ECLI:NL:TGZRZWO:2019:110 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 339-2018

ECLI: ECLI:NL:TGZRZWO:2019:110
Datum uitspraak: 29-07-2019
Datum publicatie: 29-07-2019
Zaaknummer(s): 339-2018
Onderwerp: Overige klachten
Beslissingen: Ongegrond/afwijzing
Inhoudsindicatie: Klacht over de behandeling die GZ-psycholoog aan de (ex-)echtgenote van klager heeft gegeven, en die naar klager stelt in het einde van zijn huwelijk resulteerde. Klacht ontvankelijk maar kennelijk ongegrond.

REGIONAAL TUCHTCOLLEGE TE ZWOLLE

Beslissing d.d. 29 juli 2019 naar aanleiding van de op 12 december 2018 bij het Regionaal Tuchtcollege te Zwolle ingekomen klacht van

A , wonende te B,

k l a g e r

-tegen-

C , GZ-psycholoog, (destijds) werkzaam te D,

bijgestaan door mr. W.R. Kastelein, advocaat te Utrecht,

v e r w e e r d e r

1.    HET VERLOOP VAN DE PROCEDURE

Dat blijkt uit de volgende stukken:

-          het klaagschrift;

-          het verweerschrift;

-          de repliek;

-          de dupliek;

-          het proces-verbaal van het op 17 mei 2019 gehouden mondeling vooronderzoek.

2.    DE FEITEN

Op grond van de stukken dient, voor zover van belang voor de beoordeling van de klacht, van het volgende te worden uitgegaan.

Verweerder is als GZ-psycholoog werkzaam bij het E te D, een gespecialiseerde afdeling die behandeling biedt aan patiënten met angst- en dwangstoornissen.

De (ex-)echtgenote van klager is door haar huisarts verwezen naar het E in verband met paniek- en angststoornissen. Zij heeft daar in 2018 gedurende vier maanden (intensieve) cognitieve gedragstherapie gehad.

3.    HET STANDPUNT VAN KLAGER EN DE KLACHT

Klager verwijt verweerder - zakelijk weergegeven - dat hij hem niet heeft meegenomen in de therapie van zijn (ex-)echtgenote, waardoor hij niet heeft kunnen meeveren en niet heeft kunnen anticiperen op de veranderingen bij haar. De door verweerder gegeven behandeling is volgens klager voor 90% succesvol geweest, waardoor zijn

(ex-)echtgenote van een timide, angstige vrouw is veranderd in een zeer zelfbewuste vrouw. Na het beëindigen van de behandeling heeft zij eenzijdig besloten om haar huwelijk met klager te verbreken. Hierdoor heeft klager materiële en immateriële schade geleden, waarvoor hij verweerder aansprakelijk stelt.

4.    HET STANDPUNT VAN VERWEERDER

Verweerder voert - zakelijk weergegeven - aan dat het de vraag is of klager kan worden ontvangen in zijn klacht, omdat wordt geklaagd over de behandeling die verweerder aan de (ex-)echtgenote van klager heeft gegeven. Voor zover de klacht ontvankelijk is, is verweerder van mening dat hem geen tuchtrechtelijk verwijt kan worden gemaakt.

5.    DE OVERWEGINGEN VAN HET COLLEGE

5.1          

Het college wijst er allereerst op, dat het bij de tuchtrechtelijke toetsing van professioneel handelen er niet om gaat of dat handelen beter had gekund, maar om het geven van een antwoord op de vraag of de beroepsbeoefenaar bij het beroepsmatig handelen is gebleven binnen de grenzen van een redelijk bekwame beroepsuitoefening, rekening houdend met de stand van de wetenschap ten tijde van het klachtwaardig geachte handelen en met hetgeen toen in de beroepsgroep ter zake als norm of standaard was aanvaard.

5.2

Naar het oordeel van het college kan klager worden ontvangen in zijn klacht, nu zijn klacht betrekking heeft op de door hem ondervonden gevolgen van de behandeling van zijn (ex-)echtgenote en klager ook betrokken is geweest bij deze behandeling. In het kader van deze behandeling hebben op 22 mei 2018 en 14 september 2018 twee systeemgesprekken plaatsgevonden, waarbij klager aanwezig was.

5.3

Het verwijt dat verweerder klager onvoldoende heeft betrokken bij de behandeling van zijn (ex-)echtgenote treft geen doel. Klager is aanwezig geweest bij het intakegesprek op 2 februari 2018 en bij de hiervoor genoemde systeemgesprekken. Daarnaast heeft klager op 17 september 2018 de “familie- en vriendenavond” in het E bezocht, waarbij familie en vrienden informatie wordt gegeven over de behandelingen van het E van angst- en paniekstoornissen. Klager heeft daarna nog één keer telefonisch contact opgenomen met de vraag in hoeverre hij mee kon gaan in de vermijding van zijn (ex-)echtgenote. Dat klager niet aanwezig mocht zijn bij het afsluitende systeemgesprek dat eind oktober 2018 heeft plaatsgevonden, kan verweerder niet worden aangerekend. Zijn (ex- echtgenote wilde niet dat klager bij dit gesprek aanwezig was. Zij had op dat moment al haar wens tot een echtscheiding naar klager uitgesproken.

5.4

Dat de (ex-)echtgenote van klager na afloop van de behandeling heeft besloten om haar huwelijk met klager te verbreken, kan verweerder evenmin worden verweten. De behandeling was gericht op het verminderen van de paniek- en angststoornissen bij zijn (ex-)echtgenote. Het geven van een vorm van relatietherapie aan klager en zijn

(ex-)echtgenote is nooit beoogd.

5.5

Voor zover klager in zijn klaagschrift ook bedoeld heeft een verzoek in te dienen tot het verkrijgen van (im)materiële schadevergoeding, overweegt het college verder dat het college niet bevoegd is om daarop te beslissen, ook niet bij een eventuele gegrondverklaring van de klacht.

5.6

Gelet op het voorgaande is de klacht kennelijk ongegrond en dient als volgt te worden beslist.

6.    DE BESLISSING

Het college verklaart de klacht kennelijk ongegrond.

Aldus gegeven in raadkamer door A.M. Koene, voorzitter, M. Willemse, lid-jurist,

L.P.T. Raijmakers, M. Mostert-Uijterwijk en Th.A.M. Deenen, leden-beroepsgenoten, in tegenwoordigheid van E.N.M. van de Beld, secretaris.

                                                                                                                 voorzitter

                                                                                                                 secretaris

 

Tegen deze beslissing kan in de volgende gevallen schriftelijk beroep worden ingesteld bij het Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg:

a.         Heeft u de klacht ingediend? Dan kunt u in beroep als

- het college u of uw klacht geheel of gedeeltelijk niet-ontvankelijk heeft verklaard of

- als de klacht geheel of gedeeltelijk ongegrond is verklaard.

Bij een gedeeltelijke niet-ontvankelijkverklaring of een gedeeltelijke ongegrondverklaring kan uw beroep alleen betrekking hebben op dat deel van de beslissing.

b.         Is de klacht tegen u gericht? Dan kunt u altijd in beroep.

c.         Ook de inspecteur van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd kan beroep instellen.

U moet het beroepschrift richten aan het Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg, maar opsturen naar de secretaris van het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg te Zwolle. Daar moet het zijn ontvangen binnen zes weken nadat de beslissing aan u is verstuurd.

Als u beroep instelt, moet u € 50,- griffierecht betalen aan het Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg. U ontvangt hierover bericht. Als u geheel of gedeeltelijk in het gelijk wordt gesteld, wordt het griffierecht aan u terugbetaald.