ECLI:NL:TAHVD:2020:115 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 200025

ECLI: ECLI:NL:TAHVD:2020:115
Datum uitspraak: 22-06-2020
Datum publicatie: 23-06-2020
Zaaknummer(s): 200025
Onderwerp: Aanwijzing, subonderwerp: Artikel 13 Advocatenwet: aanwijzing van een advocaat
Beslissingen:
Inhoudsindicatie: Beklag tegen beslissing tot aanwijzing van advocaat (art. 13). Beklag is te laat ingediend, omdat die na de beklagtermijn van 6 weken is ontvangen: niet-ontvankelijk.

BESLISSING                           

van 22 juni 2020

in de zaak 200025

naar aanleiding van het beklag van:

klager

tegen:

de Deken van de Orde van Advocaten

in het arrondissement Midden-Nederland

de deken

1    HET VERZOEK ALS BEDOELD IN ART. 13 LID 1 ADVOCATENWET

Klager heeft bij de deken een verzoek ingediend tot aanwijzing van een advocaat zoals bedoeld in artikel 13 lid 1 Advocatenwet. Bij brief van 18 december 2019 heeft de deken dit verzoek afgewezen. In een brief eveneens gedateerd op 18 december 2019, ontvangen ter griffie van het hof op 3 februari 2020, heeft klager zich beklaagd over het feit dat de deken het verzoek tot aanwijzing van een advocaat heeft afgewezen.

2    HET GEDING BIJ HET HOF

2.1    De brief met het beklag is op 3 februari 2020 per post ontvangen door de griffie van het hof.

2.2    Verder bevat het dossier van het hof:

- de e-mail d.d. 2 maart 2020 van klager;

- de e-mail d.d. 4 maart 2020 van klager;

- de twee e-mails met bijlagen d.d. 25 maart 2020 van klager;

- de e-mail d.d. 6 april 2020 van klager.

2.3    Het hof heeft partijen opgeroepen voor een mondelinge behandeling tijdens de openbare zitting van 20 april 2020.

2.4    Het hof heeft partijen op 6 april 2020 bericht dat op basis van de door het kabinet genomen maatregelen in verband met de bestrijding van het coronavirus de zittingen tot 1 juni 2020 geen doorgang vinden. Om een grote vertraging in de behandeling van deze zaak te voorkomen, heeft het hof – met instemming van partijen – besloten om deze zaak schriftelijk af te doen.

2.5    Het hof heeft partijen op 1 mei 2020 in de gelegenheid gesteld binnen één week nog nadere stukken over te leggen. Partijen hebben van deze gelegenheid geen gebruik gemaakt, waarna het hof partijen op 18 mei 2020 heeft geïnformeerd dat het onderzoek is gesloten en dat heden uitspraak wordt gedaan.

3    BEOORDELING

3.1    De beslissing van de deken is gedateerd 18 december 2019 en op dezelfde dag per e-mail aan klager verzonden. De termijn om tegen deze beslissing beklag te kunnen doen is zes weken (vgl. artikel 13 lid 3 Advocatenwet). Dat betekent dat klager uiterlijk op 30 januari 2020 zijn klaagschrift kon indienen bij het Hof van Discipline.

3.2    Het beklag van klager is op 3 februari 2020 door de griffie van het hof ontvangen. Dat is buiten de termijn. Er zijn geen argumenten gesteld of gebleken die deze termijnoverschrijding verschoonbaar zouden kunnen maken. Het gevolg is dat klager in zijn beklag niet-ontvankelijk zal worden verklaard.

BESLISSING

Het Hof van Discipline:

- verklaart klager niet-ontvankelijk in zijn beklag tegen de beslissing van de Deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Midden-Nederland van 18 december 2019.

Aldus beslist door mr. J.D. Streefkerk, voorzitter, mrs. G. Creutzberg, I.P.A. van Heijst, leden, in tegenwoordigheid van mr. L.E. Verwey, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 22 juni 2020.

griffier    voorzitter            

De beslissing is verzonden op 22 juni 2020.