ECLI:NL:TGDKG:2017:216 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam 16.1210

ECLI: ECLI:NL:TGDKG:2017:216
Datum uitspraak: 24-10-2017
Datum publicatie: 09-01-2018
Zaaknummer(s): 16.1210
Onderwerp: Andere werkzaamheden (art. 20 Gdw)
Beslissingen:
Inhoudsindicatie: verzet niet ontvankelijk, te laat ingediend, opgegeven redenen van klager maken dit niet anders

KAMER VOOR GERECHTSDEURWAARDERS TE AMSTERDAM 9

Beslissing van 24 oktober 2017 zoals bedoeld in artikel 39, vierde lid, van de Gerechtsdeurwaarderswet inzake de beslissing van 25 oktober 2016 met zaaknummer C/13/615069 DW RK 16/1001 en het daartegen ingestelde verzet met zaaknummer C/13/618430 DW RK 16/1210:

( ),

wonende te [ ],

klager,

tegen:

( ),

gerechtsdeurwaarder te [ ],

( ),

(toegevoegd) gerechtsdeurwaarder te [ ],

( ),

(toegevoegd) gerechtsdeurwaarder te [ ],

Beklaagden.

1. Ontstaan en verloop van de procedure

Bij brief, met bijlagen, ingekomen op 9 september 2016 heeft klager een klacht ingediend tegen (het kantoor van) beklaagden, hierna: gerechtsdeurwaarder. Bij brief ingekomen op 28 september 2016 heeft de gerechtsdeurwaarder een verweerschrift ingediend.

Bij beschikking van 25 oktober 2016 heeft de voorzitter de klacht als kennelijk ongegrond afgewezen. Klager is een afschrift van de beslissing van de voorzitter toegezonden bij brief van 26 oktober 2016. Bij brief van 10 november 2016 heeft klager verzet ingesteld tegen de beschikking van de voorzitter. Het verzetschrift is behandeld ter openbare zitting van 12 september 2017 alwaar klager en de heer ( ), gemachtigde van de gerechtsdeurwaarder, zijn verschenen. Van de behandeling ter zitting zijn aantekeningen gemaakt. De uitspraak is bepaald op 24 oktober 2017.

2. De ontvankelijkheid van het verzet

2.1 Het verzet dient op grond van de wet te worden ingediend binnen veertien dagen na verzending van de brief met de beslissing van de voorzitter. Die beslissing is verzonden bij brief van 26 oktober 2016. De termijn begon daarmee te lopen op 27 oktober 2016 en eindigde op 9 november 2016. De brief waarmee verzet is ingesteld is gedateerd op 9 november 2016 en per fax verzonden op 10 november 2016. Het verzet is dus ontvangen na ommekomst van de termijn, waarbinnen verzet kon worden gedaan. Het verzet is daarmee gedaan buiten de termijn van veertien dagen zodat klager in het verzet niet-ontvankelijk dient te worden verklaard.

2.2 Aan de orde is de vraag of er omstandigheden zijn die de termijnoverschrijding verschoonbaar maken. Klager heeft daartoe aangevoerd dat hij in verband met een storing in de telefoonlijn op 9 november 2016 geen internet had en evenmin kon faxen. Klager kan zijn stelling niet met bewijsstukken staven. Klager heeft tevens gesteld dat hij het verzetschrift de volgende ochtend meteen heeft gefaxt. Daarbij is het niet aannemelijk dat zijn verzetschrift de avond er voor door iemand gelezen zou worden, zodat er geen rechtens te dienen belang is dat hij op de avond van 9 november 2016 het verzet in te dienen.

2.3 De Kamer overweegt het volgende. Wettelijke termijnen zijn van openbare orde en dienen ingevolge vaste jurisprudentie van de Hoge Raad strak te worden gehanteerd. De stelling van klager dat zijn telefoonlijn niet werkte, zonder nadere onderbouwing daarvan kan niet tot de conclusie leiden dat de termijnoverschrijding verschoonbaar is. Dat het verzetschrift niet ’s avonds in behandeling wordt genomen, wil niet zeggen dat de termijnoverschrijding verschoonbaar wordt.

2.4 Gelet op het voorgaande wordt beslist als volgt.

BESLISSING:

De Kamer voor Gerechtsdeurwaarders:

- verklaart klager niet ontvankelijk in het verzet.

Aldus gegeven door mr. L van Berkum, plaatsvervangend voorzitter, en mr. E. Diepraam en mr. J.N. Reijn, leden en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 24 oktober 2017, in tegenwoordigheid van de secretaris.

Tegen deze beslissing staat op grond van het bepaalde in artikel 39, lid 4 van de Gerechtsdeurwaarderswet geen rechtsmiddel open.