ECLI:NL:TNORARL:2017:24 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/317156/KL RK 17-28

ECLI: ECLI:NL:TNORARL:2017:24
Datum uitspraak: 20-07-2017
Datum publicatie: 25-07-2017
Zaaknummer(s): C/05/317156/KL RK 17-28
Onderwerp: Personen- en Familierecht
Beslissingen: Klacht ongegrond
Inhoudsindicatie:   Gelet op de rol van de notaris in deze nalatenschap, heeft de notaris klager terecht verwezen naar de voormalig executeurs/afwikkelingsbewindvoerders voor een uitleg over de berekeningen en herstel van eventuele fouten. De voormalig executeurs/afwikkelingsbewindvoerders zijn de enigen die verantwoordelijk zijn voor de inhoud van de aangifte en eventuele fouten hierin zouden kunnen herstellen. Aangezien klager niet de opdrachtgever van de notaris was, is de notaris jegens hem niet gehouden om uitleg te geven over de aan de aangifte ten grondslag liggende berekeningen.

Kenmerk: C/05/317156 / KL RK 17-28

beslissing van de kamer voor het notariaat van

op de klacht van

[A],

wonende te […],

klager,

tegen

mr. […],

notaris te […].

Partijen worden hierna respectievelijk klager en de notaris genoemd.

1. Het verloop van de procedure

1.1 Het verloop van de procedure blijkt uit

-          de klacht, met bijlagen, van 8 maart 2017;

-          het verweer van de notaris, met bijlage, van 4 april 2017;

-          de e-mails van klager van 11 en 12 juni 2017.

1.2 De klachtzaak is ter zitting van 14 juni 2017 behandeld, waarbij zijn verschenen klager enerzijds en de notaris anderzijds.

2. De feiten

2.1 […], moeder van klager, is overleden op 10 april 2008. […], vader van klager, was reeds overleden in 2001. Uit hun huwelijk zijn twee zoons en twee dochters geboren.

2.2 Moeder had laatstelijk beschikt over haar nalatenschap in haar testament van 17 juli 2007, verleden voor mr. […], als waarnemer van de notaris.

In dit testament heeft moeder haar vier kinderen tezamen en voor gelijke delen tot haar erfgenamen benoemd. Daarnaast is aan haar beide dochters een bedrag van € 50.000,- gelegateerd. Dochter [B] en zoon [C] zijn tot executeurs en afwikkelingsbewindvoerders benoemd. In het testament is bepaald dat de taak van de afwikkelingsbewindvoerder eindigt als hij zijn taak heeft volbracht, maar uiterlijk vijf jaren na overlijden van testatrice.

2.3 De notaris heeft in opdracht van de executeurs/afwikkelingsbewindvoerders de successieaangifte inzake de nalatenschap van moeder opgesteld.

Op 24 juni 2010 heeft de notaris klager een kopie van de successieaangifte gezonden.

De Belastingdienst heeft op 24 augustus 2010 de definitieve aanslag vastgesteld overeenkomstig de aangifte.

2.4 De executele en het afwikkelingsbewind zijn op 10 april 2013 verlopen door het verstrijken van de termijn die daarvoor in het testament was gesteld.

2.5 Klager heeft in zijn e-mails van 6, 10 en 23 juni 2013 de notaris gevraagd of andere executeurs konden worden benoemd. De notaris heeft hierop niet gereageerd.

2.6 In 2015 heeft de notaris op verzoek van klager een verklaring van erfrecht afgegeven.

2.7 Eind 2016 heeft klager de notaris verzocht om kopieën van de onderbouwing van de berekeningen in de successieaangifte. Tevens heeft hij verzocht om herstel van fouten die volgens klager bij de aangifte zijn gemaakt.

2.8 Er is geen nieuwe executeur benoemd. De nalatenschap is nog niet afgewikkeld.

3. De klacht en het verweer

3.1 Klager heeft in zijn klachtbrief twaalf klachtonderdelen geformuleerd. De kamer heeft de klachtonderdelen 4 tot en met 10 samengevoegd tot één klachtonderdeel (klachtonderdeel 4), met als gevolg dat de klacht uiteen valt in de volgende zes onderdelen:

Klachtonderdeel 1: niet gereageerd op verzoeken om informatie

Nadat het afwikkelingsbewind was geëindigd, heeft klager de notaris in zijn mails van 6, 10 en 23 juni 2013 gevraagd of andere executeurs konden worden benoemd. De notaris heeft daarop geen antwoord gegeven.

Klachtonderdeel 2: ten onrechte verzocht om verklaringen van zuivere aanvaarding

Klager heeft de notaris verzocht om een verklaring van erfrecht af te geven, zodat hij inzage kon krijgen in de bankafschriften van moeder. De notaris heeft in reactie hierop de eis gesteld dat eerst verklaringen van zuivere aanvaarding moesten worden overgelegd. Door deze onnodige en onmogelijke eis te stellen, heeft de notaris tijd gerekt en getracht klager van inzage in de bankrekeningen van moeder te weerhouden.

Klachtonderdeel 3: geen boedelbeschrijving laten opmaken

De notaris heeft er niet op toegezien dat door de executeurs/afwikkelingsbewindvoerders een boedelbeschrijving werd opgesteld.

Klachtonderdeel 4: geen uitleg over aangifte successierechten en niet bereid fouten daarin te verbeteren

De notaris heeft eind 2016 ten onrechte geweigerd om uitleg te geven en stukken over te leggen inzake verschillende berekeningen in de aangifte en aanslag successierechten. Verder heeft hij ten onrechte geweigerd om de in de aangifte gemaakte fouten te herstellen. De notaris heeft getracht de verantwoordelijkheid voor de aangifte af te schuiven op de executeurs/afwikkelingsbewindvoerders.

Klachtonderdeel 5: verdeling van nalatenschap zonder verantwoording af te leggen

De notaris werkt eraan mee dat de nalatenschap wordt verdeeld en afgesloten, zonder dat verdere verantwoording wordt afgelegd.

Klachtonderdeel 6: declareert uren als klager hem aanspreekt op fouten

De notaris wilde uren declareren toen hij klager hem vroeg om uitleg en kopieën van stukken met betrekking tot de successieaangifte. De notaris heeft klager verzocht om

€ 459,80 incl. btw te betalen voor het kopiëren van de onderliggende bescheiden van de successieaangifte. Verder is de notaris niet bereid de door hem gemaakte fouten in de successieaangifte kosteloos te herstellen.

3.2 Op het verweer van de notaris zal de kamer hierna, voor zover het verweer van belang is voor de beoordeling, nader ingaan.

4. De beoordeling

4.1 Ingevolge artikel 93 lid 1 van de Wet op het notarisambt (hierna: Wna) zijn notarissen, toegevoegd notarissen en kandidaat-notarissen aan het tuchtrecht onderworpen ter zake van handelen of nalaten in strijd met hetzij enige bij of krachtens deze wet gegeven bepaling, hetzij met de zorg die zij behoren te betrachten ten opzichte van degenen te wier behoeve zij optreden en ter zake van handelen of nalaten dat een behoorlijk notaris, toegevoegd notaris of kandidaat-notaris niet betaamt. De kamer dient derhalve te onderzoeken of de handelwijze van de notaris een verwijtbare gedraging in de zin van dit artikel oplevert.

Klachtonderdeel 1: niet gereageerd op verzoeken om informatie

4.2 Artikel 99 lid 15 Wna bepaalt dat een klacht slechts kan worden ingediend gedurende drie jaren na de dag waarop de tot klacht gerechtigde van het handelen of nalaten van de notaris, toegevoegd notaris of kandidaat-notaris dat tot tuchtrechtelijke maatregelen aanleiding kan geven, kennis heeft genomen.

4.3 Nadat de executele en het afwikkelingsbewind in april 2013 waren verlopen, heeft klager op 6 juni en 10 juni 2013 verzocht om informatie over benoeming van nieuwe executeurs. Op 23 juni 2013 heeft klager de notaris een herinnering gestuurd. Afgezien van een ontvangstbevestiging op 10 juni 2013, heeft de notaris niet inhoudelijk gereageerd op deze mails.

De kamer stelt vast dat klager in ieder geval aan het eind van het jaar 2013 wist dat de notaris niet had gereageerd op zijn verzoek om informatie. Dit betekent dat meer dan drie jaren verstreken zijn nadat klager bekend was geworden met het nalaten van de notaris, waardoor klager niet in het eerste klachtonderdeel kan worden ontvangen.

Klachtonderdeel 2: ten onrechte verzocht om verklaringen van zuivere aanvaarding

4.4 De notaris heeft het volgende als verweer aangevoerd.

Doordat alleen een verklaring van executele was afgegeven, waren geen verklaringen van zuivere aanvaarding gevraagd aan klager en zijn zuster [D]. De notaris heeft zich in eerste instantie op het standpunt gesteld dat hij deze verklaringen moest hebben voordat hij een verklaring van erfrecht kon afgeven. Dit standpunt is overeenkomstig de op het notariskantoor gehanteerde standaardprocedure. Na overleg met zijn collega-notaris heeft de notaris echter zijn standpunt herzien en de gevraagde verklaring afgegeven zonder de verklaringen van zuivere aanvaarding.

De notaris wijst er verder op dat hij geen enkel belang heeft bij het rekken van tijd of het voorkomen van inzage door klager in de bankrekeningen van zijn moeder.

4.5 De kamer is van oordeel dat de notaris geen onredelijke eis heeft gesteld door eerst een verklaring van zuivere aanvaarding te verlangen. Nu de notaris in tweede instantie heeft afgezien van deze eis, kan in elk geval geen sprake zijn van klachtwaardig handelen.

Het is verder in het geheel niet aannemelijk geworden dat de notaris in eerste instantie de eis heeft gesteld met het oogmerk om te voorkomen dat inzage zou plaatsvinden.

Het tweede klachtonderdeel treft dan ook geen doel.

Klachtonderdeel 3: geen boedelbeschrijving laten opmaken

4.6 Klager verwijt de notaris in dit klachtonderdeel dat hij er niet op heeft toegezien dat door de executeurs een boedelbeschrijving werd opgemaakt. Op 10 april 2013 zijn de executele en het afwikkelingsbewind verlopen. Zoals blijkt uit de e-mails die klager in juni 2013 aan de notaris heeft gezonden, was klager hiervan op de hoogte. Klager was derhalve meer dan drie jaar ermee bekend dat de executeurs geen boedelbeschrijving hadden opgesteld. Klager kan dan ook niet in het derde klachtonderdeel worden ontvangen.

Klachtonderdeel 4: geen uitleg over aangifte successierechten en niet bereid fouten daarin te verbeteren

4.7 Van belang voor de beoordeling van dit klachtonderdeel is het feit dat de notaris in deze nalatenschap geen boedelnotaris was. De executeurs/afwikkelingsbewindvoerders hadden de verantwoordelijkheid voor de afwikkeling van de nalatenschap, niet de notaris. De executeurs/afwikkelingsbewindvoerders hebben de notaris alleen gevraagd om hen bij een paar taken behulpzaam te zijn. Niet de gezamenlijke erfgenamen, maar de executeurs/afwikkelingsbewindvoerders waren de opdrachtgevers van de notaris.

4.8 De executeurs/afwikkelingsbewindvoerders hebben de notaris verzocht hen behulpzaam te zijn bij het opstellen van de aangifte successierechten. De gegevens daarvoor zijn aangeleverd door de executeurs/bewindvoerders. De notaris heeft deze gegevens verwerkt in de aangifte. Vervolgens hebben de executeurs/afwikkelingsbewindvoerders de aangifte akkoord bevonden en ondertekend.

Gelet op de onder 4.7 omschreven rol van de notaris in deze nalatenschap, heeft de notaris klager terecht verwezen naar de voormalig executeurs/afwikkelingsbewindvoerders voor een uitleg over de berekeningen en herstel van eventuele fouten. De voormalig executeurs/afwikkelingsbewindvoerders zijn de enigen die verantwoordelijk zijn voor de inhoud van de aangifte en eventuele fouten hierin zouden kunnen herstellen. Aangezien klager niet de opdrachtgever van de notaris was, is de notaris jegens hem niet gehouden om uitleg te geven over de aan de aangifte ten grondslag liggende berekeningen.

Het vierde klachtonderdeel zal ongegrond worden verklaard.

Klachtonderdeel 5: verdeling van nalatenschap zonder verantwoording af te leggen

4.9 Blijkens het verweer van de notaris is de nalatenschap nog niet afgewikkeld. De notaris is geen boedelnotaris. Hij heeft van de gezamenlijke erfgenamen geen opdracht gekregen om werkzaamheden te verrichten om te komen tot een afwikkeling. De notaris heeft derhalve thans geen enkele bemoeienis met de nalatenschap.

Gelet op dit verweer, mist het vijfde klachtonderdeel feitelijke grondslag en zal om die reden ongegrond worden verklaard.

Klachtonderdeel 6: declareert uren als klager hem aanspreekt op fouten

4.10 Klager heeft de notaris verzocht om de onderbouwing van de berekening van het successierecht en het erfdeel van vaders kant. De notaris heeft hierop geantwoord dat daarvoor de stukken uit het archief moesten worden gehaald en doorgenomen. Verder zouden kopieën moeten worden gemaakt van bepaalde stukken. De notaris heeft voor deze werkzaamheden een bedrag van € 459,80 inclusief BTW gerekend.

4.11 De kamer stelt voorop dat een notaris voor dergelijke werkzaamheden kosten in rekening mag brengen. De notaris is tot dit bedrag gekomen op basis van een inschatting van het aantal uren dat ermee gemoeid zou zijn. Hoewel de kamer het gevraagde bedrag hoog voorkomt, is zij van oordeel dat het niet tuchtrechtelijk verwijtbaar is dat de notaris dit bedrag heeft gevraagd. Redengevend hiervoor zijn onder meer de complexiteit van de zaak, de moeizame familieverhoudingen en de aanspraak die klager op de notaris deed.

Voor zover klager erover klaagt dat de notaris niet kosteloos fouten wil herstellen, verwijst de kamer naar hetgeen in 4.8 is overwogen over de rol van de notaris bij de aangifte van successie/juistheid van de aangifte is overwogen. Niet de notaris, maar de voormalige executeurs/afwikkelingsbewindvoerders zijn verantwoordelijk voor eventuele fouten in de aangifte.

Het zesde klachtonderdeel treft derhalve eveneens geen doel.

5. De beslissing

De kamer voor het notariaat in het ressort Arnhem-Leeuwarden

-verklaart klager niet-ontvankelijk in klachtonderdelen 1 en 3;

-verklaart de overige klachtonderdelen ongegrond.

Deze beslissing is gegeven door mr. M.J.C. van Leeuwen, voorzitter,

mr. I.C.J.I.M. van Dorp, mr. E.R. Koers, mr. W.J. Hordijk en mw A. Roesink-Kragt, leden, en in tegenwoordigheid van mr. W.E. Markus-Burger, secretaris, door de voorzitter in het openbaar uitgesproken op 20 juli 2017.

De secretaris

De voorzitter