ECLI:NL:TGDKG:2017:177 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/605603 DW RK 16/349

ECLI: ECLI:NL:TGDKG:2017:177
Datum uitspraak: 19-12-2017
Datum publicatie: 28-12-2017
Zaaknummer(s): C/13/605603 DW RK 16/349
Onderwerp: Ambtshandelingen (art. 2 Gdw)
Beslissingen: Berisping
Inhoudsindicatie: Dagvaarding op onjuist adres betekend. Klacht gegrond met maatregel van berisping.

KAMER VOOR GERECHTSDEURWAARDERS TE AMSTERDAM

Beslissing van 19 december 2017 zoals bedoeld in artikel 43 van de Gerechtsdeurwaarderswet inzake de klacht met nummer C/13/605603 / DW RK 16/349 ingesteld door:

[ ],

wonende te [ ],

klager,

tegen:

1. [ ],

gerechtsdeurwaarder te [ ],

2. [ ],

toegevoegd gerechtsdeurwaarder te [ ],

beklaagden,

gemachtigde: [ ].

Ontstaan en loop van de procedure

Bij brief ingekomen op 1 april 2016, heeft klager een klacht ingediend tegen beklaagden, hierna: de gerechtsdeurwaarders. Bij verweerschrift, ingekomen op

21 april 2016, heeft gerechtsdeurwaarder sub 1 op de klacht gereageerd. Klager heeft schriftelijk medegedeeld niet ter zitting te zullen verschijnen. De klacht is behandeld ter openbare terechtzitting van 7 november 2017 alwaar de gemachtigde van de gerechtsdeurwaarders is verschenen. Van de behandeling ter zitting zijn aantekeningen gemaakt. De uitspraak is bepaald op 19 december 2017.

1. De feiten

Uitgegaan wordt van de volgende feiten en omstandigheden:

- De gerechtsdeurwaarders hebben op 29 maart 2016 een dagvaarding achtergelaten op het adres [ ] te [ ] die bestemd was voor een persoon die op huisnummer [ ] woont.

2. De klacht

Klager verwijt de gerechtsdeurwaarders dat zij onzorgvuldig hebben gehandeld door een dagvaarding, die niet voor hem bestemd was, in zijn brievenbus achter te laten. Toen hij daarover met het kantoor van de gerechtsdeurwaarders belde, werd hem gevraagd of hij een dossiernummer had. De gerechtsdeurwaarders zijn onzorgvuldig omgegaan met vertrouwelijke informatie.

3. Het verweer van de gerechtsdeurwaarder

De gerechtsdeurwaarders hebben de klacht gemotiveerd weersproken. Voor zover van belang wordt hierna op dat verweer ingegaan.

4. De ontvankelijkheid van de klacht

Volgens rechtspraak dient een klager voldoende eigen belangen te hebben om als belanghebbende te worden aangemerkt en als klager te kunnen worden ontvangen in de tuchtprocedure (ECLI:NL:GHAMS:2009:BL2309). Klager heeft de gerechtsdeurwaarders er telefonisch op gewezen dat er een dagvaarding in zijn brievenbus is achtergelaten, terwijl deze dagvaarding niet voor hem bestemd was. De gerechtsdeurwaarders hebben klager vervolgens om het dossiernummer gevraagd, terwijl de inhoud van de stukken niet aan klager toebehoorde en hij gelet op de privacy van de gedaagde de stukken niet behoorde in te zien. De kamer overweegt dat klager daarom voldoende eigen belang bij de klacht heeft. Klager is dan ook ontvankelijk in zijn klacht.

5. De beoordeling van de klacht

5.1 Op grond van het bepaalde in artikel 34 van de Gerechtsdeurwaarderswet zijn gerechtsdeurwaarders en kandidaat-gerechtsdeurwaarders onderworpen aan tuchtrechtspraak ter zake van enig handelen of nalaten in strijd met die wet of in strijd met hetgeen een behoorlijk handelend gerechtsdeurwaarder betaamt. In het verweerschrift heeft gerechtsdeurwaarder sub 1 zich opgeworpen als beklaagde, omdat gerechtsdeurwaarder sub 2, tegen wie de klacht eveneens is gericht, aan hem is toegevoegd. Dit kan niet worden gevolgd nu de klacht is ingediend tegen beide bij naam genoemde gerechtsdeurwaarders. Bovendien heeft gerechtsdeurwaarder sub 2 de gewraakte dagvaarding uitgebracht. Op grond van de uitspraak van het gerechtshof Amsterdam van 12 augustus 2014 (ECLI:NL:GHAMS:2014:3696) dient de klacht te worden afgewikkeld tegen beide bij naam genoemde gerechtsdeurwaarders. De gemachtigde heeft ter zitting aangegeven namens beide gerechtsdeurwaarders verweer te voeren.

5.2 De gemachtigde van de gerechtsdeurwaarders heeft erkend dat er een fout is gemaakt en dat de betreffende gerechtsdeurwaarder had kunnen en moeten constateren dat hij het dagvaardingsexploot niet op het juiste adres heeft achtergelaten. Hoewel niet elke door een gerechtsdeurwaarder gemaakte fout zonder meer aanleiding is voor een tuchtrechtelijke maatregel, geldt dit wel voor de aan de orde zijnde fout. Het behoort immers tot een van de kerntaken van de gerechtsdeurwaarder om exploten op een juist adres te betekenen en achter te laten. Dat klager hierbij niet persoonlijk in zijn belangen is geschaad en de gerechtsdeurwaarder zijn fout heeft hersteld, maakt dit niet anders. Niet betwist is dat het huisnummer en naambordje duidelijk zichtbaar waren op het adres van klager. Gelet op het voorgaande ziet de kamer aanleiding tot het opleggen van na te melden maatregel. Daarbij is in aanmerking genomen dat het een deurwaarder niet past om, als klager belt om te melden dat hij onterecht een exploot van een ander heeft ontvangen, naar het dossiernummer genoemd in dat exploot te vragen.

5.3 Op grond van het voorgaande wordt beslist als volgt.

BESLISSING

De Kamer voor Gerechtsdeurwaarders:

- verklaart de klacht gegrond;

- legt de gerechtsdeurwaarders de maatregel van berisping op.

Aldus gegeven door mr. L. van Berkum, plaatsvervangend-voorzitter, en

mr. A. Sissing en M.J.C. van Leeuwen, leden en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 19 december 2017, in tegenwoordigheid van de secretaris.

Tegen deze beslissing kan binnen dertig dagen na dagtekening van verzending van het afschrift van de beslissing, hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Amsterdam, Postbus 1312, 1000 BH Amsterdam.