Datum publicatie: 24-12-2021
Zaaknummer(s): C/13/707056 / DW RK 21/410 LvB/SM
Onderwerp: BFT
Beslissingen:
Inhoudsindicatie: Herstelbeslissing behorende bij de beslissing van de Kamer van 20 december 2021 waarbij de beklaagde gerechtsdeurwaarders voor de duur van twee weken zijn geschorst.

KAMER VOOR GERECHTSDEURWAARDERS TE AMSTERDAM

Herstelbeslissing van 23 december 2021 van de op 20 december 2021 gewezen beslissing zoals bedoeld in artikel 39 van de Gerechtsdeurwaarderswet inzake de klacht met nummer C/13/707056 / DW RK 21/410 LvB/SM van:

HET BUREAU FINANCIEEL TOEZICHT (hierna: BFT),

gevestigd te Utrecht,

klaagster,

gemachtigde: [   ],  

tegen:

1. [   ],

gerechtsdeurwaarder te [   ],

2. [   ],

gerechtsdeurwaarder te [   ],

3.  [   ],

gerechtsdeurwaarder te [   ],

4. [   ],

gerechtsdeurwaarder te [   ],

5. [   ],

gerechtsdeurwaarder te [   ],

6. [   ],

gerechtsdeurwaarder te [   ],

7. [   ],

gerechtsdeurwaarder te [   ],

8. [   ],

gerechtsdeurwaarder te [   ],

9. [   ],

gerechtsdeurwaarder te [   ],

10. [   ],

gerechtsdeurwaarders te [   ],

11. [   ],

gerechtsdeurwaarders te [   ],

12. [   ],

gerechtsdeurwaarder te [   ],

en

13. [   ],

gerechtsdeurwaarder te [   ],

beklaagden (hierna: de gerechtsdeurwaarders),

gemachtigde: mr. [   ].

Ontstaan en loop van de procedure

Op 20 december 2021 is in deze zaak door de kamer een beslissing gegeven. Bij e-mail van 21 december 2021 hebben de gerechtsdeurwaarders de kamer gewezen op het feit dat in de aanhef van de beslissing, ten aanzien van gerechtsdeurwaarder sub 4  de heer [   ], de standplaats [   ]is opgenomen. De heer [   ] houdt echter standplaats te [   ]. Dit heeft gevolgen voor de verdeling van de schorsingen ter voorkoming van overlapping in het dictum van de beslissing, te weten dat de beide resterende deurwaarders met standplaats te [    ] sub 5 en 7, tegelijkertijd worden geschorst. Daardoor vindt binnen die standplaats toch overlap plaats. De gerechtsdeurwaarders hebben dan ook een verbeterde beslissing verzocht.

Bij e-mail van 23 december 2021 heeft het BFT kenbaar gemaakt geen bezwaar te hebben tegen het herstel van de beslissing.

 

Overweging

In het civiele recht kan de rechter op verzoek van partijen of ambtshalve kennelijke schrijffouten of andere kennelijke fouten verbeteren (artikel 31 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering). Hoewel in de Gerechtsdeurwaarderswet een dergelijke regeling niet is opgenomen, staat dat niet aan het herstellen van kennelijke fouten in een tuchtrechtelijke uitspraak in de weg.

Het is de kamer gebleken dat in de aanhef van de beslissing als standplaats van de heer [   ] abusievelijk [   ] is opgenomen, terwijl dit [   ] had moeten zijn. Dit brengt tevens met zich mee dat het dictum dient te worden aangepast, ter voorkoming van overlappende schorsingen.

De kamer ziet aanleiding de kennelijke fout te verbeteren en beslist als volgt.

BESLISSING

De Kamer voor Gerechtsdeurwaarders:

bepaalt, ten aanzien van de aanhef, dat waar staat vermeld:

  • [   ],
    gerechtsdeurwaarder te [   ],

moet worden gelezen:

  • [   ],

gerechtsdeurwaarder te [   ],

bepaalt, ten aanzien van het dictum, dat waar staat vermeld:

  • legt aan ieder van de gerechtsdeurwaarders de maatregel van schorsing op voor de duur van twee weken. Tot oplegging daarvan wordt overgegaan na het onherroepelijk worden van deze beslissing en op een aan ieder van de gerechtsdeurwaarders meegedeelde datum van ingang; daarbij is het uitgangspunt dat de schorsingen van de gerechtsdeurwaarders onder 2, 3, 4, 8, 10, 11 en die van de gerechtsdeurwaarders onder 1, 5, 6, 7, 9, 12 en 13 elkaar niet overlappen maar opvolgen;

moet worden gelezen:

  • legt aan ieder van de gerechtsdeurwaarders de maatregel van schorsing op voor de duur van twee weken. Tot oplegging daarvan wordt overgegaan na het onherroepelijk worden van deze beslissing en op een aan ieder van de gerechtsdeurwaarders meegedeelde datum van ingang; daarbij is het uitgangspunt dat de schorsingen van de gerechtsdeurwaarders onder 2, 3, 4, 5, 8, 10, 11 en die van de gerechtsdeurwaarders onder 1, 6, 7, 9, 12 en 13 elkaar niet overlappen maar opvolgen;

Aldus gegeven op de in de aanhef vermelde datum door mr. L. van Berkum, plaatsvervangend-voorzitter, mr. M.L.S. Kalff en mr. J.M. Wisseborn, leden en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 23 december 2021, in tegenwoordigheid van de secretaris.