ECLI:NL:TAHVD:2018:43 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 180015

ECLI: ECLI:NL:TAHVD:2018:43
Datum uitspraak: 19-03-2018
Datum publicatie: 20-03-2018
Zaaknummer(s): 180015
Onderwerp: Aanwijzing, subonderwerp: Artikel 13 Advocatenwet: aanwijzing van een advocaat
Beslissingen:
Inhoudsindicatie: Verzoek aanwijzing van een advocaat om hoger beroep in te stellen tegen een uitspraak in kort geding (artikel 13 Advocatenwet). Het beklag is ongegrond. De argumenten die klaagster in haar verzoek en in verdere correspondentie heeft vermeld, leveren onvoldoende grond op voor aanwijzing van een advocaat.

Beslissing

van 19 maart 2018

in de zaak 180015

naar aanleiding van het beklag van:

klaagster

tegen:

de deken

1 HET VERZOEK ALS BEDOELD IN ART. 13 LID 1 ADVOCATENWET

Klaagster heeft bij de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Den Haag, verder te noemen ‘de deken’, een verzoek ingediend tot aanwijzing van een advocaat zoals bedoeld in artikel 13 lid 1 Advocatenwet. Per brief van 18 december 2017 heeft de deken dit verzoek afgewezen. In een klaagschrift gedateerd 8 januari 2018 heeft klaagster zich beklaagd over het feit dat de deken haar verzoek heeft afgewezen.

2 HET GEDING BIJ HET HOF

2.1 Het klaagschrift is op 10 januari 2018 ter griffie van het hof ontvangen.

2.2 Het hof heeft voorts kennis genomen van:

- de brief van de deken van 25 januari 2018.

2.3 De zaak is door het hof in raadkamer behandeld op 16 februari 2018.

3 BEOORDELING

3.1 Het hof begrijpt dat klaagster zich beklaagt over de beslissing van de deken van 18 december 2017 en stelt daartoe dat haar het recht is ontnomen om hoger beroep in te stellen vóór 3 januari 2018 op een uitspraak in kort geding van 6 december 2017.

3.2 De stukken zoals ter kennis gebracht aan het hof leiden niet tot andere gevolgtrekkingen dan in de bestreden beslissing van de deken weergegeven. De argumenten die klaagster in haar verzoek en in de verdere correspondentie heeft vermeld, leveren onvoldoende grond op voor aanwijzing van een advocaat.

3.3 Het hof zal dan ook het beklag van klaagster tegen de beslissing van de deken ongegrond verklaren.

BESLISSING

Het Hof van Discipline:

verklaart het beklag van klaagster tegen de beslissing van de Deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Den Haag van 18 december 2017 ongegrond.

Aldus gewezen door mr. T. Zuidema, voorzitter, mrs. G.W.S. de Groot, C.A.M.J. Raymakers, M.P.C.J. van Bavel en E.L. Pasma, leden, in tegenwoordigheid van mr. N.A.M. Sinjorgo, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 19 maart 2018.

griffier voorzitter

De beslissing is verzonden op 19 maart 2018.