ECLI:NL:TAHVD:2016:233 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 160303

ECLI: ECLI:NL:TAHVD:2016:233
Datum uitspraak: 19-12-2016
Datum publicatie: 20-12-2016
Zaaknummer(s): 160303
Onderwerp: Aanwijzing, subonderwerp: Artikel 13 Advocatenwet: aanwijzing van een advocaat
Beslissingen:
Inhoudsindicatie: Beklag ex artikel 13 Advocatenwet. Verzoek om een advocaat aan te wijzen om een procedure op te starten en om hoger beroep in te stellen tegen de beschikking van de rechtbank van 22 september 2016. Niet is gebleken dat klager niet een advocaat bereid kan vinden om zijn zaak te beoordelen en om - bij voldoende kans van slagen - een nieuwe procedure te starten dan wel hoger beroep in te stellen. Klager kan zich wenden tot het juridisch loket om advies en kan ook ingaan op de suggestie van de rechtbank om om de tafel te gaan zitten met de bewindvoerder. Beklag ongegrond.

Beslissing

van 19 december 2016

in de zaak 160303

naar aanleiding van het beklag van:

klager

tegen:

de Deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement [naam]

de deken

1 HET VERZOEK ALS BEDOELD IN ART. 13 LID 1 ADVOCATENWET

Klager heeft bij de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement [naam], verder te noemen ‘de deken’, een verzoek ingediend tot aanwijzing van een advocaat zoals bedoeld in artikel 13 lid 1 Advocatenwet. Per brief van 9 december 2016 heeft de deken dit verzoek afgewezen. In een klaagschrift van 13 december 2016 heeft klager zich beklaagd over het feit dat de deken zijn verzoek heeft afgewezen.

2 HET GEDING BIJ HET HOF

2.1 Het klaagschrift is op 15 december 2016 ter griffie van het hof ontvangen.

2.2 Het hof heeft voorts kennis genomen van:

- het e-mailbericht van de deken van 16 december 2016.

2.3 De zaak is door het hof in raadkamer behandeld op 16 december 2016.

3 BEOORDELING

3.1 Klager heeft de deken gevraagd hem een advocaat aan te wijzen om een procedure te starten bij de rechtbank omdat klager het niet eens is met de wijze waarop zijn bewindvoerder zijn financiën beheert, en om hoger beroep in te stellen tegen de beschikking van de rechtbank van 22 september 2016, waarbij het verzoek van klager tot ontslag van de bewindvoerder en benoeming van een opvolgend bewindvoerder is afgewezen. De deken heeft het verzoek van klager om aanwijzing van een advocaat afgewezen, omdat, ondanks herhaalde verzoeken niet is gebleken dat het klager niet lukt om zelf een advocaat te vinden, dat de zaak al heeft gediend bij de rechtbank en dat het hoger beroep dient bij het gerechtshof (zodat de deken [naam orde] bevoegd is) en dat hij een duidelijk belang heeft bij toewijzing van een advocaat.

3.2 Nu het hof de zaak zelf kan afdoen bestaat er geen aanleiding om de zaak te verwijzen naar de deken [naam orde]. De stukken zoals ter kennis gebracht aan het hof leiden niet tot andere gevolgtrekkingen dan die in de bestreden beslissing van de deken zijn weergegeven. Niet gebleken is dat klager niet een advocaat bereid kan vinden om zijn zaak te beoordelen en om – bij voldoende kans van slagen – een nieuwe procedure te starten (waarvoor geen verplichte procesvertegenwoordiging geldt) dan wel hoger beroep in te stellen. Daarbij wordt nog opgemerkt dat klager zich kan wenden tot het Juridisch Loket om advies en dat hij kan ingaan op de suggestie van de rechtbank in de beschikking van 22 september 2016 om om de tafel te gaan zitten met de bewindvoerder.

3.3 De deken heeft het verzoek van de klager dan ook op juiste gronden afgewezen, zodat het hof het beklag van klager tegen de beslissing van de deken ongegrond zal verklaren.

BESLISSING

Het Hof van Discipline:

verklaart het beklag van klager tegen de beslissing van de Deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement [naam] van 9 december 2016 ongegrond.

Aldus gewezen door mr. W.H.B. den Hartog Jager, voorzitter, mrs. G. Creutzberg, G.W.S. de Groot, A.B.A.P.M. Ficq en M. Pannevis, leden, in tegenwoordigheid van mr. A.N. Kikkert, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 19 december 2016.

griffier voorzitter

De beslissing is verzonden op 19 december 2016.