ECLI:NL:TADRAMS:2016:209 Raad van Discipline Amsterdam 16-500/A/NH

ECLI: ECLI:NL:TADRAMS:2016:209
Datum uitspraak: 17-10-2016
Datum publicatie: 08-11-2016
Zaaknummer(s): 16-500/A/NH
Onderwerp: Wat een behoorlijk advocaat betaamt t.o. de wederpartij, subonderwerp: Jegens wederpartij in acht te nemen zorg
Beslissingen:
Inhoudsindicatie: Verzet tegen voorzittersbeslissing ongegrond. Klacht tegen advocaat wederpartij ongegrond. Vrijheid van handelen.

Beslissing van de Raad van Discipline in het ressort Amsterdam van 17 oktober 2016

in de zaak 16-500/A/NH

naar aanleiding van het verzet tegen de beslissing van de plaatsvervangend voorzitter van de raad van discipline van 14 juni 20146 op de klacht van:

klaagster

tegen:

verweerder

1 VERLOOP VAN DE PROCEDURE

1.1 Bij brief van 28 januari 2016 heeft klaagster bij de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Noord-Holland (hierna: “de deken”) een klacht ingediend over verweerder.

1.2 Bij brief aan de raad van 25 mei 2016 met kenmerk td/md/16-050, door de raad ontvangen op 27 mei 2016, heeft de deken de klacht ter kennis van de raad gebracht.

1.3 Bij beslissing van 14 juni 2016 heeft de plaatsvervangend voorzitter van de raad (hierna: de voorzitter) de klacht kennelijk ongegrond verklaard, welke beslissing op 14 juni 2016 is verzonden aan klaagster.

1.4 Bij brief van 8 juli 2016, door de raad ontvangen op 14 juli 2016, heeft klaagster verzet ingesteld tegen de beslissing van de voorzitter.

1.5 Het verzet is behandeld ter zitting van de raad van 5 september 2016 in aanwezigheid van partijen.

1.6 De raad heeft kennisgenomen van de beslissing van de voorzitter waarvan verzet en van de stukken waarop de beslissing blijkens de tekst daarvan is gegeven, alsmede van het verzetschrift van klaagster van 8 juli 2016.

2 FEITEN EN KLACHT

Voor een weergave van de vaststaande feiten en de omschrijving van de klacht verwijst de raad naar de beslissing van de voorzitter. Tegen die weergave komt klaagster in verzet niet op.

3 VERZET

De gronden van het verzet houden, zakelijk weergegeven, het volgende in:

3.1 Volgens klaagster had de voorzitter niet zonder hoorzitting tot de beslissing waarvan verzet kunnen komen. Door zonder hoorzitting te beslissen, is het beginsel van hoor en wederhoor geschonden en heeft de voorzitter zich geen objectief oordeel over de positie van verweerder kunnen vormen. In de beslissing ontbreekt een volledig feitenrelaas, terwijl niet is ingegaan op de kern van de klacht en de klacht bovendien onjuist is geïnterpreteerd. De beslissing ontbeert ten slotte een passende onderbouwing.

4 BEOORDELING

4.1 De raad is van oordeel dat de voorzitter bij de beoordeling de juiste maatstaf heeft toegepast en voorts acht heeft geslagen op alle relevante omstandigheden van het geval. Naar het oordeel van de raad kunnen de door klaagster aangevoerde gronden niet slagen en heeft de voorzitter de klacht terecht en op juiste gronden kennelijk ongegrond bevonden.

4.2 Nu het verzet van klaagster tegen de beslissing van de voorzitter ook overigens geen nieuwe gezichtspunten oplevert is er geen plaats voor verder onderzoek naar de klacht en moet het verzet ongegrond worden verklaard.

BESLISSING

De raad van discipline:

 verklaart het verzet ongegrond.

Aldus beslist door mr. D.H. Steenmetser-Bakker, voorzitter, mrs. A. de Groot, B. Roodveldt, leden, bijgestaan door mr. A. Lof als griffier en uitgesproken ter openbare zitting van 17 oktober 2016.

Griffier Voorzitter

mededelingen van de griffier ter informatie:

Deze beslissing is in afschrift op 17 oktober 2016

verzonden aan:

- klaagster

- verweerder

- de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Noord-Holland.

Op grond van artikel 46h lid 7 Advocatenwet kan van deze beslissing geen hoger beroep worden ingesteld.